6 7 Punt 28 (bijlage no. 267). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. De Voorzitter: Hiermede zijn wij gekomen aan het eind van deze agenda en ik zou dus nu de vergadering moeten sluiten, maar ik wil dat vanavond, nu niet minder dan 15 van Uw leden niet in de nieuwe Raad terug zullen keren, niet doen zonder een enkel woord van afscheid tot dezen te richten. Ik zal mij daarbij natuurlijk moeten beperken, omdat het aantal zo groot is. Ik wil beginnen met de raadsleden. Het ligt voor de hand, mijnheer Kamstra, dat ik eerst mijn blik een ogenblik op U richt. Want U bent van allen, die in deze zaal aanwezig zijn, degene, die het langst in deze Gemeenteraad zitting heeft gehad, samen met Wethouder Tiekstra. U hebt vanaf 1945 deel uitgemaakt van deze Raad. Toen U op 10 decem ber 1945 de eerste keer hier het woord hebt ge voerd n.a.v. de algemene beschouwingen bij de be groting van 1946, bent U begonnen met te zeggen, dat U, waar nodig, alle medewerking zou verlenen om de samenwerking tussen de verschillende fracties te bevorderen. Ik geloof, dat de gehele Raad met mij van mening zal zijn, dat het niet teveel gezegd is, wanneer wij nu concluderen, dat de heer Kamstra uit deze po litieke geloofsbelijdenis" heeft geprobeerd te leven. U hebt steeds getracht een constructieve bijdrage te le veren tot het besturen van onze gemeente. En U hebt meer gezocht naar hetgeen bond, dan naar hetgeen scheidde. Niet in alle opzichten, mijnheer Kamstra, zullen in de afgelopen jaren Uw wensen zijn vervuld. Eén van de eerste punten, die U in 1945 aan de orde stelde, was de verbetering van de spoorwegovergang bij de Schrans. Die noemde U toen lang niet ideaal. Er is intussen wat aan gedaan, maar het verkeer is zo toegenomen, dat U hem nog niet ideaal zult noe men. Evenwel, er moet natuurlijk aan het eind van een carrière, zelfs van een raadslid, nog iets te wensen overblijven. Ik zal niet trachten een opsomming te geven van alle onderwerpen, waarover U in de loop van de tijd het woord hebt gevoerd, hetzij voor Uzelf, hetzij als fractievoorzitter. Ik geloof, dat U in ons aller herinnering zult voortleven als een enthousiast, hard werkend raadslid, mild in Uw oordeel, opgewekt, vol humor en daardoor een voorbeeld voor vele an deren. U had de laatste jaren een bijzondere functie als nestor van de Raad, waardoor U in verschillende gevallen namens de Raad het woord kon voeren. U hebt het vele malen gedaan. Ik herinner mij ook de woorden, die U namens de Raad hebt gesproken, toen ik een aantal maanden geleden hier kwam. U was ook het raadslid, die de Burgemeester hebt vervangen, toen het gehele College op reis was en U als oudste raadslid deze bevoegdheid toekwam. U hebt dat zo voortreffe lijk gedaan, dat ik niet geloof, dat één van de Leeu warders er wat van gemerkt heeft. Mijnheer Kamstra, hartelijk dank voor alles wat U voor de gemeente hebt gedaan. Op U volgt in lengte van de zittingsperiode de heer Hartstra, die sinds 1948 deel van de Raad uitmaakt. U bent niet regelmatig in de Raad aan het woord ge weest, mijnheer Hartstra, maar als het ging over agrarische zaken, met name als de belangen van de dorpen aan de orde kwamen, was U op Uw plaats. Misschien is Uw geboorteplaats Jubbega-Schurega daar niet vreemd aan. Hartelijk dank ook voor wat U gedaan hebt. Ik geloof, dat het goed is, dat in de Gemeenteraad van Leeuwarden naar voren komt, dat de gemeente behalve uit de stad, ook nog uit een aan tal dorpen bestaat. Mevrouw Heijmeijer-Croon, U hebt ook een zeer lange zittingsperiode in deze Gemeenteraad gehad en U was een gezien lid. Uw zitting is onderbroken ge weest, want U bent in de periode '63'65 tijdelijk af wezig geweest, maar daarna bent U weer terugge keerd. U hebt niet zo vaak het woord gevoerd, maar als U het deed, dan wist U het goed te doen. U wist Uw mening vast te houden en U kon die ook goed motiveren. Als U sprak, ging het vooral over sociale vraagstukken, die Uw warme belangstelling hadden. Ook de goede huisvesting en een beleid, dat gericht was op een juiste verdeling van de woonruimte, waren zaken, die U ter harte gingen. Hartelijk dank voor Uw medewerking in deze jaren. Mijnheer Joh. de