22 De heer Van der Wal: In aansluiting op de vorige sprekers kan ik ook mijn waardering uitspreken voor dit plan, behoudens dan de bebouwing aan de Groeneweg want wat dat betreft ben ik het eens met het gestelde in de raadsbrief, m.n. ook waar gesteld wordt: De geringe woondiepte, plaatselijk soms niet meer dan 5 meter, zal een enkele woning wellicht minder geschikt maken voor een gezin maar er zal onge twijfeld een zodanige indeling gemaakt kunnen worden dat de woning wel voldoet aan de woonbehoefte van b.v. alleenstaanden. Ik neem aan dat een dergelijke motivering niet alleen voor dit streekje geldt maar ook voor andere plaatsen in de binnenstad waar zich dergelijke problemen voordoen, waar je niet altijd kunt komen tot een ideale woonsituatie voor een gemiddeld gezin. Wij krijgen vast nog wel plan nen waar dit opnieuw aan de orde komt; ik hoop dat dan dezelfde motivering zal worden gebruikt. De kloosterbebouwing staat op kaart 12 wegbestemd. Dat hoeft voor ons ook niet zo nodig. Ik kan niet zeggen dat dat nou zo'n geweldig karakteristiek gebouw is, maar het geeft een goede afsluiting van dit plein. De noodzaak om daar veel geld in te steken zien wij niet. Dat het wat betreft de Speelmansstraat tijd wordt dat er een bestemmingsplan komt blijkt niet alleen uit het feit dat het binnenterrein nu al als autostalling wordt gebruikt, maar ook omdat een stuk of 6 panden die in het rapport nog staan genoemd als te rehabiliteren ondertussen door de eigenaar zijn af gebroken; het terrein is getrokken bij de autostalling. Het is jammer dat dit door het niet tijdig in wer king treden van het sloopverbod niet voorkomen kon worden, want de eigenaar wil er, zoals het er nu naar uitziet, niets anders voor in de plaats zetten. Dat het gat op de hoek Muggesteeg/Kleine Hoogstraat weer opgevuld wordt heeft uiteraard onze instemming. Verderop in de Kleine Hoogstraat zijn nog een paar panden, m.n. het hoekpand en het pand no. 15, die sinds jaren eigendom van de gemeente zijn en, ik zou haast willen zeggen, uiteraard in een zeer slechte staat zijn komen te verkeren gedurende de tijd dat de gemeente deze panden in bezit had. Ik wil er nogmaals op aandringen - ik weet dat er nu iets gebeurt, ik heb in de notulen van een b. en w.- vergadering gelezen dat dat aangepakt wordt - dat u er voor zorgt dat dit soort panden tenminste water dicht blijven en dat stormschade aan het dak hersteld wordt. Waarschijnlijk zal het nu enorm veel geld gaan kosten om de panden die hier als te rehabiliteren vermeld staan alsnog te rehabiliteren. In andere gevallen worden die hoge kosten maar al te vaak gebruikt om de panden af te breken en te vervangen door iets anders, het volgende agendapunt is daar een sprekend voorbeeld van. Dan de Handelsdrukkerij. Uiteraard willen ook wij de bebouwing aan de Grote Kerkstraat behouden en rehabiliteren. Daar bestaat bij niemand twijfel over. Ook de Pijlsteeg moet gehandhaafd worden. Ik dacht ook dat de doelstelling „handhaven van het stratenpatroon" van het structuurplan niet toeliet dat daar volgens model 3 een soort kronkelig geval van gemaakt wordt, een steeg blijft een steeg en die past in de binnenstad. In het besluit staat „dat met betrekking tot het gebied Handelsdrukkerij wordt uit gegaan van het in het rapport opgenomen model 3". Dat wordt met name gesteld omdat de bebouwing op de hoek van de Pijlsteeg en het Perkswaltje bouwkundig in zo'n slechte staat is dat die niet meer te re habiliteren valt hoewel ik mij afvraag of de panden werkelijk slechter zijn dan b.v. het pand op de hoek Bollemanssteeg/Bagijnestraat. Maar goed, ik wil op