1
Ik geloof, dat het erg wenselijk zou zijn, dat het lagere
bestuursorgaan in de komende jaren een veel grotere
vrijheid van handelen krijgt, dan het de laatste tien
tallen jaren heeft gehad. Ik meen, dat dit niet anders
dan aan de burgerij niet alleen de eigen burgerij,
maar ook de burgerij van elke gemeente ten goede
zal komen. Dit is weer een uitweiding waar ik verder
een streep achter zet, maar dit verklaart wel en
daarom zeg ik het even dat mijn afkomst uit het
vrije beroep, mijn inzicht in de wijze waarop het an
ders kan, mij gedurende mijn gehele ambtsperiode bij
gebleven is. Ik heb me inderdaad vaak aan deze din
gen geërgerd. Ik heb me ook vaak geërgerd aan een
zuiver ambtelijke benadering van dingen: „Och, mor
gen is er weer een dag" en „De wereld blijft wel draai
en". Dit was naar mijn mening niet het juiste dienen
van de burgerij. Het Gemeentebestuur en zijn staf heb
ben alleen maar recht van bestaan, wanneer zij de
burgerij dienen en dit zo goed mogelijk doen. Het is
geen doel in zichzelf. Het gaat er alleen om, dat wij
de gemeenschap dienen. Ik hoop, dat dit van mijn kant
niet al te veel kritiek is geweest. Ik was gebleven bij
de woorden van de secretaris. Ik ben heel erkentelijk
voor dit cadeau. Ik heb zopas al gezegd, dat het mij
een vreugde is geweest ook met tal van ambtelijke
medewerkers te mogen samenwerken, met hun ijver en
met hun toewijding en met hun bekwaamheid. Dat zij
deze samenwerking van hun kant gewaardeerd hebben
op de wijze, die in dit cadeau tot uitdrukking is ge
bracht, stemt mij tot bijzonder grote voldoening, ster
ker: tot bijzonder grote dankbaarheid. Dat het mij ge
geven was, om deze 20 jaar in deze gemeenschap mijn
werk te mogen doen, is een reden om zeer, zeer dank
baar te zijn.
De Voorzitter sluit de buitengewone raadsvergade
ring.
Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 16 maart 1966
RAADSVERGADERING
van woensdag 16 maart 1966
Aanwezig: 37 leden.
Voorzitter: de heer J. Tiekstra, loco-burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Mededelingen.
2. Benoeming van een commissie ad hoe teneinde
te adviseren omtrent de invoering van een nieuwe
Bouwverordening (bijlage no. 71).
3. Aankoop van de percelen Fabriekssteeg 38, Ver
lengde Schrans 13, Werkmanslust 79 en 99, IJsbaan-
straat 15, 17, 19, 23, 25, 27 en 29, Groningerstraatweg
9, Blekerstraat 130, IJsbaandwarsstraat 11 en een kwo-
teel aandeel in het perceel waarop is gebouwd het pand
Blekerstraat 34, resp. van I. Heringa en echtgenote,
beiden alhier, C. Steinfort en echtgenote, beiden alhier,
mevr. G. Faber-Stoelwinder en mevr. T. Meulenkamp-
Faber, beiden alhier, A. Hoekstra, alhier, G. Bams, al
hier, C. H. Heiner, alhier, en J. Heiner te Sneek, W. A.
van Zetten en echtgenote, beiden te Hilversum, J. Mo-
zes en echtgenote, beiden alhier en W. A. Joustra en
echtgenote, beiden alhier (bijlage no. 78).
4. Aankoop van de percelen Groeneweg 325, 327 en
335 resp. van mevr. K. J. Fokkema-Van der Veen en
J. H. van der Veen en A. Slof en echtgenote, allen al
hier (bijlage no. 85).
5. Aankoop van het perceel Aylvastraat 37 en aan
koop van het erfpachtsrecht op de percelen 2e Park
straat 24 en 10 en Borniastraat 27 resp. van J. de Haan
en echtgenote, P. Zijlstra en echtgenote, W. van der
Veer en echtgenote en M. Bijlsma en echtgenote, allen
alhier (bijlage no. 82).
6. Aankoop van een boerderij met bijbehorende lan
derijen, gelegen ten westen van de Greuns, van J. L.
Durksz, alhier (bijlage no. 75).
7. Aankoop van een gedeelte achtererf en een ge
deelte sloot, beide gelegen ten noorden van de Tijnje-
dijk, van S. Ruiter en echtgenote, beiden alhier (bijlage
no. 86).
8. Aankoop van twee percelen hooiland, gelegen aan
de westzijde van de Murk, en van een perceel weiland,
gelegen nabij de Groote Wielen, van de Kerkvoogdij
van de Hervormde Gemeente te Rijperkerk (bijlage
no. 76).
9. Aankoop van de Bilgaarderdijk van het water
schap „Het Leeuwarder Oud- en Nieuwland" (bijlage
no. 83).
