r 66 het bewijs: 2X2 4 betwijfelen. En waarschijnlijk terecht. Ik denk o.a. aan toepassing van de theorie der vierde dimensie. We kunnen er niet meer bij. We gaan echter toch maar uit van het principe: 2X2 4 en even zeker als 2 X 2 4 is in de euclidische wis kunde, zo zeker is ook het feit, dat fluor de tandcariës gunstig beïnvloedt. De heer Boomgaardt zegt dan verder, dat een admi nistratief Hof in Zweden een afwijzende beslissing heeft genomen. Wel, ik kan de heer Boomgaardt mededelen, dat de Zweedse staatscommissie evenals de staatscom missie, zoals wij die hier in Nederland kennen, de staats commissie dus van deskundigen, die, door de Minister aangesteld, het positieve rapport van de Zweedse Ge zondheidsraad naar voren heeft gebracht, voor fluori dering van het drinkwater is, maar dat alleen de ver ouderde Zweedse wet het verhindert, dat in Zweden fluor in het water wordt gebracht. Men wil het gaar ne aan het water toevoegen, maar het is daar eenvoudig nog onmogelijk. Terecht heeft de heer Van der Veen gezegd, dat men bezig is die wet hierom te verande ren. Ik denk, dat dat in Nederland zeker ook zal ge beuren, omdat ik mij de figuur nauwelijks kan voor stellen van een Minister, die door een wet, zoals onze Voorzitter dat heeft gezegd, gebonden zou zijn en daar zeer goed van op de hoogte is, maar toch naar alle kanten zijn mededelingen en zijn geschriften stuurt. Deze brochures worden aan alle tandartsen gestuurd ook bij onze schooltandarts komen ze terecht waar door deze deskundigen gesterkt worden met allerlei feiten en zaken die in het belang van hun patiënten zijn. Ook in New York, mijnheer de Voorzitter en mijn heer Boomgaardt, is een volksreferendum gehouden en U ziet wel wat er van een volksreferendum terecht komt. Daarbq spelen zoveel motieven, soms zelfs zui ver zakelijke, een rol, die merkwaardigerwijze het be lang van het volk van de volksgezondheid in dezen nadelig beïnvloeden. In Amerika is alles mogelijk, de een heeft er belang bij, de ander niet. Hier werden alleen maar de cijfers naar voren gebracht van wat er in Amerika van fluor-voorziening afgesloten wordt. Ik geef U nu de cijfers van de nieuwe aansluitingen met fluor: in 1958: 104 en in 1959: 76. En er werden afgesloten 20 in 2 resp. 3 gemeenten, waar dus dit principiële vraagstuk speelt, zoals dat op het ogenblik ook hier speelt. Elders in Amerika bestaat dit vraag stuk niet, daar hebben ze er blijkbaar nog niet aan gedacht, daar hebben ze het te druk met andere za ken. Maar ik acht deze zaak, die hier nu aan de orde is, toch wel zeer belangrijk. De heer Boomgaardt is natuurlijk mèt mij gelukkig met de geweldige verbetering in de tandenrijen van onze kinderen, die wij danken aan de toevoeging van vitamine D in onze margarine. Hij zal het gaarne met mij gelukkig achten, dat wij de Engelse ziekte niet meer kennen. Af en toe zien wij nog eens een heel kleine verandering van het bot, maar de schade die de Engelse ziekte, de rachitis, 50, 60 jaar geleden aan bracht en die verschrikkelijk was, ook in het gebit, is voorbij en dat is dus te danken aan een generale maat regel die dan hij zegt het en ik geef hem dat toe wel niet tersluiks, maar toch indirect, althans bui ten het toedoen van de overheid, tot stand is gebracht. Gelukkig produceert de overheid dit hongerwerend produkt nietHet is in ieder geval een typisch voorbeeld van de geweldig zegenrijke maatregelen, die op sociaal-geneeskundig en tandheelkundig gebied kunnen worden genomen. Men kan de sociale genees