8 9 van de capaciteit bracht de bouw van vele schakel stations met zich mee. De openbare verlichting is ver beterd. Toen U begon, was er nog een groot aantal gaslantaarns. Het lijkt nu al ver in het verleden te liggen. Ons elektriciteitsbedrijf vierde in 1962 zijn 50- jarig bestaan, met o.a. de tentoonstelling in de Beurs. De Energiebedrijven hebben al jaren een afdeling voor lichting, waar adviezen worden gegeven o.a. i.z. de verwarming met aardgas. Ook de reiniging is ingrij pend gereorganiseerd gedurende Uw ambtsperiode. De toenemende vervuiling en de grotere hoeveelheden op te halen huisvuil hebben duidelijk een stempel gezet op de ontwikkeling van de Reinigings- en Ont- smettingsdienst. Het aantal huisvuilauto's is geleide lijk aan gestegen tot 14. Twee zelf opnemende opveeg- auto's deden hun intrede. Zo ook de kraakpersauto voor huisvuil enz. Toch zijn er gelukkig ook zaken bij, die onder Uw ambtsperiode belangrijk zijn teruggelopen en dan denk ik met name aan een onderwerp, dat in Leeu warden de laatste tijd nogal eens in het nieuws is ge weest: de tonnenophaaldienst. Het is gelukkig, dat ge durende Uw ambtsperiode zulke belangrijke stappen gezet zijn om hier een eind aan te maken. Er zijn in die periode tussen de 3.000 en 4.000 tonnen opge ruimd en het verheugende is, dat de laatste tijd de opruiming in een versneld tempo plaatsvindt, zodat we ongetwijfeld van dit probleem binnen afzienbare tijd zullen worden verlost. Een belangrijk punt op Uw ge bied was de gereedkoming van de Frieslandhal met de grote tentoonstelling Frisiana, die gehouden is ter ge legenheid van de opening. U hebt een groot aandeel ge had in de totstandkoming van dit miljoenen-project. Zo ook in de uitbreiding en modernisering van het Openbaar Slachthuis, waaraan thans nog gewerkt wordt. U hebt in de jaren van Uw Wethouderschap in het College en ook in de Raad wel vaak en zeer zakelijk en com mercieel element vertegenwoordigd. Een nodig en waardevol element, vooral tegenover de vaak ambte lijke aanpak, die zo gemakkelijk met gemeentediensten gepaard gaat. Wij hebben daar vaak van geprofiteerd bij het afsluiten van contracten. Contracten met de vee-afzetvereniging en de verbintenissen met de per manente gebruikers van de Frieslandhal. Daarbij was ook Uw persoonlijke omgang en de omgang met func tionarissen van de verschillende diensten prettig. U liet ze enerzijds een grote vrijheid, maar anderzijds hield U de lijn in het oog, waarlangs het bedrijf zich moest ontwikkelen. U hebt de eerste paal geheid voor het Slachthuis en U bent zelfs met dokter" aange sproken, toen het Openbaar Slachthuis werd geopend en U daar temidden van andere witgejaste heren rondliep. Bovendien hebt U een historische ontwikke ling afgesloten door het laatste stadsgas persoonlijk te produceren. Ik neem ook van U afscheid. In het College zullen wij nog nader de gelegenheid krijgen om van de beide Wethouders afscheid te nemen, dus ik wil hier nu verder niets meer van zeggen, maar ik wil U hartelijk danken voor Uw werk in het belang van onze gemeenschap. Tenslotte dit is eigenlijk nog belangrijker dan al deze persoonlijke zaken bent U allen lid geweest van de Gemeenteraad van Leeuwarden. U hebt daar mee een stuk verantwoordelijkheid in ons democratisch staatsbestel vervuld. De laatste tijd komen de oorlogs jaren nogal eens aan de orde en we weten allen, dat, toen de Duitse bezetting hier was en het fascisme over ons land kwam, één van de eerste maatregelen was, de Gemeenteraden op te heffen. De vrije Gemeen teraden moesten toen onmiddellijk wijken, omdat men hierin kennelijk een bedreiging zag voor het stel sel van het fascisme en alles wat daarbij hoorde. U bent alle 15 dragers geweest van deze democratische verantwoordelijkheid. Dat is niet altijd gemakkelijk en men is vaak aan veel kritiek onderhevig. Dat brengt dit ambt nu eenmaal mee, maar U hebt die moeiten gedragen. U hebt getracht, allen op eigen wijze, een positieve bijdrage tot dit geheel te geven. U hebt mee gewerkt aan het in stand houden van de democratie door de discussies in de Raad, door het werk in de commissies en fracties op alle