10 wel heel duidelijk die geluiden laat horen. Ik kan mij echt niet herinneren dat er in de commissie ooit is ge stemd. Mefr. Visscher-Iïouwer: Ik woe noch wol even hwat sizze oer it ütstel fan de hear Miedema. As it yndied sa is dat de tsjinst de earste tiid gjin tiid hat foar de doarpen dan steane wy efter it ütstel om wurk üt to bisteegjen. Wy miene ek dat de ütwreidingen fan de doarpen wol trochgong hawwe moatte. Wy binne wol foar lytsere ütwreidingen, mar net foar stilstan. As dat dus in mooglikheit is dan steane wy dér efter. De heer Rijpma (weth.)Ik hoop niet dat ik nog meer moeilijkheden oproep. Er is op het ogenblik een schema onderhanden waar in de werkzaamheden van de Stedebouwkundige Dienst voor de eerste maanden misschien het eerste jaar, anderhalf jaar geanalyseerd worden. Daar wordt op het ogenblik over gediscussieerd. Het is de bedoeling dat dit schema de Commissie Ruimtelijke Ordening zeer snel bereikt. Dan kan het natuurlijk onderwerp uitma ken van de discussie. De commissie kan, als zij kennis heeft genomen van de mogelijkheden en ook van de prioriteiten die in die werklijst staan, het college dui delijk van advies dienen m.b.t. de gang van zaken t.a.v. de dorpen. Het is inderdaad niet helemaal uitgesloten dat wij wat in de knoei komen met ieder dorp op tijd .,syn gerak to jaen". Het zou mij ook spijten als dat het geval zou zijn. Die discussie kunnen wij echter wel uitstellen tot het moment het is toch maar een paar weken dat wij dat werkplan hebben. Ik dacht niet dat het nodig was op de opmerkingen van de heer Van der Wal in te gaan. Hij heeft nog eens duidelijk verteld hoe hij dacht. Ik constateer al leen maar dat de commissie duidelijk aan b. en w. geadviseerd heeft om het bestemmingsplan naar del Commissie ex artikel 8 te sturen en dat is ook ge beurd op advies van de commissie. (De heer Van der Wal: Niet unaniem.) U vond dat blijkbaar toen al niet wijs, anderen kennelijk op dat moment nog wel. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. De Voorzitter schorst, om 21.00 uur, de vergadering voor de eerste koffiepauze. De Voorzitter heropent, om 21.20 uur, de vergade ring. Punt 13 (bijlage no. 340). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 14 (bijlage no. 361). De heer Geerts: Ik kan u meedelen dat mijn fractie positief staat tegenover dit voorstel. Het is inderdaad een bijzonder gevaarlijk kruispunt en er moeten veel schoolkinderen passeren op hun weg terug naar Gou- tum en Wirdum. Wat dat betreft kan ik het helemaal eens zijn met het voorstel daar verkeerslichten te plaat sen. Ik heb echter wel één bedenking en dat is deze. Als je de afstand ziet van dit kruispunt tot de verkeers lichten bij het Oostergoplein dan constateer je dat er een vrij kleine ruimte tussen zit. Vorige week was men bezig met het aanbrengen van middenberm- en zijkant- beveiliging en toen is wel gebleken welk effect een ver keerslicht op deze plaats zou kunnen hebben. Ik vrees toch wel zeer veel moeilijkheden op het Oostergoplein. Het tracé van het Oostergoplein tot het nieuw geplande verkeerslicht is vrij klein en de capaciteit van dat tracé is niet zo groot. Ik vrees zeer grote opstoppingen op het Oostergoplein. Nu gaat het om de veiligheid van de kinderen tegenover de veiligheid van de automobi listen. Dat is ook de reden dat wij zeggen dat wij wel met dit voorstel mee moeten gaan. Ik zou u alleen wel willen vragen toch nog eens goed te onderzoeken of er geen andere oplossingen mogelijk zijn. Je kan denken aan ongelijkvloerse kruisingen; ik weet wel dat die een heleboel geld kosten. Maar ook die opstoppingen heb ben een onveiligheidsaspect. Verder zou ik u willen vragen eens een proef te ne men met dit verkeerslicht. Ik kan mij voorstellen dat, alvorens tot een definitieve oplossing te komen, een proef wordt genomen met een verplaatsbare verkeers lichteninstallatie om