6 7 Dan nog de opmerkingen van de heer Buising. Hij zegt: Wij hebben op het ogenblik 88 leerlingen. Daar bij is natuurlijk een deel (20), dat de middelbare han delsavondschool volgt. Ik verwacht eigeniijk, dat het aantal leerlingen van die middelbare handelsavond school op den duur een sterkere uitbreiding zal on dergaan dan die avond-m.a.v.o. Ik geloof ook, dat dat alleen maar gunstig zou zijn. Maar dan komen wij met in de situatie, dat vergeleken bij nu Leeu warden er minder op wordt. Ik verwacht niet, dat het avond-m.a.v.o. zo'n geweidige vlucht zal nemen, ik dacht eerder, dat wij ons zouden moeten beraden - en dat doen wij ook al, en over niet al te lange tijd zullen we daarvoor ook wel met voorstellen bij de Raad komen of wij niet meer moeten gaan denken in de richting van een avond-h.a.v.o., dan in de richting van een avond-m.a.v.o. Nog even iets over die lerarenuren. Wanneer het gaat om cursussen die in twee plaatsen door dezelfde leraar moeten worden gegeven dan zal dat moeilijkheden op leveren. Maar ik kan mij voorstellen, dat je voor een bepaaide cursus en dat gaat dan om die cursussen waar met zo'n grote belangstelling voor is 12 leerlingen hebt in Leeuwarden en 5 in Heeren veen voor dezelfde cursus. Dan zou je dat kunnen combineren, aannemende, dat je met 17 leerlingen een cursus mag laten draaien. Dan zou zo'n cursus moeten worden gegeven dat is ook de praktijk o.m. bij de Noordelijke Leergangen in die plaats waar de meeste belangstelling is. In dat geval zou zo'n cursus in Fries land kunnen worden gegeven. Nu niet, want Leeuwar den zou in mijn voorbeeld 12 leerlingen hebben, en dan kan het niet en in Heerenveen kan het evenmin. Dat vind ik het grote nadeel van het feit, dat we elkaar in Friesland niet hebben kunnen vinden. (De heer Buising: Maar dan wordt natuurlijk het idee van de mogelijkheid om op drie verschillende plaatsen les te geven wel doorkruist in principe.) Dat is ook zo. Het gaat er alleen maar om, dat we, wanneer er veel leer lingen zijn, de cursus over twee plaatsen kunnen ver delen. De leraren hoeven dan niet in twee plaatsen les te geven. Voor die specifieke vakken, waarvoor het juist zo moeilijk is om een cursus te starten en waar we echt wel belang bij hebben (want dat zijn dan de topvoorzieningen)is op het ogenblik helemaal geen mogelijkheid en daarom spijt het mij, dat er deze ont wikkeling is geweest. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punten 14 en 15 (bijlagen nos. 108 en 127). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 16 (bijlage no. 125). Mevr. Bakker-van Diermen: De huisvesting van het Administratief Centrum komt hier vanavond ter sprake nadat begin februari 1.1. alle werknemers van deze in stelling zich in een adres tot het College en de Raad hadden gericht, ofschoon de lijst met alle handtekenin gen niet bij de ter inzage gelegde stukken lag. N.a.v. dit adres zoudt U met een preadvies komen. Dit stuk ligt nu voor ons. Er is nog iets. We kennen nog niet de inspraak van de publieke tribune. De werknemers van het Administratief Centrum hebben evenwel de moeite genomen om naar aanleiding van Uw preadvies hun mening nog eens gedetailleerd uiteen te zetten. Zij het dan indirect nemen zij toch deel aan deze gedachten- wisseling, want het door hun opgestelde adres zou ik graag als opgenomen in mijn speech willen beschou wen. Ik zou het College willen vragen de punten in dit adres, genoemd onder a t.e.m. i, in deze discussie te betrekken. De tekst van de punten uit het adres luidt: a. Als het College stelt, dat de vestiging aan de Perkstraat 40 een tijdelijk karakter had, dan betekent dat toch niet dat er ooit eerder plannen waren om het Administratief Centrum bedrijfskundig met de sociale werkplaats te combineren. Het tegendeel is eerder het geval. Diverse collega's is bij het begin van de tewerk stelling met nadruk verzekerd, dat het Administratief Centrum zou blijven waar het momenteel is. b. Als meegedeeld wordt, dat de voormalige vrou wenwerkplaats gemakkelijk in een zodanige staat kan worden