a. Z/bS 4 I heid. Dat wil ik hier toch wel duidelijk stellen. Wij moeten er niet zo maar toe overgaan recreatiewachten aan te stellen; daarmee zouden we de kosten die we t.a.v. dit gebied moeten maken, nog verhogen. Wij we ten ook nog steeds niet wat het Rijk zal doen t.a.v. de totale exploitatiekosten van dit gebied. De heer Visser: Uit het antwoord op vraag 3 (uit breiding kampeerterrein) blijkt, dat we hier te maken hebben met een onrendabele voorziening. Wanneer de volgende raadszitting gepasseerd is, dan zal het ons, dacht ik, wel duidelijk zijn, dat er geen dekking meer zal zijn voor deze kapitaalslasten. Mijn vraag is dan ook: Koestert het College de illusie, dat er dit jaar nog met de uitvoering een aanvang kan worden gemaakt? De heer Heidinga: Ik wil nog graag iets zeggen. (De Voorzitter: Vooruit maar.) Het is een opmerking naar aanleiding van hetgeen mijn zeer geacht mede raadslid de heer Wiersma heeft gezegd. Voor de straat werken die door de Gemeente worden uitgevoerd, wor den de materialen altijd geleverd door de Gemeente zelf (tegels, buizen, kolken enz.). De verantwoorde lijkheid voor die materialen blijft dan ook voor de Ge meente. Ik weet niet of de methode die men anders altijd gebruikt, toegepast is in het Groene Ster-gebied. Als het wel zo is, ligt de zaak niet zoals de heer Wier sma zei. De heer Weide (weth.)Ik had wel verwacht, dat er veel vragen zouden komen over het prachtige, unieke Groene Ster-gebied. Ik zal pogen de vragenstellers zo goed mogelijk te beantwoorden. De heer Van der Veen heeft gevraagd of er al over leg met C.R.M. is gepleegd over een exploitatiesubsidie voor de Groene Ster. Er is één keer officieel overleg gepleegd met de Staatssecretaris van C.R.M. Deze heeft ons verzocht per object een exploitatie-opzet te maken. Dan zou hij bereid zijn de zaak op het Ministerie te bespreken. Een definitieve toezegging is er niet gedaan. Wij zullen er van onze kant alles aan doen zodra we de opzet per object klaar hebben voor de ex ploitatie een rijkssubsidie te krijgen. De exploitatie van dit unieke gebied baart ons wel de nodige zorgen. Ik kan een aantal raadsleden tegelijk beantwoorden m.b.t. de vragen over het toezicht op het gebied. Het is een bijzonder moeilijke affaire. We willen het ge bied zo efficiënt mogelijk exploiteren om de kosten zo laag mogelijk te houden. Het beleid zal ook bepaald wel gaan in de richting van het handhaven van de natuurlijke begroeiing; mevr. Woudstra en de heer Van Haaren hebben daar al het een en ander over gezegd. Wanneer wij dit gebied te steriel gaan maken, wan neer we alles keurig netjes met rechte paden e.d. gaan aanleggen, dan zal dat kostenverhogend werken; bo vendien is het weinig aantrekkelijk. Op dit moment werken er ongeveer 6 mensen in dit gebied. Over de aanstelling van een recreatiewacht hebben wij uitvoe rig gesproken in diverse commissies; wij hebben ook overleg gepleegd met rijks- en gemeentepolitie. De heer Klomp heeft er al op gewezen, dat in dit gebied nogal eens diefstallen worden gepleegd. De da ders konden niet op heterdaad worden betrapt, 's Nachts worden soms jonge planten weggehaald en er vindt ook wel eens diefstal van materialen plaats. Het Groene Ster-gebied ligt in de gemeente Tietjerksteradeel en valt onder het toezicht van de rijkspolitie; die heeft het zo druk, dat er weinig tijd is om regelmatig in dit gebied te patrouilleren. Ik vraag me trouwens af of een permanente patrouillering (met politiewagen en -motoren) niet een beetje averechts zou werken. (De hear P. van der Veen: Dat is ek net de bidoeling. De po- lysje moat dêr kuijerje en net ride.) Ik was nog niet uitgesproken. Wij hebben eraan gedacht een recreatie- wacht aan te stellen; dat is ook elders al wel ge beurd. Het zal een schaap met vijf poten moeten zijn. Hij moet naast natuurbeschermer ook jachtopziener zijn. In dit gebied is veel wild en hij zal dus tegen stropers op moeten treden. Hij moet bosbouwkundig zijn omdat hij de beplanting op ziekte moet controle ren. Hij zal dus kennis moeten dragen van alle in het gebied voorkomende natuurlijke facetten. Wij zijn er op dit moment