5 ligst zou zijn voor de Gemeente. De Commissie wenst zich over dit punt nog niet uit te spreken." Het betoog van Wethouder Tiekstra heeft mij beslist niet overtuigd. Hij heeft geen bewijzen aange voerd, dat het niet zo is. Wij krijgen van dit stuk echt de indruk, dat de technische moeilijkheden aangedikt zijn, omdat men het werk per se aan die aannemer wilde gunnen. Ik zie nog niet, waarom het niet beter is 4 a 5 man uit te nodigen. Ik wil hiertoe graag een voorstel indienen, luidende: „De Raad besluit het aanbrengen van een vlakke beton- vloer in het niet van bali's voorziene gedeelte in de Frieslandhal ondershands aan te besteden. Hiervoor wor den een aantal aannemersbedrijven uitgenodigd in over leg met de Commissie van bijstand voor de Openbare Werken." De Voorzitter: De heer Heidinga heeft dus het eerste deel van het voorstel van het College overgeno men, maar de rest geamendeerd. Dit voorstel is mede- ondertekend door de heer Boomgaardt, zodat het on derwerp van bespreking kan uitmaken. De hear Santema: As oannimmen fan it amende- mint in lang opünthald foroarsaekje soe, fielt üs frak- sje der net safolle foar. De hear Tiekstra hat hiel düd- lik oantoane kinnen, dat de ütfiering fan it wurk fan- wegen it programma net langer wachtsje kin. As it lykwols net folie opünthald jaen soe, dan freegje wy: Hwerom dan net in iepenbiere oanbisteging yn pleats fan in oanbisteging allinnich op ütnoegmg De heer Bootsma: Wij hebben gezien, dat dit in wezen een ander voorstel is. Ik heb om mij heen ho ren fluisteren, dat het wellicht gewenst zou zijn, dat U de vergadering een ogenblikje zou kunnen schorsen om tot een nader beraad te geraken. Vooral, omdat deze zaak, zoals die hier nu voor ons ligt, niet in de Commissie voor de Openbare Werken, maar wel in de Commissie voor de Gemeentefinanciën aan de orde is geweest. De heer Van Balen Walter: Ik blijf van mening, dat een onderhandse aanbesteding waarbij verschillende firma's zijn uitgenodigd, goedkoper is dan een aanbe steding alleen aan Kool en Wildeboer. Ik geloof, dat aan de technische capaciteit van deze firma niet ge twijfeld wordt, dus daarom hoeft het niet. De heer Van der Veen: Ik kan hier natuurlijk ook geen verstandig woord over zeggen, omdat dit nu een maal dingen zijn, waarover de technici het laatste woord hebben. Die moeten wij dan maar geloven. Verschillen de raadsleden kunnen dit echter beoordelen. Ik ben onder de indruk van de argumentatie van de heer Hei dinga. Ik heb bij het lezen van dit voorstel de voor keur voor de onderhandse aanbesteding aan de N.V. Kool en Wildeboer zonder meer niet duidelijk gemoti veerd gevonden. Ik weet niets van die morele verplich tingen, maar ik vind het wel griezelig. Er zijn natuur lijk altijd wel argumenten te bedenken. Wat de heer Heidinga zei over de aannemerij en de techniek ver dient n.m.m. bepaald het vertrouwen. Ik heb de in druk, dat wij al vrij laat zijn met het werk en dat het nog moeite zal kosten om dit op tijd klaar te krijgen. Ik heb bezwaar tegen stappen, die nog meer vertraging tot gevolg zouden hebben. Maar je zit altijd met de moeilijkheid: moet je ondershands aanbesteden of moet je dit in het openbaar doen? In het eerste geval neem je altijd de gezeten maatschappij en krijgt een nieuwe nooit een kans. Ik voel het meeste voor een openbare aanbesteding, waarin iedereen zijn kans heeft. Het voor deel van het ondershands aanbesteden aan één maat schappij is, dat je weet met wie je te maken hebt en dat je dus ook precies weet waar je op rekenen kunt. Het bezwaar is, dat je nooit zelf de kosten helemaal uitrekent. Ook het College moet afgaan op technische adviezen van ambtenaren. Ik moet zeggen, dat ik niet helemaal begrepen heb, waarom de heer Bootsma voor zijn fractie beraad nodig heeft om een beslissing te kunnen nemen, maar ik wil mij niet tegen zijn verzoek verzetten. Ik durf niet met het voorstel van de heer Heidinga mee te gaan als ik