11
Mevr. Visscher-BouwerIk kan mij helemaal vin
den in hetgeen de heer Van Haaren heeft gezegd. Wij
zijn hier bijzonder blij mee, temeer ook daar het de
gemeente praktisch geen geld kost, omdat de kosten
voor een controleur nu kunnen vervallen.
Het zou helemaal mooi zijn als deze verbinding Bil-
gaardRengerspark nog veiliger zou worden door het
maken van een tunneltje onder de rondweg door. Dit
zou ook een heel korte, veilige, verkeersvrije verbin
ding zijn van Bilgaard naar het centrum. Ik zou graag
van de Wethouder willen weten, of hier enige kans op
bestaat.
De heer Tieltstra (weth.)De heer Heetla fluistert
mij in, dat de kosten uiteraard niet vallen te dekken
met de wegvallende kosten met betrekking tot de con
troleur. Dat heeft mevr. Visscher ook wel begrepen.
Ik geloof, dat ik de vragen, zowel van mevr. Vis
scher als de heer Van Haaren, nogal duidelijk kan be
antwoorden. Op dit moment is bij de Verkeerscommissie
en ook bij de Dienst Openbare Werken in overleg met
de verkeersdeskundigen in onderzoek de mogelijkheid
om een voetgangers- en wielrijderstracé te ontwikke
len voor het Bilgaard, waardoor mogelijkerwijs een
kruisingsvrije voorziening kan worden getroffen, juist
ook m.b.t. dit pad. Wij weten natuurlijk niet of dit er in
zit; het wordt zeer consciëntieus onderzocht. Ik ben het
wel eens met de sprekers die zeggen, dat juist deze
kwetsbare verkeersdeelnemers op dit moment voor dit
gebied wel vragen om andersoortige voorzieningen dan
op het ogenblik beschikbaar zijn. Mag ik met dit ant
woord wat dat betreft volstaan?
Ik dacht, dat de breedte van het betreffende pad op
dit moment geprojecteerd is op 3 m. Dat lijkt mij
juist een breedte die bijzonder doelmatig is, omdat ook
voor materiaalvei'keer of moet ik in spoorwegter
men zeggen materieelverkeer een voldoende breed
te aanwezig moet zijn. En dat niet alleen. Bovendien
wordt dit een geasfalteerde weg en de breedte van de
asfaltmachine is 3 m. Anders zou je het werk met de
kruiwagen moeten uitvoeren. De machine legt een
strook van 3 m breed, zodoende kan je geen smaller
pad maken. Maar geasfalteerde paden worden juist
wegens de passage van materieel op deze breedte ge
maakt. Ik hoop, dat de heer Van der Veen met deze
toelichting genoegen kan nemen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punt 13 (bijlage no. 360).
Mevr. Visscher-Bouwer: Het eerste punt van dit
voorstel bekijkend, kunnen wij zeggen, dat wij het hier
volkomen mee eens zijn. Je komt in deze haakse boch
ten inderdaad vaak in de knel door de stadsbus.
Wat het tweede punt betreft, beschoeiing langs de
Dokkumer Ee, wil ik opmerken, dat dit vooral belang
rijk is voor de mensen uit Snakkerburen die hier dage
lijks langs moeten fietsen. Het weggetje langs de Ee
is zo smal geworden, dat het gevaarlijk wordt. Het is
daarom alleen jammer, dat deze verbreding door
deze beschoeiing wordt het pad hopelijk weer breder
net ophoudt op het punt waar het weggetje zo smal is,
dat men elkaar er eigenlijk niet meer kan passeren,
n.l. tegenover de in de raadsbrief genoemde vijver bij
Timmermans. Is het ook mogelijk, in overleg met de
eigenaars, deze beschoeiing verder noordelijk uit te
strekken? Dat is mijn eerste vraag hierover.
Verder wil ik nog dit opmerken: Afgezien van het
belang van deze verbinding met Snakkerburen, zolang
er nog geen andere brug over de Bonke is, heeft dit pad
een bijzondere betekenis als recreatieve voorziening
voor de wijk Lekkumerend. Bij navraag blijkt mij nu
echter, dat indertijd in de koopovereenkomst met de
fa. Timmermans een beperkende clausule is opgeno
men, zodat het recht van overpad kan worden beëin
digd. En er ligt een raadsbesluit van 24 juni 1964, dat
dit pad door B. en W. op een door hen nader te be
palen tijdstip aan het verkeer kan worden onttrokken.
Waarom is dit feit nooit eerder medegedeeld wanneer
er in de Raad en in commissies over dit pad werd ge
sproken? Niet ieder raadslid zit reeds meer dan zeven
jaar in de Raad. Het komt mij voor, dat het bijzonder
jammer zou zijn, dat dit hele pad door een onderbre
king bij Timmermans als recreatiemogelijkheid verlo
ren gaat. Zoveel aardige ommetjes heeft Leeuwarden
niet meer. Mijn vraag is dan ook: Wilt U proberen
een wijziging te krijgen van de koopvoorwaarden en
dan ook het betreffende raadsbesluit „terugdraaien"?
