14
15
dam tot het tekort, gesteld onder A in de overeen
komst, bereikt met de gemeente Rotterdam, voor wat
betreft het daar te spelen wedstrijd-onderdeel. Wij zijn
dus niet voornemens meer te doen dan Rotterdam. Het
gaat hier om twee selectieronden van de Europese kam
pioenschappen dames-basketball, dat is de top van het
Europese basketball. Het is „het neusje van de zalm",
wat deze sport betreft. En ik dacht, dat het feit, dat
het mogelijk is, een deel van de wedstrijd in Leeuwar
den te krijgen, bijzonder aantrekkelijk is. En dan wil
ik er aan toevoegen, dat ik op grond van het overleg
dat ik met de Nederlandse Basketball-bond zelf heb
gevoerd (een overleg, dat, zou de Raad vanavond in
gunstige zin besluiten, zeer binnenkort wordt voort
gezet), op nadrukkelijke verzekering van de bond moet
aannemen, dat inderdaad de t.v. en de radio bij deze
wedstrijden aanwezig zullen zijn. En dat is, dacht ik,
ook wel duidelijk, want de ronde in Leeuwarden moet
niet lager gekwalificeerd worden dan de ronde in Rot
terdam. Wel worden ook de finales in Rotterdam ge
speeld, maar dat betekent niet, dat Leeuwarden de
zwakste ploeg zal krijgen; er wordt door elkaar ge
loot op grond van de krachtsverhoudingen in het Euro
pese basketball om te voorkomen, dat een eerste ronde
alle sterken voor volgende ronden zal uitschakelen en
daardoor zwakkere ploegen eventueel zelfs in de finales
terecht zouden komen. Wij zijn er dus van verzekerd,
dat in Leeuwarden hetzelfde spelniveau zal worden
gepresenteerd als in Rotterdam. Er zouden zelfs in
Leeuwarden wedstrijden gespeeld kunnen worden, die
voor de t.v. nog interessanter zijn dan die van Rot
terdam.
Nog een enkele opmerking. De kosten voor het ver
blijf van deze topsporters betreffen natuurlijk niet
alleen het onderbrengen van de meisjes; het is een
zaak van complete begeleiding en verzorging en het
bijeenhouden van de nationale ploeg. De meisjes wor
den niet los gelaten in Leeuwarden; wat dat betreft
kunt U alle illusies wel laten varen. (Gelach) De kos
ten berusten op prijsopgaven van de betreffende hotels;
het is een „all in"-tarief, wat men daar dan ook onder
mag verstaan.
Wat de presentatie in t.v.-programma's betreft, er
is een gemeente in Nederland, die daarin plaats huurt,
meen ik. Of die er veel baat bij heeft, weet ik echter
niet. Maar zouden wij dat ook doen, dan zouden wij
natuurlijk in een mum van tijd ook wel een bedrag van
f 40.000,kwijt zijn.
Ik heb mét de heer Weide de stellige overtuiging,
dat het Friese bedrijfsleven in de mogelijkheid van het
sponsorschap zeker geïnteresseerd is. Ik mag wel zeg
gen, dat ik ook enige grond voor die overtuiging heb,
omdat er niet zonder overleg over al deze zaken ge
praat wordt.
Het is, dacht ik, ook duidelijk, dat de kosten van
een Europees toernooi van een omvang als dit hoger
zijn dan de nationale zwemkampioenschappen. Ik neem
aan, dat de Raad binnenkort zal decideren over de
nationale zwemkampioenschappen in Leeuwarden.
Ik behoef m.i. niet zo bar veel meer over het voorstel
te zeggen.
Het zou kunnen zijn (maar dat punt hebben we be
paald nog niet in de overweging dit aan het adres
van de heer Rijpma -betrokken), dat we inderdaad
in de toekomst toe moeten naar een fonds, waaruit
evenementen, ook van deze soort, zouden kunnen wor
den betaald.
