6 wijze een knoop kan worden doorgehakt. In plaats van dan de democratie beter te doen functioneren, wordt deze via deze onvermijdelijke polarisatie afge broken. Dat is dan de paradox. Over de twijfel welke ik vaker heb geuit met betrekking tot de niet uit ge kozen volksvertegenwoordigers bestaande raden, die jegens niemand verantwoordelijk zijn en die aan pres siegroepen een invloed kunnen geven, welke die groe pen via democratische verkiezingen niet kunnen berei ken, zal ik thans niet verder uitweiden. Ik wil echter nog een enkele opmerking maken over de toenemende mate waarin op de tijd van het raadslid beslag gelegd wordt. Er wordt gedacht aan compensa tie door verbetering van de financiële positie, b.v. door fiscale maatregelen ten aanzien van de vaak niet spe cificeerbare onkosten die uit de presentiegelden moe ten worden bestreden, maar ook door een vergoeding van gederfde inkomsten. Die zullen dan voor de ver schillende raadsleden ook wel verschillend zijn, vrees ik. De ontwikkeling van het raadslidmaatschap van amateur tot beroeps biedt naar mijn mening geen op lossing. Het professionele raadslid is niet meer een burger die, gekozen door burgers, deel heeft aan het bestuur over burgers. Er groeit dan tussen bestuurder en bestuurde naar mijn gevoel een te grote afstand. De 20e eeuw is begonnen als de eeuw van het kind. Het wordt langzamerhand de eeuw van de voortdurende on volwassenheid. Onze benen worden te slap, wij zoeken steun bij een steeds machtiger, onpersoonlijker en on begrijpelijker overheid, waarbij ons stembiljet denatu reert tot diner-bon. Het spijt mij dat ik bij deze laatste algemene be schouwingen geen opgewekter perspectief heb aan te bieden. De heer Spoelstra is inmiddels ter vergadering ge komen. De heer Van Haaren: Voor de vierde en wat mij persoonlijk betreft voor de laatste maal houd ik in deze Raad voor Axies een algemene be schouwing. Het had eigenlijk de laatste algemene beschouwing van Axies moeten zijn, want bij de oprichting van onze groepering hadden wij het vage idee in vier jaar wel klaar te zullen ko men. In ieder geval hoopten we dat het in 1974 in Leeuwarden heel anders en veel beter zou gaan. Axies had er nu mee op kunnen houden. Daar zouden twee oorzaken voor kunnen zijn. Ten eerste uit wanhoop, omdat er toch niet door de dikke huid van het Gemeentebestuur viel heen te prikken; dan zouden we onze Axies alleen nog maar buiten-parle mentair voortzetten. Ten tweede uit vreugde, omdat wij als gangmaker in het gemeentelijk beleid niets meer te wensen hadden en we de zaken rustig zouden kunnen overlaten aan de bestaande politieke partijen. Maar zoals meestal, ligt ook hier de waarheid in het midden. Er is plaats voor gepast optimisme, want het gaat in Leeuwarden wel anders en ook beter, maar van echte mentaliteitsverandering bij het bestuur van deze gemeente is nog geen sprake en de taak die Axies op zich heeft genomen, moet verder worden afgerond. De op gang gekomen processen moeten wij op gang zien te houden en begeleiden. Daarom gaat Axies nog eenmaal voor een periode van 4 jaar verder. Wij doen dat onder onze eigen naam, op onze eigen binnen- en buiten-parlementaire manier. Wij hebben lijstverbin- dingen met in vele opzichten verwante partijen als P.S.P., P.P.R. en D'66 afgewezen om ons eigen ge zicht niet te verliezen en niet een echte, op blijvende macht en invloed uit zijnde politieke partij te worden. Het lichtpuntje voor ons is geweest de binnenstad, al kostte het ons en anderen bijna drie jaar constant actievoeren, al kostte het veel frustratie en al kregen enkele van onze aanhangers zelfs tikken met de gum miknuppel. Maar uiteindelijk, in maart van dit jaar, ging er iets gloren. Eindelijk ging het rampzalige plan- Kuiper min of meer de ijskast in, hoewel we al een halfjaar een praatstuk voor de binnenstad hadden en de bevolking op de hearing had getoond meer hart voor de Leeuwarder binnenstad te hebben dan die meeste leden van het Gemeentebestuur. In de hele Raad drong tenslotte het besef door: de binnenstad sterft, wij moeten er iets aan doen. De heer Heidinga hoorden wij tenslotte steeds vaker, dierbaar, over „het kloppend hart" spreken. De heer Vellenga riep ten slotte, als een full-time activist, uit: „Tengels af van de terpen". Wethouder Tiekstra had het