de oplossing is gevonden. Dot is toegezegd door het college en dat is de reden waarom wij tegen dit gedeelte van de motie van de heer Van der Wal zullen stemmen. De Voorzitter: De heer Rijpma zal nu nog reageren op de discussies over de beide moties. De heer Rijpma (weth.): Namens het college kan ik zeggen dat wij het eens zijn met degenen die gezegd hebben dat de afweging of je daar een tunnel moet maken of een andere oplossing moet zoeken moet plaats vinden in het totale verkeersbeleid dat er in Leeuwarden gevoerd moet worden. Wij hebben dus als college geen behoefte aan de motie over de tunnel. De motie van het C.D.A. is - de heer Geerts zegt het ook al - in zichzelf verdeeld. Wij zijn dat met de heer Geerts eens. Hier is een stedebouwkundig plan aan de orde. Dat kan sociale gevolgen hebben wanneer de beslissingen in een bepaalde richting genomen worden, maar het is een stede bouwkundig plan. De heer Miedema geeft voor de instandhoudingsregeling wel een datum aan, maar de instandhoudingsregeling heeft op zichzelf al een datum, die is n.l. maximaal voor 10 jaar gel dig. De heer Miedema verzuimt echter in zijn motie iets aan te geven. Ik zou mij voor kunnen stel len dat hij op dit moment zegt: Tot 1985 de woonfunctie handhaven, maar daarna de functie veran deren in kantoren. Hij heeft dan duidelijk een stedebouwkundig kader aangegeven. In dat kader weet ook de woningstichting welke intenties er met het stedebouwkundig plan bedoeld worden. Zo als de heer Miedema het nu stelt wordt op dit moment de functie wonen gehandhaafd. Wanneer de woningstichting bij haar standpunt blijft dat deze woonfunctie in de toekomst niet te handhaven is gezien de situering van de 30 zuidelijk gelegen woningen, dan is het handhaven van het bezwaar tegen het bestemmingsplan te verwachten en is de kans dat Metamorphose als plan de artikel 20-, 19-, 8-procedure enz. goed doorloopt geminimaliseerd. Uit dat oogpunt zal het college de raad niet adviseren om de motie van de heer Miedema in deze vorm over te nemen. De Voorzitter: Gaat u er mee akkoord dat wij de discussies beëindigen en tot stemming overgaan? Ja? Goed. Ik stel voor in te stemmen met het voorstel van de heer Van der Wal om zijn eerste motie in tweeën te splitsen. Ik breng dan nu het eerst in stemming het gedeelte a. van de door hem inge diende motie, want dat gaat in het totale pakket het verst. Het gedeelte waar het dan om gaat luidt: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 3 april 1978, behandelende het voorstel van b. en w. betreffende ontwikkeling bestemmingsplan Cambuur, bijlage no. 113, af wegende het verkeerskundig belang van de z.g. slinger tegen de gevolgen die deze verkeersoplossing met zich mee brengt, namelijk het wegbestemmen van 3, 25 jaar jonge, flatgebouwen aan de Archi- pelweg waar in totaal 60 huishoudens onderdak vinden voor een lage huurprijs, besluit: a. de zogenaamde slinger in het ontwerp-bestemmingsplan Cambuur niet in de plannen op te nemen en de Marathonstraat in zijn verlengde te laten kruisen met de Archipelweg. Het eerste gedeelte van de motie van de heren P.D. van der WalM.H.G. de Greef en J.B. Sin- gelsma wordt bij handopsteken verworpen met 32 tegen 3 stemmen. De Voorzitter: Dan de motie van de heren Miedema en Heere. Voor de goede orde zal ik de motie nog even voorlezen. "De ried fan de gemeente Ljouwert, yn gearkomste byien op 3 april 1978, bis I u t oangeande Cam- buer: a. de bistimming kantoaren to wizigjen yn wenjen; b. draecht it kolleezje op oerliz to fieren mei St. Joseph de bisteande wenningen oant 1985 to hant- havenjen en de ynstanhaldingsregeling ta to passen." De motie van de heren Miedema en Heere wordt bij handopsteken verworpen met 26 tegen 9 stemmen. De Voorzitter: Dan zijn er nog een aantal moties die min of meer naast elkaar liggen. Ik breng nu de motie die de heren Van der Wal, de Greef en Singelsma hebben ingediend over de tunnel in stemming. Ook die motie zal ik nog even voorlezen: "De raad der gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 3 april 1978, besluit een onge lijkvloerse kruising voor langzaam verkeer aan te leggen onder de Archipelweg in het verlengde van de Egelantierstraat." De motie van de heren P.D. van der Wal, M.H.G. de Greef en J.B. Singelsma wordt bij hand opsteken verworpen met 32 tegen 3 stemmen. De Voorzitter: Het meest logische zou geweest zijn als ik deel b. van de motie van de heren Van der WalDe Greef en Singelsma vóór de zojuist behandelde motie in stemming gebracht zou hebben. Sorry, maar