39 woord van mij gekregen en daar verontschuldig ik mij dan voor op zijn vraag omtrent de schuldpositie van de v.v. Leeuwarden. De sommen heeft hij zelf glo baal bij kunnen tellen, 50 plus 20 is 70 plus 20 is 90 mille. Misschien dat er nog iets bij komt, welnu laten we dan rond een bedrag van een ton noemen, dan heeft hij globaal gesproken de schuldpositie dacht ik van de v.v. Leeuwarden. Maar hij moet me ten goede hou den, mijn relatie met de v.v. Leeuwarden is niet van dien aard dat ik daar toegang heb tot de boeken; ik ben n.l. alleen maar gewoon lid van deze vereniging. Zijn andere vraag naar het standpunt van het ene lid is moeilijk door mij te beantwoorden, maar ik dacht dat het in mijn antwoord wel opgesloten lag, n.l. dus dat dat lid wat wel deel uitmaakt van de grootst moge lijke meerderheid en dus bereid is in de exploitatie deze zekerheid te verlenen, maar zijn oordeel is dat de ver strekking van leningsmiddelen te ver zou gaan. En ik geloof dat dit een kwestie van nuancering is, een kwestie van hoe ver men bereid is te gaan t.a.v. het betaalde voetbal. De heer K. J. de Jong heeft volkomen gelijk wanneer hij zegt, dit dus min of meer als tegenstelling tot mijn antwoord aan hem, dat wat hier nu wordt voorgesteld wezenlijk verder gaat, dan wat door ons in het ver leden terzake is gedaan. Dat is geloof ik een keiharde en duidelijke zaak. Hij heeft ook volkomen gelijk dat hierdoor de Gemeente dus nu eenmaal deelt in het risico van het betaalde voetbal. Hij mag er bezwaren tegen hebben, ik geloof dat het risico bepaald niet on der stoelen of banken mag worden gestoken, dit risico is feitelijk aanwezig en wij zouden geloof ik aan zelf bedrog doen als we dit risico inderdaad niet rustig bij zijn naam noemden. En dat brengt mij bij de heer Balt over het ramen van toeschouwersaantallen. Dit zou mij kunnen verleiden tot een soort van economische be schouwing over laten we zeggen de betekenis van de positie op de ranglijst voor de recette van de voetbal vereniging. Het feit is nu eenmaal keihard aanwezig. Wanneer een voetbalvereniging, onverschillig overi gens of die spelers betaald worden of niet betaald worden, in de running is, aan de top van zijn klasse speelt, dan is de publieke belangstelling het grootst. Zodra bij ingang van de tweede helft van de compe titie die resultaten minder worden zakt het in elkaar. En dat is het wezen van dit risico en ik zou dus willen zeggen dat de aantallen gehaald kunnen worden als aan de opdracht voldaan wordt en als aan de opdracht niet voldaan wordt, dat moeten we ronduit zeggen, dan kan het dus inderdaad dit risico opleveren. Maar dat is een risico dat wij bij elke exploitatie van sportter reinen dragen. Als het in een amateurvoetbalvereniging slecht gaat, dan beuren we ook voor die amateur vereniging minder vermakelijkheidsbelasting en dan weten we ook niet zeker of zij de huur zal kunnen be talen etc. Het er op nahouden van sportaccommodaties van enige betekenis bergt ook risico's in zich en dat risico accepteren we omdat we dat van grote beteke nis achten voor de actieve recreatie. Ik geloof dat dus de opmerking van de heer Ten Brug over de zekerheid, hij heeft daar inderdaad van mij daarop geen antwoord gekregen, meer een kwestie van methode is. Immers men kan diverse varianten zich voorstellen, men zou zich kunnen voorstellen dat boven het hier nu voorgestelde bedrag als bijdrage in het exploitatietekort bijvoorbeeld de kapitaalslasten voort vloeiende uit de lening worden opgeteld en dus dan dat bedrag als garantie zou worden verstrekt. Maar dat is in strijd met de exploitatie-opzet die is voorge legd, immers daar is juist het tekort berekend op basis van de kapitaalslasten die in deze exploitatie zijn op genomen. Dus in zekere zin is het zo dat hier een in gebouwde zekerheid door de Gemeente zelf wordt in gebracht. En andere vormen zouden mogelijk kunnen zijn, garanties voor een geldlening, maar dat heeft uiteraard hetzelfde effect dacht ik, als het verstrekken van een geldlening. De heer Engels komt dus nog terug op de kwestie van het aanvaarden van bestuursverantwoordelijkheid of de voorwaarden; ik heb gemerkt, dat dat van de zijde van drie fracties komt. Ik heb niet de indruk dat het 3x4 is. Ik neem niet aan dat de A.R.