het hier in de raad die kant niet uitgaat. Het is on
nodig uit te stellen wat vandaag bereikt kan worden.
Uit de nota i.z. de woningbouw blijkt wel, dat we aan
woningbouwvolume al 86 woningen te kort komen. En
al zouden er een paar bij komen, dan kan men nog
niet stellen, dat de gemeente die in petto moet hebben;
z.i. komen daarvoor ook de woningbouwcorporaties in
aanmerking. De rationaliteit wordt ook in Zwolle be
reikt, de continuïteit is evenzeer gewenst als altijd en
moet ook hier, onder moeilijke omstandigheden, worden
bevorderd. Maar ook in Zwolle heeft het bouw-team
met financieringsmoeilijkheden e.d. te kampen. De con
tinuïteit is maar zeer betrekkelijk, doch men kan er op
de manier zoals men het in Zwolle doet ook naar
streven.
Het is het eenvoudigste, dat spr. zich nu maar be
perkt tot de enkele opmerkingen, die hij nog zou willen
maken. Als partners van de gemeente zullen dan nu
enkele woningbouwverenigingen optreden. Ook hier is
er een klein accentverschil tussen de wethouder en spr.
Spr. ziet een partner iets anders, in ieder geval als een
gelijkgerechtigde, niet als iemand, die mag kijken wat
er in de pot zit en tijdens het kookproces enkele opmer
kingen mag maken Een partnerschap in de zin van
mede-bouwen kan spr. er niet in zien. Van een bouw
team is hier geen sprake.
Spr. heeft nog één ding op zijn hart. De wethouder
heeft een globaal exposé gegeven van de brieven van
de woningbouwverenigingen, die wél wilden medewer
ken. Beter Wonen heeft als voorwaarde gesteld voor
deze medewerking (waardoor haar werkterrein dan van
Oost naar elders verlegd zou worden)300 a 400 wo
ningen en nog liever het gehele complex, omdat het
een behoorlijk woningbezit in het nieuwe gebied wenst.
Als de rationaliteit, de continuïteit en de eenheid in
acht genomen zouden moeten worden, zou deze vereni
ging inderdaad alle 800 woningen kunnen hebben, maar
dat is niet te verwezenlijken en dat zou ook niet fair
zijn t.a.v. de andere woningbouwcorporaties. Spr. wil
deze gedachte naar voren brengen: Verplaatsing van
de werkzaamheden van de genoemde woningbouwver
eniging lijkt spr. helemaal niet noodzakelijk. Misschien
mag hij voor het verdere overleg deze tip geven: Die
vereniging kan in het oosten blijven voor de verdere
rationalisatie en continuïteit in het plan-Zwolsman.
Het zou misschien wat eenvoudiger zijn om deze wo
ningbouwvereniging daarbij in te schakelen. Het klinkt
wat onaangenaam, maar spr. vindt, dat deze brief niet
gaat in de richting van vruchtbare samenwerking, die
toch tot stand moet komen en in stand moet blijven op
dit gebied.
As de hear Van der Meer it goed heard hat, dan
hawwe der dus fiif wentebouforienings fortsjintwur-
dige west by it bisprek. De Vereniging voor Volks
huisvesting hat gjin andert jown en de forieningen
Leeuwarden en Beter Wonen hawwe ,,ja" sein. Patri
monium en Leeuwarden-Leeuwarderadeel hawwe har
biswieren kenber makke. Spr. soe graech witte wolle,
hoe't it nou sit mei de Vereniging voor Volkshuisves
ting. En St. Joseph is der miskien ek noch, alhoewol
der mar fiif yn forban mei it bisprek neamd binne.
Hoe steane dizze beide forienings der ünder?
Fierders stelt de wethalder de mooglikheit, dat Ljou-
wert fan de 3000 wenten, dy't ekstra boud wurde meije,
ek syn part krijt, miskien in aerdich goed part. As it
sa komt en as hwat noch in fraech is dy huzen
yn it kader fan it plan Nijlan boud wurde, dan seit it
himsels, dat der op dat momint in plan wêze moat,
dat yn it ütwreidingsplan past. En as allinnich Zuider-
hoek oer dat plan biskikt, ek al omdat hy it seis makke
hat, dan soe spr. der gjin biswier tsjin hawwe, om foar
dat kontingint, dat yn bisprek is, in opdracht oan him
to jaen. Mar fierder soe hy net gean wolle. As men
oannimt, dat Ljouwert fan de 3000 ekstra wenten 300
krije kin en as allinnich Zuiderhoek mar oer in plan
biskikt, dat yn forban mei it ütwreidingsplan aksep-
tabel is, dan soe spr. hy herhellet it dus sizze:
fiat. Mar hy wol him bislist foar de lytse 900 wenten,
dy't yn 'e rin fan 56 jier boud wurde sille, net bine
oan dizze architekt. Der binne mear.
