14
RAADSVERGADERING
Ik heb er geen enkel bezwaar tegen, als de Raad over
het voorstel van B. en W. eerst wil stemmen; alleen het
reglement van orde luidt anders. (Stemmen: Daar
houden wij ons aan.)
De Raad verlangt stemming over het voorstel-Van
der Veen c.s. Het wordt verworpen met 28 tegen 6
stemmen. Vóór stemmen de heren Mr. Van der Veen,
G. de Vries, Santema, Visser, Kingma en Ir. Van Balen
Walter. (De heer Heetla is inmiddels vertrokken.)
De heer Santema verlangt stemming over het voor
stel van B. en W.
Het wordt aangenomen met 29 tegen 5 stemmen.
Tegen stemmen de heren Mr. Van der Veen, Sante
ma, Visser, Kingma en Spiekhout.
Punten 16, 17 en 18 (bijlagen nos. 269, 268 en 272).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen
van B. en W.
Punt 19 (bijlage no. 83).
De heer Keuning: In deze nota wordt een groot
aantal vragen opgeworpen (maar niet beantwoord) en
mogelijkheden genoemd. Dat betekent, dat de behan
deling nogal wat tijd zal vergen en het is al laat. Is
het niet beter deze zaak in haar geheel op een ander
tijdstip te behandelen Ik wil wel zeggen wat ik erover
heb te zeggen, maar dat zal uiteraard ook wel enige
tijd vergen. Ik zou daarom eerst de vraag van orde
willen stellen, of de behandeling nu moet plaats hebben
of op een ander tijdstip.
De Voorzitter: Ik geloof, dat die vraag, gegeven het
uur, niet ten onrechte is opgeworpen. Ik heb alleen dit
punt nu aan de orde gesteld, omdat het bij herhaling al
is aangebracht bij de Raad en deze op zeker ogenblik
toch een uitspraak moet doen, tenzij de Raad aldus zou
redeneren: De zittingsperiode is al een heel eind ver
streken en als de zaak niet urgent is, dan zou ze wel
aangehouden kunnen worden tot de Raad in de nieuwe
samenstelling optreedt. Dat zou dan de meest prak.
tische oplossing van het geval zijn, doch het is maar
een idee van mij.
Misschien wil de Raad zich eerst uitspreken over de
gedachte om het nu te behandelen dan wel op een later
tijdstip.
De heer Van der Veen: Ik geloof, dat U op de late
avond een voortreffelijk idee hebt. Ik kan mij daar bij
neerleggen.
De Voorzitter: Dat heb ik altijd, mijnheer Van der
Veen.
De hear Boomgaardt; Ik wol my by de gedachte
gong fan de hear Keuning om de nota mar net dizze
joun to bihanneljen, oanslute.
De Voorzitter: Dan krijgen we wel de vraag, wan
neer het weer aan de orde moet worden gesteld. Ik
voor mij blijf bij de gedachte die ik U zopas noemde.
Deze Raad leeft in zijn bestaande samenstelling nog
een jaar. En als U het toch niet urgent vindt, dele
geert U het dan maar aan de Raad in de volgende sa
menstelling.
De heer Keuning: Het lijkt mij best mogelijk, dat
het in de loop van het najaar, wanneer er enkele zware
dingen achter de rug zijn, nog wel aan de orde gesteld
kan worden.
De Voorzitter: Laten we de tussenoplossing kiezen,
dat wij op een bepaald ogenblik hierover overleg plegen
met de heren fractievoorzitters, om deze zaak verder
tot een oplossing te brengen.
De Raad gaat hiermee akkoord.
De Voorzitter: Dan wordt het punt nu van de agenda
afgevoerd.
I'unt 20 (bijlage no. 273).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punt 21.
De heer Bootsma: Namens mijn fractie zou ik de
heer J. ten Brug voor deze functie kandidaat willen
stellen.
Benoemd wordt de heer Ten Brug met 33 stemmen.
(De heer Spiekhout 1 stem).
De Voorzitter: Aanvaardt de heer Ten Brug deze
benoeming
De heer Ten Brug: Ja, mijnheer de Voorzitter.
Be Voorzitter: Dan wens ik U geluk met Uw be
noeming.
De Voorzitter: Ik zou een ogenblik willen stilstaan
bij het nu geëindigde wethouderschap van de heer
Vellenga.
Mijnheer Vellenga, U is nu 12 jaar en 1 week Wet
houder van Leeuwarden geweest. Dat wil zeggen, dat
U een heel groot gedeelte van de tijd na de oorlog
waarin Leeuwarden een bijzondere ontwikkeling heeft
doorgemaakt, een ontwikkeling, die nog altijd gaande
is en misschien straks, in historisch licht gezien,
pas begonnen is, dus ook als lid van het College van
B. en W. mee Uw aandeel heeft geleverd in de po
gingen van het College om de grote en kleine vraag
stukken die deze ontwikkeling heeft meegebracht, tot
een oplossing te brengen, hetzij door zelf te beslissen,
voorzover het College daartoe bevoegd was, hetzij in
het vormen van voorstellen aan de Raad. En daarnaast
heeft U ook in eigen portefeuille een ontwikkeling mee
gemaakt, een ontwikkeling, die U zelf ook bevorderd
heeft, n.l. die van de dienst van Sociale Zaken als voor-
bereidings- en uitvoeringsorgaan, van Maatschappelijk
Hulpbetoon tot de gemeentelijke Sociale Dienst, die wij
nu kennen. Kortgezegd, de gang van zaken van Armen
wet naar Algemene Bijstandswet, voorzover zich dat
in het gemeentelijk vlak heeft gedemonstreerd.