De heer Tiekstra (weth.)Ik dacht, dat ik kan vol
staan met het beantwoorden van het tweede deel van
de vraag van mevr. Visscher. Ik moet dan beginnen
met te zeggen, dat in het bestemmingsplan Lekkumer
end de bestemmingen op dit moment geregeld zijn zo
als ze er liggen; dat betekent met inbegrip van de be
stemming van het terrein van de fa. Timmermans,
waarover mevr. Visscher sprak. De verbinding met
Snakkerburen is in het bestemmingsplan op een an
dere wijze geregeld; dat is ook wel eerder punt van
discussie geweest in de Raad; ik denk maar even aan
de discussie over de aanleg van een brug, waarbij de
Raad destijds al een besluit heeft genomen. Dat be
sluit is nog steeds niet uitgevoerd, omdat er vanuit
Snakkerburen bezwaren kwamen tegen de grootte van
deze brug. Wij hebben inmiddels overeenstemming met
Snakkerburen bereikt en er is besloten, dat het profiel
van deze brug zal worden aangepast aan het verkeer,
zoals mevr. Visscher gevraagd heeft. Ik moet nadruk
kelijk zeggen, dat de onderhandelingen die destijds zijn
gevoerd met de fa. Timmermans (het bedrijf lag in
het tracé Eebrug - Gerbrandyweg - Dammelaan) nogal
gecompliceerd zijn geweest; ze waren ook tijdrovend
en kostbaar. We hebben toen de medewerking van de
fa. Timmermans gekregen op basis van de overeen
komst, zoals die nu is. Dat betekent, dat de fa. Tim
mermans staat in de volle rechten van de eigenaar
en dat het niet aan de Raad is, iets van die overeen
komst „terug te draaien". Het betekent alleen, dat
bij gedogen dit pad nog kan blijven liggen totdat er
een andere voorziening is en dan zullen B. en W. de
datum moeten vaststellen waarop het gebruik van dit
pad voor het doel, zoals mevr. Visscher bedoelt, af
gelopen is. Dat is nu eenmaal de consequentie in het
civiel-rechtelijk verkeer tussen partijen.
Ik herhaal met nadruk, dat misschien in overleg met
de fa. Timmermans wel te bereiken is, dat de beschoei
ing wordt voortgezet, maar dat dat niet hoeft te im
pliceren, dat ook het pad op den duur blijft bestaan.
Er is in het overleg met de fa. Timmermans onder
handeld op basis van een ander tracé. Ik dacht, dat
dat duidelijk was. Ik wil mevr. Visscher wèl toezeg
gen, dat wij van onze kant zullen trachten de mede
werking van de fa. Timmermans te krijgen, opdat ook
de beschoeiing verder kan worden voortgezet.
Mevr. Visscher-Bouwer: Het ging mij niet om de
verbinding van Snakkerburen met de stad; ik weet
heel goed, dat er een andere brug komt en dat dat pad
voor die verbinding dan niet meer noodzakelijk is. Het
ging mij om de recreatieve waarde van het pad. De
betreffende wijk is heel schaars bedeeld, wat de re
creatieve voorzieningen betreft. Er zitten elke dag veel
mensen ook kinderen te vissen. Er wandelen op
zondag veel mensen uit die wijk langs dit pad en ze
komen langs dit pad naar Snakkerburen. Dit pad heeft
ook omdat het langs het water loopt natuurlijk
een recreatieve waarde; het heeft aantrekkingskracht.
Mijn vraag is dus: Zou het niet ik weet natuurlijk,
dat formeel alles vastgelegd is en dat alles zo is als
de Wethouder heeft gezegd mogelijk zijn (het ligt
er nu al zo'n zeven jaar zo), dat men er bij de fa.
Timmermans misschien niet die waarde aan hecht als
men eerst gedacht heeft en dat er daarom misschien
nog eens met de fa. Timmermans overleg kan worden
gepleegd over de vraag, of die firma het eerder in
genomen standpunt handhaaft. Dat was mijn verzoek.
Ik begrijp best, dat nu alles zo vast ligt. Ik vind het
principieel eigenlijk ook zeer onjuist, dat het particu
lier belang hier prevaleert boven het algemeen belang.
De betreffende firma is natuurlijk zeer tolerant door
dit zeven jaar te gedogen daar ga ik ook wel van
uit maar ik betreur deze gang van zaken wel. Het
gaat, wat die firma aangaat, maar om zo'n 20 ni
pad, maar daardoor gaat het hele pad verloren, want
het wordt door die 20 m onderbroken.
