4 ik zelf, toen ik dit las, erg verrast was over de termijn van drie maanden. Als kind ben ik er in opge voed dat je iets een jaar plus zoveel tijd in je bezit moest hebben enz. Toen ik echter in het Burgerlijk Wetboek ging zoeken, bleek het zelfs drie jaar te zijn. Er wordt ook een verhaal gehouden over de rechtspositie van de vinder van een roerende zaak in het huidige recht die onvoldoende geregeld is enz. Ik las toen ook dat deze zaak bij de gemeenten in de Algemene Politieverordening wordt gere geld. Vandaar dat ik ook daarnaar informeerde, maar ik hoorde dat dit hier niet geregeld is. Ook dan is de gemeente niet waterdicht gedekt, want het klopt niet met de wet wat er gebeurt. Het lijkt mij gewoon zinnig dat ook wij dit eens in de Algemene Politieverordening regelen; dat lijkt mij beter. Ik stel uw toezegging zeer op prijs, want in ons gezin is twee keer een fiets gestolen, wat keurig met nummers en alle toestanden er bij is aangegeven. Daarna zijn wij heus wel eens een keer gaan informeren, maar wij hebben nooit enig bericht gekregen. Mevrouw Willemsma vertelt precies het zelfde. Ik stel het dus zeer op prijs - het gaat echt niet om ons persoonlijk geval - dat alle gedupeer den een berichtje krijgen om te komen kijken. De Voorzitter: Dat laatste heb ik toegezegd, maar ik neem aan dat de politie, wanneer u zo vrien delijk bent geweest om zelfs de fietsnummers op te geven, al die nummers heeft gecontroleerd. Als uw fietsen er niet bij waren, hoeft de politie niet meer te schrijven. Dit zou een plausibele verkla ring zijn. Ik heb al toegezegd dat ik het zal opnemen met de politie en die toezegging trek ik niet in. Het eerste punt dat u aansneed komt niet in aanmerking om in de Algemene Politieverordening gere geld te worden; het hoort daar echt niet thuis. In de Algemene Politieverordening kunnen geen dingen over de eigendommen worden geregeld. In eerste instantie heb ik ook gezegd dat het niet een gemak kelijke aangelegenheid is, maar wij zijn van mening dat je na een dergelijke bekendmaking mag aannemen dat je eigenaar bent geworden. Duidelijker kan ik het niet stellen. Ik neem aan dat u hiermee wel genoegen wilt nemen. (Mevrouw Visser—van den Bos: Ik persoonlijk wel.) Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezegging van de voorzitter. Sub F. Het besluit en de mededeling worden voor kennisgeving aangenomen. Sub G. De brief wordt in handen van b. en w. gesteld om preadvies. Sub H. De nota wordt voor kennisgeving aangenomen. Sub De brief wordt in handen van b. en w. gesteld om preadvies. Punten 4 t.e.m. 9 (bijlagen nos. 110, 111, 112, 108, 104 en 109). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 10 (bijlage no. 113). De heer Geerts: Vanavond moeten wij een beslissing nemen over het ontwerp-bestemmingsplan Cambuur. Dit is voornamelijk geè'nt op het al eerder besproken plan Metamorphose. Daarin zijn ook de sportvelden van Cambuur en het Cambuurplein betrokken. Wat ons betreft zijn er bij dit punt twee hoofdpunten te onderscheiden. Allereerst het punt van de slinger en het punt van de uitbreidingsmo gelijkheid van de winkelbebouwing. Als ik beginnen mag met het punt van de slinger dan is dat gebaseerd en in de raadsbrief verde digd op het feit dat het langzaam verkeer en het openbaar vervoer vanaf Camminghaburen naar de binnenstad via de Egelantierstraat door de Marathonstraat zouden gaan. Openbaar vervoer en lang zaam verkeer dienen zo weinig mogelijk belemmeringen in de weg gelegd te worden. Daarom moet 5 de meest gunstige kruising over de rondweg gezocht worden. Zo'n kruising is daar waar de twee stra ten recht tegenover elkaar liggen. Voor het interwijkverkeer geldt hetzelfde. In tegenstelling tot door gaande routes moeten de mensen zo snel mogelijk over de rondweg komen; het bajonet-principe geldt hier niet. Het doorgaand verkeer moet dan natuurlijk wel voldoende worden afgekapt. U hebt gezegd dat dat ook gebeurt, want het Cambuursterpad wordt afgesloten waardoor een doorgaande route naar de binnenstad dan niet meer bestaat. Wij zijn het met deze hele argumentatie wel eens, maar dan ko men de consequenties. De consequenties zijn dat de flats op de hoek Marathonstraat-Archipelweg geïsoleerd komen te liggen. Deze flats zijn, op zijn zachtst gezegd, niet van hoge kwaliteit en daar om concludeert het college en concluderen wij ook dat deze flats afgebroken moeten worden en