gebracht, dat het als passend kan worden be schouwd voor het verrichten van administratieve werk zaamheden, dan is dat bezijden de waarheid. Er is aanmerkelijk minder ruimte dan in de Perkstraat. Bo vendien is het één groot werkvertrek. Verschillende collega's, die nog hebben gewerkt in het voormalige weeshuis, weten uit ervaring, hoezeer dit de werksfeer benadeelt. Het geschikt maken van dit semi-perma- nente gebouw zal veel gaan kosten. Bovendien is het dak zo geconstrueerd, dat men zomers bijna stikt van de hitte c. De huidige rijksconsulent, hier nog slechts kort werkzaam, kan wel adviseren, doch de intentie van de wet (duidelijk scheiding tussen de diverse werkverban den) niet veranderen. Zijn naaste medewerker, die voorheen volledig open stond voor onze verlangens ten aanzien van handha ving van de huisvesting aan de Perkstraat, is, om in politieke termen te spreken, door de bocht gegaan! d. Aan het overleg en de informatie om van inspraak nog maar niet te spreken heeft zo niet al les, dan toch veel ontbroken. Dat de sociale werkvoor zieningscommissie kan adviseren, zonder op enigerlei wijze met ons contact te hebben gehad (twee grote werknemersorganisaties waren hierbij niet vertegen woordigd!), ervaren wij als een ernstig tekortschieten. e. Het argument van het akkoord van de bedrijfs- kern suggereert meer dan het is: de bedrijfskern be staat n.i. uit 3 personen uit de werkplaats en 1 van het Administratief Centrum. f. Omtrent de in de raadsbrief geschetste voordelen merken wij op: 1. Het is twijfelachtig of een betere huisvesting ge creëerd kan worden. Ais dat al het geval is, zou U zich eerst eens moeten laten voorrekenen wat dit gaat kosten. 2. Denkbaar is, dat de D.S.W. dit dure semi-per- manente gebouw afstoot. 3. De medische begeleiding laat veel te wensen over. De bedrijfsarts is slechts 1 dag per week en dan ook nog maar gedeeltelijk beschikbaar. Van preventieve medische zorg is geen sprake. 4. Dit is een totaal onbewezen stelling. De leiding die wij hebben, is goed. Er is een goede werksfeer, wat naar horen zeggen op de werkplaats wel te wensen overlaat. 5. Een vergelijking van de huidige kosten van huisvesting met die in het semi-permanente gebouw zal uitwijzen, dat niets voordeliger is dan het afstoten van de v.m. vrouwenwerkplaats. g. De overplaatsing naar het industrieterrein roept tal van (psychologische) persoonlijke bezwaren op. Wij allen voelen dit als een onaanvaardbare verzwaring van onze reeds moeilijke werksituatie. h. Het orderpakket bestaat o.a. uit een groot aan tal kleine, doch arbeidsintensieve opdrachten. Er is met tal van opdrachtgevers een goede relatie ontstaan, die vanuit het Administratief Centrum is opgebouwd. Door de geïsoleerde ligging op het industrie-terrein zullen diverse opdrachtgevers elders in de binnenstad hun orders gaan plaatsen. Tot nu toe is er nog geen enkel onderzoek geweest naar deze repercussies. i. Met klem ontkennen wij de stelling, dat er geen causaal verband zou bestaan tussen de vestiging van het Administratief Centrum in de binnenstad en het aantal opdrachten. Wij voorzien, dat er tal van regel matige werkopdrachten zullen komen te vervallen. In tegenstelling tot de werknemers van het Admi nistratief Centrum hebben wij, als raadsleden, een bre dere informatie gehad uit de stukken, die op de ge bruikelijke wijze ter inzage lagen. Voor ik op die stukken inga nog een opmerking vooraf. U schrijft in het preadvies, dat de huisvesting van het Administratief Centrum aan de Perkstraat 40 vanaf het begin een tijdelijk karakter heeft gehad. Dat mag op zichzelf waar zijn, maar die tijdelijkheid was niet deze, dat er gestreefd werd naar een samen bundeling van het Administratief Centrum en de So ciale Werkplaats. Er waren plannen te komen tot een geheel nieuw gebouw voor deze tak van de D.S.W. In dit verband wil ik nog graag even de aandacht vesti gen op hetgeen tijdens ae begrotingszitting van 10 fe- Diuan 1960 over deze zaak is opgemerkt door mijn fractiegenoot G. de Vries. Deze stelde, en ik citeer „T.a.v. het