nog niet helemaal uit. Budgettair is er nog geen ruimte voor het aanstellen van een derge lijke kracht. Dat betekent, dat momenteel het aan wezige personeel met het toezicht is belast. Een van hen heeft de bevoegdheid van onbezoldigd rijksveld wachter, zodat hij in bepaalde gevallen kan optreden. De heer Van der Toren - die ook die bevoegdheid bezat is vorig jaar vertrokken. Wij overwegen de nieuwe campingbeheerder te laten opleiden tot onbe zoldigd rijksveldwachter. De uitbreiding van het kampeerterrein zal dit jaar niet worden gerealiseerd. De plannen zijn nog in voor bereiding. Ook de plannen voor de bungalows zijn nog in een ontwerp-stadium. Het bungalowpark zal een on derdeel van de camping worden. Bij de behandeling van de nieuwe tarieven van onze sportaccommodaties is de botenverhuur ter discussie gekomen. Het College is zich terdege bewust van het feit, dat wij op de huidige basis niet door kunnen gaan. Wij voeren op het ogenblik onderhandelingen met een paar instellingen, verenigingen, over eventuele over name van de botenverhuur in dit gebied. Nadere me dedelingen hierover kunnen op dit moment nog niet worden gedaan. In afwachting van het resultaat van het overleg plannen en voorstellen moeten nog na der worden uitgewerkt zijn wij wel bezig reeds voor het komende seizoen de nodige bezuinigingen aan te brengen. De oudste zeilboten die praktisch niet worden verhuurd, zullen wij afstoten. Er waren het afgelopen seizoen permanent twee mensen aanwezig en wij zullen nu terug gaan naar één man, die in het hoogseizoen juni, juli en augustus assistentie krijgt. Ik meen, dat we een bedrag van ongeveer f 18.000,kunnen be sparen. De verdere gang van zaken is dus nog in be spreking. Ook wij vinden het bijzonder spijtig, dat het water van de Kleine Wielen nogal wat verontreinigd is. Wij maken ons daar dan ook zorgen over. De heer Heidinga heeft gevraagd of wij dit niet hadden kunnen voorzien. Na tuurlijk hadden wij het enisgzins kunnen voorzien, maar dat zou niet veel hebben geholpen. U weet, dat het aantal veredelingsbedrijven in de agrarische sector sterk toeneemt. De uitwerpselen van de diverse dieren zijn hoogwaardige produkten voor bemesting. Ze stinken nogal en daarom poogt men die uitwerpselen zo snel mogelijk te verwijderen. Ze komen dan via de sloten in de Kleine Wielen terecht. Dit is een zaak tussen het gemeentebestuur van Tietjerksteradeel en de betrokken bedrijven. Wij hebben er herhaaldelijk bij het gemeentebestuur van Tietjerksteradeel op aangedron gen maatregelen te treffen, maar het is niet een een voudige zaak. Tot onze grote blijdschap hebben wij bij de laatste miljoenenverdeling van Den Haag gezien, dat voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie van Tietjerk steradeel extra financieringsmiddelen beschikbaar zijn gesteld. Wij hebben goede hoop, dat dit jaar ik meen, dat het wel vrij zeker is begonnen zal worden met de bouw van deze zuiveringsinstallatie. Als deze in stallatie eenmaal draait, zal dat ongetwijfeld het water van de Kleine Wielen ten goede komen. (De heer Hei dinga: Dit jaar blijven we er dus nog mee zitten.) Ja. (De heer Heidinga: Is er niets aan te doen?) Wij hou den het goed in de gaten en blijven contact houden met het gemeentebestuur van Tietjerksteradeel om de ver ontreiniging tot een minimum te beperken. Mevr. Visscher heeft gesproken over de toegang van de Groote Wielen via de Bonkevaart en over een even tuele verbreding en uitbaggering van de Bonkevaart. Ik dacht, dat de Wethouder van Openbare Werken de mogelijkheden beter kan bekijken en een beter ant woord zou kunnen geven. Ik weet wel, dat de verbete ring van de Bonkevaart hoog op de lijst van nog uit te voeren werken staat. Ik ben het met mevr. Visscher eens, dat dit werk de nodige urgentie verdient. Het openen van de bruggen t.b.v. het watertoerisme is niet alleen een Leeuwarder probleem; in heel Fries land bestaat deze problematiek. Het is een enorm strijdpunt tussen Provinciale Waterstaat, Rijkswater staat en de toeristische organisaties. Ook Leeuwarden zal hier rekening mee moeten houden. Wij zullen eens bekijken of het