mogelijke terreinen. U hebt daarmee een stuk verantwoordelijkheid gedragen. Ik wil U daarvoor allen bijzonder bedanken. Ik zou dat willen doen door één Uwer te vragen hier te ko men. Mijnheer Kamstra, als waardering voor Uw werk gedurende Uw lange ambtsperiode, heeft het College besloten aan U toe te kennen de erepenning van de gemeente Leeuwarden. Ik geloof, dat wij er allen van overtuigd zijn, dat deze erepenning niet gemakkelijk op een betere plaats terecht had kunnen komen. De erepenning wordt verleend aan hen, die trouw en goed aan de gemeenschap Leeuwarden hun medewerking verlenen. Ik wil U nu graag deze penning aanbieden, U de bijpassende oorkonde overhandigen, en, in U, allen van wie wij vandaag afscheid nemen, hartelijk danken voor het vele werk dat zij in het belang van onze Ge meente hebben verricht. De heer Van Balen Walter: In een zo belangrijke raadsvergadering wil ik namens de Raad een enkel woord spreken. Ik heb gemerkt, dat ik helaas in de bijzondere omstandigheid verkeer, dat deze eer mij te beurt valt. Ik ben na het vertrek van onze nestor van de Raad geroepen om in zijn plaats namens de Raad een enkel woord te spreken. Het is inderdaad m.i. een zeer bijzondere raadsvergadering die wij hedenavond besluiten. Het zal niet zo heel vaak voorkomen, dat 2/5 van een Raad vertrekt. Wanneer ik bedenk, dat wij praktisch al onze vrouwelijke raadsleden, de nestor van onze Raad, de voorzitter van onze grootste raads fractie, de voorzitter van onze belangrijke straatna- mencommissie, waar hier in deze Raad zoveel mee te doen is geweest, verliezen, dan is het toch zeker geen wonder, dat ik spreek over een bijzondere raadsver gadering. Wij, achterblijvende raadsleden, zullen een zeker gevoel van verlatenheid hebben, wanneer zovele van de ons bekende mede-raadsleden, mede-bestuur ders van onze gemeente, ons gaan verlaten. Wij heb ben, de één meer, de ander wat minder, zoveel jaren met elkaar om de 3 weken in deze zaal gezeten. Wij hebben natuurlijk verschillende malen van mening ver schild en elkaar wel eens in het haar gezeten, maai' ik meen toch, dat wij met elkaar het is een uit drukking van onze Wethouder Pols getracht hebben het fijn te houden. Ik geloof, dat dat wel gelukt is. De heer De Jong bevestigt dit. Hij heeft daar onge twijfeld aan meegewerkt, want zijn pittige interrupties zullen wij straks zeker missen. Ze getuigden altijd van wijze humor en verwekten steeds een zeer goed aardige lach. Wij hebben dit altijd bijzonder op prijs gesteld. Ik geloof zeker, dat wij achterblijvenden wel een zeker heimwee zullen hebben naar wat wij heden gaan verliezen. Natuurlijk zullen de plaatsvervangers ook met ons trachten de belangen van de grootste zaak te behartigen, want zo mag men een Raad zien: het bestuur van de grootste zaak in onze gemeente. Wij zullen ook in de nieuwe samenstelling m.i. er goed aan doen, om minder naar de politieke tegenstellingen te zien en meer naar de zaken, die bij het besturen van de Gemeente naar voren moeten komen. Het lid maatschap van de Raad is toch eigenlijk veel meer op zakelijke leest geschoeid dan b.v. het lidmaatschap van een Tweede Kamer, waar de politiek hoogtij viert. In de Raad behoort dit m.i. niet zoveel voor te komen. Je bent wat dichter bij de zaken en je kunt ook deze zaken m.i. op een iets andere manier behartigen dan wanneer je in de hogere politieke sfeer verkeert. Nogmaals wil ik namens de blijvende raadsleden onze dank uitspreken voor datgene wat onze vertrekkende mede-raadsleden hebben gepresteerd en ik wil na mens onze gehele Raad onze nestor heel hartelijk ge lukwensen met de zeer verdiende onderscheiding, die hem door de Burgemeester is verleend. Mijnheer Kam stra, het verheugt mij buitengewoon, dat Uw verdien sten in de Raad op deze wijze zijn erkend. Nogmaals mijn hartelijke gelukwensen. Ik zou als nederig raads lid natuurlijk nog enkele woorden kunnen richten tot de hoogmogenden in dit gezelschap, n.l. de twee ver trekkende Wethouders. Maar wij als raadsleden zien natuurlijk tegen de Wethouders zo hoog op, dat ons niet anders past dan aan het werk, dat deze beide Wet houders hier in de