Ik meen, dat een woord van dank past voor het
aandeel dat U heeft geleverd in het gezamenlijke werk
van het College en ook voor het werk, dat U in eigen
portefeuille heeft gedaan. U heeft de periode van Uw
wethouderschap afgesloten. U heeft dat zelf gedaan,
dus hier past geen grafrede op deze afgesloten taak,
maar de woorden, die ik nu heb uitgesproken, hebt U
toch wel willen accepteren. Ik wil U graag toewensen,
dat U in Uw nieuwe taak veel voldoening zult vinden,
dat die ook van veel nut zal zijn in het grotere ge
heel, dat U nu gaat dienen en ik hoop tegelijkertijd, dat
U bij dat werk groot nut zult hebben van de ervaring
die als gemeentebestuurder heeft opgedaan, en dat
U prettige herinneringen aan deze nu afgesloten pe
riode zult behouden. Wij wensen U alle goeds toe in
Uw verdere levensloop.
De heer Vellenga: Ik ben zeer erkentelijk voor Uw
woorden, mijnheer de Voorzitter. Ik hoop lid van deze
Raad te blijven. Dat is overigens bekend. Terugziende
op een inderdaad prettige periode, ook wat de samen
werking in de Raad en in het College betreft, hoop
ik ook in de komende tijd erg prettig en constructief
in deze raadzaal te blijven werken in het belang van
de gemeente Leeuwarden.
Punt 2.
De verdeling geschiedt als volgt:
eerste sectie: J. Tiekstra (weth.), voorzitter; R. Boom
gaardt, O. Heidinga, J. Bootsma, Ir. B. C. van Balen
Walter, W. Miedema, K. Weide, G. D. Kamstra, G. de
Vries, P. Faber, B. B. Hartstra en O. Santema; toege
voegd H. Pols (weth.);
tweede sectie: J. ten Brug (weth.), voorzitter; K. J.
de Jong, J. Spiekhout, J. de Jong, J. Volbeda; C. de
Vries, J. Heetla, Mevr. J. Hiemstra.Molenaar, P. Ytsma,
Mr. B. P. van der Veen, J. Klijnstra en Mevr. L. Ringe.
naldus.van der Wal;
derde sectie Mr. J. van der Schaaf (weth.), voorzit
ter; H. Jellema, Mevr. J. C. M. Heijmeijer-Croon;
G. D. Taylor Parkins, J. T. Vellenga, L. Visser,
P. J. Engels, Mr. J. J. Keuning, J. Venema, Mevr. G.
Boersma-Hemminga, H. Balt en B. Kingma.
De Voorzitter sluit, om 23.35 uur, de vergadering.
Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 29 september 1965
van woensdag 29 september 1965.
Aanwezig: 35 leden.
Afwezig: de heren Heidinga en Jellema.
Voorzitter: de heer Mr. A. A. M. van der Meulen,
Burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Mededelingen.
2. Verlenen van ontslag aan mej. Y. E. Heidinga,
alhier, als onderwijzeres aan de Emmanuel Murand-
school (g.l.o.) (bijlage no. 285).
3. Verlenen van ontslag aan G. de Haan, alhier, als
vakonderwijzer in de lichamelijke oefening bij het voort
gezet gewoon lager onderwijs (bijlage no. 304).
4. Verlenen van ontslag aan J. T. Vellenga, alhier,
als voorzitter van de Stichting Volkscrediet, als lid van
het bestuur van de Stichting Bejaardencentrum Greuns-
hiem en als gemeentelijk gedelegeerde in het bestuur
van de Stichting Vredeman de Vries (bijlage no. 310).
5. Benoeming van:
a. een leraar aan de Middelbare Handelsavondschool
(bijlage no 284)
b. een hoofd van de Boerhaaveschool (g.l.o.) (bijlage
no. 286)
c. een directeur van de dienst voor Sport en Recreatie
(bijlage no. 312)
d. een ambtenaar van de burgerlijke stand (bijlage no.
287);
e. een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter, vier
leden en vier plaatsvervangende leden der commis
sie, bedoeld in artikel 8 van de Woonruimtewet 1947
(bijlage no. 299)
f. een voorzitter van het bestuur van de Stichting
Volkscrediet (bijlage no. 310)
g. een lid van het bestuur van de Stichting Bejaarden
centrum Greunshiem (bijlage no. 310)
h. een gemeentelijk gedelegeerde krachtens artikel 57
der Nijverheidsonderwijswet in het bestuur van de
Stichting Vredeman de Vries (bijlage no. 310).
