16. Vaststellen vergoedingen vakonderwijs over 1975 aan besturen van bijzondere scholen voor buiten
gewoon onderwijs (bijlage no. 270).
16a. Wijzigen Verordening op de heffing en invordering van lesgeld voor het volgen van onderwijs aan
de afdeling amateuropleiding van het Gemeentelijk Muziekinstituut (bijlage no. 276).
17. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woningbedrijf en de Dienst
Stadsontwikkeling voor het dienstjaar 1976 (bijlage no. 264).
17a. Onderzoek van de geloofsbrief van het nieuw benoemde lid van de gemeenteraad, de heer D.E.
Heere.
18. Benoemen van:
a. een directeur van het Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden (bijlage no. 258);
b. leden van diverse commissies (bijlage no. 274).
De Voorzitter: Dames en heren, ik stel voor dat wij met onze werkzaamheden beginnen. Ik heet u
bijzonder hartelijk welkom. Verschillenden van ons zijn inmiddels uitgerust van vakantie terug geko
men, anderen staan op het punt te vertrekken. Wij hebben zelden begin augustus een zo complete
groep gehad; er zijn maar enkele leden van de raad afwezig en dat zijn mej. De Vos en de heren Bou-
ma, Geerts en C. de Jong. Van die 4 raadsleden hebben wij bericht van verhindering gekregen, ik
neem aan dat zij op dit moment op vakantie zijn. De secretaris en de loco-secretaris zijn beiden af
wezig, de secretaris nog steeds i.v.m. ziekte en de heer Reumer i.v.m. vakantie. De heer Winkelman,
2e loco-secretaris, vervult daarom vanavond de functie van secretaris van de vergadering.
Punt 1.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Punt 2.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A. t.e.m. D.
De berichten, de mededelingen en de rapporten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub E.
De verzoeken worden in handen van b. en w. gesteld om preadvies.
Sub F.
De heer Janssen: Deze brief, geschreven door één van de bewoners van de Corellistraat, handelt
niet over vochtige plekken op de eindgevels maar over vochtplekken op de voor- en achtergevels,
althans als ik de brief goed gelezen heb. Ik zeg dit omdat in de mededelingenlijst staat dat het om
eindgevels gaat. De eindgevels zijn inmiddels beplaat, tenminste van dit pand zijn de eindgevels be-
plaat met plaatmateriaal. Ik moet zeggen dat de aanblik mij niet tegen gevallen is, ik had gedacht
dat het erger zou wezen. De briefschrijver suggereert nu dat de beplating ook op de voor- en achter
gevel toegepast zou moeten worden omdat daar ook overlast optreedt door vocht. Nog afgezien van de
kosten ben ik daar toch tegen, want het zou m.i. een afschuwelijke aanblik zijn als het hele blok zo
wordt verpakt. Het zou mogelijk beter zijn om aan de binnenkant een styrofoambeplating aan te bren
gen. U weet misschien niet wat dat is, het is een kunststofbeplating die wordt aangebracht voor vocht-
wering. Deze beplating wordt veel toegepast bij renovatie van woningen. Ik heb in een vakblad een
artikel opgezocht waarin dat procédé beschreven wordt; dat wil ik de wethouder straks graag ter hand
stellen. De zaak kan dan verder worden behandeld in de Commissie Woningbedrijf; daar hoort het thuis.
Verder ben ik het met uw advies wel eens.
De heer Heidinga: De heer Janssen en ik zijn in deze brief uitgedaagd om iets te doen, ik weet
niet meer precies wat. (De heer Ten Brug (weth.): De bouwvakkers.) Ja. Aangezien de heer Janssen
prompt gereageerd heeft zal ik het ook maar doen. Ik ben niet Van mening dat de heer Aarnout de
3
enig zaligmakende wijsheid op dit gebied bezit, hoewel hij dat, geloof ik, zo zachtjes aan zelf wel
meent. Ik ben ook niet van mening dat het Woningbedrijf met zijn technici de alleen zaligmakende
wijsheid op dit gebied bezitten, de heer Janssen en ik ook niet, net zo min. Ik ben echter wel van
mening dat het zo langzamerhand te lang duurt. Dat wil ik u niet verwijten, maar ik zou wel tegen de
wethouder willen zeggen: Wethouder, je zit hier nu 2 jaar, maak hier nu eens een eind aan. Want ik
zal u vertellen dat deze kwestie al speelde toen de heer Pols nog wethouder van het Woningbedrijf
was. Nu is de heer Pols opgevolgd door de heer K.J. de Jong. K.J. de Jong heeft hier 8 jaar gezeten
als wethouder en nu zit Eijgelaar er 2 jaar. Dat is dus samen 10 jaar. Het geval speelde al in het mid
den van de periode dat Pols wethouder was; toen hebben wij al over de vochtoverlast, de eindgevels,
het verven enz. in de raad gesproken. Dus wij kunnen veilig stellen dat het nu al ongeveer 12 jaar
loopt en dat is toch eigenlijk te lang. Nogmaals, er moet wat aan gebeuren. Ik geloof ook wel dat het
college daarvan overtuigd is. De beste methode moet worden opgezocht, ik zou verschrikkelijk graag
willen dat wij hier af kwamen, dat deze wethouder bij wijze van spreken "der yn byt en it oan kant
makket".
