6
De heer Rijpma (weth.): De heer Bijkersma heeft twee zaken aan de orde gesteld, namelijk de
voorwaarden waaronder wij verkopen en het uitgiftebeleid. Het tweede gedeelte van zijn uiteenzet
ting was volkomen gericht op het uitgiftebeleid.
Ten aanzien van de voorwaarden hebben wij geprobeerd om in goed overleg met de daarvoor be
stemde commissie tot een zodanig sluitend systeem te komen dat de gronden in handen komen van hen
die ook werkelijk de grond willen gebruiken voor zelf-bewoning. Deze intentie hebben wij in andere
gebieden ook altijd gehad. Het is echter voorgekomen dat men door een constructie van vrienden,
bekenden en stromannen daar onderuit kwam. In feite kwam een serie kavels in handen van één ex
ploitant die de kavels niet bestemde om er zelf te wonen maar om ze aan anderen te verkopen. Onze
verkoopvoorwaarden hebben altijd de bepaling ingehouden dat men binnen twee jaar zelf een woning
gerealiseerd moest hebben, omdat anders de kavel weer aan de gemeente verviel. Men heeft een con
structie bedacht waardoor mensen die in huizen of in grond handelen toch in staat waren gronden te
verwerven en die, waarschijnlijk aan de meest biedende, te verkopen. Het blijkt dat de vrije kavels
die wij in Camminghaburen hebben veel meer worden gevraagd dan in deze raad werd verwacht. Som
migen in deze raad waren zelfs zeer pessimistisch ten aanzien van de mogelijkheden van verkoop. Het
blijkt dat men niet pessimistisch hoefde te zijn, want er zijn talloze gegadigden. Het is de bedoeling
dat wij de kavels verkopen aan mensen die er gaan wonen. Dat is altijd de bedoeling geweest en het
is nu nog de bedoeling. Om de bepalingen stuitender te maken is de voorwaarde gesteld, dat men
twee jaar lang zelf in de woning moet wonen. Wanneer men door overmacht niet aan deze voorwaar
de kan voldoen, dan kunnen b. en w. in deze een ontheffing toepassen.
Een tweede voorwaarde is dat men zich voorlopig niet in Camminghaburen mag vestigen met de
bedoeling om daar een huisartsen- of tandartsenpraktijk uit te oefenen. Dit is gedaan om de realiteit
van een gezondheidscentrum nog een tijd boven water te houden. De onderhandelingen zijn niet afge
sloten. Het is de intentie van deze raad geweest om in Camminghaburen een gezondheidscentrum te
realiseren. Welnu, het zou van slecht beleid van het college getuigen, als het door onvoldoende
zorg in de verkoopvoorwaarden in wezen op dit moment al de wens van de raad illusoir zou maken.
Vandaar deze clausule.
Het uitgiftebeleid is erg moeilijk. Er zijn lijsten aangelegd. Het uitgangspunt is geweest - het
advies aan b. en w. is ook zodanig geweest - dat degene die als eerste op de lijst stond ook het eerst
in aanmerking kwam enz. Wij hebben een aantal uitzonderingen gemaakt en een van die uitzonde
ringen is dat iemand die binnen vijf jaar weer in de markt is voor een kavel eventjes moet wachten.
Grond blijkt een schaars goed te zijn en schaarse goederen kunnen maar één keer worden uitgegeven.
Is het dan zo onredelijk om te stellen dat mensen, die al de kans hebben gehad om in een van de
buitenwijken van Leeuwarden zich een vrije kavel te verschaffen, even moeten wachten door te zeg
gen: eerst de anderen? Er doet zich dan een geval voor, waarbij dit op een aantal maanden vastzit.
De betrokkene heeft de kans gekregen om een en ander bij de wethouder toe te lichten. De wethou
der heeft zulke maatregelen genomen dat het geval uitvoerig in de Commissie voor het Grondbedrijf
kon worden besproken. Deze commissie is tot een unaniem advies gekomen over deze zaak.
Het heeft geen zin om op dit moment in deze raad op dit specifieke geval in te gaan, maar de
genen die aanwezig waren tijdens de vergadering van de commissie hebben erover kunnen spreken.
