2 1 8a. In stand houden openbare scholen voor gewoon lager onderwijs te Goutum, Lekkum en Wirdum (bijlage no. 47) 19. Tarieven voor het gebruik van gemeentelijke sport- en recreatie-accommodaties (bijlage no. 43). 20. Aanvragen en accepteren van een lening uit 's rijks kas ten behoeve van het complex 198 flat woningen J. van Scorelstraat e.o. van de Woningstichting Leeuwarden-Leeuwarderadeel (bijlaqe no. 28). 21 Beschikbaar stellen van een aanvullend krediet voor ontsplitsing van 176 duplexwoningen, deel uitmakend van het complex 15 van het Gemeentelijk Woningbedrijf en het ten behoeve van een mindervalide aanpassen van de woning Aert v.d. Neerstraat 68 (bijlage no. 41) 22. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woningbedrijf en de Dienst Stadsontwikkeling voor het dienstjaar 1976 (bijlage no. 46) 23. Benoemen van een lid van het algemeen bestuur van het Woonwagenschap Friesland (bijlage no. 45). De Voorzitter: Dames en heren, hartelijk welkom op deze vergadering van de raad. Punt 1. De notulen worden ongewijzigd vastgesteld. Punt 2. De heer Reumer (secr.). De heren Van der Veen en De Leeuw hebben bericht gezonden dat zij vanavond de raadsvergadering niet bij kunnen wonen. Rondgezonden mededelingen. Sub A t.e.m. F. De berichten, de mededelingen en het rapport worden voor kennisgeving aangenomen. Sub G. Het verzoek wordt in handen van b. en w. gesteld om preadvies. Sub H. De motie wordt voor kennisgeving aangenomen. Sub I en J. De brieven worden in handen van b. en w. gesteld om preadvies. Sub K. De Voorzitter: Er is inmiddels een brief ontvangen van de Gereformeerde Schoolvereniging Leeu warden waarin slechts staat dat zij het op de lijst vermelde schrijven ondersteunt. Die brief zou ik hier daarom meteen bij willen betrekken. De brieven worden in handen van b. en w. gesteld om preadvies. Punt 3 (bi j Iage noll). De Voorzitter: Dit punt is in de vorige vergadering aangehouden. De heer De Pree: Het is zo dat een paar weken geleden Fons Jansen in Leeuwarden optrad in de Harmonie. In een van zijn conferences kwam Leeuwarden aan de orde. Hij stelde daarin dat je van Leeuwarden eigenlijk nooit iets hoorde behalve als het gestormd had. Nou, dat hoor je dan aan. Ge lukkig is het zo dat hij geen gelijk heeft gehad want begin januari merkte ik op een avond voor de t.v. dat op een en dezelfde avond Leeuwarden 2 keer aan de orde kwam. De eerste keer was in het jour naal en dat was inderdaad i.v.m. de storm en dat betrof het neerstorten van de top van de Bonifatius- toren, de tweede keer was wat later op de avond in de actualiteitenrubriek van de K.R.O., Brandpunt, en daar werd Leeuwarden genoemd in het kader van een item dat ging over de telefonische hulpdienst Vrouwen bellen vrouwen. Ik denk dat de mensen van het journaal op dat moment nog niet de raads- brief hadden gelezen die wij inmiddels hebben gekregen, anders was Leeuwarden misschien helemaal niet genoemd. Ik ben niet van plan om nog eens hetzelfde verhaal te gaan houden dat ik tijdens de afdelings 3 vergadering heb gehouden over deze zaak; ik heb toen een aantal inhoudelijke opmerkingen gemaakt. Ik moet wel zeggen dat ik erg teleurgesteld ben in de raadsbrief zoals wij die hebben gekregen. Als er tijdens de afdelingsvergadering waar het punt n.a.v. een van de vragen aan de orde is èn door mej. De Vos uit mijn fractie èn door de heer De Greef van Axies èn door mij een groot aantal opmerkingen zijn gemaakt en de wethouder zegt: Het komt nu opeens op mij af, hef hoeft nu niet behandeld te worden want het komt binnenkort wel terug, dan ga je daarmee akkoord. Dan komt er een raadsbrief en dan ben je natuurlijk reuze benieuwd naar de tegenargumenten, maar dan moet je constateren dat er eigen lijk geen enkel argument in staat, ook geen enkel tegenargument. Ik moet zeggen dat je je dan toch wel afvraagt wat je eigenlijk bezig bent te doen in de gemeenteraad, wat het voor zin heeft om op merkingen te maken. Ik vind dus de raadsbrief zoals die hier ligt ronduit mager. Dat komt dan omdat ik elke argumentatie mis. Een tussenopmerking overigens, ik heb het gevoel dat er nauwelijks een subsi- die-aanvrage denkbaar is die zoveel irioeilijkheden ontmoet als de subsidie-aanvrage die hier voor ons ligt. Maar goed, nu ter zake. Ik kan mij twee soorten argumenten voorstellen - ze staan wel niet in de raadsbrief maar ja, dan ga je maar raden als raadslid - waarom zo'n subsidie niet zou moeten wor den toegekend. Het ene zou kunnen zijn dat het om financiële