-fractie daar bij is. Als ik dan dus de 3 fracties bekijk van wier zijde het komt, dan kan ik alleen maar zeggen dat dit een aantal zeer betekenisvolle fracties is voor de standpunten van het College en dat uiteraard diepe indruk maakt en ik dus met deze suggestie terdege rekening zal houden bij de verdere overweging van deze zaak in het College. Ik hoop dat de heer Engels daarmee genoegen zal nemen en verder is zijn veronderstellling dat het volledige le- ningsvoorstel nog inderdaad komt, juist. De subsidie voorwaarden zullen naar analogie van de betrekke lijke voorwaarden voor de lening worden geregeld en welke pas kan worden opgenomen in de primitieve be groting van 1965. Mogelijkerwijs kan bij die gelegen heid blijken dat deze voorwaarden zo gesteld zijn, als ze een keer ook in druk in de begroting worden opge nomen, dan vergeten we het ook niet voor volgende jaren en kan telkenjare opnieuw en niet alleen maar puur formeel, over deze posten een beslissing worden genomen, zodat dus de Raad in staat is, om telkenjare opnieuw zijn standpunt t.a.v. deze posten te bepalen. Ik zou het zo willen zeggen, principieel is het zo dat de Raad de bevoegdheid heeft elk jaar te zeggen of die post opgenomen zal worden ja of neen. Als dus het beleid, de gang van zaken of de ontwikkeling, hoe of men het maar noemen wil, van de voetbalvereniging zodanig zou zijn dat de Raad zou zeggen: Daar weiger ik verder medewerking aan te verlenen, precies als bij elke begrotingspost, kan de Raad dan zijn stand punt telkens bepalen. Het schijnt zo te zijn dat een paar misschien wat ondoordacht uitgesproken woorden van mijn kant een zekere historie gaan opbouwen. Dat zijn n.l. de woorden van „grof schandaal". Het lijkt me nuttig dat ik dat toch even uitleg. Ik wil niet beweren dat ik daarmee de mythevorming verder onderdruk, want ook de mythe heeft een zekere hardnekkigheid, maar ik zou daarvan dit willen zeggen. De betekenis daarvan is dit: Wanneer men poneert betaald voetbal, topsport van welke aard ook, te willen hebben, dan zal men daar offers voor moeten over hebben. En die offers die kunnen dus in dit stadium in deze situatie, zowel voor de Overheid als voor 't bedrijfsleven gelden, maar als men die consequenties niet aanvaardt, dan heeft het woord „grof schandaal" hierop betrekking, dat men op deze wijze de mensen, die een reeks van jaren de verantwoordelijkheid voor het betaalde voetbal hier heb ben gedragen en daar kopzorgen genoeg aan hebben gehad, want ik zou het niemand willen aanbevelen om bestuursverantwoordelijkheid van een betaalde voetbal vereniging te aanvaarden, want het is heus geen lolletje in een situatie waarin een aantal van deze verenigingen verkeert, dan in de steek gaat laten; dan kan men gevoeglijk zeggen, dat er sprake is van een niet hele maal fijn optreden en dan heb ik misschien wat grove woorden gebruikt. De heer Heidinga beweert dat ik me op deze wijze beijver voor één vereniging. Dat heb ik gedaan toen de v.v. Friesland in de nesten kwam te zitten. Dat doe ik ook met het oog op de situatie die komt te ontstaan voor de v.v. F.V.C. Dat zal ik ook doen met betrekking tot andere voetbalverenigingen, als ze in de situatie komen te staan dat hun accommo daties bepaald kwalitatief te laag zijn. Dan kom ik bij de heer Balt. De v.v. M.K.V. kan we ten van de gemeentelijke sportstichting dat er een plan tot verbetering van de Fonteinvelden in bewerking is; ook een plan voor nieuwe kleedgebouwen. Als men het niet weet dan is de communicatie in gebreke, maar het bestuur kan er dus onmiddellijk naar informeren, en zodra die plannen helemaal klaar en rond zijn komen die ook bij de Raad. De hear Santema bifellet in namme oan foar de fuot- balforiening. Ik leau, dat dizze oanbifelling net hielen dal doocht, hwant der binne trije keppels, dy't bilang- stelling ta ütdrukking bringe moatte foar it bitelle fuotbal. As de Rie wol sa't it ütsteld is, dan is it natuerlik oerheit. As it bidriuwslibben en oaren wolle, dan is it dy kategory. De tredde is de keppel fan bi- sikers fan'e wedstriden. Ik leau, dat de oerheit him to buten giet, mei to sizzen, dat hy de spesifike namme hawwe moat fan: Gemeentelijke Voetbalclub Leeuwar den. Ik leau net, dat ik dizze suggesty trochjaen moat oan it stiftingsbistjür yn oprjochting. De heer K. J. de Jong verlangt stemming over het voorstel van B. en W. Het voorstel wordt aangenomen met 23 tegen 12 stemmen (tegen stemden de heren Boomgaardt, Spiek- hout, Heetla, Mr. van der Schaaf, Miedema, Santema, Klijnstra, Ytsma, K. J. de Jong, Heidinga, Balt en Bosgraaf Punt 27 (bijlage no. 162). De heer Van der Veen: Ik heb een enkele opmer king. Ik zou een informatie willen hebben over punt twee van de gemeentebegroting: Zwembad in 't Nijlan. Daarin lezen wij, dat enkele weken geleden een open bare aanbesteding is gehouden. Ik zou willen vragen: Is al bekend, wanneer