12
v •w--£3en&»-ism
zal misschien niet gebruikt worden en dan houdt u het
over. Maar het kan dan in ieder geval wel gebruikt
worden, m.n. ook als het gaat om en dat lijkt mij
een belangrijk punt; dat staat ook wel ergens in de
antwoorden het zoeken naar de juiste verhouding
tussen de recreatieve en de sociaal-culturele aspecten
van het vakantie-ontspanningswerk. Dit is mijn eerste
vraag.
Mijn tweede vraag is of u iets meer kunt zeggen
over de stand van zaken m.b.t. het onderzoek t.a.v. de
driewekelijkse zwemabonnementen. Ik heb begrepen
dat allerlei andere zwemtoestanden nu geregeld zijn.
Is over deze zaak al iets naders te zeggen?
De hear Klomp: Ik kin tige koart wêze. De léste
fraech fan de hear De Pree woe ik ek stelle.
De heer De Greef: Ik geloof dat het antwoord op
vraag 433 niet in overeenstemming is met de werke
lijkheid. Ik lees in het verslag van de Raja dat er in
1974 in het kader van de vakantie-activiteiten een aan
tal activiteiten zijn uitgevoerd. Ik zal het maar even
voorlezen: „vakantiekamp georganiseerd door de Leeu
warder Speeltuincentrale, vakantiekampen van de bij
de Stichting Sociaal Cultureel Werk voor de Jeugd in
Leeuwarden aangesloten werkeenheden, een binnen-
schoolse vakantieweek voor de leerlingen van de
Arendstuinschool, een buitenschoolse vakantieweek
voor de leerlingen van de Van Sytzamaschool" die
zal in 1975, als ik het goed heb begrepen, weer zo'n
vakantieweek organiseren „en een vijfdaags herfst
vakantieproject met medewerking van een vijftal
speeltuinen onder begeleiding van de Stichting Sociaal
Cultureel Werk voor de Jeugd in Leeuwarden". Ik
dacht dat je, als je dat rijtje bekijkt, niet bepaald kunt
zeggen dat gebeurt in het antwoord op vraag 433
dat er de laatste jaren geen vakantie-ontspanning
meer is georganiseerd. Ik vind het ook vreemd dat u
dit antwoord hebt gegeven. Uit het verslag van de
Raja is ook duidelijk dat er veel animo en en daar
gaat het mij vooral om veel behoefte is te gaan
werken aan wat de heer De Pree de recreatieve en
sociale aspecten van de vakantie-ontspanning noemt.
Ik dacht dan ook dat je de ruimte die er in zit, die
f 15.000,zou moeten handhaven, misschien zelfs zou
moeten uitbreiden om aan de vakantie-ontspanning vol
doende aandacht te kunnen besteden. Bovendien zou
ik u willen vragen of u misschien, als dat niet kan,
het advies van de Raad voor Maatschappelijke Dienst
verlening zou kunnen opvolgen om eventuele activitei
ten die niet gedekt kunnen worden uit dat fonds te
financieren op basis van opbouwwerk voor bijzondere
situaties.
De heer Weide (weth.)Ik kan u zeggen dat het
college bijzonder veel waarde hecht aan het feit dat
wij een post op de begroting hebben in het kader van
de vakantie-ontspanning voor die kinderen die nor
maal niet met vakantie kunnen gaan. In het verleden
werd dit werk vrij sterk gesubsidieerd door de ge
meente. Er waren toen duidelijk aanwijzingen dat de
kinderen voor wie het hoogst noodzakelijk was er juist
niet van profiteerden. De Stichting Sociaal Cultureel
Werk voor de Jeugd in Leeuwarden heeft toen een
andere aanpak gemaakt; die stichting heeft het één
jaar georganiseerd en daarna niet meer. Als je bezig
bent met sanering van de financiën en je komt een
post tegen waarvan de afgelopen jaren praktisch geen
gebruik is gemaakt dan ga je op die post, natuurlijk
met de nodige argumenten, bezuinigen. De heren De
Pree en De Greef noemen de projecten van de Van
Sytzamaschool e.d.; dat zijn allemaal incidentele pro
jecten geweest. De Van Sytzamaschool heeft inderdaad
buiten schoolverband een paar honderd gulden gekre
gen uit deze pot. Ik heb met het hoofd van deze school
besproken in hoeverre de activiteiten van deze school
ingebracht zouden kunnen worden in het totaal van
de betreffende wijkactiviteitenmisschien komen wij
daar m.b.t. de samenlevingsopbouw nog wel even op
terug. De projecten van de/andere genoemde instellin
gen waren ook zuiver incidenteel. Het is, dacht ik,
overduidelijk dat de post vakantie-ontspanning vrij al
gemeen gericht is op activiteiten georganiseerd door
één instelling voor die kinderen voor wie dit hoog no
dig is. De laatste jaren is daar geen gebruik van ge
maakt behalve zeer incidenteel door bepaalde groepen;
die zijn op zichzelf natuurlijk ook wel belangrijk.