Jong, U bent ook een raadslid, dat in deze zaal gemist zal worden. Niet zo zeer, omdat U lange, doorwrochte betogen hield, maar wel omdat U puntige interrupties kon plaatsen, die op bijzon dere wijze de debatten verlevendigden. Ik geloof niet, dat ik overdrijf, als ik zeg, dat U een raadslid bent uit de oude school van de sociale strijd. U hebt zich in deze vergadering thuisgevoeld en daardoor veel bijgedragen tot de levendigheid van de discussie. U was geen man, die zich zonder meer gebonden voel de aan de fractieleider, doch zelfstandig standpunten durfde in te nemen als U dat nodig achtte. Aan de andere kant was het ook niet zo, dat U zich nooit liet overtuigen van Uw ongelijk. Ik geloof, dat dit een eigenschap is die U alleen maar siert. Door daarbij soms het Leeuwarder dialect te gebruiken gaf U kleur aan onze vergaderingen. Wij zullen U hier in deze zaal missen. Mevrouw Boersma-Hemminga, U bent van 1953 af lid van de Raad geweest en U hebt bewezen, dat het lang niet altijd de vrouwen zijn, die het langst van stof zijn en het meest het woord voeren. Ik geloof, dat dit een belangrijke eigenschap is, die U als vrouw siert. Het is ook niet alleen het werk in de Raad dat van belang is. Wij weten allen, dat er ook werk ligt in de commissie- en in de fractievergaderingen. Ook kunnen invloeden tot gelding worden gebracht, zonder dat daar altijd luid over gesproken behoeft te worden. Als er zaken aan de orde waren, die Uw belangstelling- hadden ik denk nu in het bijzonder aan het onder wijs i wist U de weg naai- het woord wel te vinden. U stond op de bres voor de jeugd in het algemeen. Bedankt voor Uw medewerking aan onze vergaderingen in het belang van de gemeente Leeuwarden. Mijnheer Bootsma, U bent ook in 1953 in de Raad verschenen. Vooral in de tijd, dat U voorzitter was van de grootste raadsfractie, hebt U over tal van zaken Uw mening uiteengezet. U hebt dat gedaan op een rustige, duidelijke wijze, verstaanbaar en begrij pelijk voor een ieder. Bij de Raad zult U stellig in her innering blijven om Uw openheid en Uw bezonken oor deel. U was in staat een breed opgezet, goed betoog te houden, maar in de regel kon U ook wel kort en bondig zeggen hoe U over de zaken dacht. Ieder wist waar hij aan toe was; ronduit, openhartig, geen sla gen om de arm; geen man, die allereerst politiek dacht en politicus was, maar een bekwaam, waardevol ge meentebestuurder; een man, waarop je kunt bouwen. Niet zo vreemd overigens, omdat U in Uw dagelijkse arbeid ook wel met bouwactiviteiten te maken had. Uw werk is niet alleen van belang geweest voorzover het zich afspeelde hier in de openbare vergaderingen, maar ook in de verschillende commissies, waarin U zitting hebt gehad. Ik denk in het bijzonder aan de Commissie voor de Openbare Werken en de Financiële Commissie. Het Gemeentebestuur heeft van Uw werk veel steun gehad in de periode, dat U deel van de Raad uitmaakte. Mijnheer Ytsma is in 1954 in de Raad gekomen. Dat zou in november 12 jaar geleden zijn. U hebt veel belangstelling gehad voor het wel en wee van de wer kende mens. U was de aangewezen man om lid te zijn van de Commissie voor georganiseerd overleg en om in de Raad het woord te voeren over de arbeids voorwaarden, over de rechtspositie van personeel e.d. Met name als U meende sociale onrechtvaardigheden te ontdekken kon U een warm pleidooi houden voor degenen die daarvan het slachtoffer dreigden te wor den. Natuurlijk hebt U ook over andere onderwerpen het woord gevoerd, maar dit was toch wel het meest kenmerkende van Uw aanwezigheid in deze Raad. Har telijk dank voor wat U in het belang van de gemeente Leeuwarden en voor de inwoners hebt gedaan. In 1958 zijn verschillende raadsleden in deze zaal verschenen die hier vandaag voor het laatst aanwezig zijn. O.a. bent U dat, mijnheer Balt. Ook Uw interesse ging in belangrijke mate uit naar de sociale belangen, speciaal ook van hen, die bij de Gemeente werkzaam zijn, en daarbij gaf U blijk van een bijzonder nuchtere blik op allerlei personen en omstandigheden. Bedankt voor het werk, dat U hebt gedaan. 