Dat is het punt waar het om gaat; ik vind dat jam
mer. Niemand kan dan meer langs de Ee Snakkerburen
bereiken. Die verbinding is dan weg. Ik zou toch
graag willen weten of men hier nog eens over wil
denken.
De hear Miedema: Ik bin it mei mefr. Visscher-
Bouwer iens, dat dit in bigreatlike saek is. Ik wit noch
wol, dat wy dat doe oankocht hawwe en oer dy bipa-
ling is doe ek wol praet, ek wiidweidich oer pract.
Mar it koe net oars. Ik kin my dan ek bést yntinkc,
dat de Wethalder nochal resolüt seit: „Dit kin net."
Alhoewol: Hwat net kin, bart ek noch wol ris.
De Wethalder seit nou: „Sa gau der in oare foar
sjenning is, forfait dit paed." Nou, dan witte wy
hwer't wy oan ta binne. Yn tsjinstelling dêrmei fyn ik
syn bislüt: „Ik bin wol ré to bifoarderjen, dat de bi-
skoeimg fierder giet." Dy twa saken binne meiinoar
yn tsjinspraek. As Jo sizze, dat binnen inkele jierren
dat paed forfait, dan bin ik der hielendal net sa lok-
kich mei, dat wy in oar syn terrein dan nou noch bi-
skoeije. (Mefr. Visscher-Bouwer: Hwer moatte wy dan
lans, moatte wy dan troch de Ie swimme of sa Dat
sjogge wy dan wol. (Laitsjen) Ik haw wol hwat bi-
swier tsjin it biskoeijen fan dat stik. As ik it goed bi
grepen haw seit de Wethalder, dat it paed forfait as
der in oare foarsjenning is, mar dat hy wol prate wol
oer ütwreiding fan de biskoeijing. En dan siz ik: Nou
wit ik it hast net. It is of it iene of it oare.
De hear Jansma: len fraech. Giet it allinne om dat
terrein fan de fa. Timmermans of binne der noch mear
bidriuwen yn dy buert dêr't itselde spilet?
De hear Tiekstra (weth.)Ik zal met mijn beant
woording van de sprekers „op zijn chinees" te werk
gaan. Ik haw by oare gelegenheden wolris sein, dat
myn kop fansels gjin kadaster is fan partikuliere en
gemeentlike eigendommen. Dat kin men ek net freegje.
Ik soe de hear Jansma dit sizze wolle, dat by myn
witten deselde prosedure tapast is by de oare eigeners
en dat bitsjut, dat it bisteande paed der „bij gedogen"
leit. Ik siz „by myn witten".
De hear Miedema mient, dat der in tsjinstelling is
tusken itjinge ik niis sein haw en de posysje fan Tim
mermans. Ik haw mei klam sein, dat de fa. Timmer
mans yn de folie rjochten fan eigendom stiet. Dat is
net it dominearjen fan it partikuliere bilang, mar it
bitsjut gewoan, dat de fa. Timmermans it folie rjocht
fan eigendom hat en allinne op groun fan oerliz mei
dy firma dizze foarsjenning mooglik wêze kin.
Dan ben ik bereid en nu kom ik bij mevr. Visscher
zolang dit pad er nog ligt met de fa. Timmermans
overleg te plegen en dat impliceert het doortrekken
van de beschoeiing en dat impliceert dan tegelijkertijd,
dacht ik, dat er aan die wal nog meer gebeurt en wat
er aan die wal gebeurt komt ten goede aan het pad.
Dat is het enige wat ik kan zeggen. Maar ik ben
bijzonder voorzichtig, want als de betreffende eigenaar
zou zeggen: We doen het niet, dan gaat het niet door.
Op het ogenblik is de toestand „bij gedogen".
De Voorzitter: Dat overleg zal de Wethouder dus
voeren.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel
van B. en W.
Punt 13a (bijlage no. 370).
De heer Janssen: Het verheugt mij bijzonder, dat
U op zo'n korte termijn op het adres van de bewoners
van de Tijnjedijk hebt gereageerd.
Met de adressanten ben ik van mening, dat het grote
bezwaren ondervindt om langs deze smalle en slappe
weg veelvuldig grondvervoer toe te staan en ook U
ontkent dit niet in Uw preadvies. U schrijft in Uw
preadvies, dat U zult trachten in het Grote Wielen-
gebied of in het plan-Kalverdijkje een nieuwe grond-
stortplaats te realiseren. Wat het plan-Kalverdijkje be
treft, zou ik U willen verzoeken van te voren zeer veel
aandacht te besteden aan de bereikbaarheid van de
stortplaats en de aanvoer bij voorkeur niet langs een
woonstraat te laten plaatsvinden, opdat we in de toe
komst niet opnieuw met klachten geconfronteerd zul
len worden.