De heer Kamstra heeft zich tot nu toe buiten deze
discussie gehouden, hetgeen bij de raad de indruk zou
kunnen wekken, dat hij niet geïnteresseerd zou zijn in
dit vraagstuk. Dat is echter zeker niet het geval. Hij
kan zich heel goed de moeilijkheden indenken, die de
heer K. J. de Jong heeft gehad met deze zaak. Spr. is
ook van mening, dat een woningbouwvereniging inder
daad een woning bouw vereniging is en niet alleen een
exploitatie vereniging.
Het gaat hier echter om een uitbreidingsplan, dat
alle raadsleden in de vorige vergadering uitzonderlijk
mooi hebben gevonden en waarvan spr. c.s. menen, dat
iemand er zijn ziel in heeft gelegd. Het is heel erg
moeilijk die man nu niet de gelegenheid te geven om
het huiselijk te zeggen een vinger in de pap te hou
den. Spr. meent in elk geval, dat het voorstel van B.
en W., waar hij vóór zal stemmen, moet worden aan
genomen en dat de heer Zuiderhoek belast moet wor
den met het ontwerpen der bouwplannen. Mocht het
anders uitvallen en verschillende woningbouwvereni
gingen de gelegenheid krijgen een eigen architect in te
schakelen, dan moet toch naar spr.'s mening de super
visie bij de heer Zuiderhoek berusten.
De heer Van der Schaaf (weth.) zal proberen kort
te zijn bij zijn beantwoording. De bezwaren van de heer
K. J. de Jong zijn na de gegeven toelichting van de zijde
van B. en W. een beetje afgezwakt, maar toch niet
helemaal weggenomen. De wijze, waarop de onder
handelingen met de woningbouwverenigingen zijn ge
voerd, liggen hem niet helemaal. Men zou derhalve aan
moeten nemen, dat spr. een volgende keer misschien
moet trachten een vriendelijker gezicht van huis mee
te nemen, als hij gaat onderhandelen. Hij dacht echter,
dat hij toch het goede gezicht uit de kast had meege
nomen.
Wat spr. betreft, bij hem bestaat helemaal geen ran
cune tegen de woningbouwverenigingen, die niet mee
wilden doen. Het college is er in ieder geval voor te
vinden, dat deze woningbouwverenigingen ook nog een
kans krijgen en dan op een wijze, die hun meer ligt.
Hoe dat allemaal prettig in het vat moet worden ge
goten, kan hij thans heus niet in details vertellen.
Het college heeft wel oog voor de rechten van de
woningbouwcorporaties en de zelfstandigheid die hun
nog is overgebleven en die naar spr.'s mening toch nog
omvangrijker is, dan de heer Van der Veen wil doen
voorkomen. Op dit punt kunnen spr. en zijn opponent
elkaar wel vinden.
Dat de andere woningbouwverenigingen een recht
hebben om in het vervolg in dit of een ander uitbrei
dingsplan te bouwen, kan spr. zo, zeker niet in deze
vorm, niet zeggen. Dat hangt er ook van af, in welke
mate de overige woningbouwverenigingen in de situatie,
zoals die dan zal zijn, interesse voor dit plan zullen
hebben. Spr. kan niet verder gaan dan hij deed.
De heer Van der Veen dacht een ogenblik, dat spr.
gedesillusioneerd was. Dat zou hij alleen zijn, als de raad
dit voorstel, dat de woningbouw wil stimuleren, zou
verwerpen, maar spr. gelooft niet, dat het zo ligt van
avond.
De heer W. M. de Jong heeft een herhaling gegeven
van zijn argumenten, zonder er nieuwe aan toe te voe
gen, zodat spr. ook niet veel nieuws naar voren kan
brengen. De heer De Jong heeft in de richting van de
twee genoemde woningbouwverenigingen gezegd, dat
hij hun antwoorden aan het college afkeurt. Hij moet
zich echter toch realiseren, dat er andere woningbouw
verenigingen kunnen zijn en dat zijn er dus twee
die het voorstel van B. en W. wél acceptabel vinden. Spr.
moet hier nog aan toevoegen, dat een derde corporatie,
n.l. de Vereniging voor Volkshuisvesting, ten aanzien
van deze kwestie een geluid heeft laten horen, dat
merkwaardig overeenkomt met wat de heer Van der
Veen heeft gezegd.
De hear Van der Meer hat frege: Hoe tinkt de Ver
eniging voor Volkshuisvesting hjiroer? It is spr. bi-
kend, dat men it der yn dy foriening noch oer hawwe
sil (Laitsjen)dizze komt dus efteroan en spilet hjir
fierders net mear mei.
