15 mij ook een bewijs, dat de semi-profclub hier te lande inderdaad minder goed draait. Ik geloof, dat wij de ge hele zaak van het betaalde voetbal met dit voorstel wel als afgedaan kunnen beschouwen. Wanneer het bedrijfsleven nog 2 ton op tafel weet te brengen, dan zeg ik: Akkoord. Eerst hebben we stukken gekregen, waaruit blijkt, dat de zaak rendabel is. Maar plotse ling krijgen we een heel andere exploitatierekening en worden heel andere bedragen genoemd. Ik geloof het spijt me, dat ik het moet zeggen dan het ten be hoeve van een aantal figuren hier in de Gemeente een soort prestigekwestie is geworden, dat dit betaalde voetbal moet gaan draaien. Uit amateurskringen is de volgende vraag naar vo ren gekomen: Mocht deze stichting toch kunnen draaien straks, dan zal de v.v. Leeuwarden vermoedelijk gaan voetballen in de vierde klas en wel op het hoofdveld van Cambuur. Dit heeft althans ook in de pers gestaan. En wanneer dit het geval is, zullen talloze amateurs verenigingen die misschien in de eerste, misschien in de tweede klas van de K.N.V.B. op een ander terrein voetballen, denken: de v.v. Leeuwarden, die altijd schul den heeft gemaakt, krijgt bepaalde voorrang; die mag het mooie veld gebruiken en wij kunnen op de oude terreinen voetballen. Ik geloof, dat we, als dit door gaat, aan deze zaak bijzondere aandacht zullen moe ten besteden terwille van de amateursport. De heer Heetla: Over wat de heren De Jong en Weide hebben gezegd, kan ik kort zijn. Ik ben het daar volkomen mee eens. Maar ik wil nog op een paai' an dere dingen de nadruk leggen. Ik heb aan het begin van de avond ook al gezegd, dat het kapitaal dat ge vormd is, gedeeltelijk afkomstig is van Je Maintiendrai (f 20.000,en van de Stichting Bevordering Sport- belangen (f45.000,Daardoor is de kas van deze stichting dus praktisch leeg en nu wordt voorgesteld die weer aan te vullen, om de amateursport ook in het leven te houden. Ik ben het met de heer Weide eens, dat, nu betaald voetbal zeer sterk achteruit gaat, voor de amateurs meer gedaan zal moeten worden, vooral in de toekomst. Ik vind het bedrag, dat de Stichting Betaald Voetbal van derden heeft geleend, te weten f 110.000,vrij laag. Wij hadden gerekend op een lening van f 200.000,en ik ben het met de heer De Jong eens: wij verliezen ons gezicht, als wij hier op deze wijze mee verder gaan. Over de exploitatiebegroting, die hier te elfder ure op tafel is gekomen en waarin onder punt j staat: „Kapitaalslasten. Lening f 250.000,a 5 pet. per jaar is f 12.500,—", is hier ook al meer gezegd. Dat is me ook helemaal niet duidelijk. Men wil toch niet eerder aflossen, geloof ik, dan in 1969. Ik vraag mij of: Waar om wordt die post dan opgenomen op de exploitatie begroting In de post Donaties: f 39.000,zal zeker ook de donatie van de gemeente Leeuwarden zijn begrepen. Wij zijn, geloof ik, donateur. Ik weet niet precies, hoe die zaak in elkaar zit. De laatste exploitatiebegroting, die zo laat bij ons binnenkomt, geeft een heel ander beeld dan de vorige. In de stukken van de vorige keer staat: ,,In overleg met de Actie Betaald Voetbal zal getracht worden ook een oplossing te vinden voor de liquidatie van de overige lopende schulden van de v.v. Leeuwarden". Dat werd geschreven door de indertijd nog op te richting Stich ting Sportclub Cambuur. Ik bemerk van de over name van de schulden op de exploitatiebegroting helemaal