overwegingen niet kan, de slechte posi tie van de gemeente op financieel gebied, maar gezien de hoogte van het bedrag speelt dat, lijkt mij, geen rol, het is trouwens ook door niemand gesteld. Bovendien, de enige uit het college die akkoord gaaf met het verlenen van subsidie is uitgerekend degene die de financiën beheert, dus dat ziet er safe uit. Dan zijn er andere argumenten tegen en dat zullen dan inhoudelijke argumenten zijn. Dan lees je de raadsbrief nog eens en dan kom je weliswaar geen inhoudelijke argumenten tegen, maar je komt er wel tegen een verwijzing naar de Raad voor Maatschappelijke Dienstverlening en de discussie die daar over deze materie is gevoerd. En ik neem dus maar aan dat je daar moet speuren, in die discussie, naar die inhoudelijke argumenten en dat dat dan wel de argumenten zullen zijn die hef college onder schrijft. Dan komt de eerste vraag waarop ik graag een antwoord zou hebben van de wethouder, n.l. of deze interpretatie klopt dat de tegenargumenten die daar gespeeld hebben door het college worden overgenomen. Dat betreft dan m.n. het argument dat ik ook tijdens de afdelingsvergadering heb genoemd, het probleem van de gevulde algemeenheid, hulpverlening die niet normatief mag zijn. Betekent het dus heel concreet dat het zo is dat u van mening bent dat elke hulpverlening die normatief is eigenlijk niet als hulpverlening in deze zin mag worden verstaan en daarom niet in aanmerking komt voor subsi die? Als u dat vindt dan lijkt mij dat een erg belangrijke beleidsuitspraak waar wij dan later, denk ik, nog een keer diepgaander over moeten discussiëren, want dat zou betekenen dat hulpverlening die normatief is - in dit geval is de norm een feministische visie, maar het zou dan ook gelden voor hulp verlening vanuit een levensbeschouwelijke visie, een humanistische of een christelijke visie - eigen lijk niet in aanmerking zou komen voor subsidie. Dus dat is de eerste vraag waar ik graag antwoord op zou willen hebben. Als dat antwoord ja is dan meen ik dat wij dat mee moeten delen aan alle welzijns- instellingen waar wij als gemeente mee te maken hebben. Dan wil ik een aantal argumenten noemen op grond waarvan mijn fractie meent dat de subsidie aanvrage van de vrouwentelefoon wel gehonoreerd moet worden. In de eerste plaats is het zo dat wij toch wel een andere kijk hebben op normatieve hulpverlening. Een tweede argument is dat het hier een initiatief betreft vanuit de basis. Het wonderlijke is nu dat je zo vaak hoort dat het hele welzijnswerk het gevaar loopt helemaal bepaald te worden door richtlijnen enz. enz. die van boven af, vanuit Den Haag, worden opgelegd. Aan de andere kant kom je dan ook tegen, ook weer vanuit hetzelfde Den Haag: Ja, maar je moet er ook als gemeente kien op zijn als er initiatieven zijn vanuit de basis en wanneer het bovendien nog vrijwilligerswerk betreft. Wanneer - dat voeg ik er dan aan toe - het bo vendien nog een zaak blijkt te zijn die aanslaat, want er is al het een en ander gebeurd in Leeuwar den door de vrouwentelefoon, dan moet dat gehonoreerd worden omdat dat belangrijk is. Die geluiden hoor je dan. Ik begrijp ook niet - maar ja, het is weth. De Vries die deze zaak in portefeuille heeft - dat binnen het college de wethouder van Welzijnszaken alleen al niet om deze reden zich heeft aan gesloten bij de minderheid in het college. Maar goed. (De heer Ten Brug (weth.): Een portefeuillewis- seling die niet had gemoeten?) Misschien niet, nee. Een ander argument pro, en daarmee kijk ik een beetje in de richting van de V.V.D.-fractie, is dat ik mij haast niet kan voorstellen dat een V.V.D.- fractie hier tegen zou zijn omdat ik altijd van die kant hoor, zowel hier als ook landelijk, dat parti culier initiatief gehonoreerd moet worden. Het is dan nu eens niet in economische zin, maar het heet ook particulier initiatief. De heer Schaafsma is zo langzamerhand wel zo op de hoogte met het wel zijnswerk dat hij die term meteen kan thuis brengen. Hef gaat hier om een zaak van particulier initia tief die je als overheid kunt honoreren. Wat is nu vanuit een liberale visie meer voor de hand liggend dan dat je daar meteen op inspringt? Dan heb ik ook nog een opmerking in de richting van het C.D.A. Ik bedoel dit echt niet om even fracties om te turnen, ik maak mij ook geen illusies, maar het is ge woon iets dat ook een rol speelt wat betreft die normatieve hulpverlening en de normen daarin. Ik denk

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1976 | | pagina 2