probleem, wat Leeuwarden betreft, werkelijk zo ernstig is als mevr. Visscher zegt, en of wij er iets aan kunnen doen zonder iemand daarmee schade te berokkenen. De heer Van Haaren heeft ons aangeraden het advies van de heer Le Roy in te winnen. Ik ken de heer Le Roy niet. Wij zullen het advies van de heer Van Haaren in overweging nemen, maar ik zeg er direct bij, dat wij binnen onze eigen gemeente toch ook een bijzonder kun dig iemand hebben hij gaat wel gauw met pensioen op het gebied van plantsoenen en natuurlijke beplan ting. Bovendien behoren tot het Bureau Roorda van Eysinga ook deskundigen op het gebied van beplanting. (De heer Van Haaren: Daar twijfelen wij ook niet aan. Maar de heer Le Roy heeft echt heel nieuwe en an dere ideeën. Het zou gewoon goed zijn daar eens ken nis van te nemen met het oog op het Groene Ster- gebied.) Ik moet de heer Van Haaren zeggen, dat wij zijn suggestie niet kunnen volgen zonder de ontwer pers en de Heide Mij in te schakelen. Wij zullen in het kader van de uitvoeringscommissie van het Groene Ster-gebied de suggestie nader bespreken. De heer Heidinga zou graag een aantal leden van het Kabinet dit gebied laten openen. Ik kan hem zeg gen, dat wij als voorlopige datum voor de opening van het terrein voor dagrecreatie 13 mei hebben gepland. De opening zal gepaard gaan met een ballonvaart van het echtpaar Boesman. Wij zullen pogingen doen de jeugd van Leeuwarden in dit evenement te betrekken om zodoende dit unieke terrein meer bekendheid te geven in onze eigen gemeente. Ik heb de heer Visser, dacht ik, al beantwoord i.v.m. zijn vragen over de dekking. Hij heeft vooral gevraagd naar de uitbreiding van de camping. Ik heb al gezegd, dat U die uitbreiding dit jaar en ook het komende jaar nog niet behoeft te verwachten. Daardoor zullen dus geen extra exploitatiekosten ontstaan. De Voorzitter: Nog twee aanvullende opmerkingen van mijn kant. Het is bekend, dat de voorbereiding van de plannen voor dit gebied wordt begeleid door de voor bereidingscommissie die nog steeds onder mijn voor zitterschap staat. Ook de commissie die de uitvoering van de plannen begeleidt, staat onder mijn leiding. Dat betekent, dat ik nogal intensief bij dit project ben en blijf betrokken. Aan het adres van de heer Van Haaren zou ik willen zeggen, dat er niet het misverstand moet ontstaan, dat het Groene Ster-gebied is, wat bijv. plantsoenaanleg in een gemeente is. Het is een volkomen andere zaak. Daarbij komt nog, dat de hele planontwikkeling en ook de uitvoering van de plannen wordt begeleid door het R.I.N., het Rijks Instituut voor Natuurbeheer. Ik dacht, dat dat een instantie is die in het bijzonder m.b.t. dit soort natuurgebieden zeer deskundig is en ik meen zelfs, dat die deskundigheid uitreikt boven die van de heer Le Roy. Ik zou de heer Van Haaren willen adviseren eens contact op te nemen met het Hoofd van onze Plant soenendienst, de heer Van Essen, en eens met hem te gaan kijken naar de heemparkjes die dezelfde functie hebben als door de heer Van Haaren bedoeld die hier en daar in Leeuwarden zijn. Dan zal hij zien, dat, wat in Heerenveen wordt gepropageerd, al een aantal jaren in Leeuwarden geschiedt. Het gebeurt alleen met minder reclame; dat is het enige verschil. (De heer Van Haaren: We zullen eens gaan kijken.) Akkoord. Zijn er nog vragen die U in de plenaire zitting aan de orde wilt stellen? Nee? Dan gaan we naar een vol gend onderwerp. Hoofdstuk VIII, par. 7, Cultuur en recreatie. Algemeen. De hear P. van der Veen: Is der al eat bikend oer de tasizzing oangeande it subsydzje foar it Princesse- hof? Hwat is it alternatyf as wy gjin eksploitaesje- subsydzje krije? Moatte wy dan ophalde mei it for- bouwen of hat it Kolleezje dêr in oar idé oer? De heer He Leeuw: Ik sluit mij graag bij deze vraag aan. (De Voorzitter: Met dezelfde intenties?) Inder daad. De heer Van Haaren: Ik heb de naam, dat ik nogal kritisch ben, en dat ik niet zoveel dingen goed vind. Ik geloof niet. dat dat waar is. Maar ik wil daarom toch deze gelegenheid te baat nemen hier mijn enorme waar dering uit te spreken voor de restauratie van het Prin- cessehof. Ik