de gunning van het werk zal plaats hebben Ik vraag dat, omdat we hebben ge merkt met een ander zwembad, dat een seizoen met veel onwerkbaar weer een enorme vertraging kan op leveren. En op het ogenblik is het bij uitstek werkbaar weer. Als wij binnen afzienbare tijd dat zwembad in het Nijlan willen gebruiken, dan is het zaak dat zo spoedig mogelijk daar het nodige werk wordt begonnen. De heer Heidinga: Ik heb hetzelfde onderwerp, maar toch wel iets anders. Het is mij gebleken uit deze raadsbrief, dat het verschil tussen de oorspronkelijke be groting en hetgeen nu besteed zal moeten worden zeer belangrijk is en dat wordt hierin wel gemotiveerd, maar ik geloof toch, dat ik het College wel mag aan bevelen, dat men met het maken van die begrotingen toch wel probeert een beetje dichter bij de waarheid te zijn. Ik geloof niet, dat dit grote verschil gerecht vaardigd wordt door die 2Vi jaar tijdsduur. En ik zeg dat temeer met nadruk, omdat vaak in de praktijk blijkt, dat, wanneer de verschillen tussen de oorspronkelijke raming en de prijs, die werkelijk uit de bus komt, zo groot zijn, dat vertragend werkt op het begin van de uitvoering. Ik wou daar even op attenderen, opdat de technische diensten daar wel de nodige zorg aan be steden. De heer Klijnstra: Een ander punt is onderdeel 6: subsidie Oranje-Nationaal. Ik heb niets tegen deze goede vereniging, dit gaat ook niet om grote bedragen, ik meen dat het f 750,is, maar mij dunkt, dat wan neer een vereniging een feestje wil vieren of een ge zellige avond of een lekker etentje wil hebben, het zal mij dierbaar zijn, maar men moet hiervoor naar mijn mening niet bij de Overheid aankloppen. Ik vind het zelfs beschamend, dat men een dergelijk verzoek doet. Dit geldt voor iedere vereniging, die zoiets wil organi seren. Ik ben van mening, dat wij hier geen gevolg aan moeten geven; in ieder geval verklaar ik mij tegen dit onderdeel van deze post. De heer Tiekstra (weth.): Ik geloof, dat ik de op merkingen van de heren Van der Veen en Heidinga in één keer kan beantwoorden. Het zal dus uit het feit, dat het ter beschikking gestelde krediet verhoogd moest worden, duidelijk zijn, dat op dit moment nog geen gunning heeft kunnen plaats vinden. Ik neem aan, dat de Raad wel akkoord zou zijn gegaan met deze zaak, maar het is vanzelfsprekend dat ook andere organen zich met deze kredietverhoging moeten ver enigen. En dat betekent dus, dat op het ogenblik over deze kwestie overleg wordt gevoerd. De heer Van der Veen heeft volkomen gelijk dat het, i.v.m. het tijdig gereedkomen, van belang is deze gunning niet te lang te laten wachten en ik kan U verzekeren dat het Col lege dezelfde overtuiging is toegedaan. Ik ben het met de heer Heidinga eens, dat deze grote verschillen tussen aannemingssom en raming altijd bij zonder onplezierig zijn. Onpleziering voor degene, die de raming oorspronkelijk gemaakt heeft en onplezierig voor het College, die met deze zaak bij de Raad moet verschijnen. Er zijn natuurlijk altijd wel verklaringen te vinden. Ik kan alleen maar zeggen, dat dit door allerlei omstandigheden, die wij ook niet volledig kun nen beoordelen als bestuurscollege, is gebeurd. Deze raming is niet door onze eigen technische dienst ge maakt, maar door de Heide Maatschappij en het ont trekt zich ook wel eens aan onze waarneming of daar. bij dan werkelijk ernstige fouten worden gemaakt. Wat de heer Klijnstra betreft, zou ik dit willen zeg gen. Dit congres wordt georganiseerd door de plaatse lijke vereniging en het is het congres van de Neder landse Federatie van Oranjeverenigingen. Deze aan het congres deelnemende plaatselijke verenigingen dragen zelf de kosten van de afvaardiging. De Federatie zelf beschikt niet over geldmiddelen om zo'n congres te organiseren en de vereniging Oranje Nationaal draagt zelf een aanmerkelijk deel van deze kosten. Ik meen zelfs, dat men iets van f 1300,of f 1400,moet bij dragen uit eigen middelen. Een deel wordt gedragen door de Provinciale Overheid en een deel door de Ge meentelijke Overheid. Op grond van de overweging, dat Leeuwarden nu eenmaal een centrumfunctie heeft, ligt het, dunkt mij, wel in de reden dat we dit zo belangrijk achten en dat er dus een eenmalig subsidie kan worden verleend. Dat is de enige gedachtengang, die hieraan ten grondslag ligt. Verder kan ik zeggen dat over deze zaak volledig overleg is geweest met de vereniging zelf. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De Voorzitter: Ik sluit hiermee deze raadsverga dering.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1964 | | pagina 9