niet alleen meer over aan- en afrijden, maar ook over het terug dringen van het autoverkeer. B. en W. hebben einde lijk, met betrekking tot de binnenstad, de bakens ver zet. Wij zijn daar blij mee, ook omdat er uit blijkt dat de Raad terug kan komen op eerder genomen, achteraf fout gebleken, beslissingen, zonder dat er een chaos van komt of onbestuurbaarheid. Het blijkt dat er best een flexibeler beleid kan worden gevoerd en een der gelijk beleid is voor de toekomst broodnodig. Ook t.a.v. een aantal andere zaken -ik denk met name aan het jeugdbeleid gaat het anders en beter dan 4 jaar ge leden, maar er valt voor een groepering als Axies nog onnoemelijk veel te doen, omdat het gemeentelijk be leid in Leeuwarden op een aantal fundamentele punten nog ver achter ligt bij wat in andere plaatsen al heel gewoon is. Dat kan de hoofdstad van Friesland niet hebben. Axies heeft een menselijker gemeentebe leid hoog in zijn vaandel geschreven. Dat houdt in dat het Gemeentebestuur ervan doordrongen moet zijn dat het de dienaar van de bevolking is. Nog te vaak wor den inwoners van Leeuwarden door een patriarchale houding van de overheid met een kluitje in het riet gestuurd of met technologische oplossingen voor het blok gezet. Dat vinden wij niet eerlijk en niet netjes. Nog te vaak worden er spelletjes gespeeld, zoals bij het wandelpad in Aldlan, waar, eerst niet en nu ineens wel, twaalf percelen aan blijken te kunnen liggen. Nog te vaak geven B. en W. ontwijkende en nietszeggende antwoorden op vragen van raadsleden. Wat heeft de bevolking daar aan? Wetten en verordeningen, langs democratische weg tot stand gekomen, kunnen verou derd, achterhaald of domweg fout zijn en daartegen moet een gemeenteraad b.v. met de Kalkarheffing of een subsidie voor de dienst Bescherming Bevolking keihard nee zeggen. Dat gebeurt in deze Raad helaas nog niet. Ook t.a.v. wensen en verzoeken vanuit de bevolking wordt nog te vaak met weinig begrip ge reageerd. Mensen worden op formele wijze afge scheept. De meest fundamentele fout van ons Gemeen tebestuur is, naar onze mening, het ontbreken van werkelijke bereidheid tot openheid en inspraak. Het is in de eerste plaats noodzakelijk dat de bevolking zo goed mogelijk geïnformeerd wordt, dus niet alleen via een gefilterde berichtgeving in „Aan de grote klok", want dan weet niemand meer waar de klepel hangt. Natuurlijk is openbaarheid van alle commissies een noodzaak. Wat bij de Provincie en andere gemeenten kan, kan hier ook. De inwoners van deze gemeente hebben er recht op te weten wat daar besproken wordt; als ze er zelf niet kunnen komen, dan via de pers. Wij mogen geen informatie achterhouden; de bevolking moet geen pasklare plannen voorgeschoteld krijgen, waar ze alleen maar ja op mogen zeggen, omdat ze nooit de gelegenheid hebben gekregen in een vroegtij dig stadium in het beleid mee te denken en mogelijke alternatieven aan te dragen. Wij begrijpen net zo goed als U dat het onmogelijk is om alle Leeuwarders over alle Leeuwarder problemen te laten oordelen en de uit komst daarvan in het beleid te betrekken, maar er zijn hele gebieden waar het wel kan en niet gebeurt, b.v. op het gebied van de ruimtelijke ordening. Dat het kan, is bewezen in de Transvaalwijk. Een wijk die door het Gemeentebestuur was afgeschreven, komt nu weer tot nieuw leven. Het is gebleken dat de mensen zelf heel goed hun ideeën over hun eigen buurt kunnen for muleren en dat die denkbeelden ook heel vruchtbaar en bruikbaar zijn. Maar het mag natuurlijk niet bij dit ene experiment blijven. Er zijn wijken genoeg in Leeu warden, b.v. de Vegelinstraten en de wijken om de binnenstad, waar zoiets ook zou kunnen. Dat hoeft natuurlijk niet op eenzelfde wijze als in de Transvaal wijk, want iedere wijk behoort op zijn eigen specifieke wijze te worden benaderd. Ook bij de bouw van nieuwe wijken zal veel en veel meer moeten worden gedacht aan de mensen die er in komen te wonen. Daarom en dat hebben wij al vaker gezegd dient de Gemeen te bij het ontwikkelen van nieuwe plannen niet alleen de technocraten van Openbare Werken te betrekken, maar ook mensen die zich bezighouden met de mense lijke kant van de zaak. Bij benoemingen van de laatste tijd stond de angst voor vreemde eenden in de bijt voorop en kon plotseling eens minder formeel worden