gemeente Leeuwarden hebben ge presteerd, de beste herinnering te bewaren. Ik voeg mijn dank voor wat zij hebben gepresteerd gaarne bij de Uwe, mijnheer de Voorzitter. De heer Bootsma: Mijnheer de Voorzitter, U heeft straks gezegd, dat dit een bijzondere raadsvergadering is en dat kan met recht gezegd worden. Toen ik hier vanavond naar toe ging, had ik niet de gedachte, dat ik ook nog het woord zou voeren bij het scheiden van de markt. Ik rekende er eigenlijk op, dat, zoals te doen gebruikelijk, de nestor van de Raad dit zou doen, maar bij het binnentreden van deze zaal werd ik door deze aangeklampt met de woorden: Wij zijn van mening, dat vanavond niet ik, maar jij, als voorzitter van de grootste fractie en bovendien als lid van de fractie, waarvan het grootste aantal leden deze Raad gaat ver laten, in dezen het woord zult moeten voeren namens de scheidenden. Ik heb gezegd: Je schuift me daar wel even wat in mijn schoenen. Een voordeel is, dat ik me van te voren niet behoefde te prepareren. Ik zal daar om niets van een papiertje aflezen, maar ik stel het wel op prijs, dat ik hierdoor de gelegenheid krijg om in de allereerste plaats namens de scheidende raadsleden een woord van dank te spreken. U zult deze volgorde van mij billijken, want in de wet staat, dat aan het hoofd van de gemeente de Raad staat. Dat is hier vaker ver kondigd. Ik zou willen beginnen met een woord van dank aan de Raad en aan de afzonderlijke leden voor de ontegenzeglijke prettige samenwerking, die wij in deze periode met elkaar gehad heb ben. Er zijn inderdaad wel eens verschillen geweest, waardoor wij elkaar soms in de haren gezeten heb ben. Ik geloof, dat het interessant zou zijn om van de nu nog behaarden en minder behaarden een foto te leggen naast een foto uit de periode toen wij beginne lingen waren om dan te bekijken hoeveel haren er nog van zijn overgebleven. Dit zal niet gebeuren, het zal wel een vrome wens blijven, maar ik wil toch nadruk kelijk onderstrepen, dat er in deze Raad een bijzondere geest van samenwerking heeft geheerst, die bevorder lijk geweest is voor het werk, dat moest gebeuren, en die bovendien voor ons allen zeer leerzaam is geweest. Daarvoor dus een woord van dank aan de Raad. Vervolgens zou ik een woord van dank willen richten tot de Voorzitter van deze vergaderingen en dan is het ook een bijzonderheid, dat het nu ook juist een nieuwe burgemeester is, die nog maar vrij kort in deze gemeente is. Wij allen hebben de langste periode van ons raadslidmaatschap doorgebracht o.l.v. burgemeester Van der Meulen. Hij is hier niet, maar ik wil over Uw hoofd heen ook hem dank brengen voor de medewerking en de wijze lessen, die wij ontvangen hebben. En ik wil U, mijnheer de Voorzitter, danken voor de wijze, waarop U ons allen heeft gekenschetst. Uiteraard heeft U daarvoor de nodige hulp gehad het spreekt vanzelf maar toch heb ik gemeend te beluisteren, dat U niet domweg bent afgegaan op dat gene, wat U voorgeschoteld is, maar dat U zich ook zelf terdege hierin heeft verdiept en dus van ons allen die nu heengaan, ook een schets heeft gegeven. En ik zou mij daar graag bij willen aansluiten. Onmiddellijk op U volgt het College van Wethouders, w.o. twee schei dende Wethouders zijn en voor zover zij behalve Wet houder ook raadslid zijn, neem ik aan, dat ik ook na mens henzelf spreek tot henzelf. Het kan niet anders in dit geval. Wij hebben, waar nodig, niet alleen in de raadsvergaderingen, maar ook in de commissieverga deringen en soms in een privé-gesprek van hen steeds dié inlichtingen gekregen die wij wensten, waar door een vlotte gang van zaken steeds verzekerd is geweest. U zou misschien denken, dat ik daarmee aan het eind van het rijtje ben, maar dit is niet het geval, want ik meen toch, dat het zeer zeker op zijn plaats is, dat ik namens ons, die nu deze Raad gaan verlaten, ook een zeer welgemeend woord kan richten tot de ambtenaren, die steeds hebben ge werkt aan het voorbereiden van de stukken, die ons hebben moeten bereiken. Er zat ook wel een en kele keer een foutje in, maar wie werkt maakt fouten en dat moet vergeven kunnen worden. Ik wil in het woord van