niet zeker weet, of dit geen vertraging teweeg brengt, omdat we toch a.1 krap zitten. De heer Engels: De voorzitter van de grootste fractie heeft gevraagd om de vergadering te schorsen. Als U dat inderdaad doet, zou ik van tevoren willen vragen of wij in een paar woorden antwoord kunnen krijgen op dc vragen, die de heren Santema en Van der Veen hebben gesteld, n.l. wat het ons aan tijd gaat kosten als wij het amendement van de heer Heidinga aannemen. De heer Tiekstra (weth.)Ik neem aan, dat ook een aanbesteding op uitnodiging aan enkele bedrijven tenminste een gedetailleerd bestek vereist. Dat is het probleem, waar de dienst der Openbare Werken tegen op ziet. De dienst der Openbare Werken moet eerst dit bestek uitwerken en daarna moeten detailtekenin gen aan de aannemers verstuurd worden. Dat zal betekenen, dat er zoveel vertraging optreedt, dat het werk niet op tijd klaar komt. Ik wil dus bepaald niet de vertraging als zodanig bij voorbaat voorspellen, maar ik heb de verwachting, dat de zaak in de soep loopt. De Voorzitter schorst de vergadering. De Voorzitter heropent de vergadering. De heer Bootsma: Ik moet U zeggen, dat ik niet namens de gehele fractie kan spreken. De fractie is door deze ontwikkeling min of meer verrast; persoon lijk ben ik dat ook. In de Commissie van bijstand voor de Gemeentefinanciën is ons mededeling van deze si tuatie gedaan, niet van al de bijkomstigheden, die hier vanavond naar voren zijn gebracht, doch louter van de zakelijke overwegingen om zo spoedig mogelijk tot realisering van de vlakke vloeren in de Friesland hal te geraken. Met die overwegingen heb ik mij in die commissie akkoord verklaard. Onze fractie denkt daar niet zo over na de feitelijkheden die hier vanavond ge noemd zijn en men helt over naar aanneming van het voorstel van de heer Heidinga. Daartegen is aange voerd, dat dit een niet te aanvaarden tijdverlies zou betekenen. Ik kan persoonlijk moeilijk zeggen hoe groot dit tijdverlies zal zijn. Ik geloof, dat niemand dit kan zeggen. Wanneer hier sprake zou moeten zijn van een openbare aanbesteding, zou ik zelf durven te zeggen, dat dit minstens 2 a 2i/2 maand zou betekenen. Wanneer het een uitnodiging zóu zijn aan een beperkt aantal hiervoor in aanmerking komende aannemers, dan meen ik, dat dit tijdverlies wel mee zou vallen, tenzij men met de N.V. Kool en Wildeboer al bepaalde besprekin gen en onderhandelingen heeft gevoerd, waardoor de weg geëffend is tot een spoedig overeenkomen van een aannemingssom en van een methode tot uitvoering. Men kan daartegen aanvoeren dat er dan een uitvoeri ger bestek moet komen, maar ook voor de N.V. Kool en Wildeboer is het noodzakelijk, dat er een, zij het dan summier, bestek op tafel ligt, waarin bepaalde eisen gesteld zijn en waaraan de N.V. Kool en Wilde boer in de eerste plaats zal hebben te voldoen. T.a.v. het uitvoeringssschema denkt de een wel eens anders dan de ander. Er zijn bepaalde gegevens waaraan men zich moet houden, maar het inzetten van materieel en al dit soort dingen speelt daarbij ook een rol. Er wordt hier gewerkt met een eigen meng-installatie, er wordt daar beton betrokken van een centrale. Dat zijn alle maal factoren die meetellen. Ik weet dus niet hoe het geheel zal vallen. Maar ik kan wel verklaren, dat ik uit de gang van zaken voor mijzelf de conclusie heb getrokken, dat ik achter het voorstel van B. en W. zal blijven staan. De heer Heidinga: De heer Van Balen Walter heeft mij zojuist gevraagd of door ondershands aanbesteden op de wijze als door mij voorgesteld, een lagere prijs uit de bus zal komen. Dat is natuurlijk nooit 100% zeker te zeggen, maar U weet net zo goed als ik, hoe op het ogenblik de marktsituatie is. Gezien de vrij grote behoefte aan werk zou het voor de hand liggen, dat dit wel het geval is. De eventuele vertraging vin den wij natuurlijk ook een zeer belangrijk punt. Het is wanneer wij met de N.V. Kool en Wildeboer in zee zouden