Administratief Centrum zegt het College, dat de voormalige Joodse school nog steeds als een tijdelijke oplossing wordt gezien en dat er voor een definitieve huisvesting wordt gedacht aan een nieuw te bouwen pand. Ik zou hierover graag willen opmer ken, dat de situering van het Administratief Centrum op het ogenblik naar mijn gevoel bijzonder gunstig is. Ik kom er nogal eens doordat wij er geregeld type werk laten verrichten en ik dacht juist, dat het feit, dat het Administratief Centrum zo prachtig is gelegen in het hart van de stad, een bijzondere pré is voor dit geheel. En wanneer we zouden moeten kiezen tussen een nieuw gebouw aan de rand van de stad of hand having in de oude Joodse school, dan zou naar mijn gevoel zonder meer de voorkeur uitgaan naar de hui dige huisvesting." Aldus De Vries. Wethouder Heetla was het met De Vries eens, dat het Administratief Centrum zo gunstig in de binnenstad zat. Ik herhaal dus, dat het m.i. nooit in de bedoeling heeft gelegen deze projecten te koppelen. Nu echter terug naar de ter inzage liggende stuk ken. In het adres van de werknemers van het Admi nistratief Centrum wordt gesteld, dat men zich te leurgesteld voelt over de wijze waarop in de Sociale Werkvoorzieningscommissie deze zaak is behandeld. Deze teleurstelling deel ik volledig. Wie de notulen leest, krijgt de indruk, dat de overplaatsing van het Administratief Centrum zo'n simpele zaak was, dat men er nauwelijks een punt van heeft gemaakt. Hier stond volledig de efficiency centraal. Niemand van de leden van deze commissie toonde ook maar enige twij fel aan de juistheid van de overplaatsing. Niemand kwam op de gedachte om te informeren wat deze over plaatsing zou betekenen voor de betrokken werkne mers. Niemand kwam met het voorstel om, alvorens een advies te formuleren, eerst eens met deze mensen te gaan praten. Zelfs de bedrijfsarts bleek volgens de notulen volledig achter dit plan te staan. Wettelijk ligt de situatie zo, dat een werkverband uitsluitend ge richt moet zijn op de uitvoering van öf handarbeid óf hoofdarbeid. De Rijksconsulent kan hiervan afwij kingen toestaan. Uw raadsbrief suggereert, dat bedoel de Rijksconsulent heeft geadviseerd het Administratief Centrum in een daartoe passend te maken ruimte van de Sociale Werkplaats onder te brengen. Deze om schrijving is onjuist. Dat heeft de Rijksconsulent niet geadviseerd. De betreffende brief handelt over de forse exploitatieverliezen en daarin worden enkele alterna tieven genoemd die mogelijk kunnen leiden tot een ver betering van die bedrijfsuitkomsten. Het zijn er drie volledigheidshalve noem ik ze even zodat er geen misverstanden kunnen ontstaan. 1. Onderbrenging van het Administratief Centrum in een daartoe passend te maken ruimte van de Werk plaats. 2. Verhuur van overtollige bedrijfsruimte. 3. Een scherper commercieel beleid in de zin van doorberekening van de huisvestingskosten in de prijs vaststelling. Dat is, met permissie gezegd, toch wel iets anders dan in het preadvies wordt voorgesteld. We hebben best begrip voor de situatie waarin de Werkplaats ver keert. Het is een beroerde situatie, dat we niet tot een meer sluitende exploitatie kunnen komen. Maar de pogingen die kunnen worden aangewend om daarin verbetering aan te brengen, mogen niet ten koste gaan van een 30-tal mensen die in een aan de Raad gericht adres duidelijk hebben gesteld, dat ze er niets voor voelen om te worden overgeplaatst. Onder alle argumenten die de 30 werknemers heb ben aangevoerd, gaat een groot stuk emotionaliteit schuil. En is dat niet begrijpelijk als men zich reali seert hoe zij in deze situatie terecht zijn gekomen Went nu niet alles in het werk te worden gesteld, als men weet wat de achtergronden zijn, om deze gevoe lens van onzekerheid, en wat men tegenwoordig met een mooi woord frustraties noemt, verder tegen te ?aan. in dit verband hebben mijn fractie en ik bij de stukken een duidelijke informatie gemist van deskun dige zijde, n.l. wat voor deze mensen gevoelsmatig de gevolgen zijn van de voorgenomen overplaatsing