vind het werkelijk iets geweldigs en dan praat ik niet over de weg die ligt tussen het Prin- cessehof en de Prinsentuin want wat daar tot stand komt, vind ik bijzonder mooi en waardevol. Ik wilde dit toch wel eens kwijt. (De hear Buising: Dat ünder- streekje wy fansels.) Nou ja, ze zeggen altijd, dat ik nooit ergens een goed woord voor over heb. (Gelach) De heer Heidinga: Ik vind de restauratie van het Princessehof interessant, goed en mooi. Maar ik ben nog altijd van mening, dat de lelijke aansluiting tussen de Papingastins en het Princessehof er niet hoort en dat die er weg moet. Ik heb het weet ik hoe vaak al gezegd. Het is eigenlijk een beetje kinderachtig, dat ik het nu weer zeg, maar omdat de zaak nu zo wordt geprezen, wil ik toch opmerken, dat die aansluiting er per se niet hoort; die staat niet (ze zit achter de beu- keboom), ze is van een veel latere datum dan het Princessehof; het is een misselijk ding. De Voorzitter: Om beide opmerkingen goed tot hun recht te doen komen, lijkt het mij verstandig ze in confrontatie met elkaar in het verslag op te nemen; des te scherper komt elk voor zich dan uit. Dit lijkt mij een schildering in zwart en wit, waarbij ik in het mid den laat wat zwart en wat wit is. De heer Weide (weth.)Ik wil beginnen de heer Van Haaren dank te zeggen voor zijn woorden van waardering voor de restauratie van het Princessehof. Ik ben het volledig met hem eens. Dit wordt een uniek object in onze gemeente; niet alleen wat het gebouw, maar ook wat de verzameling betreft, zal dit een mu seum van bijzonder groot formaat worden. Dit museum zal straks, nog meer dan nu, internationale bekendheid krijgen. De restauratie vordert goed; het tijdschema kan worden aangehouden. Er zal i.v.m. stijgende bouwkos ten nog wel een aanvullend krediet nodig zijn. Wij streven ernaar, dat het gerestaureerde Princessehof in mei 1973 geopend zal worden. Wij doen pogingen die opening op bijzonder grootse wijze te doen verlopen. Dit museum zal binnen en buiten onze stad meer be kendheid moeten krijgen. De exploitatie zal ons veel geld gaan kosten. Het Princessehof krijgt niet alleen bijzondere waarde als museum. Er komt een workshop op het gebied van de keramiek, er komt een jeugdbibliotheek, er komen speciale jeugdafdelingen. Voor het hele culturele leven in al zijn geledingen kan het Princessehof straks een enorme betekenis krijgen. Uit de antwoorden op de gestelde vragen had de heer Van der Veen kunnen opmaken, dat wij van de Staatssecretaris van C.R.M. bericht hebben ontvangen, dat hij bereid is mede te werken aan de totstandko ming van een subsidieregeling voor dit museum; voor deze regeling moeten echter eerst de nodige middelen beschikbaar komen. Zolang er geen middelen zijn voor een speciale regeling, is hij bereid dit museum te gaan subsidiëren in het kader van de post „niet-rijks musea" op zijn begroting. Wij zijn blij met de erkenning van de zijde van het Ministerie; wij vinden het vooral be langrijk, dat de Staatssecretaris van mening is, dat het Princessehof een van de belangrijkste musea op het gebied van de keramiek in ons land zal zijn. Die erkenning van rijkswege is belangrijk. In het verleden zijn wij afgescheept met f 250,wij hopen nu stellig meer geld van het Rijk te ontvangen. Het Princessehof dient te worden gezien als een zelfstandig museum met een eigen karakter. Het is niet verbonden aan het Fries Museum, het is niet gebonden aan Leeuwarden en Friesland. Wij hebben alle mogelijke pogingen gedaan bij de Provincie een subsidie los te krijgen. De Staten heb ben een voorstel van G.S. goedgekeurd tot het verle nen (reeds in 1972) van een exploitatiesubsidie van f40.000,Er is een percentage genoemd van 10% van de exploitatielasten, maar voor 1972 hebben zij een bedrag van f 40.000,voor het Princessehof gereser veerd. De Raad moet ervan overtuigd zijn, dat wij al het mogelijke zullen doen de exploitatie van dit museum in de toekomst zo sluitend mogelijk te krijgen. De ont- werp-begroting voor 1973 (dan gaat het museum open) liegt er echter niet om.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1972 | | pagina 3