gaan al uitermate dubieus of alles werkelijk op tijd klaar komt. Dat zal Wethouder Tiekstra zonder meer beamen. Ons voorstel zal allicht nog een ietsje vertragend werken, hoewel het m.i. niet zoveel behoeft te zijn. Ik ken natuurlijk ook de omstan digheden bij de dienst niet. Maar het wil mij persoon lijk niet aan, dat er in zee kan worden gegaan met één aannemer, terwijl er helemaal nog geen omschrijving, bestek enz. is. Als het niet beslist nodig is om één aan nemer te vragen, zijn wij er altijd voor om verschillende te vragen of om publiek aan te besteden. Het is ten slotte gemeenschapsgeld waar wij over beslissen. Er zijn onder onze burgers mensen die aan dat werk behoefte hebben. Wij hebben speciaal dit tussenvoorstel gedaan, om toch in het straatje van Openbare Werken te blij ven. Men kan selecteren en een aantal ondernemers uitzoeken, waarvan men weet, dat het bedrijven zijn die het werk heel goed kunnen doen en zodoende hou den wij de concurrentiefactor er in. Dat achten wij heel belangrijk. De heer Weide: De heer Heidinga suggereert, dat de vertraging ongeveer 4 weken zou zijn. Kan dat eventueel niet betekenen, dat die groter wordt i.v.m. de pieken in de aanvoer op de veemarkt in het begin van het volgende jaar op dat gedeelte van de markt? Ik meen, dat de heer Tiekstra toegezegd had, dat hij dit op zou nemen met de directeur van de markt. De heer Tiekstra (weth.): Het College stemt vol ledig overeen met de opvatting van de heer Heidinga, dat openbare aanbesteding de normale figuur is. Zeker, wanneer het gaat om publieke projecten. Ik geloof, dat daarover tussen hem en ons geen enkel misver stand behoeft te bestaan. Als niet de openbare aanbe steding gekozen werd, is het steeds gebruikelijk ge weest, dat er op uitnodiging werd ingeschreven. Dit alles betekent, dat het feit, dat een bepaalde opdracht aan één aannemingsbedrijf wordt gegeven, zeer excep tioneel aan de orde is geweest en dat er dan aan die uitzondering zeer duidelijke motiveringen ten grond slag hebben gelegen. Het College heeft gemeend, dat ook aan dit voorstel een voldoend duidelijke motive ring ten grondslag lag. De piekaanvoeren van het kleinvee beginnen ongeveer op 16 december en lopen door tot eind februari. Dat betekent, dat de directeur van de veemarkt moet proberen, in overleg met aan nemer en dienst der Openbare Werken, de zaak zover te krijgen, dat hij op 15 december met zijn organisatie uit de voeten kan. Dat is ook één van de redenen ge weest, waarom deze directeur gelukkig is geweest met het feit, dat het mogelijk is om niet 3 velden te leggen, maar 2, waarbij hij dus een groot deel van de markt beschikbaar houdt. De heer Bootsma zegt, dat de ver traging er niet geweest zou zijn, als er vooraf overleg zou zijn geweest met Kool en Wildeboer. Ik meen na drukkelijk te moeten stellen, dat uit het beraad, zoals dat voor 18 mei is gevoerd, wel duidelijk is gebleken, dat het College geen bevoegdheid had om de dienst toe te staan vooraf overleg met Kool en Wildeboer te plegen. Dat is, naar ik meen, ook niet gebeurd. Het enige wat er in zou zitten, is de mogelijkheid, dat uit het destijds gevoerde overleg m.b.t. de kunstijsbaan, de N.V. Kool en Wildeboer over zoveel gegevens beschikt, dat deze sneller zou kunnen werken. Ik kan op het ogenblik niet zeggen, hoever de dienst der Openbare Werken precies is met de uitwerking van het bestek. Het voorstel-Heidinga c.s., dat nu is ingediend en aan de Raad ter beslissing is voorgelegd, maakt de moge lijkheid om op tijd klaar te zijn, nog aanmerkelijk dis- cutabeler dan nu reeds het geval is. Het amendement van de heer Heidinga c.s. wordt verworpen met 13 stemmen voor en 23 stemmen tegen. Voor stemden: mevrouw Boersma-Hemminga en de heren Klijnstra, Janssen, K. J. de Jong, Faber, Balt, J. de Jong, Vellenga, Boomgaardt, Kingma, Heidinga, Ir. van Balen Walter en Miedema. Z.h.st. wordt hierna besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 21 t.e.m. 24 (bijlagen nos. 247, 260, 270 en 271). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 25 (bijlage no. 268). De hear Miedema: De minsken dy't mei de merk- hannel to meitsjen hawwe, sille net wiis mei dit ütstel wêze, mar ik leau, dat wy net oars kinne en wy sille dit akseptearje moatte. ïk haw der gjin biswier tsjin, dat it gebrük meitsjen fan in parkeargelegenheit fan 35 sint op 50 sint komt, mar ik soe oer it parkearter- rein wol graech in opmerking meitsje wolle. It is in hiel moai terrein. Wol is it de léste wiken in bytsje rommelich, mar dat hat syn reden. Der binne dér yn- dertiid in stik as fjouwer-fiif iepeningen makke, in pear oan de Harnzertrekwei, in pear oan de Tessel- schadestrjitte en ien of twa oan de fintwei fan de rounwei. De praktyk is lykwols, dat der ien iepening (oan de Tesselschadestrjitte) iepen is; de oaren binne mei in ketting en slot forsegele. Dat fyn ik eigentlik net hielendal sa't it heart. (De Voorzitter: Wilt U Uw betoog bekorten Ik haw nou de kans om deroer to praten. Tusken de moarns 9 en 11 üre binne der by dy iene iepening opstoppingen; as men fan it terrein óf wol, moat men wachtsje. Troch dy iene iepening oan de Tesselschadestrjitte komt al it forkear fan it parkearterrein op de frij drokke dyk. Is it ek mooglik, dat ek oan de oare kant fan it parkearterrein in iepe ning komt? Al soe it allinnich mar wêze foar it for kear, dat fan it terrein komt. Dat soe al in hiele for- bettering wêze. Kin it Kolleezje maetregels dêrta nimme De hear Pols (weth.)De hear Miedema is net bliid mei de forheging fan it parkearjild en de minsken, dy't gebrük meitsje moatte fan de parkeargelegenheit binne dat ek net. Nou, it Kolleezje is der likemin bliid mei, mar dy forhegingen bringt de tsjintwurdige tiid mei; dér komt men net mear foar wei. It is ek wol yn oerliz gongen mei oare merken yn it lan. Hwat dy yngongen oangiet, de kontrole kostet üs mear as hwat wy ynbarre oan parkearjild, al is it miskien mooglik, dat it aensen troch de forheging fan it parkeartaryf ta 50 sint hwat better wurdt. Mar hwat mear yngongen men makket, hwat mear kon- troleurs men der delsette moat. Dat hat üs altyd wjer- halden dit to dwaen. Jou suggesty om oan de oare kant noch in iepening to meitsjen, wol ik wol troch- jaen, mar dan sil it wol allinnich in ütgong wurde, oars soe it wer mear persoaniel freegje. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 26 (bijlage no. 261). De heer Faber: Wij zijn blij geweest toen op 1 juli bekend was geworden, dat de tarieven voor de zwem baden door B. en W. alvast werden aangepast. Men had daartoe de nodige ervaring opgedaan. Bij ons komt de vraag op, of die ervaring lang genoeg is ge weest om tot het besluit te komen weer abonnemen ten te gaan invoeren. Het seizoen is ten einde, daarom zal ik nu niet met een voorstel komen, maar ik wil alvast aankondigen, dat wij in de begrotingszitting hier op terug willen komen. De heer Kingma: Ik zou graag willen, dat men de mogelijkheid om in een volgend seizoen toch weer abonnementen in te voeren eens onderzocht. Wanneer kinderen regelmatig gebruik maken van deze baden is de 25 badenkaart voor f 10,veel te duur. Geef ze maar gerust een abonnement voor het hele seizoen voor f 10, De heer Tiekstra (weth.)Ik kan wel doen, wat de heer Faber op het ogenblik zei nog niet te kunnen doen, n.l. zeggen, dat op tijd een nader voorstel m.b.t. het seizoen '67 aan de Raad zal worden voorgelegd ter vaststelling van de tarieven voor de gemeentelijke zwembaden. Dan kan er ruimschoots worden gedis cussieerd over het punt, dat de heren Faber en Kingma aan de orde hebben gesteld. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 27 (bijlage no. 266). De Voorzitter: Bij dit punt moet ik een opmerking maken. Op pag. 5 vierde regel van onderen staat: stel post 694.4; dat moet 696.4 zijn. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1966 | | pagina 3