Vervolgens schrijft U in Uw preadvies, dat U de
snelheid op de Tijnjedijk tot 15 km per uur zult be
perken. Geldt dit alleen voor zandauto's of voor alle
verkeer? Het lijkt mij vrij moeilijk hierop effectief
controle te blijven uitoefenen.
De door de bewoners gevraagde omleiding wijst U
van de hand i.v.m. de te grote afstand (plm 2 km)
vanaf de Weideflora tot de grondstortplaats. Na con
tact met en advies van een der adressanten heb ik
echter een veel kortere weg ontdekt om tot het doel te
geraken. Wanneer U vanaf het Oostergoplein komen
de, de Aldlansdyk in oostelijke richting berijdt tot het
Drachtster kruispunt, dit vervolgens passeert, dan ligt
daar een kort stukje van de toekomstige weg naar
„Hemrik" dat ongeveer achter de Kobbekooi ophoudt.
Als U deze weg met rijplaten verlengt tot achter het
woonwagenkamp en vervolgens in noordelijke richting
afbuigt, komt U aan het begin van de Holstmeerweg
die ook in Uw preadvies genoemd wordt en U hebt
daardoor de Tijnjedijk vermeden. Deze omlegging be
draagt ongeveer 350 m en kan mogelijk tevens ge
bruikt worden als bijv. i.v.m. te verwachten werkzaam
heden aan de Tijnjedijk deze eens voor doorgaand ver
keer gesloten zal moeten worden. Ik zou U dan
ook willen verzoeken alsnog deze mogelijkheid te
onderzoeken en als het enigszins kan deze te realise
ren. Ik neem aan, dat, wanneer U deze toezegging kunt
doen, de meeste bezwaren van de adressanten zullen
vervallen. Ik wacht dan ook met belangstelling Uw
reactie af.
De heer J. de Jong: Ik heb niets toe te voegen aan
hetgeen de heer Janssen heeft gezegd. Alles wat ik
wilde zeggen, is al door hem naar voren gebracht.
De heer Faber: Ik hoorde net van de heer Janssen,
dat het College zo snel gereageerd heeft, maar dat was
dan wel in tweede instantie. Het eerste contact vond
plaats op 9 april j.l., het tweede contact op 21 sep
tember j.l. In de tijd gelegen tussen die data heeft de
Gemeente, aldus de bewoners, niets van zich laten ho
ren. En dat is wel een lange termijn. In die tijd had
er misschien iets gedaan kunnen worden.
Wat die snelheidsbeperking betreft, is men het er
wel over eens, dat daar geen effectieve controle op
gehouden is tot dusverre en dat men er zich niets van
aantrekt. Misschien weet U een manier om daar ver
betering in te brengen; de bewoners zien dat niet.
Het vervoer van die grond kan inderdaad langs een
kortere route. Daar hoef ik niet verder op in te gaan.
Het hoeft niet onder de Drachtster brug door.
Een andere vraag van de kant van de bewoners was,
of die grond eerst zover weg gestort moest worden,
of dat niet dichterbij kon. Of de omleiding die de heer
Janssen voorstelt slechts 350 m bedraagt, betwijfel ik.
Ik heb de situatie eens bekeken; het is in ieder geval
een kortere route dan die onder de Drachtster brug
door.
Een laatste punt, dat ik wilde aansnijden, is, dat
men vermoedt, dat er eigenlijk wel een beetje te veel
aan het belang van Albert/Heyn is gedacht; dat daar
eerst de weg is gemaakt. Men had liever gezien, dat
er meer aandacht was besteed aan de problemen van
de bewoners van die buurt.
De heer Van Haaren: Ik sluit mij ook aan bij wat
de heer Janssen heeft gezegd. Als de door hem aan
gegeven route mogelijk is, dan is dat een goede op
lossing, dan wordt een heleboel overlast en wij
zijn het er allemaal over eens, dat er overlast is; U
noemt het in Uw brief bezwaren voor de bewoners
van de Tijnjedijk vermeden.
Ik ben ook ter plaatse geweest en ik heb de scheu
ren in de muren gezien. Het is werkelijk heel triest.
Je kunt het zelfs van buiten zien; de scheuren lopen zo
over de buitengevel. Het betreft hier woningen die
eigendom zijn van eenvoudige arbeidersgezinnen, men
sen die dikwijls hun spaargeld in deze woningen heb
ben zitten. Deze huizen lijden nu eenmaal enorme schade
door het grondvervoer, terwijl er geen enkele moge
lijkheid is voor schadevergoeding.
Ik kan het niet bewijzen, maar ik heb het gevoel,
dat de Gemeente bewoners van de Harlingerstraatweg
dit soort overlast niet zou aandoen. De bewoners daar