36 geschikt te maken voor jeugdwerk plus de huur die de Wielenpólle door moet geven - ik heb namens de Stichting Wielenpólle het huurcontract bij het Woningbedrijf getekend dus zal er huur betaald moeten worden -, nog iets over blijft van die 5.000,Mocht er nog iets van over blijven dan zal dat op de een of andere manier besteed moeten worden, maar ik kan u garanderen dat daar geen cent van over blijft. De hear Miedema: Ik haw in foorstel oer de oarder. Ik haw it idé dat wy hjir joun net trochkomme, (De Foarsitter: Wy kinne dit punt dochs wol ófwurkje?) Né, nei myn bitinken kin dat net, hwant ik tocht dat de ried yn greate lijnen fan miening wie dat it binammen de Wielenpólle op koarte termyn finan- sieel mooglik makke wurde moat om de needsaeklike forbetteringen oan it gebou oan to bringen. Op it iene stuit hearre wy dat it jild biskikber is en op it oare stuit hearre wy dat it der net is. Ik tocht dat it net sinnich wie om dêr joun nei tolven oer troch to praten, ik tocht dat it better wie dat it kolleezje dit foorstel op dit momint werom nimt, him biriedt op de eksakte mooglikheden dy't der binne om de Wielenpólle to helpen en dat punt mei 3 wike wer op de agenda to setten. De heer Heere: l.v.m. het voorstel van de heer Miedema wil ik graag tot de volgende keer wachten met mijn opmerkingen. De Voorzitter: Wij moeten nu eerst beslissen over de orde; het is 12 uur geweest. Wij zouden mor genavond om half 8 deze vergadering kunnen voortzetten en daarna doorgaan met de vergadering van afdeling I. De punten die nog op de agenda staan moeten afgewerkt worden, wij hebben dus niet veel keus. (De heer Ten Brug (weth.): Wij gaan de hele week door en dan zijn wij op zaterdagavond nog aan het vergaderen.) Wat het aanhouden van het nu aan de orde zijnde punt tot de volgende raadsvergade ring betreft dit. Wij hebben duidelijk ons standpunt meegedeeld en ik vraag mij af of wij dit punt wel 3 weken moeten aanhouden. Weth. De Vries is, dacht ik, erg duidelijk geweest. (De heer Knol: Is er morgenavond al meer over bekend?) Nee, van onze kant niet. Ik vind het best dat wij de verdere be handeling van dit punt uitstellen tot morgenavond, maar het lijkt mij niet nodig en ook niet wenselijk. Uit de discussie is gebleken dat het punt sterk leeft bij de raad; de raad is nu compleet en ik heb de in druk dat morgenavond een aantal raadsleden niet aanwezig zullen kunnen zijn. Ik vind het daarom niet erg zinvol om over dit belangrijke punt in een niet-complete raad te stemmen terwijl wij nu wel com pleet zijn. Ik zou een keus willen maken tussen nu afhandelen en 3 weken uitstellen. (De heer Buising: Als wij dit punt morgenavond afhandelen dan heeft de wethouder nog tijd voor het voorbereiden van zijn beantwoording; als wij er dan uitkomen dan zijn wij klaar.) Weth. De Vries is van mening dat dit punt niet kan wachten. Ik vind het daarom reëel dat wij dit punt nu nog afwerken en de nog resterende punten morgenavond afhandelen. Weth. De Vries zou dus nu kunnen reageren op de opmerkingen die in tweede instantie zijn gemaakt; dat hoeft niet lang meer te duren. Er liggen een aantal moties en daar kan dan over gestemd worden. De wethouder zal ook uitleggen waarom hij er met klem op aandringt dat vanavond die beslissing wordt genomen. (De heer Van der Wal: Wij kunnen het ook afwijzen.) Eerst de wethouder aanhoren en dan pas afwijzen. (Gelach) (De heer Ten Brug (weth.): Maar dat hoeft niet.) Nee, maar als u dat fijn vindt dan kunt u dat doen nadat u het antwoord van de wethouder hebt gehoord, u moet de rollen niet omkeren. Ik stel dus voor dit punt vanavond nog af te handelen. De hear Miedema: Ik haw in foorstel oer de oarder dien, dat leit der en dêr moat neffens my oer stimd wurde. De Voorzitter: Maar dit is een punt van orde. Ik vraag de raad om dit punt vanavond af te handelen omdat weth. De Vries er met klem op aandringt dat, gelet op alle gesprekken die er gevoerd zijn, dit punt vanavond nog wordt afgehandeld. Als de raad dat niet wil dan moet de raad dat zeggen. Ik vraag u daarom er mee in te stemmen dat dit punt nu nog wordt afgehandeld. Stemt u daarmee in? Ja? Goed, dan geef ik nu weth. De Vries het woord. De heer De Vries (weth.): Eerst even terug naar mevr. Visser-van den Bos die een motie heeft inge diend om m.b.t. de premie ziektewet en de uitkering ziektewet de meerkosten voor rekening van de ge meente te nemen. Ik zou op dit moment met klem deze motie af willen wijzen omdat dit voorstel com pleet indruist tegen de gevolgde methodiek. Wij hebben al jaren met elkander de regeling dat wij het rijksbeleid volgen. Wanneer wij daar nu plotseling van afwijken dan komen wij in de situatie dat wij van de ene dag op de andere een totaal gewijzigd beleid gaan voeren. Een andere opmerking maak ik aan het adres van de heer De Greef die m.b.t. de wijkaccommodaties een motie indient om een bedrag voor Wielenpólle en Rengerspark te halen uit de post voor wijkaccom- 37 modaties op de begroting 1977. Ook dat voorstel zou ik met klem af willen raden en wel hier om. Wij hebben