7 Verslag van de informatieve raadsvergadering over de Structuurnota gemeente Leeuwarden 1971, gehouden op 19 juni 1972. Aanwezig van de Gemeenteraad: de dames E. Branden- burg-Sjoerdsma, G. Visscher-Bouwer en M. M. Th. Visser-van den Bos en de heren S. Bouma, J. ten Brug (weth.), G. Buising, G. F. Eijgelaar, Drs. D. Faber, T. H. van Haaren, O. Heidinga, H. Jansma, J. F. Janssen, J. de Jong, K. J. de Jong (weth.), A. Klomp, W. S. P. P. de Leeuw (tot de koffiepauze), H. Meijerhof, W. Miedema, ]r. C. L. Rijpma, J. Schaafsma (tot de koffiepauze), P. Snel, K. Spoelstra, N. Sterk, J. Tiekstra (weth.), J. T. Vellenga, L. Visser (tot de koffiepauze), G. de Vries, P. D. van der Wal, K. Weide en J. Wiersma. Afwezig: Mevr. J. Dijkstra-Bethlehem en de heren J. Heetla (weth.), W. Hemstra, J. Knol, J. B. Singelsma, Mr. B. P. van der Veen en P. van der Veen. Aanwezige leden en waarnemers-leden van de Struc tuurcommissie: de heren H. Achterhof, adj. directeur Openbare Werken, F. van Dijk, hoofd Economisch Sta tistische Afdeling (tot de koffiepauze), Ir. J. B. Dijkman, Hoofdingenieur arrondissement Friesland-oost Rijkswater staat, Drs. G. van Esterik, Inspecteur van de Ruimtelijke Ordening in de provincies Friesland, Groningen en Drente, Drs. W. Nijboer, adj. directeur Provinciaal Opbouworgaan, Ir. H. Kroes, Ingenieur Provinciale Waterstaat, Ir. W. Piersma, adj. directeur Provinciale Planologische Dienst, Ir. E. van der Ree, stedebouwkundig adviseur van de Gemeente, Ir. G. R. de Regt, adj. directeur Ingenieurs bureau voor Verkeerskunde, P. Smit, hoofd Stedebouw- kundige Afdeling Openbare Werken, Dr. J. H. Zoon, adj. directeur Economisch Technologisch Instituut Fries land, en Ir. G. A. Zuidema, adj. Inspecteur van de Ruimtelijke Ordening in de provincies Friesland, Gronin gen en Drente. Voorts zijn aanwezig de heren J. Bakema, ambtenaar van de afd. Volkshuisvesting en Openbare Werken (secre taris van de Structuurcommissie) en J. van der Wal, hoofd van de afd. Volkshuisvesting en Openbare Werken. Voorzitter: de heer J. S. Brandsma, Burgemeester. Secretarisde heer Mr. W. J. G. Reumer, loco-Secretaris. Inleiders: de heren Dr. J. H. Zoon H. Achterhof Ir. G. R. de Regt Forum: de heren Ir. E. van der Ree (voorz.), H. Achterhof, Drs. W. Nijboer, Ir. G. R. de Regt en Dr. J. H. Zoon. De Voorzitter: Dames en heren. Ik stel voor, dat wij met onze werkzaamheden beginnen. Het is binnen een vrij kort tijdsbestek al de tweede informatieve vergadering van onze Raad. Ik dacht, dat wij kortgeleden een goede vergadering hebben gehad. Het was £en experiment, toen wij het woningmarktonderzoek onder banden namen. Ik hoop, dat het U net zo is gegaan als bet College van B. en W. Wij hebben de dag daarna gezegd: dit is toch een bijzonder nuttige vergadering geweest. Als de informatieve vergaderingen zó zijn, dan bebben we er echt iets aan. Ik hoop van harte, dat wij na deze vergadering, die weer een wat ander karakter zal bebben het is natuurlijk ook een ander onderwerp betzelfde zullen kunnen zeggen. Ik wil beginnen met U allen een hartelijk welkom toe te roepen en wel in het bijzonder een aantal gasten die vandaag in ons midden zijn, leden en enkele waar nemers van de Structuurcommissie. Ik zou een enkel woord ter inleiding willen zeggen, vooral ook over de gang van zaken van hedenavond. Op 11 december 1971 dat is dus al weer een half jaar geleden heeft de Structuurcommissie de Structuurnota 1971 die U intussen allen hebt gekregen aan het Gemeentebestuur aangeboden. Die commissie was ge ïnstalleerd op 13 oktober 1967. Ik kan me nog goed her inneren, dat ik bij de installatie heb gezegd, dat wij ver wachtten, dat men binnen twee jaar aan het Gemeente bestuur zou rapporteren. Het heeft tweemaal zo lang geduurd, maar het is ook een belangrijk werkstuk ge worden. Men heeft veel studie moeten verrichten en het heeft dus ruim vier jaar geduurd, voordat dit basisstuk voor ons beleid zo zou ik het graag willen noemen