te kijken wat de consequenties zul len zijn. Ik meen toch dat er gevaarlijke punten zullen ontstaan door het aanbrengen van verkeerslichten op deze plaats. Ik wil er m.n. bij u op aandringen eens te overwegen of daar toch niet een soort ongelijkvloerse kruising gemaakt kan worden. De heer J. de Jong: Een raadsbrief besluit meestal met de mededeling dat de een of andere commissie akkoord is met het voorstel van b. en w. Ik moet u zeggen dat ik in de Commissie Openbare Werken be zwaren gemaakt heb die nu door de heer Geerts ook uitgebreid naar voren zijn gebracht; het betreft dan niet de ongelijkvloerse kruising waar hij over sprak. Het ging er mij om dat de afstand aan weerszijden van de brug vrij kort is. Ik heb ook gevraagd of het mo gelijk was nog eens met Rijkswaterstaat te bekijken of het mogelijk is om op elkaar afgestemde verkeers lichten (Oostergoplein en kruispunt Goutum) aan te brengen. Ik zou graag van de wethouder willen ver nemen of hier nog iets aan gedaan is en of er al re sultaten bekend zijn. De hear Singelsma: Ik hoech hjir neat mear fan to sizzen. Ik bin it folslein mei de hearen Geerts en De Jong iens. De heer Rijpma (weth.): Het gaat hier om een op lossing die ons, zij het tegen een zekere vergoeding, aangeboden wordt door Rijkswaterstaat. Wanneer wij eerst alle mogelijke oplossingen in overweging nemen en deze oplossing niet accepteren, ook niet als voorlopi ge oplossing, dan zal het waarschijnlijk nog lang duren voor er ter plaatse een bevredigende oplossing zal komen. Wij zeggen niet dat dit de eindoplossing is. U weet dat er op de verkeersstructuur in en om Leeuwarden hard gestudeerd wordt. U bent, meen ik, ook op de hoogte van het feit dat wij hierover op korte termijn nadere gegevens aan de raad zullen verstrekken. Het is dus niet de eindoplossing, maar ik geloof dat het wel de enige oplossing is die op zeer korte termijn rea liseerbaar is. Er mogen dan feilen aan deze oplossing kleven, maar het ergste dat ons kan gebeuren, als die oplossing niet blijkt te werken, is dat het licht op knip peren moet worden gezet. En dan heb je toch nog een waarschuwingssignaal. Als de oplossing beter werkt dan in de net door mij geschetste situatie, dan hebben alle mensen die dat kruispunt moeten passeren, fietsers èn automobilisten, er voordeel van want dan kunnen zij met een zekere veiligheid oversteken. De vraag van de heer De Jong kan ik bevestigend beantwoorden. Er is overleg geweest met Rijkswater staat. Er is een koppeling mogelijk en er zal worden bekeken of die koppeling op korte termijn tot stand ge bracht kan worden. Of wij op die manier een deel van de moeilijkheden die dc heer Geerts kennelijk verwacht de baas kunnen, wij moeten dat afwachten. De veilig heid wordt in ieder geval gediend. Hoe het probleem zich afwikkelt wat betreft filevorming en doorstroming moet blijken. Misschien blijkt dat, als het niet lukt, de kwestie van het zoeken van een andere oplossing er klemmender door wordt. De heer J. de Jong: Ik wil nog even kort ingaan op de woorden van de wethouder. Het is een moeilijk punt. De situering van de brug maakt de zaak on overzichtelijk t.a.v. beide kruispunten. Er zit een lo gica in dat je het verkeer dat naar de stad toegaat afremt. Maar voor het verkeer dat de stad uit gaat voorzie ik, vooral wat betreft de mensen die hier niet bekend zijn, grote moeilijkheden. Wij brengen ver keerslichten aan om de veiligheid te bevorderen, maar ik dacht dat dit wel eens averechts zou kunnen wer ken. En wie is daarvoor dan verantwoordelijk? De afrit van de brug naar het kruispunt Goutum is misschien 100 meter; daar houdt het wel mee op. De auto's trekken vanaf het Oostergoplein op. Men rijdt over het algemeen het mag niet maar men doet het als men de stad uit gaat harder dan tolerant is. En dan kan je wel zeggen dat de automobilist verant 11 woordelijk is, maar het