kunde niet meer, ook niet in de toekomst, uitsluiten of de voet dwars zetten. En dat zou naar mijn mening hedenavond geschieden, wanneer de motie niet werd aangenomen. De heer Van der Veen weet mèt mij wel, dat het fluor reeds in het water zit en dat er dus niet van een nieuwe toevoeging sprake is. Bij zijn betoog kan ik mij overigens aansluiten. De heer De Jong vraagt: Zijn er mensen die daar niet tegen kunnen? Wel, mijnheer De Jong, bij al deze miljoenen gebruikers, die ik U reeds noemde, zijn die gevallen er niet. Ik sprak U al in mijn eerste rede van de heren, die een vierde deel van de giftige dosis innamen en daar verder niets van on dervonden. Wij ontmoeten hier in Leeuwarden ook her haaldelijk ongelukjes met fluoridetabletten: een kind heeft alle 30 tabletjes tegelijk ingeslikt. Die tabletjes zijn in vele gezinnen wel aanwezig, in nauwkeurige gezinnen, met één kind of twee kinderen hoogstens en een moeder die er bij geïnteresseerd is. In andere ge zinnen komt dat ook wel voor, maar er zijn er vele, die er niets van terecht brengen. Een moeder, die het druk heeft, slaat soms een dag over, enz. Maar zo aan stonds zullen we nog wel bekijken, of het drinkwater nodig is als vehiculum. Een kindje, dat zo'n 30 tablet ten inslikt, braakt niet en krijgt geen ziekelijke ver schijnselen, ook de volgende morgen niet. Maai- dit komt dus voor. Ik noem zo'n mij persoonlijk bekend geval, maar incidenten komen in buitengewone om vang overal voor. Ook bij vele proefpersonen, die zich daarvoor hebben geleend, is de uitwerking van een betrekkelijk grote dosis nagegaan. U bent dus nog bang voor de schadelijke gevolgen van gefluorideerd drinkwater, maar ik meen reeds in eerste instantie gezegd te hebben, dat die schadelijke gevolgen er bij deze dosering beslist niet zijn. Fluor is ik herhaal het geen medicijn, het is geen drankje, U mag dat wel zo even voor de aardigheid stellen. U kan er ook een mopje over maken, maar daar gaat het hier niet om. Als iemand bij de tandarts komt met een dikke kaak en hij kreunt van de pijn de heer Boomgaardt zal dat wel eens meemaken dan zal deze tandarts hem niet vragen: Hoe denkt U nu over fluor in het drinkwater? In zo'n geval helpt fluor niet; het is geen medicijn tegen de cariës. De heer De Jong heeft geen principieel bezwaar. Ik voel zo'n bezwaar wel aan en ik moet dus ook aan het einde van mijn betoog de Voorzitter antwoorden op welke wijze het toch wel mogelijk zou zijn om de enkelen die het gefluorideerde water niet zouden willen hebben, toch van dienst te zjjn. De heer Van Balen Walter heeft over fluor gespro ken als over een normaal bestanddeel van het leiding water. Dat feit verliest men ook in de discussie in.t te veel uit het oog. In Nederland wisselt het fluorge- halte in het drinkwater vrij belangrijk. In Maass.uis en nog twee andere plaatsen is het vrij hoog, n.l. 0,4 mg per liter, maar nog te gering. In alle plaatsen in Nederland is dat weer anders en hier behoort het met 0,1 mg per liter wel tot de lage waarden. Vandaar ook de desolate staat van speciaal de Friese gebitten. De heer Klijnstra heeft een blad van de Bellamiai n, die in Amerika blijkbaar ook nog een groep medici onder hun volgelingen tellen, gezien en die medici heb ben de argumenten vóór fluoridering in dat blad weer legd. Het spijt mij, dat dit Bellamiaanse blad bij mij niet op tafel is gekomen. Voor zover ik de stellingen van Bellamy ken, begrijp ik ook in deze hun principiële kritiek niet. Daar zouden dus medische redenen bij