niets. Ik vraag me ook af: Hoe gaat het nu met die schulden Nu kan men wel zeg gen: Die worden straks wel verrekend bij de aankoop van de spelers, maar dat moeten we allemaal maar afwachten. Er staat wel op Voor overname van de spelers zal f 120.000,betaald wor den, maar is er nu werkelijk een overeenkomst met de v.v. Leeuwarden omtrent overname van de schul den? Ik vind al met al deze zaak zeer verwanend en vervelend. B. en W. kunnen wel zeggen: „U begrijpt er niets van, maar U zult dat straks wel horen", ik geloof echter niet, dat een verstandig mens hier veel van kan zeggen. De heer Engels: Wij hebben een aantal weken ge leden ons fiat gegeven aan een lening van f 200.000, omdat dat bedrag op dat moment noodzakelijk leek om een zeer goed elftal te kunnen opzetten. En ons uitgangspunt was: wij geven 50% van datgene wat nodig is. Dat bleek f 200.000,te zijn. Als ons gezegd was: We hebben f 110.000,- nodig om een behoorlijk elftal op te zetten, zijnde de helft van f 220.000,dan hadden we dat bedrag van f 110.000,ook aangeno men. Dat bedrag van f 200.000,zit dus duidelijk vast aan die 50%. Als voorwaarde was gesteld, dat de andere 50% moeten komen uit het bedrijfsleven. Men is met de actie bij de bedrijven begonnen en ik krijg uit de stuk ken de indruk, dat daarbij de reactie is geweest: „Ge bruik dan asjeblieft ook het geld, dat de bedrijven aan de Stichting Sportbelangen hebben geleend voor trans fer-acties. Wij hebben dat bedrag renteloos geleend met de bedoeling, dat het besteed zou worden aan zaken voor betaald voetbal en dat de rente besteed zou kun nen worden aan betaald voetbal". Men heeft bij de bedrijfsactie maar f65.000,— bij elkaar gekregen. Nu kan de Gemeente dus zeggen: Dat is te weinig, en dan kan men reageren: Nu stoppen we. Ik moet U zeggen, dat ik persoonlijk lang met deze zaak heb gezeten en ik ben, juist door de betogen van mijn voorgangers, een beetje gestaafd in de mentaliteit van: Nu moeten we juist niet stoppen. Wat is er gebeurd Toen men die f 110.000,bij- elkaar had, zijn een aantal mensen de zaak gaan be kijken. Nu is het zo: De gemeente Leeuwarden heeft een naam te verliezen die kan van wanbeleid be schuldigd worden en de Raad ook, maar ook deze bestuursleden zijn mensen, die een naam te verliezen hebben. Het zijn mensen, die iets van een bedrijf af weten, althans een groot deel van hen. Zij zijn zich gaan afvragen: Kunnen wij met tweemaal die f 110.000,die wij nu hebben, in de situatie gebracht, dat we moeten handelen voor de transfer, dat we moe ten opschieten, want juli is de transfermaand een elftal opzetten, dat minstens zo goed is als het elftal dat we gehad hebben, of kunnen we dat niet? Dat bestuur komt nu bij ons en zegt: Gegeven de transfer situatie van de bedragen op dit ogenblik, menen wij, dat op dit moment van dit jaar niet een bedrag van f 400.000,nodig is, maar van f 220.000,En als U ons dus die f 110.000,geeft, redden wij het dit jaar. Het betekent niet, dat we afzien van die f 400.000, dus van die andere f 90.000,van U die zullen we zeker in de toekomst voor een goede bedrijfsvoering nodig hebben maar wij vinden, dat wij het op dit moment hiermee kunnen redden. En wij vragen U dus: Geef ons dat eerste bedrag, zijnde 50% van wat wij vinden, dat op dit moment nodig is. Nu kan men dus zeggen: „Ik zie het niet", en „Daar zitten risico's in", maar die zaten ook in dat bedrag van f 