voorhand wel aannemen dat deze panden niet meer te redden zijn. De vraag is dan wat er voor in de plaats moet komen, nieuwbouw maar op wat voor ma nier? In het besluit wordt dan gesteld dat uitgegaan wordt van model 3. In model 3 staat dan - dat geldt trouwens voor het hele gebied, inclusief de bebouwing aan de Pijlsteeg - een bebouwing gesuggereerd die nu niet direct mijn instemming kan wegdragen. Ik vraag mij af waarom je dit gebouw niet zou kunnen herbouwen in de huidige vorm; daar valt waarschijnli jk 'voor de architect weinig eer aan te behalen, het gaat gewoon om 4 muren en een dak en veel kozijnen. Waarom zou dat per se op de manier moeten die in model 3 staat aangegeven; dat is een voor de binnenstad oneigenlijke manier naar mijn smaak. Graag zien wij daar een eenvoudige bebouwing zoals die er nu ook staat en geen dakkapellen door dakgoten heen en zo, laten wij dat soort fratsen maar in de buitenwijken uithalen. Ik heb een beetje het vermoe den dat, omdat b. en w. de raad vragen het college te machtigen met Beter Wonen te overleggen over nieuwbouwplannen, de plannen al klaar liggen. Zoals iedereen wel weet is de woningbouwvereniging Beter Wonen al ietwat vooruit gelopen op die machtiging en heeft al lang contact opgenomen met een ons bekende architect; er zijn al plannen compleet met maquette klaar. Ik heb ook het vage vermoeden dat model 3 wel een beetje aansluit op dat nieuwbouwplan. Ik geef een dergelijke interpretatie aan wat er in het besluit staat dat er niet onmiddellijk gedacht wordt aan dat type bebouwing. Ik wil dat toch graag bevestigd hebben door de wethouder. Ik wil mijn waardering uitspreken voor het werk van de projectgroep. Behalve met betrekking tot de enkele punten waarover ik een opmerking heb gemaakt heeft de projectgroep het structuurplan goed uit gewerkt. De hear Singelsma: Folie nije punten sil ik net tafoegje oan itjinge de my foargeande fjouwer sprek- kers nei foaren brocht hawwe. It gebiet dêr't it hjir om giet is wol it dldste gebiet fan Ljouwert, der is 23 yn 1149 de namme Ljouwert ek wei kaem, dan wurdt de namme Ljouwert foar if earst neamd yn in char ter fan de abdij fan Corbije. In hiel slimme opdracht is it dit gebiet wer op'e nij yn to rjochtsjen. If fait eins dtien yn twa gebieten, de lewal en if Skuonmakkersperk. Ik kin de gedachtegong fan de projektgroep wol folgje dy't seit: Eins is de bibouwing oan it Skuon makkersperk fan in sadanige kwaliteit, dy is net to hanthavenjen. Dat is wol in bytsje spitich hwant de Pylsteech wurdt bihearske troch de hoekpanden sawol oan de sudkant as oan de noordkant. It bliuwt Iyk— wols, krekt as al dy noard-sdd rinnende strjitten yn Ljouwert, hwat in ungesellige strjitte; de east-west rinnende forbiningen binne altyd folie smuker en geselliger. As ik nei de modellen 1 en 2 sjoch yn it rapport dan leau ik dat dy modellen to forkiezen binne boppe de nije kronkel dy't yn model 3 lein wurdt yn de Pylsteech; dy kronkel siet der fan aids ek net yn en ik leau net dat it in goede saek wêze soe om strjitwanden fo foroarjen, de histoarysk groeide wanden moatte bistean bliuwe. In fraech is noch oft it hoekpand oan de südkant hanthavene wurde moat. Ik bin der yn earste ynsfansje foar dat dat hanthavene wurdt. Oer de Greate Tsjerkstrjitte hoech ik net safolle to sizzen, dat is in histoarysk gegeven, om oer de lewal noch mar minder to praten, dy is eins struktureel al fêstlein oan de ein fan de midsieuwen. Ik kin ek greate wurdearring hawwe foar itjinge de projektgroep hjir nei foaren brocht hat. Neijere birek- keningen sille dtmeifsje moatte hokker fan de modellen 1 en 2 