De heer Eijgelaar (weth.): Ik heb in één van de laatste raadsvergaderingen, toen er ook een brief
van een aantal bewoners van de Corel I istraat was, al gezegd dat het Woningbedrijf hier inderdaad de
nodige aandacht aan zal schenken. Als ik goed geïnformeerd ben is het zo dat het steeds ging over
doorslaande eindgevels; het gaat nu over klachten m.b.t. voor- en achtergevels, dat is ook al enige
tijd zo. De Commissie Woningbedrijf heeft dit besproken. Het Woningbedrijf zal een onderzoek instel
len hoe het mogelijk is om ook aan deze klachten zoveel mogelijk tegemoet te komen; misschien is de
oplossing gelegen in de kunststofbeplating waarover de heer Janssen sprak. Als wij een oplossing heb
ben gevonden dan komen wij wel bij de raad terug met een kostenopgave. De raad zal dan moeten be
slissen. Wij zullen eerst de technici van het Woningbedrijf vragen om deze zaak nog eens serieus te
bekijken om te zien wat er aan te doen is zodat mogelijk op korte termijn een definitieve oplossing
voor dit probleem gevonden kan worden. Overigens is het complex woningen van de Valeriusstraat
niet het enige. Bij vele woningen met eensteensmuren waarop bepleistering is aangebracht en waarover
behang is aangebracht treedt deze moeilijkheid op. Er zijn nu eenmaal na de oorlog een vrij groot
aantal woningen gebouwd zonder een spouwconstructie. Bij al deze woningen zitten wij eigenlijk met
hetzelfde probleem. Wij zullen proberen daar het nodige aan te doen.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Sub G.
De heer Janssen: Het Buurtcomité Hollanderwijk heeft een brief geschreven over de verkeerssitua
tie in die wijk. De drukte neemt daar hand over hand toe, er gaat veel verkeer door die wijk naar de
er achter gelegen wijken. Feitelijk ben ik het wel met die mensen eens dat vooral de verkeersstroom
midden door dat wijkje afgedamd zou moeten worden. Nu gaat dat niet zo gemakkelijk. De brief sug
gereert het aanleggen van verkeersdrempels. Nu heb ik in mijn vakantie hierover een artikel gelezen
in de Leeuwarder Courant. Het was een interview met weth. Kees Boers van Dokkum en die was nogal
enthousiast over verkeersdrempels. Ik weet niet of hier de eerste Leeuwarder verkeersdrempels zouden
moeten komen of dat deze kwestie op een andere wijze op te lossen is. Ik dacht er aan dat het mis
schien ook wel op te lossen was met het instellen van éénrichtingverkeer. Er zal dan echter een over
leg tot stand moeten komen met het wijkcomité. Die mensen zijn daar het beste bekend, die weten de
knelpunten, die weten de punten waar de meeste gevaren voor de kinderen in de wijk te verwachten
zijn. Er zou dus eigenlijk een overlegsituatie moeten komen, dit in tegenstelling tot wat u adviseert.
U adviseert n.l. de kwestie te behandelen bij de vaststelling van de uitgangspunten voor het bestem
mingsplan. Volgens mij duurt het te lang voordat die uitgangspunten vastgesteld kunnen worden, voor
dat dat een zaak is die hard gemaakt is. Ik zou graag van u de toezegging willen hebben dat u op kor
te termijn met dat wijkcomité in overleg treedt en dan deze zaak eens voorlegt aan de Verkeerscom-
missie om te bekijken welke maatregelen zijn te nemen in afwachting van de vaststelling van de uit
gangspunten voor het bestemmingsplan.
De heer Van der Wal: Even heel kort, aanhakend op wat de heer Janssen al heeft gezegd. Ik heb
ook dat artikel over de verkeersdrempels gelezen dat in de Leeuwarder Courant stond. Ik zou het col
lege uit willen nodigen eens in Dokkum te gaan vragen naar de ervaringen en dan - liefst bij de aan
biedingsbrief maar als dat niet kan in de Commissie Openbare Werken of de Commissie Ruimtelijke
Ordening - eens met een rapportje te komen hoe dat in Dokkum gaat. Het lijkt erg gunstig uit te