kan .zijn dat, als ze van de brug afkomen, daar een rij auto's staat en dan zitten ze zo boven op elkaar. Het gebeurt nu al dat er bij de afslag naar Goutum regelmatig kleine aanrijdingen zijn. (De heer Buising: Er is nu nog geen stoplicht.) Nee, nu nog niet, maar als er stoplichten komen wordt het des te gevaarlijker, want dan staat er zeker een rij auto's. De heer Heidinga: Dit is een aardig onderwerp. Alle problemen zijn opgelost als er een z.g. groene golf komt; de heer De Jong heeft dat voorgesteld en de wethouder heeft gezegd dat dat zal gebeuren. De file staat nu in de spitsuren wel eens voorbij het kruispunt Goutum. Maar voor het verkeer dat naar de stad gaat is het helemaal geen punt. Als daar een verkeerslicht staat dan mag het zelfs niet hinderen als het verkeer aan Weipsterhoek toe staat. En voor de andere kant is het geen bezwaar als de verkeerslichten op elkaar af gestemd zijn; dan is er geen vuiltje aan de lucht, want dan rijdt het verkeer door. De heer Rijpma (weth.): Ik begrijp dus van de heer Heidinga dat de vraag van de heer De Jong bedoeld was om het moeilijker te maken. Als ik zeg dat de lichten aan elkaar gekoppeld zullen worden, is de zaak heel eenvoudig. (De heer Miedema: Mar der is noch gjin koppeling.) De Voorzitter: Wij zullen hier maar niet verder op doorgaan. Het is heel duidelijk, dit n.a.v. de vragen van de heer De Jong, dat wij zullen moeten pogen de koppeling tot stand te brengen. De wethouder heeft ook gezegd dat hij daarmee bezig is. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. l'unt 15 (bijlage no. 363). De heer Buising: U zult zich wel voor kunnen stel len dat mijn fractie graag met dit voorstel akkoord gaat. Toen ik in juni j.l., samen met de andere leden van de Commissie Onderwijs, de betreffende motie in diende, was die met opzet zo gesteld dat er op huur werd aangedrongen, omdat wij toen dachten dat huren de goedkoopste mogelijkheid zou zijn. Nu blijkt achter af dat kopen een aantrekkelijker perspectief biedt; „it kin frjemd biteare, nou". Nu blijken er wat de situering betreft vooral bij de Krijn van den Helmschool nog wat wensen te leven en daarom zou ik er sterk bij u op aan willen dringen dat er een zodanig overleg met betrok kenen wordt gepleegd dat, vooral uit een onderwijskun dig oogpunt bekeken, de meest gunstige plaats voor het noodlokaal wordt gekozen. Tot besluit zou ik er op aan willen dringen dat er met het plaatsen van de drie lokalen, dus ook bij de Taniaburgschool, de grootst mogelijke spoed wordt be tracht. Het lijkt mij veel te lang duren als dat tot het volgende schooljaar zou moeten wachten. De heer Ten Brug (weth.)Wij hebben indertijd ook graag het voorstel overgenomen om de lokalen te huren. Dat was niet alleen omdat het goedkoper was. Als het op hetzelfde neer was gekomen wat de kos ten aangaat had het nog een voordeel, want als je koopt dan moet je nog aan financieringsmiddelen zien te komen. Nu blijkt dat kopen belangrijk voordeliger is, terwijl wij bovendien sterk de indruk hebben dat er op dit moment geen financieringsmoeilijkheden zijn, stellen wij voor lokalen te gaan kopen. Dat betekent meteen dat ik meen dat op vrij korte termijn in ambtelijke zin dan, dus eerder overmorgen dan mor gen deze lokalen er zullen moeten staan. Het is zeker niet de bedoeling om te wachten tot het begin van het nieuwe schooljaar. Er zijn bij de Krijn van den Helmschool inderdaad problemen. Het terrein waar wij het lokaal aanvanke lijk wilden plaatsen en dat uit onderwijskundig oogpunt o.i. ook de beste plaats was, heeft in de wijk nogal wat kritiek ontmoet. Er zullen binnenkort door de wethou der van Ruimtelijke Ordening besprekingen worden ge houden met de wijk over een ander terrein, met de be doeling om zo spoedig mogelijk uit dit probleem te zijn, zodat de bouw van dit lokaal bij de Krijn van den Helm school niet verder zal worden