moeten komen, maar deze zijn, als ze bestaan, onge twijfeld afdoende weerlegd; anders was men ook hier in Nederland niet met fluoridering begonnen. Men is er hier al veel te laat mee begonnen. Er is al dikwijls gezegd: wij zijn hier te laat. In 1946 wist men al van fluor en zijn anti-cariëswerking af en hier zijn pas in 1954 de proeven in Tiel ingezet, om opnieuw te controle ren, of het wel juist was, wat er in het buitenland alle maal over fluor werd gezegd. De heer Engels zou ik wil len aanvullen door te zeggen, dat hier de vrijheid zeker principieel bevorderd is, juist door de autonomie van de gemeenten in te schakelen. Men heeft dit nu eens niet op hoog plan willen uitvoeren, maar men heeft Je gemeenten, die altijd maar schreeuwen: „wij willen onze eigen boontjes doppen" en: „wij willen zelf weten wat we doen", hier nu eens de vrijheid van handelen gelaten. De heer Bosgraaf is principieel op fluoridering te gen, omdat z.i. aan het tegenwoordige drinkwater niets meer toegevoegd mag worden. Ik geloof, dat het zui ver een kwestie van toeval is, dat wij met drinkwater zitten, zoals we dat hier kennen. Huismoeders hebben wel eens een bezwaar tegen de kunstmatige samen stelling van ons huidige leidingwater, tenminste als het in ons glaswerk wat lang blijft staan; dan is het heel moeilijk dit glas weer schoon te krijgen van de aanslag van kalk, enz. Wanneer hij echter accepteert, dat er nu 0,1 milligram natriumfloride per liter in zit, dan begrijp ik niet, dat hij niet hoopt op een op welke wijze dan ook op te wekken toename van dit fraaie produkt, waardoor de gezondheidstoestand van het mensdom zal worden bevorderd. Uw betoog, mijn heer de Voorzitter, heeft zeer grote indruk op mij ge takt. U bent begonnen met deze, misschien nu al wat langdradige, zaak met een grapje in te leiden, wat ik zeer heb gewaardeerd, maar U sprak er over, dat de oorzaak van de cariës een andere was, dus niet was een tekort aan fluoride. Ik kan U echter beken nen. dat de oorzaak van de cariës geheel onbekend is; men weet van de oorzaak van deze ziekte vrijwel niets. Volgens de laatste publikaties is de oorzaak waar schijnlijk een kleine lymfatische verstopping van deze toe-, terwegen naar het tandbinnenste, zodat er sprake kan zijn van kleine infarctjes, die dan het daar achter liggende weefsel ondermijnen. Dit necrotiseert en ca riës treedt op. Dat is natuurlijk het standpunt van de patholoog-anatoom. Er zijn bacteriologen die het op treden van cariës wijten aan de lacto-bacillen en er zijn er, die het wijten aan een tekort aan fluoride in de voeding. Ondergetekende behoort bij degenen, die zeggen, dat men, als men deze factoren allemaal heeft onderkend en ze bestreden heeft, er nog niet is. Want wanneer zal de menselijke geest ooit tot het wezen van het leven zelf en zeker tot het wezen van het zie kelijke leven doordringen En ongeveer deze eisen worden thans aan de indieners van deze motie gesteld. Men wenst van ons het doordringen in mystieke pro cessen, waar de onderzoekers zich nog verre van wen sen te houden. Wanneer ge deze eisen stelt aan de ge neeskunde in het algemeen, dan zult ge horen, dat ge met zeer bescheiden mensen te maken hebt. Daar de oorzaak van de cariës onbekend is en wij toch moeten streven naar het kennen van deze oorzaak, lukt dit niet zonder fluoridering van het drinkwater. Een ziek te ligt altijd aan een samenstel van factoren. Typhus wordt niet door de typhusbacil verwekt, maar door de typhusbacil plus nog heel veel bijkomstige