Ik wil eindigen met de nadrukkelijke verzekering,
dat, zo de Raad mocht besluiten tot deze garantiever
lening, wederzijds alles zal worden gedaan om de wer
kelijke bijdrage van de gemeente Leeuwarden binnen
zo redelijk mogelijke proporties te houden. En ik heb
enige hoop, dat dat ook inderdaad gelukken kan.
De heer De Jong (weth.)Ik heb als het lid van
het College, dat van mening is, dat de gevraagde ga
rantie te hoog is, hier wel een bepaalde motivering
voor. En dan kom ik toch wel in de lijn van de rede
nering van de heer Rijpma. We hebben voor de post
Onvoorzien voor 1970 f 1,50 per inwoner beschikbaar;
dat is dus 89.000 x f 1,50 f 133.000,Daarvan be
steden wij, wanneer dit voorstel zou worden aange
nomen, hoogstens f 40.000,al kan het bedrag na
tuurlijk lager zijn, zoals de heer Tiekstra gesteld heeft.
Uit die post moeten bijv. ook nog worden besteed de
kosten i.v.m. het bevrijdingsfeest; daarvoor is onge
veer f 50.000,geraamd. We moeten er verder uit
besteden ik noem maar een paar posten de kos
ten voor het indoor concours hippique, dat f 17.500,
vraagt en die van de eventuele zwemkampioenschap
pen. Als we dat optellen, zitten we al heel dicht bij
het bedrag van f 133.000,dat voor deze post be
schikbaar is voor het gehele jaar. Over 1969 zijn uit
de post Onvoorzien ongeveer 25 a 30 posten betaald.
U weet wel, dat er haast geen zitting van de Raad
voorbij gaat, of wij putten uit deze post. We hebben
in de loop van het vorig jaar dan ook de post Onvoor
zien moeten aanvullen en het ligt in de bedoeling dit
jaar deze post, die bepaald te laag is om alle onvoor
ziene uitgaven uit te kunnen betalen, weer aan te
vullen en wel met een bedrag, gelijk aan gemiddeld
een half jaar rente van nieuwe investeringen, waar
voor een vol jaar rente is geraamd (maar waarvoor
slechts een half jaar behoeft te worden betaald). Dat
is vorig jaar een bedrag van f 145.000,— geweest, dus
dat zal het dit jaar waarschijnlijk wel weer kunnen
zijn. Maar dat is ook dringend nodig, omdat met de
paar posten, die ik genoemd heb, het hele fondsje dat
we in de post Onvoorzien gevormd hebben, al opge
soupeerd is. Dus m.a.w.als we hiermee willen uit
komen aan het eind van het jaar, dan moeten we toch
wel een beetje voorzichtig leven en niet aan het be-
begin van het jaar maar doen alsof het niet op kan.
Ik wil niet zeggen, dat de meerderheid van B. en W.
dat doet want daar denken alle leden van het Col
lege wel gelijk over maar m.i. moeten we de zaak
toch wel voldoende overwegen en daarbij bedenken
Hebben we er maximaal een bedrag van f 40.000,
voor over? En nu wil ik dat basketball-toernooi wel
subsidiëren, maar dat bedrag van f 40.000,garantie
is mij te hoog. Men kan wel zeggen, dat het toch
van zoveel belang is voor Leeuwarden, omdat deze
wedstrijd op de t.v. komt, maar in de laatste maanden
van het vorig jaar zijn we twee keer ik meende
van een uur per keer ook al voor de t.v. geweest:
één keer voor de VARA en één keer voor de NCRV.
Dat heeft ons niets gekost en dat heeft ons wel geld
opgebracht. Moeten we nu echter maar zeggen: Om
even voor de t.v. te komen, mogen we wel een bedrag
van f 40.000,uitgeven Die overweging zou ik er
liever buiten willen houden.