De heren De Pree en Klomp hebben gevraagd naar
het onderzoek m.b.t. driewekelijkse zwemabonnementen
in de vakantietijd. Wij hebben in de laatste vergadering
van de Commissie voor de Dienst voor Sport en Re
creatie over deze zaak gediscussieerd. Wij komen vol
gende week in de raad met een voorstel m.b.t. de ge
zinsabonnementen; dat was ook één van de wensen van
de raad. Gezien de moeilijkheden die zijn verbonden aan
het instellen van driewekelijkse zwemabonnementen,
m.n. voor de kinderen die een abonnement hebben of
een 10-badenkaart je zou een soort discriminatie
t.o.v. deze kinderen krijgen heeft de commissie
geadviseerd om dit soort abonnementen niet in te
voeren.
De heer Pronk: In de commissie zijn alleen dag
tarieven in de vakantieperiode aan de orde geweest;
er is niet gesproken over driewekelijkse zwemabonne
menten in het kader van de vakantie-ontspanning. (De
heer Weide (weth.): Daar hebben wij de 10-baden-
kaarten voor.)
De heer De Greef: Ik vind het niet helemaal cor
rect dat de wethouder zegt dat er van de post voor
vakantie-ontspanning geen gebruik is gemaakt. Men
wilde wel, maar de hele „dubbel op vakantie"-affaire
en vakantiekampen voor lagere schooljeugd konden
niet doorgaan omdat er onvoldoende geld was. Dat is
de reden dat er geen gebruik is gemaakt van de post.
De stichting heeft duidelijk gezegd wel wat te willen
organiseren, maar dat f 15.000,dan onvoldoende was.
Ik dacht dat dat de oorzaak was dat het niet door is
gegaan en niet dat men niet wilde.
De heer Weide (weth.)Aan de Stichting Sociaal
Cultureel Werk is vorig jaar f 13.000,aangeboden
om deze activiteiten te organiseren. De stichting heeft
dat om allerlei redenen niet geaccepteerd. (De heer
De Greef: Omdat dat bedrag onvoldoende was.) Ik
dacht dat er talloze instellingen en organisaties waren
die, als zij f 13.000,kregen aangeboden voor bepaal
de activiteiten, dat met open armen hadden aanvaard.
De heer Van der Wal: Het ging om activiteiten
die al in het jaar daarvoor ook waren georganiseerd.
Het bleek in een behoefte te voorzien. Na uitwerking
van de activiteiten bleek gewoon dat het bedrag dat
de gemeente beschikbaar wilde stellen te laag was. U
kunt dit niet gebruiken als argument om aan te tonen
dat de stichting geen gebruik heeft gemaakt van de
post en dat er dus geen behoefte aan blijkt te bestaan.
Op die manier werd het wel gesuggereerd. Dat wil ik
duidelijk bestrijden. Dat is zeker niet het geval ge
weest.
De heer De Greef: Ik zou in de plenaire zitting te
rug willen komen op punt 433. (De Voorzitter: Om
dat u het niet eens bent met het voorstel dat wij heb
ben gedaan m.b.t. de vakantie-ontspanning?) Inder
daad.
De heer De Pree: Ik sluit mij aan bij deze claim.
De Voorzitter: Goed, de heren De Pree en De Greef
claimen dus dit punt; wij noteren het. (De heer Weide
(weth.): Wij zijn toch wel bezig met saneren?) (De
heer De Greef: Ik dacht met het stellen van priori
teiten.) (De heer Ten Brug (weth.): Waar zijn dan
de andere?) (De heer De Greef: Ik denk dat wij dat
in de begrotingszitting wel in het algemeen kunnen
bespreken.)
Ik wil er nog wel iets van zeggen, anders krijgen wij
misschien nog meer van dit soort discussies. U claimt
op een bepaald moment bepaalde punten. Het zal onze
taak zijn om, gelet op de discussies in de afdelingen,
al of niet met wijzigingsvoorstellen te komen. Dat is
ook de reden waarom wij u vanavond niet vragen om,
als u bepaalde dingen wilt laten doorgaan, alternatie
ven aan te geven. Wij zullen gehoord de discussies
balans opmaken. Ik moet u nu al wel zeggen er
zijn vanavond veel raadsleden aanwezig en daarom wil
ik van deze gelegenheid gebruik maken dat u in de
begrotingszitting wel degelijk anders zal moeten pra
ten dan nu; dan zal elke fractie en elk raadslid die
wijzigingsvoorstellen doet alternatieven moeten stel
len, want wij moeten met een sluitend patroon komen.