200.000, Degenen die toen voor gestemd hebben, hebben dat ook niet gedaan met het idee, dat er absolute zekerheid was. De risico's zijn nu in feite verlaagd tot f 110.000, We kunnen ook zeggen: Er is een twijfel, maar we hebben hier te maken met een aantal mensen, van wie we toch mogen aannemen, dat ze van zakelijke be drijfsvoering verstand hebben. Wijzelf kunnen niet èlles overzien. In twijfelgeval kunnen wij de ander „the benefit of the doubt" geven; stellend: Wie A gezegd heeft, moet ook B zeggen, wanneer hij de reële indruk heeft, dat hier gewerkt wordt met een begroting en met een bestuur, waarvan te verwachten is, dat het op dit moment een behoorlijk elftal kan verwezenlijken. Als de Wethouder, die veel meer tijd heeft gehad dan wij om deze begroting te bekijken en ook de achter gronden daarvan te zien, en die ook een naam te ver liezen heeft, kan bevestigen, dat hij, na deze zaak zeer serieus te hebben bekeken tot de conclusie is gekomen, dat in dit bedrag een reële start zit, dan ben ik ge neigd en niet een onbelangrijk deel van onze niet al te grote fractie is dan bereid om de Wethouder in zijn voorstel te steunen. De hear Santema: Oanslutende by itjinge myn fraksjegenoat sein hat, soe ik dochs ek noch wol in pear opmerkingen meitsje wolle, dy't miskien ek wol fan bilang binne by it bisjen fan de nije situaesje. Oer it algemien is myn persoanlik stanpunt, dat ik dit in aeklike saek fyn, bikend. En ik waerd der ek noch ris yn forsterke, doe't ik tafallich fan'e wike de Snitser krante yn hannen krige, hwer't in artikel yn stiet yn in rige fan saneamde sportbrieven. Der boppe stiet: „Fors ingrijpen gewenst in betaald voetbal". Hiel wier- skynlik is dit artikel fan de han fan de hear Herman Kuiphof, in journalist, dy't op dit stik fan saken yn mear kranten yn Nederlan skriuwt. Ik lês dêryn, dat forskeidene fuotbaliers op it eagenblik leech oan'e merk binne, en dat is in oar lüd. Ik lês byg. dit kopke yn dit artikel: „Krankzinnige bedragen", dy't bistege wurde foar it oankeapjen fan spilers. Hjir wurdt in man neamd: „Een goed voorbeeld hiervan is de Feye. noorder Henk Groot, vorig jaar voor f 250.000,over genomen van Ajax. Nu moge Henk een behoorlijke voetballer zijn die de meeste eredivisieclubs graag in hun gelederen willen opstellen, het bedrag van een kwart miljoen gulden is absurd. Dat is Henk lang niet waard". De skriuwer wol oan op in limyt fan f75.000,- as fêst bidrach. „Een dergelijke transfer stop zou de K.N.V.B. best kunnen instellen; dan zou Groot al rijkelijk hoog genoeg genoteerd staan op de transfermarkt. Dezer dagen heeft Ajax de aandacht op zich gevestigd door Klaas Nuninga van G.V.A.V. voor ca. f 200.000,te kopen". Ofsjoen fan dy kwali- fikaesjes en de terminology hweryn hjir oer minsken praten wurdt, hwat jin tsjinstiet, soe ik der op wize wolle, dat der yn dit stik biweard wurdt, dat op it eagenblik in sekere dépressy hearsket yn de oankeap fan spilers. As Ljouwert hwat wol, dan moat it natuerlik bisykje earste klas fuotbaliers oan to Iüken. En oars is it it jild, dat deryn stutsen wurdt, net wur. dich. Dat aspekt fan dizze saek moat ek nei foaren brocht wurde. Pas hwannear't wy fan dizze saek de yndruk krije, dat dy alle mooglike fortrouwen wekket, soene wy sizze kinne: Nou moat de oerheit ek fan- wegen komme. Yn elk gefal soene wy üs hielendal de motivearring, dy't ek yn dit brief stiet en dy't