t
I
a<l
I)
SQ
vc
>1
Verslag van de vergadering op donderdag, 11 november 1976 van de afdeling II van de Gemeenteraad ter
voorbereiding van de behandeling van de Ontwerp—begrotingen voor 1977.
Aanwezig van de afdeling: mevrouw G. Visscher-Bouwer en de heren J.R. Bijkersma, ir. C.G.H. Geerts,
0. Heidinga, J.F. Janssen, W. Miedema en ir. C.L. Rijpma (weth.).
Aanwezige overige raadsleden: mevrouw E. Brandenburg-Sjoerdsma en de heren J. ten Brug (weth.),
G.F. Eijgelaar (weth.), drs. M.H.G. de Greef, A. Groenewoud, C. de Jong (tot 21.55 uur), A. Klomp,
(vanaf 20.10 uur), J.B. Singelsma, N. Sterk (tot 21 .55 uur), G. de Vries (weth.) (tot de pauze) en P.D.
van der Wal
Voorzitter: de heer J. ten Brug, loco-burgemeester (tot de pauze), de heer J.S. Brandsma, burgemees
ter (vanaf de pauze).
Voorts zijn aanwezig: de heren H. Achterhof, directeur Stedebouw en Bouwkunde van de Dienst Stads
ontwikkeling, L.D. Corée, directeur Grondbedrijf van de Dienst Stadsontwikkeling, mr. L.P.A. van
Kats, plv. hoofd van de afdeling Volkshuisvesting en Openbare Werken, mr. W.J.G. Reumer, loco
secretaris, J. van der Wal, hoofddirecteur van de Dienst Stadsontwikkeling, en C. IJsbrandij, hoofd
van de afdeling Financiën en Belastingen.
Te behandelen:
Par. 3. Beleidssector Ruimtelijke Ordening, Openbare Werken, Verkeer en Vervoer.
De Voorzitter: Ik open deze vergadering van afdeling II. De burgemeester komt wat later; hij hoopt
de leiding na de eerste koffiepauze over te nemen. (De heer Heidinga: Als wij zolang praten.) Ik was
van plan hier nog iets over te zeggen. Vorig jaar bij de afdeling Onderwijs heb ik tegen de burgemees
ter gezegd: Och, u kunt dan wel wegblijven. Dat durfde ik nu, eerlijk gezegd, niet te doen, maar als
u een moedige poging wilt doen en toch tot zinvolle discussies wilt komen dan dacht ik dat wij het wel
redden
PAR. 3. BELEIDSSECTOR RUIMTELIJKE ORDENING, OPENBARE WERKEN, VERKEER EN VERVOER.
A. Ruimtelijke Ordening.
1. Algemeen.
Punten 54 t.e.m. 56.
De heer Janssen: N.a.v. punt 54 zou ik nog wel iets willen vragen. Ik zou graag willen weten of
bij de evoluatie van de organisatie van de Dienst Stadsontwikkeling ook de huisvesting van deze dienst
wordt betrokken. Blijkens een brief van de Medezeggenschapscommissie van de D.S.O. van oktober
kampt men met moeilijkheden wat betreft de huisvesting. Men wil als dienst graag goed functioneren
en dan onder één dak, zoals in het rapport Twijnstra en Gudde is aanbevolen. Wij zouden graag zien
dat het college dit probleem eens tot zich nam en daarover enige gedachten op papier zet. Het college
heeft wel een uitspraak gedaan dat er de eerste 10 jaar niet gerekend moet worden op nieuwbouw voor
de dienst of op een nieuwe huisvesting. In de periode waarin het college denkt dat er niets kan gebeu
ren zou er toch wel iets kunnen gebeuren. Wij hebben bij het politiebureau gezien dat het nogal vlug
ging, wij hebben nu de Dienst Reiniging en Brandweer goed gehuisvest en ik zou het college willen
vragen of het in ieder geval wil proberen plannen te maken om tot een betere huisvesting van de D.S.O.
te komen.