die andere motie stond toch min of meer los van deze motie en het stemgedrag is hier door, dacht ik, niet beïnvloed. Het gedeelte b. van deze motie luidt: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 3 april 1978, behandelende het voorstel van b. en w. betreffende ontwikkeling bestemmingsplan Cambuur, bijlage no. 113, af wegende het verkeerskundig belang van de z.g. slinger tegen de gevolgen die deze verkeersoplossing met zich mee brengt, namelijk het wegbestemmen van 3, 25 jaar jonge, flatgebouwen aan de Archi pelweg waar in totaal 60 huishoudens onderdak vinden voor een lage huurprijs, besluit: b. het college van b. en w. op te dragen met de betreffende eigenares van deze woningen aan de Archipelweg in overleg te treden, teneinde deze woningen op middellange termijn te bestemmen en geschikt te maken voor de huisvesting van een- en tweepersoonshuishoudingen, waarbij een so ciaal plan voor de herhuisvesting van de huidige bewoners de hoogste prioriteit heeft." Het tweede gedeelte van de motie van de heren P.D. van der Wal, M.H.G. de Greef en J.B. Singelsma wordt bij handopsteken verworpen met 32 tegen 3 stemmen. De Voorzitter: Dan de motie van de heren Geerts en Ten Hoeve. Er is mij gevraagd die ook nog even voor te lezen: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 3 april 1978, besluit de bestem ming winkelbedrijven met bijbehorende erven voor de oostelijke uitbreiding van de winkelgalerij aan de Linnaeusstraat (zuidzijde) en voor de garage op de hoek Reinier de Graafstraat-De Ruyterweg te wijzigen in de bestemming gemengde bebouwing met bijbehorende erven. In de planvoorschriften dienaangaande dienen geen detailhandelsactiviteiten toegelaten te worden behoudens vrijstelling door b. en w. B. en w. kunnen deze vrijstelling slechts verlenen indien dit distributie-planologisch verantwoord is." Over deze motie is door b. en w. gezegd: Wij nemen die motie over. Wanneer echter bij de uit werking zal blijken dat wij op bezwaren stuiten dan zullen wij die nader gemotiveerd aan de raad kenbaar maken. In principe wordt deze motie dus overgenomen. Stemmen de indieners van de motie met deze verklaring in? Ja? Dan hoeft deze motie niet meer in stemming te komen. Dan zullen wij daarmee aldus handelen. Ik dacht dat hiermee de motie van de V. V.D. overbodig is geworden, want deze motie houdt dat in voldoende mate in. Gaat u daarmee akkoord? (Mevrouw Van Dijk—van Terwisga: Ja.) Met inachtneming van de zojuist behandelde moties breng ik nu het voorstel dat wij hebben ge daan in stemming. Het voorstel van b. en w. wordt bij handopsteken aangenomen met 26 tegen 9 stemmen met in achtneming van de overgenomen motie. Punt 11 (bijlage no. 119). De heer Geerts: Het is nu, geloof ik, de vierde keer dat wij over de parkeerkelder onder het Wilhelminaplein praten. Wij doen nog steeds kleine stappen om tot een eindresultaat te komen zodat er een parkeergarage ondergronds komt. Ik wil niet weer beginnen over het al of niet verantwoord zijn op basis van stedebouwkundige en financiële overwegingen. Ik dacht dat dat nu buiten discussie was, het besluit is gevallen. In verband met het ontwerp van de garage wilt u nu graag een aantal beslissingen op verkeerskundig gebied nemen, i.e. de plaats van de in- en uitgang van de garage met de daarbij behorende verkeersstromen. Het is een ad hoc-beslissing vooruitlopend op beslissingen die genomen zullen worden als het verkeersstructuurplan en het verkeerscirculatieplan aan de orde komen. Nu is het zo dat er in dit geval wel meer ad hoc-beslissingen zijn gedaan, ik heb daar al eens eerder op gewezen. Als je erg onvriendelijk zou zijn dan zou je kunnen zeggen dat de hele ontwikkeling m.b.t. de parkeergarage aan elkaar hangt van ad hoc-beslissingen. In de voorgaande raadsvergadering, toen over deze parkeergarage een principe-uitspraak werd gevraagd, is door het C.D.A. een motie ingediend - die is door ons gesteund - om de mogelijkheden te onderzoeken van bebouwing ten westen van de Mercuriusfontein ter afsluiting van het Zaailand. Helaas hebt u nog geen stappen ondernomen om dit uit te werken. De heer Ten Hoeve heeft bij een vorige behandeling gevraagd om zo spoedig mogelijk te komen tot een inrichtingsplan voor dit plein. Ook op dit vlak heb ik nog geen activiteiten bespeurd. De nu door u gevraagde beslissing legt weer een aantal zaken vast. Het inrichtingsplan van het plein moet straks rekening houden met deze voorwaarden en zo

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1978 | | pagina 11