2
12 Beschikbaar stellen krediet ten behoeve van maquette Camminghaburen (bijlage no. 453).
13. Beschikbaar stellen voorbereidingskrediet vervanging Eerste Kanaalbrug (bijlage no. 448).
14. Aanvullend subsidie speel- en groenvoorziening Wielenpolle (bijlage no. 458).
15. Subsidiëren van de Stichting Beeldende Kunst Friesland (bijlage no. 455).
16. Aangaan geldlening 1.400.000,-- door de Stichting Klinisch Chemisch Laboratorium te Leeu
warden (bijlage no. 449).
17. Opheffen van de Commissie voor de Gemeentelijke Sociale Dienst (bijlage no. 460).
18. Huur vergaderruimte ten behoeve van de Gemeentelijke Sociale Dienst (bijlage no. 459).
19. Verkoop in openbare veiling van het perceel met opstal Groningerstraatweg 235 (bijlage no. 452).
20. Wijziging gemeenschappelijke regeling Fries Avondcollege (bijlage no. 456).
21 Aangaan van onderhandse geldleningen in 1979 (bijlage no. 446).
22. Tijdelijke belegging van gelden (bijlage no. 445).
23. Krediet in rekening-courant bij de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten (bijlage no. 440).
24. Sluiten kasgeldleningen (bijlage no. 439).
25. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woningbedrijf, de Dienst
Stadsontwikkeling, de Dienst voor Sport en Recreatie en dè Gemeentelijke Sociale Dienst voor
het dienstjaar 1978 (bijlage no. 461).
26. Benoemen van een hoofd van de Bijenhofschool (g.l.o.) (bijlage no. 447).
De Voorzitter: Ik heet u allen hartelijk welkom op deze vergadering. Ik moet u helaas mededelen
dat de heer De Jong de vergadering vanavond niet kan bijwonen. Hij verblijft namelijk al enige tijd
in het ziekenhuis voor onderzoek. Hij zal tijdelijk uit het ziekenhuis worden ontslagen om het St.
Nicolacsfeest te vieren, maar zal daarna weer worden opgenomen. Wij hopen dat hij spoedig weer
in ons midden zal zijn. De heer Pruiksma heeft een botsing gehad. Hij is er goed voor weg gekomen,
zoals ik heb mogen begrijpen, maar er is een kans dat 'hij vanavond niet in ons midden zal zijn.
Punt 1.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
Punt 2.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A t.e.m. D.
De berichten en de rapporten worden voor kennisgeving aangenomen.
Sub E.
De verzoeken worden in handen van b. en w. gesteld om preadvies.
Sub F.
De brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
3
Sub G.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Sub H.
Het verzoek wordt in handen van b. en w. gesteld om preadvies.
De heer Pruiksma is inmiddels ter vergadering gekomen.
Sub I.
De heer Do Beer. In het antwoord op de brief die onder sub I van de mededelingen aan de orde
is, wordt gezegd dat een ontwerp-procedureverordening wordt gepubliceerd die in de te voeren dis
cussies kan worden betrokken. Wij vragen ons af of dit wel de juiste volgorde is. Wij willen gaarne
van het college vernemen waarom het deze volgorde heeft gekozen. Is het namelijk niet zo dat de
raad eerst een principe-uitspraak moet doen en dat pas daarna het geheel verder kan worden uitge
werkt? Bovendien kan zo de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden op tijd worden ingeschakeld
en kunnen de reacties op de discussienota beter worden verwerkt. Wij willen dus graag dat het col
lege de volgorde die hier genoemd wordt niet gaat volgen, maar dat het college eerst de raad om
een principe-uitspraak gaat vragen. Ook gezien de brieven die wij over dit onderwerp hebben ge
kregen, kan de procedure dan een verloop krijgen zoals die bij andere programma's ook is gevolgd.
Mevrouw Van der Werf: Wij willen nu al op deze brief ingaan en niet pas op het moment dat de
beraadslagingen hier in de raad over het voorstel met betrekking tot een vast te stellen procedure
plaatsvinden. Dit niet alleen omdat er in deze brief sprake is van een reactie op de OIdehove-nota
maar ook omdat er vraagtekens worden gezet bij de procedure die nu aan de gang is om te komen tot
een procedurevoorstel en een verordening.
Ook wij vinden de gang van zaken rond de procedure voor welzijnsplanning tamelijk ondoorzich
tig worden. In april 1978 zijn de nota's structurering functionele raden en commissies en decentrali
satie welzijnsbeleid vastgesteld. In de eerstgenoemde nota werd een bestuurlijke organisatie voorge
steld die als uitgangspunt kon dienen voor de toekomstige structuur. Deze bestuursorganisatie is het
uitgangspunt geweest voor deze O Idehove-notaIn die zin is deze nota ook gebaseerd op een raads
besluit. Er is echter geen beslissing genomen over de wijze waarop een procedure voor de welzijns
planning en een procedureverordening tot stand moester, komen. Er had bij voorbeeld gesproken kun
nen worden over de bijdrage daarin van de gemeenteraad, de bevolking, de ambtenaren en de instel
lingen. Wij onderschrijven dus de kritiek die in deze brief wordt geuit met betrekking tot deze zaak.
Zonder een beslissing van de gemeenteraad ter zake werd dit door de secretarie ter hand genomen,
hetgeen resulteerde in de O Idehove-nota die in augustus jl. naar de instellingen werd gestuurd. Daar
bij werd het verzoek gedaan om erop te reageren. Tevens werd in de begeleidende brief gezegd dat
een vertaling van de nota in een ontwerp-procedureverordening nog zou volgen. De brief die onder
sub I van de mededelingen vermeld staat, is een van de reacties. In de brief van 15 november aan
de instellingen wordt gesteld dat de termijn om te reageren verlengd is tot 1 januari 1979, dat een
aantal reacties op misverstanden berusten en dat daarom nu ter verduidelijking de ontwerp-verorde-
ning ter bespreking wordt gegeven. Wij vinden dit erg onduidelijkEerst worden de discussienota en
de ontwerp-verordening als een eenheid voorgesteld in de raadsbrief bij de nota en vervolgens wor
den op grond van tijdoverwegingen in dezelfde brief deze twee zaken uit elkaar gehaald. Nu wordt
de ontwerp-verordening in gesprek gegeven - overigens zonder te reageren op de reacties die al zijn
binnengekomen - als een verduidelijking omdat de inspraak nogal wat misverstanden heeft opgeleverd.
Waarom niet eerst de inhoud van de discussienota afgehandeld, zoals de heer De Beer ook reeds op
merkte? Dit geldt ook voor de hele inspraak daarover. Deze inspraak wordt daarna vertaald in een
ontwerp-verordening die opnieuw aan betrokkenen ter bespreking wordt gegeven. Vervolgens kan de
raad de ontwerp-verordening vaststellen. De wijze van handelen die nu gekozen is, schept grote ver
warring en heeft bovendien het bezwaar dat pas op het allerlaatste moment de raad eraan te pas komt.
Tenslotte heeft het ons verbaasd dat de raadsadviescommissie hier niet bij is betrokken. Deze
commissie zou volgens de nota en volgens de ontwerp-verordening een belangrijke rol gaan spelen.
Het zou derhalve in de lijn van de nota liggen wanneer de commissie ook bij de totstandkoming van
de procedure nauwer zou worden betrokken. Op zijn minst hadden de reacties die tot nu toe zijn
binnengekomen in de commissie kunnen worden besproken en had verlenging van de termijn in over-