gedacht, maar op de stedehouwkundige afdeling zouden Wij b.v. ter vervulling van de vakature Smit wel eens vreemde eenden, zoals gedragsdeskundigen, hun intrede willen zien doen. Wij hebben hoop dat vanuit de vestiging van de agogische akademie in Leeuwarden en toekomstige universitaire vestigingen, de menselijke kant van het gemeentelijk beleid meer aandacht zal krijgen. Een gevaar dat nu reeds de democratisering van ons bestuur bedreigt en waarvoor deze Raad stekeblind lijkt te zijn, is de gewestvorming. Ik merk nu net uit de mededeling van de heer Heidinga en zijn motie die ik mede-ondertekend heb, dat ik dat misschien toch niet helemaal zuiver zeg, omdat hij dus ook duidelijk protesteert tegen deze gewestvorming, waardoor de ge meentelijke autonomie wordt uitgehold en de afstand tussen het bestuur en de burgers nog veel meer wordt vergroot. Ik kwam echter tot deze opmerking omdat ik dacht aan de regioraad, die ik toch altijd heb gezien als een voorloper van de gewestvorming, als een licht gewest en waar wij naar mijn mening ook nee tegen hadden moeten zeggen. Wg voelen in ieder geval veel meer voor decentralisatie, voor het delegeren van be voegdheden aan functionele raden, gecoördineerd door een Raad voor Overleg en Advies (een R.O.A.) en ver sterking van de inspraak en mede-beslissingsbevoegd- heid van wijkraden. Wij zouden ook graag mee gaan met de voorstellen van de heer Vellenga die hij net gedaan heeft om via een kleine commissie dat hele raderwerk te bekijken en daarin dan ook eens aandacht te besteden aan de mogelijkheid van een R.O.A. Open heid en inspraak zijn de thema's die in de nieuw te kiezen Gemeenteraad voor Axies centraal zullen komen te staan. Dat wil niet zeggen dat wij er tot; nu toe niets aan hebben gedaan. Wij hopen echter dat zelfs de Leeuwarder Gemeenteraad zijn volstrekt overbodige voorzichtigheid en terughoudendheid, in de branding van nieuwe maatschappijvisies en ontwikkelingen, over boord zal gooien en werkelijk ernst gaat maken met de door vele partijen met de mond en in verkiezings programma's beleden noodzaak van openheid en in spraak. Om na te gaan of de Raad in zijn huidige sa menstelling al iets verder is gekomen, zal ik straks enkele al bij vorige algemene beschouwingen ingedien de moties nog eens aan U voorleggen. Wie weet zijn een aantal raadsleden, met de verkiezingen voor de deur, thans meer bereid om de burger behoorlijk te in formeren en mogelijkheden te geven tot meedenken en meepraten. Opmerkingen van de heer Vellenga in zijn algemene beschouwing geven mij hoop dat dat inder daad zo is. Het gaat ons in ieder geval tot op heden veel te langzaam en uit de bijeenkomsten met onze werkgroepen en achterban is duidelijk gebleken dat er nog veel mensen in Leeuwarden zijn die willen dat Axies, als stem van een sprekende minderheid, nog vier jaar in deze Raad zijn eigen geluid doet horen en op zal treden als gangmaker. Hoe moeilijk het is om als kleine, van tijd tot tijd duidelijk gediscrimineerde, fractie in deze Raad te wer ken, hebben wij ondervonden, maar gelukkig staan er voldoende bekwame, vastberaden jonge mensen klaar om het werk af te maken. Raadslid zijn is, vooral voor een kleine fractie, een afschuwelijk zware job en de faciliteiten die onze Gemeente biedt, zijn werkelijk be neden alle peil. Misschien dat wij na 1 september ook gebruik zouden kunnen maken van de administratieve krachten eji het materiaal op het Stadhuis, b.v. in ver band met stencilwerk, fotokopiëren van stukken enz. Mogelijk vinden wij er ook eens een ruimte waar wij met de burgers van onze stad kunnen praten of met werkgroepen kunnen vergaderen. En die vergaderingen zullen dan wat ons betreft openbaar zijn, zoals, naar onze mening, alle fractievergaderingen die hier nog in diep geheim worden gehouden eigenlijk openbaar zouden moeten zijn. Ons politieke bestel kraakt in zijn voegen, vooral op de onderste laag, terwijl toch de burgers het nauwst betrokken zijn bij het doen en laten van hun gemeen teraad. De mensen zien het niet meer zitten en een binnen- en buitenparlementair werkzame groep als Axies krijgt een aanhang, die het eigenlijk niet zou moeten hebben. Mensen afkomstig uit bijna alle lan delijke politieke partijen komen naar ons toe, omdat de grote partijen te nauw verbonden zijn met het