vervangen moeten worden door kantoorbebouwing. Alleen zitten hier ook weer consequenties aan vast. Het college zegt dat ook de flats ten noorden van de huidige Linnaeusstraat aan de Archipelweg dan moeilijk te handhaven zijn i.v.m. exploitatiemogelijkheden door de Woningstichting St. Joseph en het negatieve contrast t.o.v. het te ontwikkelen nieuwbouwplan. Als je dit allemaal aanneemt komt het er in feite op neer dat er ongeveer 60 gezinnen moeten verhuizen. Dat geeft een brok onzeker heid. Deze mensen hebben gehoord van dit plan, maar zij weten niet wat hen boven het hoofd hangt. Het huurderscomité In de gevarenzone heeft ons hierop gewezen. Zij vragen een sociaal plan dat vanaf dit moment gelijktijdig met het ontwerp-bestemmingsplan ontwikkeld moet worden. Wij zijn het daar wel mee eens. Daarom willen wij de zin op bladzijde 6 van de raadsbrief anders interpre teren, er staat: "Indien uit het te voeren overleg blijkt dat de instanties welke betrokken zijn bij de goedkeuring van het bestemmingsplan Cambuur kunnen instemmen met het te ontwikkelen ontwerp- bestemmingsplan, zullen wij ons nader beraden over de mogelijke en noodzakelijke regelingen welke in het kader van het bestemmingsplan kunnen worden getroffen om de gevolgen van het bestemmings plan voor de bewoners van de bedoelde flatwoningen op maatschappelijk aanvaardbare wijze op te vangen. Daarover zal ook met betrokkenen overleg worden gevoerd." Deze zin willen wij als volgt interpreteren: Er wordt een sociaal plan ontwikkeld, gelijktijdig met het ontwerp-bestemmingsplan. Dat houdt in dat wij vanaf nu de gevolgen op sociaal en financieel gebied onderzoeken en bespreken met de bewoners en dat oplossingen zullen worden aangegeven, oftewel er wordt een sociaal plan ont wikkeld. Onze fractie gaat er dan vanuit dat de financiële regeling niet minder mag zijn dan de re geling die voor de bewoners van de Linnaeusstraat heeft gegolden. Dat wat betreft het punt van de slinger. Dan het punt van de winkels dat ik heb genoemd. Ondanks het feit dat het college heeft gecon stateerd dat in dit gebied van een overbewinkeling sprake is, stelt het college toch voor om de win kelgalerij aan de Linnaeusstraat uit te breiden en tevens de garage op de hoek van de De Ruyterweg en de Reinier de Graafstraat te bestemmen tot winkel. Dit lijkt ons niet erg logisch. Uitbreidingen zullen ten koste gaan van de bestaande winkelbedrijven. Daarom willen wij voor deze twee gebieden een andere bestemming aangeven, n.l. een bestemming als gemengde bebouwing. Dat is dan verge lijkbaar met het gebied ten zuiden van het Cambuurplein, waarop op het ogenblik de winkel van Fred van der Werff is gevestigd. Wij willen graag dat u de planvoorschriften voor gemengde bebouwing zodanig uitwerkt dat geen detailhandel in deze gebieden mogelijk is; dit dan behoudens ontheffings mogelijkheden van b. en w. Deze ontheffingsmogelijkheden kunnen worden toegepast als een distri butie-planologisch onderzoek er op wijst dat inderdaad de mogelijkheid van een winkel vestiging in dat gebied mogelijk is en dat deze winkelvestiging niet concurreert met reeds in dat gebied bestaan de bedrijven. Voor dit laatste hebben wij een motie, die mede-ondertekend is door de heer Ten Hoeve. De motie luidt: "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 3 april 1978, besluit de bestem ming winkelbedrijven met bijbehorende erven voor de oostelijke uitbreiding van de winkelgalerij aan de Linnaeusstraat (zuidzijde) en voor de garage op de hoek Reinier de Graafstraat-De Ruyter weg te wijzigen in de bestemming gemengde bebouwing met bijbehorende erven. In de planvoor schriften dienaangaande dienen geen detailhandelsactiviteiten toegelaten te worden behoudens vrij stelling door b. en w. B. en w. kunnen deze vrijstelling slechts verlenen indien dit distributie-plano logisch verantwoord is." Dat wijzigen van de gemengde bebouwing geldt ook voor het gebied aan de zuidzijde van het Cambuurplein. De Voorzitter: De motie kan meteen onderdeel van de discussie vormen. De hear Miedema: Inkele opmerkingen ut namme fan myn fraksje oer it bistimmingsplan Cambuer. As men dit bistimmingsplan sa bisjocht en men réalisearret him hwat dit ynhaldt en hoe't it wurdt, dan kinne wy net oars sizze dat it yn it ramt fan stêddebou sjoen in goed plan is. It is spitich dat

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1978 | | pagina 3