12
stadsgebeuren zullen voordoen. Het is natuurlijk ook niet zo dat wij alleen met deze groep spreken,
want bij elk bestemmingsplan voor de binnenstad wordt een contactgroep samengesteld, dus voor Ach
ter de Grote Kerk, voor de Nieuweburen, voor de Bagijnestraat enz. worden allemaal afzonderlijke
contactgroepen ingesteld. Het ligt in ons voornemen om een goede beoordeling mogelijk te maken wan
neer op heel korte termijn een ideeënschets klaar is voor de inrichting van het gebied Nieuwestad-
noordzijde en alles wat daar op aansluit. M.n. voor dat gebied zijn er ook andere belanghebbenden en
wij denken aan een grote mate van publikatie; wij denken aan het creëren van maquettes die op be
paalde wijze aan het publiek een indruk moeten geven wat er aan de hand is, wij denken aan het in
schakelen van allerlei organisaties zoals wij dat ook hebben gedaan bij de modellennota Cammingha-
buren door het toezenden van de ideeën met het verzoek daarop op gepaste wijze te reageren. Zo zul
len er zich nog wel meer objecten voordoen waarbij het zinvol is om andere groeperingen in te schake
len dan alleen degenen die belang hebben bij het winkel- en zakengebeuren in de stad.
De heer Bijkersma: Ik wil nog graag even ingaan op de woorden van de wethouder. Ik heb in de
uitvoerige beantwoording eigenlijk gemist dat de wethouder is ingegaan op.de details van mijn vragen.
Mijn eerste vraag betrof het punt dat de D.S.O. stelt dat zij als zij ditplan zullen uitvoeren - datduurt
minimaal 14 jaar - meer personeel nodig hebben; en dat wij, als wij dit plan aannemen, daar ja tegen
zeggen. (De heer Rijpma (weth.): U hebt uit mijn antwoord duidelijk af kunnen leiden dat dat niet het
geval is, want ik heb zopas gezegd dat er een analyse plaats zal vinden nadat er meer structuurplannen
bekend zijn. Pas dan zullen wij in staat zijn om daar een inzicht in te geven.) Maar in uw beantwoor
ding had u het over het beleidsplan van dit jaar. Ik ga volledig akkoord als u zegt dat het ook voor de
toekomst geldt; dan is die vraag wel beantwoord.
Datgene wat ik vroeg over de verkeerslussen is ook niet beantwoord. De werkgroep zegt: Wij heb
ben dat niet kunnen onderzoeken; de problemen die zich voordoen zullen wij wel zien en daarbij zul
len wij dan corrigerend optreden. Ik kan mij indenken dat zij zich dat zo voorstellen; dat is dan een
technische correctie. Maar het kan gebeuren dat burgers die zich plotseling geconfronteerd zien met
zo'n verkeerslus problemen krijgen die ook de mensen van de werkgroep niet voorzien hebben. (De heer
Rijpma (weth.): In mijn beantwoording heb ik gezegd dat er een groep is ingesteld die allerlei ideeën
zal ontwikkelen; die zal dat allemaal publiceren enz. Dat betekent dat geen burgerHet is
misschien mijn onervarenheid, maar als u het over plannen hebt, hebt u het in mijn ogen niet over de
uitvoering. Ik heb het over de uitvoering. Als de uitvoering geschiedt zijn de plannen van de baan en
is er volgens dit inleidend schrijven geen sprake meer van inspraak, dan bepaalt de D.S.O. de correc
ties die eventueel nog moeten worden aangebracht. Als u zegt dat de contactgroep dan nog een keer
bij elkaar geroepen wordt dan ben ik tevreden. (De heer Rijpma (weth.): Ik heb dat toegezegd, maar
u hebt dat kennelijk niet begrepen.) Ik heb al gezegd dat mijn onervarenheid misschien maakt dat ik
met u verschil wat betreft de betekenis van plannen en uitvoering; dat is dan mijn fout.
M.b.t. de filosofie van de werkgroep dat wij ons niet moeten laten leiden door de vermeende fi
nanciële moeilijkheden in de toekomst meen ik dat het nog altijd zo is dat wij ons moeten laten leiden
door het huishoudboekje, eerst kijken wat er in komt en dan eens kijken wat wij kunnen besteden en
toch wel een beetje angstig zijn voor de financiële aspecten hiervan.