Col lege van B. en W., waar achter gesloten deuren de compromissen worden uitgebroed. De wethouders ma ken deel uit van de gemeenteraadsfracties en worden daardoor gedwongen in de rol van grote lijmers en ver doezelaars van politieke verschillen. Wij zijn niet zo bang van Groningse toestanden, al weten wij dat ook daar de zaken niet ideaal verlopen, doch wij geven, om der wille van de duidelijkheid, straks de voorkeur aan een links-progressief-program-college, boven dit on doorzichtige afspiegelingscollege. Maar denkend en sprekend over de taak en functie van Axies n.a.v. de begroting 1974, wil ik tenslotte wijzen op een paar belangrijke taken die er over een periode van 8% maand nog voor mij en Piet zijn blij ven liggen. Als een zwaard van Damocles hangt de sanering boven ons hoofd. Wij hebben niet veel moeite met allerlei belastingmaatregelen, als deze maatrege len er maar rekening mee houden dat de beter-gesi- tueerden nog best een heleboel veren kunnen laten, maar de laagst-betaalden kaal en verloren in deze wel vaartsmaatschappij staan. Het gemeentelijk belasting en tarievenbeleid kan heilzaam werken als instrument voor een eerlijker en rechtvaardiger inkomstenverde ling. Met betrekking tot beleidsombuiging en tempori sering van de ten uitvoerlegging van beleidsvoornemens en hieraan valt zeker niet te ontkomen zullen wij de vinger aan de pols houden en in actie komen als er eenzijdig op sociale en culturele voorzieningen wordt besnoeid. Bij vorige begrotingen hebben wij al eens gewezen op de enorme bezuinigingen die er in de verkeerstechnische voorzieningen zouden kunnen wor den gerealiseerd. De auto heeft, God zij dank, zijn prio riteit verloren door de oliecrisis, een al door de Club van Rome voorspelde structurele kwestie die nu plot seling onder het mom van een politieke olieboycot op ons afkomt. Nooit zal het meer worden als vroeger, zei Joop den Uyl terecht, en mogelijk kunnen wij al lerlei zaken als verkeersverbindingen, tangenten, vrij- heidspleinprojecten, parkeergarages, doorbraken enz. enz. in alle stilte vergeten. De oliecrisis is nadat wij ons rot hebben gelachen om het rapport van de Club van Rome en ook om waarschuwingen b.v. van Axies in deze Raad tegen reklame voor elektriciteitsgebruik een mogelijkheid om het door ons gepropageerde selectieve autogebruik te bevorderen. Misschien komen er ook door deze crisis allerlei mensen terug in Leeu warden die domicilie hadden gevonden in de randge meenten en gaat ons inwonertal weer wat vooruit, al kunnen wij de prognoses van de 2e nota Ruimtelijke Ordening en ons structuurplan naar onze mening zon der meer in de ijskast stoppen. Belangrijk i.v.m. de noodzakelijke bezuinigingen voor onze Gemeente is het ook voor Axies te waken tegen onjuiste en a-sociale maatregelen, zoals de nieuwe regeling voor het Kin derdagverblijf of het weigeren van een klein subsidie voor de Rechtswinkel. T.a.v. de milieu-problematiek, die voor ons zeer be langrijk is, heb ik al gesproken over Kalkar en zal ik straks nog spreken over de lawaaihinder van de vlieg basis. Vorig jaar heb ik uitvoerig stilgestaan bij het onder wijs, waarvoor in deze Raad, naar onze mening, on voldoende belangstelling bestaat. Het beleid van het Gemeentebestuur dient in de eerste plaats gericht te zijn op het welzijn van de inwoners. Daar hoort ook het onderwijs bij. Het onderwijs is een zaak die voort durend in beweging is, omdat ook de maatschappij in beweging is. Dat vergt voortdurende aanpassing aan veranderende omstandigheden. De oordelen over de effectiviteit van het onderwijs lopen nogal uiteen; de een is er tevreden mee, de ander zegt dat het onderwijs de kinderen alleen maar kneedt tot nuttige pionnen in de kapitalistische structuur van onze samenleving. Al leen al vanwege die beweging en die verschillen van inzicht zal er ruimte moeten worden geschapen om ook andere vormen van onderwijs en experimenten een kans te geven. Het is onbillijk als dat niet gebeurt. De Gemeente zal alles moeten doen wat in zijn vermo gen ligt om experimenten mogelijk te maken. Dat is dus niet een kwestie van maar met de armen over el kaar zitten afwachten. Binnen de beperkte marge die de rijksoverheid ons iaat, zullen wij actief bezig moe-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1973 | | pagina 17