in earn. stige warsköging ynhaldt, eigen meitsje moatte. Sün- der mis kinne wy dy ek in punt fan oerweging wêze litte foar it bislüt, dat wy aensen nimme moatte. De heer Keuning: Een van de moeilijkheden in deze zaak is, dat de gebeurtenissen vrij snel op elkaar volgen. Inderdaad was enige tijd geleden, toen voor het eerst de kwestie van de grote lening aan de orde kwam, het uitgangspunt, dat hier in ieder geval een zeer belangrijk bedrag nodig zou zijn om het betaalde voetbal een redelijke basis te geven en op een redelijke wijze te kunnen voortzetten. Op zichzelf moet nog ge constateerd worden, dat zich op dit ogenblik een fi nancieel iets lichtere situatie voordoet speciaal wat de zaak, waar het hier nu om gaat, betreft, n.l. de financiering van de transfer van spelers dan op het moment dat in deze zaak in principe door de toen nog op te richten Stichting Sportclub Cambuur werd voor zien. Op die basis heeft het Gemeentebestuur toen be sloten mee te doen en is dus in principe besloten tot een investering van een geldlening van 2 ton op be paalde voorwaarden, waarbij die 2 ton als een maxi mum werd gesteld. In zoverre ben ik het wel met de heer Engels eens, dat het een ietwat merkwaardige zaak is, als men nu zoveel bezwaar maakt tegen de volgende redenering van het bestuur der stichting „We hebben de zich ontwikkelende marktsituatie eens nader afgetast en wij zien kans om met een kleinere opzet toch op behoorlijke wijze het betaalde voetbal voort te zetten." Uitgaande van het gemeentelijk stand punt, zou men kunnen zeggen, dat het risico voor de Gemeente alleen maar kleiner wordt. Aan de andere kant geef ik toe, dat de beslissing i.z. dit voorstel ook in onze fractie niet een eenvoudige zaak is. Wij heb ben ook moeten constateren, dat tot op dit ogenblik de reacties uit het bedrijfsleven nog niet tot het niveau zijn gekomen, dat men had gehoopt te bereiken. Aan de andere kant heb ik mij ook destijds wel gerealiseerd, dat het buitengewoon moeilijk moest zijn voor een groep mensen, die toen nog de stichting in oprichting vormden en die met een zekere spontaniteit in de vorm van een actiecomité te werk gingen, de nieuwe voor waarden van samenwerking te scheppen, contacten te leggen met het bedrijfsleven, via eventuele verenigin gen van het bedrijfsleven, en op wel zeer korte termijn tot een aanzienlijke deelname te komen. Naar ik heb begrepen, is een bijzonder belangrijk punt, n.l. de deel name in de exploitatielasten, wèl voor een zeer aan zienlijk deel geslaagd, een punt dus, waar men zich in eerste instantie in zeer sterke mate op had geworpen. Daarna is uit een mededeling van het bestuur van de Stichting Sportclub Cambuur gebleken, dat men met het „bewerken" van het bedrijfsleven nog onvermin derd voortgaat en dat men hoopt daar nog inderdaad belangrijke hoeveelheden geld uit te krijgen. Dat de Gemeente in deze affaire een groot risico zal lopen, hebben we ons, geloof ik, allemaal van het begin af aan gerealiseerd. We hebben niet allen uiteraard dit geaccepteerd uit verschillende overwegingen, waar bij ook het handhaven van het betaalde voetbal in Leeuwarden een rol speelde en ook: het op niveau kunnen gebruiken van ons stadion, het Cambuursport- park. Tevens, dat men dit gedeelte van de passieve recreatie van Leeuwarden niet zo graag zou willen missen. Bij dit alles komt er nu een nieuwe opzet aan het licht, waarbij