De hear Miedema: Ik leau dat ik yn twadde ynstansje frij koart wêze kin. Hwat it plan foar de Nije
stêd oangiet, wy wachtsje mei bilangstelIing de foorstellen fan it kolleezje of. Ik leau net dat it sin
hat dêr nou neijer op yn to gean. Itselde jildt foar it Wilhelminaplein.
Bliuwt allinne noch de finansieringIk haw net fan de wethalder heard oft oer dizze posten by de
bigreatingsbihannel ing noch to praten is. Ik fyn dat hwat spitich, ik sit dêr hwat mei. Ik wachtsje mei
bilangstelling de twadde ynstansje fan de wethalder óf yn de hoop dat hy dan it definitive antwurd
jowt dat de fraksjes noch de mooglikheit hawwe oer dizze posten to praten en dêroer(De
Foarsitter: By de bigreating bidoele jo?) Ja, dat bidoel ik. (De Foarsitter: Dat kin altyd.) It kin sa kom-
me dat, as jo yn de bigreatingssitting oer dy punten bigjinne, de foarsitter fan dizze gearkomste seit:
Ho, ho, dit is fêstlein by de bihanneling fan it utwurkingsplan fan it struktuerplan6 ton foar de lus-
sen, 1 ,2 miljoen foar de rehabilitaesjeplannen; dat stie yn it foorstel en dat hat de ried oannommen;
it spyt my wol Miedema, mar dêr is nou net mear oer to praten. Hjir stiet uteinliks dat wy bislute om
alles hwat yn dit boekwurk stiet oan to nimmen as "leidraad". (De Foarsitter: Der moat nou gjin misfor-
stan komme. Wy hawwe in sjenswize jown en op groun dêrfan hawwe wy ek bipaelde posten yn it bi-
liedsplan opnommen. As de ried dit plan straks fêststelt dan steane de bidragen net absolut fêst, hwant
dan soe de bigreatingsbihannel ing gjin sin mear hawwe. As de ried yn de bigreatingsgearkomste seit dat
hy foar in bipaeld ünderdiel mear jild utjaen wol dan sil hy wol oanjaen moatte hwer't dat wei komme
moat, mar dat is in algemien punt. De ried hat nei myn bitinken altyd it foech om tidens de bigrea-
13
tingsbihanneling to sizzen dat der op bipaelde posten mear en op oare posten minder stean moat. As de
ried dan dit hiele plan op'e kop sette wol dan sil der fan dizze kant de tafel wol frege wurde: Hwerom
hawwe jimme dat dan lésten goedkard? Is dat dudlik?) Ja, dat is klear. Ik leau dat ik hielendal tofre-
den steld bin troch dit antwurd. As it safier is hald ik jo der miskien oan.
De heer Geerts: De belangrijkste vraag van ons was of deze plannen het toelaten dat er getempo
riseerd wordt. Als ik het goed begrepen heb zegt de wethouder daar ja op. Hoe dat dan zal moeten ge
beuren moet nog geanalyseerd worden; de mogelijkheid tot temporiseren is in ieder geval aanwezig.
Het was voor ons wel het belangrijkste punt dat wij ons niet voor een groot aantal jaren vastleggen
voor een ontzaglijk groot bedrag. Ik heb mij in deze wat verwonderd over de laatste uitlating van de
spreker van de V.V.D. die zegt dat voor hem het huishoudboekje maatgevend is. Maar dan zou de con
clusie ook moeten zijn dat hij tegen deze plannenmakerij is; dat is niet het geval en dat vind ik
vreemd want deze opzet is duidelijk ambitieuzer dan het huishoudboekje aangeeft. De conclusie zou
dus volgens mij moeten zijn dat je dan tegen deze plannen bent, maar het is dan misschien mijn oner
varenheid dat ik dat niet goed zie. (De Voorzitter: Nog even dat huishoudboekje; dit moet niet ver
keerd uitgelegd worden. Wij hopen natuurlijk allemaal dat er zoveel uit de Haagse potten komt dat
wij alles kunnen realiseren. Laten wij ons goed voor ogen stellen dat, als dat niet gebeurt, wij voor
het blok komen te zitten; dat is heel duidelijk,)
Dan nog even het punt van het stadsvernieuwingsgebied. Ik geef toe dat ik inderdaad twee dingen
door elkaar heb gehaald, n.l. aanwijzing tot beschermd stadsgezicht en aanwijzing tot stadsvernieu
wingsgebied. De beantwoording van de wethouder doet mij echter wel aan wat anders denken. Het aan
wijzen als stadsvernieuwingsgebied heeft op subsidiegebied een aantal voordelen. Nu olijkt dat niet
meer van lange duur te zijn, die voordelen kunnen wij in de naaste toekomst ook op andere wijze ha
len. Maar goed, in de tussentijd is het toch ook wel aardig dat wij die zelfde voordelen die wij er
voor het gebied binnen de grachten uit halen ook zouden kunnen krijgen voor de ring buiten de grach
tengordel. Daarom zie ik eigenlijk nog niet in waarom dat gebied er niet bij betrokken zou worden.