opgehouden. De heer Buising: De kwestie is dat de kinderen waar het om gaat momenteel nog in de Open Hof zit ten. Als nu het gevaar zou dreigen dat het nieuwe lokaal ver van de Krijn van den Helmschool af komt te staan, dan wordt er eigenlijk geen probleem opge lost. Daarom heb ik in eerste instantie gezegd dat wij uit onderwijskundig oogpunt bekeken de zaak zo dicht mogelijk bij elkaar moeten zien te krijgen. Nu even zuiver als schoolmeester gesproken, als hierdoor dan eventueel een of ander belang van de buurtvereniging De Blokkendoos misschien een klein veertje zou moeten laten, nou, dat zou ik dan, geloof ik, wel op mij willen nemen. De heer Visser: De noodzaak van deze voorzienin gen is destijds in de raad duidelijk aangetoond. Ik vraag mij wel even af of dit ook nog consequenties kan hebben voor de te verwachten sterke teruggang van het leerlingental. De heer Ten Brug (weth.): Wat de vraag van de heer Buising betreft over het terrein bij de Krijn van den Helmschool kan ik zeggen dat de gedachten in derdaad uitgaan naar een terrein vlakbij de school. Er zijn vlak tegenover de school wel mogelijkheden, maar je kunt het lokaal ook oostelijk of westelijk van de school plaatsen. De kwestie die de heer Visser aanroert heeft destijds ook al een rol gespeeld. Onze planning voor deze scho len, wat de behoefte betreft, geeft aan dat deze lokalen zonder meer de eerste 5 jaar nodig zullen zijn. Het zijn n.l. niet deze wijken waarin het leerlingental terugloopt; er is eerder sprake van overloop. Vandaar ook de nood zaak van deze lokalen. Bovendien speelt in het terug lopen van het qantal leerlingen hetgeen hier minder het geval is ook nog een verkleining van de klassen een rol, iets dat zeker op komst is. Ik zie deze lokalen wel langer dan 5 jaar staan. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punten 16 t.e.m. 18 (bijlagen nos. 337, 346 en 360). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 19 (bijlage no. 362). Mefr. Visscher-BouwerIk haw hjir it riedsbrief oer de strjitnammejowing foar Snakkerbuorren mei in hiele briefskriuwerij tusken it bistjür fan Doarps- bilang en de gemeente foar my lizzen. Dérüt blykt dat men noch yn Snakkerbuorren noch yn Lekkum yndertiid tige wiis wie mei de strjitnammejowing dêr't men üngefear 10 jier lyn ta oergien is. Dizze namme- jowing is bard sünder oerliz mei de biwenners en mei foarby gean fan de yn de folksmüle gongbere en his- toaryske nammen, sa as Simmerhüshoeke, Modder- dyk, Kamsreed en Skoalledyk, dy't seis nou noch meast brükt wurde yn sté fan de nije nammen dy't de kommisje ütfoun hat. Wy hawwe net it idé dat it ündersyk fan de Fryske Akademy, dêr't op doeld wurdt yn it brief fan de kommisje, tige djip west hat, hwant der binne party nammen dêr't men hjir nea fan heard hie, seis net de aldste ynwenner dy't krekt 14 dagen lyn 90 jier wurden is. Wol sjocht men by- gelyks op aide ansichten fan Snakkerbuorren stean „Oan 'e Dyk" en „Oan 'e Ie". En hwat is der foar frjemds oan sokke nammen; binne dy oars as ,,Op 'e Kelders", „Bij de Put", „Achter de Grote Kerk"? It binne nammen dy't krekt oanjowe hwer't men wen net, mei namme yn Snakkerbuorren en dan oan de dyk as oan de Ie. Dat Snakkerbuorren in doarp wurde moat, né; it wie oant foar 10 jier in selsstannieh buor- skip dat al foarkomt op hiel aide kaerten. Der stiet dan ek in offisieel blau-wyt plaknammeboerd as men Snakkerbuorren ynkomt. Tsjerklik en foar alle for- ieningslibben heart it by Lekkum, mar yn Snakker buorren wennen altyd folie mear minsken as yn Lek kum; it wie ek in hiel oare mienskip as Lekkum, mei in hiel oar karakter. Lekkum hie Snakkerbuorren mear nedich as oarsom. Ek geografysk leit it apart, ntl. in kertier gean fan Lekkum. It rapport oer dizze doarpen, yndertiid ütjown fan Doarpsbilang, hjitte dan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1974 | | pagina 6