een groep mensen uit het bedrijfs leven en nu kom ik eigenlijk weer bij wat de heer Engels gezegd heeft op een toch wel voor zichtig zakelijke basis te werk wil gaan, waarbij men zich niet in verwachtingen wil verdiepen, die men zelf niet op zeer korte termijn denkt te kunnen honoreren. Daarbij gaat men dus uit van wat bereikt is en op die basis vraagt men ons nu in één opzicht alsnog een besluit te nemen, n.l., dat het geld uit het bedrijfs leven, dat klaarblijkelijk nog is uitgeleend aan de Stichting Bevordering Sportbelangen, in de nieuwe Stichting Sportclub Cambuur zal kunnen worden ge bruikt. Oorspronkelijk was de lening, die wij gega randeerd hadden, meen ik, f 71.500,groot. Die is nu intussen al gedaald tot f 59.000,(De eigen middelen van de Stichting Bevordering Sportbelangen worden getaxeerd op f 12.000,Bij een voortgang van de rentebetaling zullen deze middelen dus verder toene men, waarbij het totale risico van de garantie door de Gemeente geleidelijk afneemt. Om er aan mede te werken, dat de middelen, oorspronkelijk afkomstig uit het bedrijfsleven, naar de nieuwe stichting overgaan, zullen wij deze laatste ons vertrouwen moeten schen ken. Het moeilijke punt ligt uiteraard in het feit, dat de Gemeente garantie verleende voor de lening, welke de Stichting Bevordering Sportbelangen bij het be drijfsleven sloot, waarmede zij dus een bepaald risico loopt. Nu de zaken er zo voor staan, ben ik persoonlijk geneigd deze nieuwe groep, die, uiteraard, zou ik haast zeggen, hier en daar wel met strubbelingen te maken moest krijgen, aangezien men met een volkomen nieu we opzet natuurlijk hier en daar tegen oude, gevestigde posities moest aanschoppen, waarbij bepaalde moeilijk heden op persoonlijk niveau zouden moeten ontstaan, maar die m.i. toch wel een bepaald voorzichtig beleid voert, dat vertrouwen te geven. Uit de Raad is op ver schillende punten nadere toelichting verzocht. Ik ge loof, dat die ook nog wel gegeven zal worden in het antwoord van Wethouder Tiekstra. Wij zullen uiteraard met belangstelling dit antwoord afwachten, maar voor lopig is bij een aantal leden van mijn fractie de re actie, ik zou haast zeggen: licht positief. De heer Klijnstra: Eerder heb ik gezegd, dat ik van mening was, dat het voorstel van destijds om 2 ton ter beschikking te stellen op zo korte termijn, terwijl de transferactie eigenlijk al aanstaande was, in we zen deze Raad onwaardig moest zijn. Maar het be sluit is toen genomen en inmiddels heeft men van de zijde van de Stichting pogingen aangewend om deze leningen voltekend te krijgen. Mensen uit het bedrijfs leven ik mag hier geen namen noemen, directeu ren van vrij grote bedrijven, het is geen groot aan tal hebben mij verzekerd, dat zij wel wat zouden willen lenen, maar zij veronderstellen, dat zij deze be dragen dan ook meteen wel kunnen afschrijven. Dit is een put zonder bodem, heeft een directeur van een zeer vooraanstaand bedrijf, die ook wel wat verstand van voetbal heeft (meer dan ik), gezegd. Daarom vin den wij dat, aldus deze directeur, onverantwoord. Deze bedragen zijn nu mijn fractie onderschrijft inmid dels volledig wat de heer De Jong hieromtrent gezegd heeft door veel gemarchandeer en „hantsjebakken" verlaagd. Nu kan dat ineens dus wel. Ik heb zojuist van de heer Santema gehoord, dat Klaas Nuninga 2 ton

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1964 | | pagina 8