10. Verkoop van een perceel bungalowterrein, gelegen
ten noorden van en aan het Van Harinxmakanaal, aan
D. F. A. Eecen te Nigtevecht (bijlage no. 81).
11. Uitgifte in erfpacht van een perceel industrie
terrein, gelegen in het industriegebied „De Zwette",
aan de vennootschap onder firma Zand-, Transport- en
Overslagbedrijf „B. en F." te Harlingen (bijlage no. 80).
12. Beroep van S. Zittema, alhier, tegen de weige
ring van een door hem gevraagde bouwvergunning
voor de verniewing van de woning Wergeasterdyk 41,
onder Goutum (bijlage no. 79).
13. Bouw van een vaste brug over de Bonkesloot
en aanleggen van de aan deze brug aansluitende weg
gedeelten (bijlage no. 84).
14. Verlenen van medewerking ingevolge artikel 50
der Kleuteronderwijswet aan het bestuur der Vereni
ging voor Christelijk Kleuteronderwijs te Huizum, al
hier (bijlage no. 74).
15. Verlenen van medewerking ingevolge artikel 72
der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur der Ver-
eeniging voor Christelijk Schoolonderwijs, alhier, ten be
hoeve van de Rehobothschool (g.l.o.) (bijlage no. 72).
16. Verlenen van medewerking ingevolge artikel 72
der Lager-onderwijswet 1920 aan het bestuur der Ver-
eeniging voor Christelijk Schoolonderwijs, alhier, ten be
hoeve van de Marnixschool (v.g.l.o.) (bijlage no. 77).
17. Opheffing van de Stichting „Zwembad Groote
Wielen", alhier (bijlage no. 92).
18. Wijziging van de „Salarisregeling secretarissen
Friesland 1954" en „Bezoldigingsregeling ontvangers
Friesland 1965" (bijlage no. 73).
19. Wijziging van de Bezoldigingsverordening 1960
(bijlage no. 87).
20. Vaststelling van een nieuwe verordening inzake
tegemoetkoming in studiekosten (bijlage no. 88).
21. Verlenen van financiële medewerking aan de
Stichting Buurtwerk „De Oosthoek" (bijlage no. 89).
22. Verlenen van financiële medewerking aan de
Stichting Wijkcentrum „Het Westen" (bijlage no. 90).
23. Wijziging van de gemeentebegroting en van de
begrotingen van de Geneeskundige- en Gezondheids
dienst, het Grondbedrijf en de Dienst voor Sociale
Werkvoorziening voor het dienstjaar 1966 (bijlage
no. 91).
Punt 1.
Sub A.
De mededelingen worden voor kennisgeving aange
nomen.
Sub B.
De rapporten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub C.
De mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub D en E.
De verzoeken worden in handen gesteld van B. en W.,
om preadvies.
Punt 2.
De Voorzitter: Het lijkt mij goed, dat ik vooraf
even een kleine informatie geef, omdat uit het raads
stuk niet duidelijk blijkt, wat de bedoeling is. In het
reglement van orde wordt t.a.v. de commissie ad hoe
bepaald, dat iedere commissie bestaat uit een oneven
aantal leden. De in de laatste alinea van de raadsbrief
genoemde Commissie voor de Openbare Werken bestaat,
met inbegrip van de voorzitter, de Wethouder van
Openbare Werken uit vijf personen. Wanneer Uw
Raad zou handelen, zoals in de raadsbrief wordt ge
suggereerd, n.l. deze commissie met een aantal leden
van de niet in deze commissie vertegenwoordigde frac
ties uit te breiden, zal het tot gevolg hebben, dat er
een commissie ontstaat met een even aantal leden
(5+3). In deze situatie zou het nuttig kunnen zijn, om de
vertegenwoordiging voor iedere fractie regelend, het
aantal leden op negen te brengen. Dat betekent, dat
buiten de drie niet in de Commissie voor de Openbare
Werken zitting hebbende raadsfracties, nog een extra
lid benoemd zal moeten worden.
De heer Ytsma: Is er bij benadering te zeggen, wan
neer deze commissie met haar advies zou kunnen ko
men? Dit lijkt mij een min of meer praktische vraag
toe. Als deze commissie na september met haar advies
komt, lijkt het mij toe, zullen we daar wel even reke
ning mee moeten houden.
De heer Heidinga: Mijnheer de Voorzitter, daar zal
de heer Ytsma wel op moeten rekenen, dacht ik.
De Voorzitter: De commissie is er nog niet, dus kan
ik moeilijk een oordeel over deze commissie geven.
Misschien zal de Raad er van uit mogen gaan, dat
deze commissie wel eens vlugger zal kunnen werken
dan de heer Ytsma veronderstelt. Ik vertrouw er op,
dat Uw Raad zelf in staat is om een commissie in el
kaar te timmeren, die nog gedurende de zittingsperiode
van deze Raad het werkstuk op tafel zal brengen.