5 - - f Tol L' Ook mevrouw Hiemstra-Molenaar is in 1958 in de Raad verschenen. Ik kan haast herhalen, wat ik straks zei. Ook U hebt niet altijd uitvoerige redevoeringen ge houden. Natuurlijk zou dat voor vrouwelijke raadsle den een koud kunstje zijn geweest. Maar ik wil herhalen, dat het echt niet zit in de lengte van de redevoeringen en de omhaal, waarmee ze worden gebracht. Integendeel, het is vaak zo, dat degenen, die kort spreken, daarmee zeker niet minder de aandacht van de Raad hebben dan degenen, die veel langer van stof zijn. Toch ligt het voor de hand, i.v.m. Uw voor geschiedenis U hebt bij het onderwijs gewerkt dat U, als de belangen van het onderwijs belaagd wer den, maar ook die van de huisvrouw ik denk aan de kwestie van de wijkmarkten, waar U U indertijd nogal mee bezig hebt gehouden deze belangen te vuur en te zwaard verdedigde. Bedankt voor Uw werk hier. Mijnheer Keuning, U trad geregeld in het krijt als de sport en de recreatie in het geding waren. En dan gaf het niet of het voetballen was of watersport; het waren dingen, die Uw belangstelling hadden. Hiermee hebt U ook een stuk leefbaarheid in onze gemeente helpen bevorderen. Natuurlijk ging Uw interesse ook uit naar andere onderwerpen. Het ligt voor de hand dat juridische aangelegenheden bij U in vertrouwde handen waren. U hebt een open oog gehad voor de ontwikkeling van het bestuur. De gemeente Leeuwar den is U dank verschuldigd voor wat U hier als raads lid hebt verricht. Mijnheer Taylor Parkins, ik geloof, dat men zich U altijd wel zal blijven herinneren als kenner en pleitbe zorger van de belangen van de city. U had een warm hart voor de middenstandsbelangen, maar ook een open oog voor de waarde van het behoud van de bin nenstad als het levende hart van een bloeiende stad. Als er buien aankwamen, die de belangen van de stad bedreigden, was U op Uw post om daartegen in het geweer te komen. In de laatste jaren hebt U een niet onbelangrijke functie vervuld in de Raad van Leeu warden een functie, die zelfs veel stof in deze Raad heeft doen opwaaien als voorzitter van de straat- namencommissie. Straatnaamgeving is beslist geen eenvoudige zaak, maar het was bij U, als voorzitter van de commissie, in vertrouwde handen. Zeer bedankt voor Uw werken in het belang van ons allen. Mijnheer Volbeda, U vroeg niet vaak het woord in deze Raad, maar als het ging om sport en m.n. om de kaatssport, moesten wij, als wij U een bal toespeelden, deze terug verwachten. Dat was U wel toevertrouwd. Hartelijk dank voor Uw werk hier. Tenslotte kom ik bij de heer Veldhuis. Mijnheer Veld huis, U bent niet zo lang lid van deze Raad geweest. U hebt in januari van dit jaar, in een tussentijdse va cature zitting genomen. U gaat vandaag weer heen, maar hartelijk dank voor Uw werk hier. Ik denk met name aan de Commissie voor de nieuwe bouwverorde ning, waarvan U deel hebt uitgemaakt. Dit was een zeer belangrijke zaak. Dit zijn de raadsleden die wij in het vervolg node zullen missen, maar daar komen nog twee Wethouders bij, n.l. de heren Van der Schaaf en Pols. Het is natuurlijk zo, dat het contact van de Voor zitter met de raadsleden zich beperkt tot éénmaal in de drie weken. Het contact met de Wethouders is veel intensiever. Ik heb, wat dat betreft, ook al ben ik hier maar een aantal maanden geweest, vrij veel met hen omgegaan. Mijnheer Van der Schaaf, U bent in september 1946 lid van de Raad geworden en sedert september 1953 Wethouder van Openbare Werken en van het Grond bedrijf. De portefeuille van Openbare Werken is veel omvattend, aangezien er naast de rechtstreeks door de Gemeente uit te voeren werken, veel raakvlakken zijn met andere diensten en bedrijven, met de particuliere bouw, de bouw van bijzondere scholen, industriële bouw, voorzieningen voor sport en recreatie enz. Als ik zou moeten opsommen alle werken, die in Uw ambtsperiode gereed zijn gekomen, voorbereid zijn, of aan de orde zijn geweest, dan zou deze vergadering nog lang moe ten duren. Ik kan dat niet doen. Alleen enkele voor beelden. Ik denk aan het structuurplan voor de bin nenstad. Ik denk aan al de uitbreidingsplannen: Heech- terp, Nijlan, Aldlan, Ielan, Wilhelminabaan, Westeinde, Greuns en Tijnjedijk. Dan denk ik aan de industrieter reinen, die tijdens Uw wethouderschap tot stand kwa