Ik neem aan dat dat u allemaal heel duidelijk is. (De
heer Van der Wal: Daarom hebben wij ook gevraagd
ik kon helaas niet aanwezig zijn bij de vergadering
van afdeling I waarom u de adviezen van de amb
telijke werkgroepen niet ter inzage hebt gelegd. Dat
zou ons duidelijk de gelegenheid geven bezuinigings
mogelijkheden te vinden. Er staan in die adviezen be
zuinigingsvoorstellen die niet door het college zijn over
genomen.) Dat punt is nu niet aan de orde. U mag
dat straks in de plenaire zitting aan de orde stellen.
F. Samenlevingsopbouw.
Algemeen.
De heer Bouina: Ik wil duidelijk stellen dat ik het
niet eens ben met het antwoord op vraag 434. Er wordt
gezegd dat de coördinatie van het werk m.b.t. de sa
menlevingsopbouw voldoende tot zijn recht komt in
het presidia-overleg. Dat lijkt mij te enen male onmo
gelijk omdat in dat overleg de werksoort opbouwwerk
op generlei wijze vertegenwoordigd is. Het opbouw
werk dat o.a. ook volkshuisvesting, onderwijs, wijk-
verbetering en wat dies meer zij kan omvatten doet u
met dit antwoord onrecht aan; deze werksoort kan
nooit in dit overleg tot gelding komen.
De heer Weidei (weth.)Wat de coördinatie en de
samenwerking in het presidia-overleg betreft dacht ik
dat wij daar straks in het kader van de discussie over
een Welzijnsraad in de plenaire zitting wel op terug
kunnen komen. (De Voorzitter: Het is niet zeker dat
daar in de plenaire zitting over zal worden gesproken.)
Ik meende van wel, maar anders komt het automa
tisch t.z.t. wel weer aan de orde. Ik dacht ook dat
straks in de Commissie Opbouwwerk in nieuwe samen
stelling en structuur de kortsluitingen die de heer
Bouma signaleert kunnen worden besproken.
De Voorzitter: Ik zou nog een kleine aanvulling
willen geven; het sluit aan op hetgeen ik straks al
heb gezegd m.b.t. de Commissie Opbouwwerk. Het pre
sidia-overleg heeft op zichzelf geen coördinerende taak.
Via de draden die in het presidia-overleg bij elkaar
komen zal het gebracht moeten worden naar de Com
missie Opbouwwerk en daar zal een stuk coördinatie
tot stand moeten komen. In het presidia-overleg heb
ben wij de functionele raden om de tafel; daar worden
dingen gesignaleerd en die kunnen worden doorge
speeld naar de Commissie Opbouwwerk. Wij zullen nog
moeten bespreken dat zou ik nu niet willen doen -
of het van belang is dat de Commissie Opbouwwerk
ook in het presidia-overleg vertegenwoordigd is dat
was in het verleden wel het geval want dan zou ook
langs die weg de coördinatie tot stand kunnen worden
gebracht. Maar op deze zaak komen wij nog terug.
G. Stichting Centraal Orgaan Leeuwarden.
De heer Bouma: N.a.v. punt 441 zou ik graag wil
len horen tot welk resultaat de onderhandelingen met
het Ministerie van C.R.M. hebben geleid met betrek
king tot het subsidiëren van de bureau-coördinator bij
het C.O.L. Ik vraag mij ook af welke onderhandelingen
er nog gevoerd zouden moeten worden. U zegt aan
het slot van het antwoord dat het door u niet is af
gewezen. Het lijkt wat op een ontkenning en ik zou
graag willen weten of de gemeente er positief tegen
over staat.
De heer Weide (weth.)Over de bureau-coördina
tor hebben wij overleg gehad met het ministerie. Het
tweede overleg is helaas op verzoek van het ministerie
niet doorgegaan. Wij hebben wel een brief van het
ministerie gekregen waarin staat dat men bereid is 3
jaar lang deze kracht voor 100% voor rekening van
het rijk te nemen. M.b.t. de taakafbakening, waarover
wij een discussie hebben gehad, hebben wij ons stand
punt uiteengezet in een brief aan het ministerie; ik
kan u wel zeggen dat wij ons in die brief bijzonder po
sitief hebben opgesteld. Wij hebben het ministerie ver
zocht deze kracht 3 jaar lang voor 100 te subsidiëren.