Mijn overige vragen zijn, dacht ik, wel voldoende beantwoord.
De heer Van der Wal: Ik heb de illusie al lang verloren dat dergelijke plannen die zo gedetailleerd
zijn precies zo worden uitgevoerd als ze worden gepresenteerd. (De heer Rijpma (weth.): Die heb ik
nooit gehad.) Nee, goed, maar er is hier gesproken over temporisering en ik zie de problemen daarvan
niet zo omdat het toch anders wordt uitgevoerd dan het hier in staat. Ik vind dat ook niet zo erg. Ik
heb al gezegd dat ik het lang niet met alles eens ben, maar dat ik dit meer zie als een onderhande
lingsbasis met Den Haag om zo snel mogelijk poen te krijgen om het maar eens plat te zeggen. Van
daar ook dat ik niet zo zeer op detailpunten ingegaan ben; die komen allemaal nog wel eens in uit
werkingsplannen aan de orde en dan zal blijken of het mee- of tegenvalt.
Dan nog even iets over de contactgroep, zoals ik die groep nog maar even blijf noemen. De wet
houder heeft gezegd dat met die groep maar over een beperkt gebied is gepraat, o.a. over de Nieuwe-
stad, over de lus-Nieuwestad en over de volgorde of m.a.w. de prioriteiten van de lussen. Dat beslaat
dan wel zo ongeveer het halve boek. Er is ook met de groep gepraat over parkeergarages omdat er na
dat het structuurplan aangenomen is een parkeergarage vervallen is. Dat is ook een heel belangrijk
punt. Ik vind dat u nogal wat besproken hebt met deze contactgroep. Ik heb op zich niets tegen deze
contactgroep, ik heb alleen bezwaar tegen de eenzijdige samenstelling er van. Op de bladzijden 7 en
8 staan nogal wat aanwijzingen dat deze eenzijdig samengestelde contactgroep vrij wat invloed heeft
gehad op de samenstellers van dit rapport. Ik noem maar wat: Het leek wenselijk dit doel in fasen te
bereiken. Het gaat dan over de lus-Nieuwestad. Er wordt dan uit geconcludeerd: De eerste fase moet
inhouden het invoeren van éénrichtingverkeer over de Nieuwestad-zuidzijde. (De Voorzitter. Waar
staat dat woord contactgroep?) Dat woord wordt niet gebruikt; ik noem het maar even zo. Er staat
steeds groep. Ik heb in eerste instantie al gezegd dat ik het voor het gemak maar contactgroep voor de
hele binnenstad noem. Deze groep fungeert als zodanig bij gebrek aan een echte contactgroep. Ik zou
veel liever een echte contactgroep willen hebben die breed en evenwichtig is samengesteld. Ik heb
ook de suggestie gedaan nog eens de notulen na te gaan van de inspraakvergaderingen m.b.t. het bin
nenstadsplan; daar zijn groeperingen genoeg in te vinden die zich toen ingezet hebben voor deze zaak.
Wat de tussentijdse ontwikkelingen betreft zegt de wethouder dat de beste en enig juiste maatregel
het zo snel mogelijk realiseren van bestemmingsplannen is. Daar gaat het nu juist om. Dit boek gaat
over de vraag: Hoe krijgen wij zo snel mogelijk bestemmingsplannen voor de binnenstad? Er blijkt uit
dat het voor sommige, niet de minst belangrijke, gebieden nog wel 5 of 6 jaar duurt voor het zo ver is
en als het tegenvalt nog langer. Dan hebben wij misschien bestemmingsplannen, maar dan moeten ze
ook nog rechtsgeldig worden. Als het een beetje tegenloopt dan zitten wij met termijnen van 15 jaar.