Voor mij is dus de vraag: Moeten we f40.000,over
hebben voor zo'n basketball-toernooi? Het is uiteinde
lijk ook nog maar een voorronde daarvan. M.i. ligt
Rotterdam, waar een voorronde plus de finales gespeeld
worden, vóór bij Leeuwarden. Als de aanvankelijk ge
stelde garantie van hoogstens f 15.000,was aange
houden, dan had ik er geen moeite mee gehad dat
bedrag had ik ook wel kunnen inpassen, maar
f 40.000,vind ik ook in het kader van de financiële
mogelijkheden niet verantwoord.
De heer De Vries: Nog een kleine informatie. Ik
meen begrepen te hebben uit de stukken, dat de Bas
ketball-bond door dit toernooi in Leeuwarden te orga
niseren, in feite een financieel offer brengt van
f 30.000,-Laten we nu wijs zijn en hem dat offer
niet laten brengen.
De heer Rijpma: Ik zou aan de Weth. van Financiën
willen vragen, of het mogelijk is, dat de gemeentebe
groting alsnog zo gewijzigd wordt, dat bijv. een bedrag
van f 100.000,wordt opgenomen voor sportevenemen
ten en dat de post Onvoorzien van bijna f 150.000,-—
blijft bestaan, zodat dus het reële tekort op de begro
ting oploopt van f 710.000,tot f 810.000,Ik heb
er n.l. duidelijk bezwaar tegen en een groot ge
deelte van de christelijke fracties hebben dat dat
de post Onvoorzien op deze wijze al zo spoedig opge
soupeerd wordt.
Oorspronkelijk had ik een voorstel in petto, om te
proberen U tot een halve garantiestelling te brengen,
maar ik heb uit de woorden van de heer Tiekstra me
nen te moeten beluisteren, dat het totaal geen zin
heeft met een aanbod van f 20.000,garantie te komen.
Als de gemeentebegroting niet op de door mij be
doelde manier gewijzigd wordt, dan ben ik en waar
schijnlijk een aantal leden mèt mij niet bereid
dit voorstel te steunen.
De heer Wiersma: Ik ben niet onder de indruk ge
komen van wat de Wethouder hier heeft gezegd.
Ik zou deze vragen willen stellen:
Is er reeds contact opgenomen met het bedrijfsleven?
Zijn er bijv. al toezeggingen van het bedrijfsleven, dat
het wil meewerken?
Welke is de prognose t.a.v. het aantal bezoekers
Hoe denkt U deze zaal vol te krijgen met mensen, die
werkelijk interesse hebben voor een basketball-toernooi
Heeft U een toezegging van de N.O.S., dat zij tele
visie-opnamen zal maken
De heer Tiekstra (weth.): Het is, dacht ik, volko
men duidelijk, dat de N.B.B., alsi hij dit gehele toernooi
in Rotterdam zou organiseren, minder kosten zou heb
ben. Het zou minder risico's opleveren. Dat moet ik
met nadruk en in alle openhartigheid stellen. Het feit,
dat men er de voorkeur aan geeft, in het kader van
de propaganda voor het basketball, de onderdelen van
dit toernooi te spreiden over heel Nederland, heeft er
toe geleid, dat men in Leeuwarden terecht komt. En
dat kan ik persoonlijk verklaren uit de relaties, die
wij nu eenmaal in de nationale sportorganisaties heb
ben. Leeuwarden heeft in dat opzicht, dacht ik, een
goede naam in het land. Daarom doet men dan ook
graag een beroep op Leeuwarden.
De heer Rijpma kan ik antwoorden, dat een voor
stel van hem om de garantie op f 20.000,te stellen,
gewoon betekent, dat het evenement hier niet door
gaat. Het verlenen van de garantie behoeft natuurlijk
niet te betekenen, dat het de Gemeente inderdaad de
volle f 40.000,zal kosten.
Wat de dekking betreft, heb ik het betoog van de
heer K. J. de Jong heel goed begrepen.