tot stand is gekomen. Wij hebben die Structuurnota niet alleen aan de raadsleden gezonden voor hen was ze natuurlijk ook bestemd maar haar ook in vrij brede kring verspreid. Velen moesten tenslotte, op welke wijze dan ook, met ons praten, overleggen over de belangrijke problemen betreffende de structuur van onze gemeente. Er is een hearing geweest over deze nota. Die heeft Weth. Tiekstra gehouden op 3 mei 1972 in de Nieuwe Zaal van het Stadhuis. Dat was geen onverdeeld succes, niet wat het resultaat van het gesprek betreft, maar wat betreft de animo voor deze vergadering, die toch wel op zeer ruime schaal was aangekondigd. Dat hebben wij jammer gevonden voor een zo belangrijk stuk werk. Wij hebben na het verschijnen van de nota ondertussen ook al uitvoerig overleg gepleegd met de besturen van alle ons omringende gemeenten. Ik dacht, dat dat bijzonder ver helderende gesprekken zijn geweest. En verder is er gediscussieerd met een aantal geïnteresseerde groepen, die zelf hadden gevraagd om over deze nota een gedachten- wisseling te mogen houden. Dit alles hebben wij tot vandaag aan de dag gedaan. Heden een informatieve vergadering van de Gemeente raad, waartoe ik heb het zojuist al even gezegd ook de leden en de waarnemers -van de Structuurcom missie zijn uitgenodigd. Wij stellen ons voor, dat in het eerste gedeelte van deze samenkomst drie, waarschijnlijk vrij korte, inleidingen zullen worden gehouden, in de eerste plaats door Dr. Zoon, de adjunct-directeur van het ETIF, die een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan het tot stand komen van deze Structuurnota. Hij zal spreken over de prognose en de taakstellende elementen van het plan. Daarna zal de heer Achterhof, de wnd. directeur Openbare Werken, U iets vertellen over het ruimtelijk aspect, en tot slot zal Ir. De Regt, adjunct-directeur van het Ingenieursbureau voor Verkeerskunde, een en ander mededelen over de verkeerskundige aspecten van het plan. Ik stel voor, dat we na deze drie inleidingen een korte koffiepauze houden, waarna we U gelegenheid willen geven om vragen te stellen aan een forum, dat onder leiding zal staan van mijn linker buurman, Ir. Van de Ree, de stede- bouwkundige adviseur van de Gemeente de meesten van U kennen hem wel en waarin verder zitting zullen hebben de drie inleiders en voorts nog Drs. Nijboer, adjunct-directeur van het Provinciaal Opbouworgaan, die ook heeft meegewerkt aan het tot stand komen van de Structuurnota. Wij dachten, dat dan echt wel alle aspecten van de zaak aan hun trekken kunnen komen. Of dat inderdaad het geval zal zijn, zal het forum straks waar moeten maken, maar in ieder geval hebben wij U wel duidelijk de gelegenheid gegeven om op alle facetten te kunnen ingaan. Evenals de vorige keer zal dus het College vanavond niet met U discussiëren. Het is een informatieve vergadering. Wij stellen ons echter wel voor dat is dan mijn laatste mededeling dat de Structuurnota officieel in ieder geval nog vóór de volgende begrotingszitting in een vergadering van de Raad aan de orde zal worden gesteld. Ik zou dan thans de inleiders het woord willen geven in de volgorde die ik zojuist heb genoemd, en ik zou allereerst U, mijnheer Zoon, het woord willen geven over de prog nose en de taakstellende elementen van het plan. De heer Zoon: Mijnheer de Voorzitter, dames en heren. Ik zal allereerst enkele opmerkingen maken over de prognose in haar algemeenheid. Een prognose is het resultaat van een poging om de vermoedelijke loop van iets te bepalen. Dat iets kan zijn een ziekte, bijv. de ziekte om overal prognoses voor te vragen ik noem nu maar iets het kan ook het weer zijn, het kan de conjunctuur zijn of in het onderhavige geval een structuurplan, het toekomstige beeld van een ruimtelijke eenheid. Voor een prognose is het allereerst nodig, dat naar verklaringen, naar oorzaken van een bepaalde ontwikkeling wordt ge-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1972 | | pagina 1