foar de Pylsteech foar kar nommen wurde moat. De heer Heidinga: Ik heb maar één opmerking en die is dat ik mij graag wil aansluiten bij wat de heer Ten Hoeve heeft gezegd over de bocht in de Groeneweg die zit bij het oude weeshuis op de hoek van het Schoenmakersperk en de Groeneweg. Als wij de bebouwing daar het wegprofiel laten volgen dan krijgen wij een diepte van ongeveer 15 meter en dat lijkt mij veel meer aanvaardbaar voor de daar te stichten woningen. De heer Rijpma (wefh.): Om des fijds wille maar ook om wille van mijn stem hoop ik dat u mij toe staat alleen in te gaan op datgene waar een antwoord op gevraagd is; de andere opmerkingen betroffen in de meeste gevallen sympathiebetuigingen met hef plan, zij het in diverse toonaarden en met hef aan dringen op bepaalde voorzieningen, maar daar is in eerdere instantie, dacht ik, al wel een standpunt over gegeven. Wat het betoog van de heer Ten Hoeve betreft moet ik een antwoord geven op zijn opmerking over de bocht langs de Groeneweg. Ik ben hef met wat hij gezegd heeft en dus ook met wat de heer Heidinga gezegd heeft volkomen eens en ik ga er vanuit dat het college wat dat betreft mijn standpunt deelt. De heer Ten Hoeve heeft gesproken over het niet wegbreken van de uitbouw van het klooster. Ik dacht ook niet dat dat zal gebeuren. Wat het kopen van het klooster betreft, er zijn wel gesprekken ge weest over die aankoop maar die zijn om verschillende redenen niet doorgezet. Ik dacht ook dat hef heel moeilijk was om dit te realiseren omdat er wat de subsidiëring betreft heel weinig aanknopingspunten zijn. Mij is gerapporteerd dat de indeling van dit gebouw van zodanige aard is dat het zich voor huis vesting van wie dan ook in deze vorm niet leent; dat betekent dat er ingrijpende verbouwingen plaats zouden moeten vinden. Op basis van de gesprekken die er geweest zijn zijn er, dacht ik, weinig aan knopingspunten om te verwachten dat de gemeente tot koop over zou kunnen gaan. Hef zal niet zo gemakkelijk zijn een andere bestemming te geven aan het terrein dat op het ogen blik wordt gebruikt als parkeerterrein. Het bestemmingsplan voor dit gebied schijnt een heel eind gevor derd te zijn. Dat omvat de gebieden rondom de Grote Kerk, de Speeimansstraat en het gebied Schoen- makersperk/Eewal; die drie gebieden worden dus bij elkaar getrokken. Maar dat betekent natuurlijk nog niet dat een zwart terrein zo maar een andere bestemming heeft, dat zal op basis van vrijwilligheid moe- ten gebeuren en wanneer dat niet gebeurt dan zullen er maatregelen getroffen moeten worden die zeer ingrijpend zijn, die zeer kostbaar zijn en die wat tijd betreft langdurig zijn. Maar dat is alleen maar een opmerking om duidelijk te maken dat, ook als hef bestemmingsplan er is, dat nog niet betekent dat er zo maar een keer ten goede op dat punt te bereiken is. Aan de opmerkingen van de heren De Jong en De Beer kan ik, dacht ik, voorbij gaan omdat die geen vragen bevatten. De heer Van der Wal heeft nog wel een vraag gesteld, hij heeft gevraagd naar de bedoeling van model 3. Wij hebben daar de Pijlsteeg duidelijk uit gehaald. Het is zo dat het niet in de bedoeling ligt om in de Pijlsteeg een binnenbocht te maken. De heer Van der Wal heeft gesproken over het herbouwen in de huidige vorm aan het Schoenmakersperk. Of dat een reëel uitgangspunt is weet ik niet. Ik ben het wel met de sprekers eens dat een bouwvorm zou kunnen ontstaan die de karakteristieken van het huidige bouwwerk in zich heeft. Beter Wonen heeft inderdaad voor zover ik weet een architect aangezocht. Die

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 12