De Raad weet, dat ik 13 jaar lang zelf de porte
feuille van Financiën heb mogen beheren en ik weet,
dat er t.a.v. de besteding van de post Onvoorzien in
de loop van het begrotingsjaar wel enig gerechtvaar
digd optimisme mag bestaan. Dat heeft de ervaring ons
in een reeks van jaren wel geleerd.
Het gaat slechts om de vraag: Hebben wij eventueel
dit bedrag voor dit evenement over? En om het feit,
dat de Nederlandse Basketball-bond de beslissing van
de Raad ten gunste van een garantie van f 40.000,
behoeft, om met de organisatie van dit toernooi door
te gaan.
Ik wil met nadruk vaststellen, dat de kwaliteit van
het hier in Leeuwarden te spelen basketball beslist niet
lager zal zijn dan die van het in Rotterdam te spelen
spel. Dat is een onjuiste conclusie, die gewoon in strijd
is met de organisatiemethodiek van deze toernooien.
Men moet uiteindelijk een zodanige organisatie opzet
ten, dat de sterkste ploegen in de finales komen, dus
geen organisatie, waarbij de sterkste ploegen elkaar
uit de finales spelen. En ik weet van de Nederlandse
Basketball-bond, dat deze de eerste organisatie en niet
de laatste toepast; overigens is dat ook weer niet een
keuze van de Nederlandse Basketball-bond; het is ge
woon een kwestie van toepassing van de hiervoor gel
dende internationale reglementen.
Ik kan en dat moet de heer Wiersma mij ten
goede houden -geen prognose geven over het aantal
bezoekers. We moeten het uiterste doen om de pro
paganda voor dit toernooi zo hoog op te voeren, dat
m.n. vele actieve basketball-beoefenaren, maar ook een
groot aantal andere zaalsportbeoefenaren deze wed
strijden gaan bezoeken. Het gaat om drie wedstrijden
per avond.
Ik kan alleen maar herhalen, wat ik in eerste in
stantie heb gezegd terzake van de aanwezigheid van
de t.v., n.l. dat er afspraken zijn tussen N.B.B. en N.O.S.
over de t.v.
Ik kan op dit moment ook geen mededelingen doen
over de toezegging van het bedrijfsleven t.a.v. het
sponsorschap, maar ik heb voldoende reden om te ver
wachten, dat deze bereidheid bij de bedrijven aanwezig
is. Deze verwachting berust op contacten, die ik reeds
heb gehad, zij het in het kader van andere organisaties.
Verder moet ik volstaan met namens de meerderheid
van het College deze garantie toch wel bij de Raad
aan te bevelen.
De Voorzitter: Ik heb enige aarzeling, of ik thans
over de vraag van de heer Rijpma aan de Weth. van
Financiën het woord moet geven, want ik betwijfel,
of die vraag in deze vergadering thuishoort. M.i. zou
deze veel beter passen in een begrotingsvergadering.
Of wil Weth. De Jong er toch nog even in het kort op
reageren
De heer De Jong (weth.): Ik zou dit willen zeggen:
We hebben een tekort van f 750.000,Over de wijze
van dekking zullen wij in het College nog moeten spre
ken, want dat is geen eenvoudige zaak. Daar zullen
wij al bijzonder veel moeite mee hebben. En door de
suggestie van de heer Rijpma zou het tekort nog een
ton hoger worden. Voor de rest ben ik het met de
Voorzitter eens, dat dit beter bij de begroting kan
worden bekeken.
Verschillende raadsleden verlangen stemming.
Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen met
22 tegen 13 stemmen. Tegen stemmen de heren Boom-
gaardt, Bouma, Engels, Heidinga, De Jong, Kingma,
Klomp, De Leeuw, Miedema, Ir. Rijpma, Visser, De
Vries en Wiersma.
Punt 24 (bijlage no. 10).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
De Voorzitter sluit, om 23.50 uur, de vergadering.