die kapitaalpost van 100.000,vorig jaar in de begroting opgenomen om daarvoor nieuwe accommodaties in het leven te roepen en niet om bestaande accommodaties op te krikken. (De heer Van der Wal: Wordt het dan ook gebruikt voor nieuwe accommodaties?) Er is geen enkele aanleiding om ons zorgen te maken over het gebrek aan middelen bij het Rengerspark, want wanneer men lekkage heeft dan valt de reparatie te betalen uit het eigen vermogen dat men heeft. Ik heb zopas een verschil gemaakt tussen wenselijkheden en noodzakelijkheden. Wij geven toe dat het noodzakelijk is dat de zaak waterdicht gemaakt wordt, men kan niet met een lek dak blijven functioneren, maar men heeft een post op de begroting staan voor de verbouw, voor de reparatie van het dak, van 5.000, en men kan er dus rustig toe over gaan om het dak te laten repareren uit de eigen middelen die men in de loop van de tijd heeft gevormd. Wanneer ik t.a.v. de Wielenpólle nog een opmerking maak dan is het zo dat mij ontgaat waardoor het komt dat men destijds de Stichting Sociaal Kultureel Werk niet jaarlijks de huurlasten in rekening heeft gebracht. Ik weet uit de informatie vanuit het secretarie-apparaat dat de S.S.K.W.L. deze kosten heeft gereserveerd, die heeft men gewoon apart liggen voor de Wielenpólle al van enige jaren her. Niets staat de Wielenpólle in de weg om met deze middelen de noodzakelijke voorzieningen op dit mo ment direct aan te brengen. Ik zou u op dit stuk van zaken - dat geldt vooral voor mevr. Van Dijk - gerust willen stellen, men kan over voldoende eigen middelen beschikken om dit rond te krijgen. Ik geloof dat ik hiermee de sprekers heb beantwoord. (De hear Miedema: Mei ik even ynterrumpear- je? As der dan foldwaende middels binne by de Wielenpólle dan bigryp ik net hwerom dat yn de rieds- stikken net nei foaren brocht wurdt, dan hienen wy dizze hiele diskusje net hólde hoecht. As dudlik yn de stikken stien hie dat der in forsyk fan de Wielenpólle is mar dat der genóch middels binne hwer't de foarsjennings ut bitelle wurde kinne dan hie it klear west, ik snap net hwer't wy it hjir joun dan mei inoar oer hawwe. Ik fyn dat de stikken dan net mei soarch taret binne op dit punt.) In de stukken die ter inzage hebben gelegen en die u ongetwijfeld allemaal goed hebt bestudeerd stond dit allemaal ver meld. Dus in dat opzicht treft het verwijt van de heer Miedema niet de inhoud van de stukken, men heeft het zelf kunnen lezen, daarvoor leggen wij ook de stukken ter inzage. Nogmaals, wij willen graag de kapitaal lasten die wij in de begroting opgenomen hebben en die nog gebruikt kunnen worden tot en met juni 1978 toedelen aan de objecten aan de hand van de Accom modatienota die in het voorjaar van 1978 verschijnt. De Voorzitter: Die gelden vervallen dus niet, die worden daarin meegenomen. De discussies kunnen wij hiermee afsluiten. Er liggen nog twee moties. Allereerst zou ik de motie van mevr. Visser en de heer Bouma af willen werken; die betreft de premie ziektewet. Die motie zou ik nu in stemming willen bren gen. De heer De Pree: Ik zou een voorstel willen doen; ik denk dat mijn fractie het daar wel mee eens zal zijn. Wij vinden wel dat de regeling zoals die landelijk geldt en die, zoals mevr. Visser al zei, geen gelukkige regeling is veranderd moet worden. Maar om nu hier de motie te steunen en een beslis sing te nemen waarvan wij - ik kan dat in ieder geval niet - niet kunnen bekijken wat dat financieel zou kunnen betekenen, vooral als dat meer welzi jnsinstel lingen in Leeuwarden betreft, gaat mij te ver; ik stel dus voor de motie niet aan te nemen maar het college wel te vragen om deze zaak eens te bekij ken, om eens te bekijken of het een haalbare kaart is en wat dan de consequenties zouden zijn. Ik vind het anders een onverantwoorde beslissing, zowel het aannemen als het afwijzen. De heer De Greef: Ik zou het voorstel van de heer De Pree wel willen ondersteunen, ook omdat ik in een eerdere instantie al gevraagd heb naar de consequenties van de uitvoering van de motie. Ik zou graag ook het geargumenteerde advies van het college willen hebben. Wij kunnen niet over de motie stemmen als wij niet genoeg informatie hebben. Het lijkt mij beter eerst informatie bij het college in te winnen wat betreft de financiële consequenties. Mevr. Visser—van den Bos: Ik zou hier graag even op willen reageren; als u zegt dat wij de finan ciële consequenties niet kennen dan kunnen wij ons toch beperken tot de financiële consequenties in dit raadsstuk genoemd? (De heer De Vries (weth.): Maar wat voor de ene instelling geldt geldt ook voor de andere.) Wij hebben het hier alleen maar over het Centraal Orgaan. (De heer De Vries (weth.): Dat is niet juist.) De Voorzitter: De discussie is gesloten. Ik kan mij indenken dat sommige raadsleden de zaak niet geheel kunnen overzien. De wethouder heeft een bijzonder duidelijke uiteenzetting gegeven wat de consequenties zijn en ik geloof dat de raad daarom wel een beslissing kan nemen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1977 | | pagina 19