dank van de scheidende raadsleden mede betrekken alle ambtenaren, zowel hier op het Stadhuis als van de diverse diensten, die ons steeds de nodige inlichtingen hebben verschaft, wanneer wij die noodza kelijk achtten. Aan het eind komen dan nog een paar bijzondere mensen, waarbij ik zeker niet wil bedoelen, dat die op de laatste plaats zouden staan. Dat zijn dan de raadsdienaren en de dames van het raadsverslag, die bij al onze vergaderingen, hoelang wij ze soms ook mochten maken, mee er voor hebben gezorgd, dat deze vergaderingen verliepen zo ze behoorden te verlopen. Ik meen, dat wij ook tot deze mensen wel een apart woord van dank mogen spreken. Ik ben dan bijna aan het eind van onze dankbetui gingen. Ik wil niet ingaan op alle hoedanigheden van de scheidenden afzonderlijk. Het woord van dank is niet alleen gericht tot deze scheidenden en tot de zit- tenblijvenden, maar in zijn algemeenheid tot de Raad, ook in zijn samenstellingen in de loop der jaren. Er zijn diverse mensen, gedwongen of niet gedwongen, om verschillende redenen uit ons midden weggegaan. Er zijn er bij, die hun positie hebben kunnen verbeteren. Er zijn er ook die verder gegaan zijn op het politieke pad naar de Kamer, de Prov. Staten of het College van G.S. Er zijn ons raadsleden ontvallen door over lijden. Persoonlijke omstandigheden hebben sommige leden genoopt de Raad te verlaten. Ook zij hebben bijgedragen tot datgene, wat in deze jaren gedaan moest worden en wat in de gemeente tot stand is gebracht. Er wordt vaak gezegd: Wat gebeurt er nu in Leeuwarden? Dit gebeurt niet en dat wacht al zo lang. U heeft, toen U de Wethouders in het bij zonder toesprak, zelf een opsomming gegeven van heel wat projecten, die tot stand gekomen zijn. Het zou niet goed zijn wanneer er niets meer te wensen overbleef. Het is nog altijd zo, dat een ideaal ophoudt een ideaal te zijn, zodra het werkelijkheid is geworden. Een mens zonder idealen is geen mens meer. Ik geloof, dat wij ons niet ongerust behoeven te maken, dat de nieuwe Raad straks niets meer te doen zal hebben. Ik wens de nieuwe raadsleden van harte toe, dat zij ook, misschien door ervaring die zij uit anderen hoofde hebben opge daan en mede onder Uw leiding datgene zullen weten te bereiken wat voor onze gemeente niet alleen de stad maar ook de omringende dorpen met alles wat daarbij behoort nodig is. Regeren is nog altijd voor uitzien en niet teveel achterom zien. Wij moeten dit vanavond toch wel even doen, maar wij gaan heen en er komen anderen in onze plaats. Er is ook een ander gezegde, n.l. nieuwe bezems vegen schoon. Dit is niet helemaal een nieuwe bezem, maar het is een bezem, die ongeveer voor de helft voorzien is van nieuwe bor stels. Met de steel wil ik U, mijnheer de Voorzitter, dan min of meer vergelijken. De steel is ook vrij nieuw. Ik neem aan, dat die het ook lang uit zal kun nen houden. Ik wens U, met de nieuwe Raad, toe, dat U allen werkzaam zult mogen zijn in het belang van de gemeente Leeuwarden. De heer Kamstra: Ik hoop niet, dat het een in breuk is op de gemaakte afspraken, maar niemand had eigenlijk kunnen verwachten, dat dit hier zou gebeuren. Hoe dan ook, ik mag U toch wel hartelijk dankzeggen voor deze gegeven onderscheiding en voorts allen, die daaraan hebben meegewerkt. Ik ben U bijzonder erkentelijk. Ik dank ook de heer Van Balen Walter en de heer Bootsma, die namens U allen heb ben gesproken. Het is inderdaad zo, als de heer Bootsma zopas naar voren heeft gebracht. We moe ten de politiek zien als gezamenlijk werken voor de gemeenschap. We zitten hier als leden van de Raad van de gemeente Leeuwarden en niet voor een bepaalde groep. Wij willen met elkaar proberen iets te doen in het belang van de gemeenschap en nu weet ik heel goed, dat hetgene wat ik heb kunnen doen, maar een klein beetje was, maar niemand kan meer geven dan hij bezit. Zo heb ik geprobeerd van het kleine beetje, wat ik bezat iets te geven aan de gemeente Leeuwarden. Er is erkenning voor gevonden en ik ben er zeer mee ingenomen. De Voorzitter sluit de vergadering om 22.25 uur.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1966 | | pagina 5