men, of waaraan voor een deel is begonnen: Van Ha- rinxmakanaal, de Zwette, Schenkenschans en Bis schopsrak. Een punt, dat de Raad hier vele malen heeft beziggehouden was de kwestie van de woning bouw. Ik zal er niet verder op ingaan, maar in het kader van de woningbouw is er in de loop van Uw ambtsperiode enorm veel gebeurd. De hoogbouw werd in die tijd geïntroduceerd. Aan de systeem bouw, de montagebouw en huisvesting voor bejaarden is veel aandacht geschonken. De bungalowbouw is van de grond gekomen. Op bouwgebied is bijzonder veel gebeurd: wegen, bruggen en rioleringen. Ik denk aan de rondweg, de vervanging van de Verlaatsbrug, de verbetering van tal van wegen en in dit kader denk ik ook aan de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Tijdens Uw bewind verrezen bijzondere gebouwen als de Fries landhal de trots van Leeuwarden tal van kerken enz. Het Heechterp kreeg zijn winkelcentrum; het Bil- gaardse winkelcentrum werd voorbereid; tal van scho len op allerlei gebied zijn verrezen, voorbereid of in uitvoering. Op het gebied van de sport en recreatie ik denk aan de Froskepölle, de Kleine Wielen, het Nij lan met de sportterreinen en recreatiegebieden is veel gedaan. Dit zijn allemaal dingen waar U aandacht aan geschonken hebt en waar U bemoeienis mee hebt ge had. En dan noem ik niet eens alle zaken, die er tus sendoor lopen. Ik denk aan de erfpachtskwestie, sa nering en krotopruiming, verplaatsing van het bode centrum, voorzieningen voor de uitbreiding van gas- en elektriciteitsnet, allerlei verkeersproblemen en zo zouden wij nog een hele tijd door kunnen gaan. De periode 19531966 de periode waarin U Wethouder is geweest is voor de ontwikkeling van onze stad uitermate belangrijk geweest en wij zien er allen de gevolgen van. U hebt bovendien letterlijk altijd getim merd aan de openbare weg en het is al een oud ge zegde, dat wie aan de openbare weg timmert de kritiek niet wordt bespaard. Die is U ook in ruime mate ten deel gevallen. U hebt het aan den lijve ondervonden. Kenmerkend voor U zijn geweest Uw rust en Uw be dachtzaamheid, ook als het moeilijk was. Bovenal Uw fijne humor, die U tot in de moeilijkste situaties hebt weten te hanteren, waardoor meer dan eens een min der prettige toon kon worden voorkomen of door broken. U had een scherp inzicht en de Raad kon U niet gemakkelijk vragen stellen, waarop U niet was voorbereid. U zat voortreffelijk in Uw zaken. Natuur lijk heeft niet iedereen die rust, die op onverstoorbaar heid leek, altijd kunnen waarderen. Men heeft mis schien wel eens het gevoel gehad, dat U belangrijke zaken bagatelliseerde en U zich er met een grapje pro beerde af te maken, maar vaak zat daarin een antwoord verscholen, wat niet iedereen altijd heeft gevoeld. Ik weet dat wij aan U, als Wethouder, voor hetgeen U in het belang van onze stad hebt verricht, grote dank verschuldigd zijn. Wethouder Pols, U hebt zitting gehad in de Ge meenteraad van 1949 af en sedert september 1958 was U Wethouder van Bedrijven en Huisvesting. De in houd van Uw portefeuille was een bewogen zaak in deze jaren. In de eerste plaats het huisvestingsbeleid. U hebt getracht daarin tot in de laatste B. en W.- vergadering toe een vaste lijn te volgen en daarbij de billijkheid in acht te nemen. Dit was wel één van de moeilijkste onderwerpen waarmee een Wethouder kon worden belast in de periode, die achter ons ligt. De nood op dit gebied is helaas nog niet gelenigd. Ook op het gebied van de bedrijven was er een sterke ont wikkeling. Ik denk aan de energievoorziening en de omschakeling op aardgas. Op 30 december 1960 werd de watergasfabriek gesloten en is er na 115 jaar een eind gekomen aan de gasfabricage in Leeuwarden. Voor de distributie van aardgas is het net van gas leidingen aanzienlijk uitgebreid en vernieuwd. In aan bouw is een nieuw gasontvangstation en een bol- gashouder ter vergroting van de voorraad. Behalve het gas heeft ook de elektriciteitsvoorziening een re volutionaire ontwikkeling ondergaan. De omschakeling van 127 op 220 Volt met alles wat daaraan verbonden was, kreeg in drie jaren haar beslag. De vergroting

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1966 | | pagina 4