die ik herhaal het nog maar eens, mijnheer de Voorzit ter niet door de Rijksconsulent is geadviseerd, maar genoemd als mogelijk alternatief. In een vijftal punten zijn in de raadsbrief de voor delen opgesomd welke deze verplaatsing zou opleve ren. T.a.v. het le punt zou ik graag meteen willen zeggen, dat ik het in hoge mate betwijfel, dat het Ad ministratief Centrum een aanmerkelijk betere huisves ting krijgt. Mijn fractiegenoot Buising en ik hebben ons ter plaatse georiënteerd. Ik moet U zeggen, dat wij er niet bepaald enthousiast vandaan zijn gekomen. Ais het gaat om een meer optimale benutting van de gebouwen aan de James Wattstraat, zou ik me, met het adres van de werknemers, kunnen voorstellen, dat dit semi-permanente gebouw wordt afgestoten. Op de me dische begeleiding kan ik niet verder ingaan. Wel heb ik het gevoel, dat de werknemers zich een foutief beeld hebben gevormd van de functie die een bedrijfsarts heeft. Als het evenwel gaat om het beoordelen van de werksituatie en mogelijke klachten die hieruit voort komen, dan is het voor mij een raadsel waarom de be drijfsarts, eventueel gesteund door deskundigen op psy chologisch en sociaai terrein, niet in de eerste plaats grondig heeft onderzocht wat voor terugslag het tor nen aan deze werksituatie voor de betrokken mensen zou hebben. Ik zou een vraagteken willen plaatsen bij het argu ment, dat het Administratief Centrum alleen maar doel matiger kan werken wanneer het aan de Werkplaats wordt verbonden. In dit verband zou ik het College ook nog twee vragen willen stellen. Hoe staat het met de orderpositie van het Administratief Centrum Be staat er ook een wachtlijst voor te plaatsen mensen op het Administratief Centrum? De onder punt 5 berekende besparing kan ook wor den bereikt als dit houten gebouw wordt afgestoten. Samenvattend kan ik wel stellen, dat er in mijn frac tie ernstige bezwaren leven tegen deze gang van zaken. Op dit moment, nu blijkt, dat ook bij nagenoeg alle werknemers grote weerstanden bestaan, zou het bijzon der onverstandig en ontactisch zijn de overplaatsing toch door te laten gaan. Van de noodzaak daarvan zijn mijn fractie en ik niet overtuigd geraakt. Het heeft ons ten enenmale aan de nodige voorlichting en in formatie ontbroken om het preadvies van B. en W. te kunnen ondersteunen. Ik overweeg dan ook in tweede instantie met een motie te komen waarin zal worden uitgesproken, dat de Raad van mening is, dat het Administratief Cen trum vooralsnog gevestigd dient te blijven op de hui dige plaats in de Perkstraat. Er is nog een lopend huurcontract. Die tijd kan het Administratief Cen trum dus rustig blijven waar het is. In de tus senliggende tijd zou het College zich eens grondig moe ten beraden op de hele situatie van de D.S.W. Het is inderdaad noodzakelijk, dat we trachten tot verbete ring te komen van de bedrijfsresultaten. Dat vraagt een onderzoek door deskundigen. Er is ons zijdelings medegedeeld, dat er aan de gehele organisatie nog wel het een en ander valt te verbeteren. Dat blijkt m.n. ook uit de brief van de Rijksconsulent van de Complemen taire Sociale Voorzieningen die t.a.v. de personeelsbe zetting e.d. een stuk of wat harde noten kraakt. Er zou in dit onderzoek dan ook de vraag betrokken kun nen worden, of het Administratief Centrum inderdaad technisch-organisatorisch ruimtelijk thuishoort bij de Sociale Werkplaats dan wel, dat er naar een of an dere vorm van zelfstandigheid van dit geheel voor hoofdarbeiders gestreefd zou moeten worden. Dit laat ste zou n.l. ook een oplossing kunnen zijn, zonder dat het nog direct uit het verband van de D.S.W. wordt gelicht. Ik heb alvast de motie aangekondigd, mijnheer de Voorzitter, omdat zij dan wellicht meteen door de an dere woordvoerders in de beschouwingen kan worden betrokken. De heer Visser: Mevr. Bakker heeft als een résumé gegeven van de gebeurtenissen rond de voorgenomen verplaatsing van het Administratief Centrum. Ik hoef daar dus niet verder op in te gaan.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1971 | | pagina 4