De hear Van der Meer giet wol akkoard mei it op
dragen fan 300 wenten oan architekt Zuiderhoek, mar
fynt 900 to folie. Dat binne slimme dingen. Men moat
der bislist each foar hawwe, dat de wentebou yn Ljou
wert mei foarse oanpak trochset wurde moat. Men
9
moat net tinke yn kompleksen fan 200, mar yn grea-
tere, fan 1000 byg. De gemeente moat bislist plannen
yn foarrie hawwe, sadat hja, as har 500 wenten tabi-
skikt wurde, komme kin op 750.
Litte wy, sa bislüt spr., alles op alles sette, om mei
faesje it wenteprobleem op to lossen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W-, met aantekening, dat de heren W. M. de
Jong, Van der Meer en Santema tegen zijn.
Punt 17 (bijlage no. 55).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punt 18.
De Voorzitter deelt mede, dat het niet mogelijk is
gebleken om op de korte termijn, die daarvoor beschik
baar was, aan de raad een schriftelijk voorstel te doen.
Dit zal nu mondeling door de wethouder van Openbare
Werken worden toegelicht.
De heer Van der Schaaf (weth.) deelt het volgende
mede:
Nadat de gemeente op 18 november 1957 een bedrag
van f 42.192,als waarborgsom had gestort, heeft de
president van de arrondissementsrechtbank, alhier, bij
beschikking van 9 december d.a.v. aan de gemeente
het recht verleend tot voorlopige inbezitneming van het
perceel grond, gelegen ten zuiden van de Snekertrek-
weg, te onteigenen van de N.V. Bouwmaterialen- en hout
handel G. G. Postma en Zn., alhier. Hierna is opdracht
verstrekt aan de Directeur der Openbare Werken voor
het maken van een plan tot het doortrekken van de
Voitastraat tot aan de Zwettestraat. Na het tot stand
komen van dit weggedeelte zal ter weerszijden van de
nieuwe weg industrieterrein beschikbaar komen.
Het plan tot wegaanleg is thans van de Directeur der
Openbare Werken ontvangen. Volgens dit plan zal de
weg geheel overeenkomstig het reeds bestaande ge
deelte worden doorgetrokken en worden aangesloten
op de Zwettestraat, een en ander in overeenstemming
met het ter plaatse geldende uitbreidingsplan. De
riolering, welke zal worden gefundeerd op bothout, past
geheel in het centrale rioleringsplan.
De nieuwe weg kruist het toegangswegje van de
Snekertrekweg naar het terrein van het P.E.B. Door de
directeur van het Grondbedrijf wordt met het P.E.B.
onderhandeld over eigendomsoverdracht van dit wegje
of een gedeelte van dit wegje aan de gemeente. De
directeur van het Grondbedrijf heeft desgevraagd ver
klaard, dat van de zijde van het P.E.B. geen bezwaar
bestaat tegen het in gebruik nemen door de gemeente
van dat gedeelte van het toegangswegje, dat voor
straataanleg benodigd is, voordat overeenstemming om
trent de eigendomsoverdracht is bereikt.
De kosten van het werk worden geraamd op
f 76.877,exclusief de door de Energiebedrijven te
maken kosten.
De directeur der Openbare Werken verzocht, de raad
voor te stellen voor de aanleg van dit weggedeelte een
krediet van f 76.877,beschikbaar te stellen en hem
te machtigen t.z.t. het werk ondershands aan te be
steden.
Onderhandse aanbesteding (d.w.z. een uitnodiging
aan een viertal aannemers om in te schrijven) wordt
door de directeur der Openbare Werken voorgesteld,
omdat naar zijn mening de omvang van het werk te
gering is om daarvoor een openbare inschrijving te
houden.
De heer Bootsina heeft zojuist, voor de vergadering,
even inzage gehad van dit plan en hij gelooft, dat de
Commissie voor de Openbare Werken zich daar wel
mee kan verenigen. Het is nodig, dat het zo spoedig
mogelijk tot stand komt. Het is langer dan noodzake
lijk opgehouden door de onteigeningsprocedure, maar
nu de mogelijkheid er is, zou spr. met alle kracht dit
plan willen uitgevoerd zien.
De heer Schootstra sluit zich als lid van de commissie
gaarne bij deze woorden aan, evenals de heer Stobbe
en mevr. Ringenaldus-Van der Wal.
De Voorzitter weet niet, of de raad nog nadere in
lichtingen wenst. Men heeft gehoord, dat het een nor
male voltooiing van het stratenplan ter plaatse is, ook
overigens geheel zonder enige bijzonderheid. Dat heeft
B. en W. ook de vrijheid gegeven om dit punt op deze
ongebruikelijke wijze aan de raad voor te leggen.
Spr. vraagt, of de raad stemming verlangt. Dit is
niet het geval. Spr. dankt de raad voor de medewerking.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voor
stel van B. en W.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