6. Aankoop van de panden Blekerstraat 82b, Doele-
straat 11 en Spanjaardsstraat 73, 75, 77 en 79, resp. van
R. Wijbenga en echtgenote, beiden alhier, J. Sloot en
echtgenote, beiden alhier, en mevr. J. Nobel-Wesbonk
te Hilversum en cons, (bijlage no. 298).
7. Aankoop van twee percelen weiland, gelegen ten
westen van de Murk, van G. Deinema en echtgenote,
beiden alhier (bijlage no. 290).
8. Aankoop van percelen grond te Wirdum van de
Hervormde Gemeente aldaar en van de Pastorie der
Hervormde Gemeente aldaar (bijlage no. 282).
9. Aankoop van grondstroken van de Staat der Ne
derlanden (Financiën en Domeinen) t.b.v. de aanleg
van een rijwielpad naar het recreatiegebied „De Kleine
Wielen"(bijlage no. 292).
10. Aankoop van een aantal grondstroken langs de
Legedyk te Wirdum (bijlage no. 288).
11. Aankoop van het erfpachtsrecht op de grond
van de panden Eysingastraat 31, 33, 35, 37, 39 en 41
van H. Schoppen en echtgenote, beiden alhier (bijlage
no. 296).
12. Overname in eigendom van de grond van de
stoepen, gelegen voor de panden Blokhuisplein 16, 18,
20 en 24 en Zwitserswaltje 28, resp. van T. J. Dames,
alhier, mevr. H. Wagenaar-Bakker, alhier, en cons.,
F. K. Lewis, alhier, en de N.V. Miedema's Ijzerhandel,
alhier (bijlage no. 283).
13. Verkoop van een perceel bouwterrein, gelegen
aan de noordzijde van de Curagaostraat, aan de Stich
ting Centrale Bibliotheekdienst voor Friesland, alhier
(bijlage no. 291).
13a. (nagekomen) Verkoop van een perceel industrie
terrein, gelegen ten westen van de Zwettestraat, aan
de Stichting Leeuwarder Industriegebouwen, alhier (bij
lage no. 314).
14. Onteigening van het pand Schrans no. 6 (bij
lage no. 306).
15. Aangaan van een overeenkomst met de ven
nootschap onder firma „Erven de Boer's Borstelfa-
briek" te Leeuwarden tot wijziging van de bestaande
huurovereenkomst ten aanzien van de aan haar ver
huurde kiosk in de Frieslandhal (bijlage no. 302).
16. Aangaan van een overeenkomst van grondruil
met de provincie Friesland (bijlage no. 279).
17. Verlenging van de overeenkomst met de N.V.
Aannemings Maatschappij „De Toekomst-Wilnis" te
Wilnis inzake de afvoer van afvalstoffen (bijlage no.
294).
18. Verplaatsing van het bodecentrum (bijlage no.
300).
19. Asfalteren van het gedeelte van de Tesselscha-
destraat tussen de Heliconweg en de Vondelstraat (bij
lage no. 293).
20. Aanleg van straten in het uitbreidingsplan
„Wytgaard" (bijlage no. 303).
21. Aanleg van centrale verwarming in twee com
plexen woningwetwoningen in het uitbreidingsplan
,,'t Ielan" (bijlage no. 307).
22. Vaststelling van het uitbreidingsplan in onder
delen „Lekkumerend" (bijlage no. 308).
23. Verlenen van medewerking ingevolge artikel 72
der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur van de
Instelling van Liefdadigheid „St. Lucia" te Bennebroek
(bijlage no. 301).
24. Nodigverklaring van de oprichting en instand
houding van een middelbare school voor de detailhan
del te Leeuwarden (bijlage no. 309).
25. Wijziging van de Delegatie-verordening onder
wijs (bijlage no. 280).
26. Investeringen politie (bijlage no. 295).
27. Aangaan van een 6% rentende geldlening, groot
f 3.000.000,met het Algemeen Mijnwerkersfonds van
de Steenkolenmijnen in Limburg (bijlage no. 297).
27a. (nagekomen) Verstrekken van een geldlening,
groot f 830.850,aan de Stichting Leeuwarder In
dustriegebouwen, alhier (bijlage no. 313).
28. Wijziging van de gemeentebegrotingen voor de
dienstjaren 1964 en 1965 en van de begrotingen van het
Grondbedrijf en het Woningbedrijf voor het dienstjaar
1965 (bijlage no. 311).
29. Herziening van de grondwaarde van in erfpacht
uitgegeven percelen (bijlage no. 289).
30. Vaststelling van de „Algemene Erfpachtsbepa
lingen Leeuwarden 1965" (bijlage no. 281).
Punt 1.
Sub A en B.
De berichten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub C.
De rapporten worden voor kennisgeving aangeno
men.
Sub D en E.
Besloten wordt de stukken te behandelen bij het voor
stel omtrent dit onderwerp.