factoren. Elke ziekte wordt veroorzaakt door een samenloop van ziektemakende omstandigheden. Eén enkele oorzaak vooi een ziekte bestaat niet. Wat de werkelijke kennis omtrent de cariës betreft en hier begon ik in eerste aanleg ook al over te spreken een tandarts zal on- k redigd zijn, wanneer de zaak van het fluorideren niet aangepakt wordt, want dan komt hij nooit de andere factoren op het spoor. Wanneer er x, ij, z en nog meer onbekende factoren zijn, dan moet men, als men de factor x (fluor) in handen heeft, die elimine ren, wil men de factor ij krijgen en wanneer men die factor ij weet, dan moet men die elimineren, wil men de factor z krijgen. Men moet nooit tevreden zijn en wel bedenken, dat, wanneer men een dergelijke ont dekking heeft gedaan die ik van zeer grote orde acht: knap, bijna geniaal, en, gezien de enorme om vang van de ziekte, bijna van de orde van grootte van de ontdekking van pénicilline en die uitvinding dan niet toepast, dan komt men bij de bestudering van de mysteriën van de cariës nooit verder. U, mijnheer de Voorzitter, zegt, dat men tabletten kan toedienen en het spijt mij, dat ik ook daarin tegenover U moet staan. In Zwitserland geeft men tabletten, maar de Zwitsers gevoelden toch al vroeg de behoefte U hebt dat zelf ook al even aangeduid in de gemeente Eigele, net zoals wij dat in Tiel hebben gedaan, de fluo ridering in de concentratie, zoals de heer Spiek- hout en ik dat wensen, in het drinkwater aan te bren gen. Men kan dat in Zwitserland niet uitgebreid doen, eenvoudig omdat de waterleiding daar zo geweldig ge differentieerd is en van alle bergen weer een apart waterleidinkje wordt afgeleid. Het moet dus wel plaat selijk worden gedaan. En blijkbaar met groot succes. Juist in Friesland echter, waar één groot net is, zou meer algemene fluoridering mogelijk zijn dan in Zwit serland. Men heeft dus ook in Zwitserland aangeno men, dat deze zaak onschadelijk is. Men heeft daar ook wel fluor aan het zout toegevoegd, en men heeft daar dus de tabletten. Wat is er met die tabletten? Ik geef U toe, dat we, als we ik heb ook wel eens even propagandistisch gesproken echt contra wil len ageren, kunnen zeggen: Dit is een vergif!, maar, manheer de Voorzitter, iedere stof die U neemt, is een vergif, als U maar meer dan de toegelaten dose ring van die stof inneemt. Als U te veel brood neemt, dan zult U zich verbazen wat U daarvan een hinder krijgt. Alle stoffen hebben hun maximale dosis en dat geldt ook b.v. voor het keukenzout, Als je 10 gram keukenzout aan een kind geeft, dan gaat het braken; 67 dan is het gif. Het keukenzout is dus theoretisch een gif en zo begint natriumfluoride al bij een acute hoe veelheid van 500 milligram ook een vergif te worden, maar dat doet er hier niet toe. Het gaat hier dus ook om de dosis. Geeft men nu tabletten aan een gezin, dan krijgt U ongelukken. Ik heb er zo net al even op geduid: een kind gaat met de hele inhoud van een flacon er van door, een moeder vergeet het eens een dag. Een groot gezin kan dit niet steeds presteren. Men neemt nonchalant een handvol tabletten. Het top- argument is, dat, wanneer men tabletten geeft, men dat in de juiste dosering en in de juiste verdunning moet doen. De lichaamscellen eisen een precieze hoe veelheid van dat fluoride in de buitencellulaire vloei stof. Dit kan slechts, als fluoride wordt toegediend in uiterste en juiste verdunning. Dank zij water en door tegelijkertijd een passende hoeveelheid water in te ne men (juist 1 op 1 miljoen) kan dit beslist