Mevr. Visser-van den Bos: De wethouder zegt dat
de gemeente zeer positief heeft gereageerd m.b.t. de
coördinator. Nu meen ik te begrijpen het is mij nog
wat duister dat de gemeente heeft gezegd; Wfl
willen die man wel 3 jaar hebben; het rijk subsidieert
dan 100%. Maar is dat dan soms een afbouwsubsidie
en moet de gemeente het dan overnemen
De heer Weide (weth.)Dit is geen afbouwsubsi
die. Het rijk wil, omdat men de opzet en de werkwijze
van het C.O.L. hoog aanslaat, in het kader van een
bijzonder experiment deze man 3 jaar subsidiëren zon
der afbouw. Er was aanvankelijk enig meningsverschil
over de taakverdeling, maar dat is volkomen opgelost.
De heer Van der Wal: De heer Weide heeft m.i.
terecht waardering uitgesproken voor het C.O.L. Ik
heb nog een paar puntjes m.b.t. de personeelsbezetting
van het C.O.L. Punt 440 betreft een halftime opbouw
werker voor Huizum-Bornia en Vegelinbuurt. U stelt
in het antwoord: „Overigens is voornamelijk op grond
van de financiële positie van onze gemeente het ver
zoek tot aanstelling van een halftime opbouwwerker
voor deze twee buurten afgewezen." Nu kan je uit de
mededelingen die bij de raadsstukken voor de raad van
a.s. dinsdag zijn gevoegd begrijpen dat er nieuwe ont
wikkelingen zijn. Ik heb gehoord dat er, ondanks de
maximaal f 4.500,dat blijkt uit het antwoord op
vraag 439 die zo'n kracht de gemeente kost, bij het
rijk potjes zijn om dat bedrag nog weer te verminde
ren; dat zou dan, meen ik, wel een afbouwsubsidie zijn.
Uiteindelijk zou dan nog 20 van die f 4.500,voor
rekening van de gemeente blijven; dat wordt dan
f 900,en die zouden wij toch wel ergens kunnen vin
den; als wij dat in de beleidsnota naar beneden afron
den is het 0, omdat het bedrag beneden f 1.000,— blijft.
Ik heb nog wel twijfels over de coördinatie m.b.t.
rehabilitatie en renovatie. Dinsdag komt de kwestie
van de planning van de bestemmingsplannen aan de
orde. (De Voorzitter: Dat is nu niet aan de orde.) Ik
spreek niet over die bestemmingsplannen, ik wil al
leen maar signaleren dat is ook wel gebleken in
de afdeling van de heer Eijgelaar dat wij de in
standhoudingsregeling laten vallen en dat wij de inci
dentele woningverbetering laten vallen voor zover het
achterstallig onderhoud betreft waardoor alleen nog
verbetering van douche, w.c. en keuken overblijft. Al
les wordt gegooid op rehabilitatieprojecten, inclusief
project- en contactgroepen. Ik heb in afdeling IV ge
hoord dat men per jaar één rehabilitatiewijk wil aan
pakken; dat lijkt mij vrij optimistisch. Enkele wijken
vragen het initiatief gaat dus uit van de wijk zelf
deskundige begeleiding; dat blijkt ook uit de brief
van de Vegelinbuurt die ter inzage ligt bij de stukken
voor de volgende raadsvergadering (punt K van de
mededelingen). Ik vraag mij af of de coördinatie tus
sen de secretarie-afdeling die over het opbouwwerk
gaat en de D.S.O. wel goed functioneert. Als wij de
instandhoudingsregeling en de incidentele woningverbe
tering schrappen dat levert trouwens maar een be
sparing van f 40.000,op en alles op rehabilitatie
gooien vraag ik mij af of men zich op S.Z.W. wel reali
seert dat dat betekent dat de bewoners die daarbij een
grote rol moeten spelen u benadrukt dat in allerlei
beleidsplannen en begrotingen deskundig begeleid
moeten worden. Als ik dan zie hoeveel moeite het kost
om personeel van het C.O.L. gesubsidieerd te krijgen
met de coördinator zit het nu blijkbaar goed, maar
nu gaat het weer om een halftime kracht voor Huizum
en Vegelinbuurt; het Molenpad komt straks ook en
andere wijken zullen waarschijnlijk volgen dan twij
fel ik of deze kwestie bij S.Z.W. wel duidelijk is.
De heer Weide (weth.): U kunt uit het antwoord
op vraag 440 wel opmaken dat wij hoge prioriteit ge
ven aan de rehabilitatie van Huizum en Vegelinbuurt.
Om financiële redenen hebben wij deze opbouwwerker
niet mee kunnen nemen. C.R.M. heeft wel goedkeuring
gegeven; wij hebben wel de oriënteringsfase meegeno
men in het beleidsplan, maar helaas ontbreken de mid-