zonder ongelukken gebeuren. Geeft men fluoride in tablet- vorm of in het brood of in het zout, dan kan het geval zich voordoen, dat een jongen een heel brood opeet en daar niets bij drinkt. Dan zou hem daar nog niets van overkomen trouwens, maar dan zou de celstofwisseling in de tanden, waar het hier om gaat, daar niet bij ge baat zijn. Ik wil dit overigens niet in al zijn scherpte stel len. Het is natuurlijk mogelijk, dat een kind precies de voorschriften volgt, en als algemene maatregel tegen een volksziekte, die 99% van het mensdom aantast en bij onze kinderen verwoestend werkt, kan men de fluor niet in tabletvorm geven, mede wegens dan optredende ongelukken. Met Uw definities dat heb ik al gezegd ga ik akkoord, al vraag ik mij af, wat er met deze scherp zinnige bewoordingen tenslotte bereikt wordt. Waar het ons, motiestellers, om gaat, is het fluor-effect te brengen in ons dagelijks leven en dit is dus nu volgens U een kwestie van centrale wetgeving. Ik kan Uw betoog volgen, wanneer U zegt, dat fluoridering naar Uw mening pas geschieden kan, wanneer de Minister hier een wet over uitvaardigt. De Minister en ook de vorige Minister, die ook op Ameland heeft gespro ken hebben beiden duidelijk laten merken, dat zij en al hun adviseurs dit nu eens een typisch ding vinden om door de gemeenteraden te laten beslissen. U zegt iets over indampen. Inderdaad, daar kan ik onmiddellijk in meegaan. Dan gaat dus de fluor in sterkere concentratie optreden in de overblijvende vaste stoffen, maar dat is al op effect gecontroleerd in die gebieden, die wij zo net al besproken hebben en ook in Tiel. U zult dus in Uw jam een klein beetje meer fluor vinden, maar dat heeft generlei bezwaar. Mis schien is dit een propaganda voor de Tielse fruit- industrie en zult U, gezien dat Tielse water, speciale bestellingen doen om de tanden van Uw kinderen maar ook die van U zelf te verbeteren. Wat de kosten betreft, deze worden door de overheid en ik meen ook wel hier in Friesland gesteld op 40 cent per inwoner per jaar. Het is eigen lijk niet aardig te zeggen, dat deze kosten niets zijn in vergelijking met de tandartsenkosten, maar ik zou toch willen stellen, dat al die kosten, waar U zo'n zorgen over hebt en die U ons hebt uitgelegd, óók nog niet opwegen tegen de grote kosten, die de tandheelkundige voorziening, direct en indirect, ook uitgedrukt in ver loren arbeidsuren, vergt. Ik geloof, dat op elk uur van de dag 15000 arbeiders bij de tandarts zitten en er dus dagelijks 9 x 15000 135000 werkuren verloren gaan; de man moet er heen lopen, moet er wachten, en moet weer naar zijn werk terug, als hij al teruggaat. (Ge lach) U sprak over jodium en U hebt volkomen gelijk. Alleen moet ik U juist voor jodiumgebruik jodium is een zeer wisselend werkende stof zo waarschuwen. Men weet weer „alles" van jodium, maar tenslotte stuit de menselijke geest op een grens en dan kan hij niet ver der. Dan moet hij wachten op nog verfijnder toestellen en als hij die niet heeft, dan houdt zijn kennis op. Jodium kan in elke dosering anders werken, in kleine dosering is het gunstig voor de schildklierfunctie, in iets grotere dosering werkt het remmend op de schild klier en in een grote dosering is het een gif. Wanneer U dus tenslotte zegt, dat U bevreesd is, dat allerlei kwalen door het drinkwater zullen kunnen wor den bestreden, dan wil ik als raadslid berus tend het zwijgen er toe doen. Als arts zou ik daar dus

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1962 | | pagina 34