Ik kan geen rekening houden met degenen die niet aanwezig zijn. Er wordt aangenomen dat zij de ge
legenheid hebben om zich daar te melden. Dat is niet gebeurd. Degenen die aanwezig zijn geweest
hebben een unaniem advies aan b. en w. gegeven. B. en w. hebben dat advies opgevolgd.
De heer Bijkersma: De wethouder is ingegaan op het unanieme advies van de commissie aan b. en w
Ik ga er volledig mee akkoord als hij zegt dat de aanwezigen tijdens die vergadering unaniem in hun
advies waren. Ik schrok even toen hij in eerste instantie zei dat de gehele commissie tot een unaniem
advies was gekomen. Hij heeft dit later weer recht getrokken. (De heer Rijpma (wethDe commissie
adviseert unaniem als de aanwezigen zo adviseren. Er kan geen rekening gehouden worden met de
mensen die niet aanwezig zijn.) Ik wil de wethouder daar zeker wel gelijk in geven. Ik heb alleen
gezegd dat ik in eerste instantie schrok van zijn uitspraak. Ik mag toch wel denken, al is dat dan niet
precies de gedachte van de wethouder?
De wethouder heeft het erover gehad dat de mensen die binnen vijf jaar voor de tweede maal
voor een kavel in aanmerking willen komen eventjes moeten wachten. Dat is nu een van die subjec
tieve dingen. Dat mag toch niet in goed recht: eventjes wachten? Er moet voor iedere Nederlander
zekerheid zijn ten opzichte van de vraag of hij recht kan krijgen, waar en op welk ogenblik dan ook.
Het gaat om de subjectieve waarde van eventjes wachten, wat er naar ons gevoel in zit. Verder zegt
de wethouder dat het altijd de intentie is geweest om ook in andere gebieden de voorwaarden wat uitge
breider te laten zijn. Het zijn dan nog altijd voorwaarden vooraf. Ik vind de voorwaarde dat men in
7
de afgelopen vijf jaar geen grond in de gemeente Leeuwarden gekocht mag hebben een voorwaarde
die achteraf is gesteld. Dan vind ik dat een vorm van rechtsonzekerheid, die niet past, ook niet in
onze gemeente. Onze gemeente zegt immers - terecht - dat Camminghaburen een wervend karakter
moet hebben en dat deze wijk een goed voorbeeld moet zijn van een goed woongebied. Met derge
lijke voorwaarden stoot u echter de mensen af en geeft u hen het gevoel dat zij in feite niet welkom
zijn. Dit wil ik voorop stellen bij deze voorwaarden vooraf, waar ik in zekere zin dan wel begrip
voor kan hebben.
Ik heb het uitgiftebeleid in mijn verhaal betrokken, omdat het een van de zaken is die niet in
de voorwaarden tot uiting komt. Door bepaalde voorwaarden op te stellen sluit u echter wel een aan
tal mensen uit. Zij komen gewoon niet aan de beurt om daar grond te kopen. Daar heb ik bezwaar
tegen. (De heer Rijpma (weth.): De driehonderdste komt nooit aan de beurt, want zoveel kavels heb
ben wij niet.) Het gaat om het principe van de rechtszekerheid en dat gaat boven alle getallen uit.
De hear Miedema: Is it mooglik dat der binnen in healjier sicht op is dat it sounenssintrum der
komt?
De heer Knol: Ik meen uit de woorden van de wethouder te kunnen begrijpen dat de heer Tolsma
zich het eerst heeft aangemeld. Dan nog is het uit tactische overwegingen ten opzichte van andere
gegadigden natuurlijk wel zaak om de heer Tolsma bij voorbeeld op de vijfde plaats te zetten wat
betreft de overdracht van de grond. Het is gewoon een kwestie van psychologisch inzicht. Dat mist
weieens een enkele keer vaker.
De heer Rijpma (weth,): De heer Bijkersma heeft geen nieuwe aspecten van de zaak naar voren
gehaald. Ik geloof niet dat het zinvol is om in herhaling te vailen.
De heer Miedema vraagt of wij over zes maanden enig zicht hebben op de afronding van de ge
sprekken over het gezondheidscentrum. Ik dacht niet dat deze termijn een onredelijke termijn was.
De gesprekken worden echter gevoerd door mijn collega De Pree, misschien kan hij er iets meer van
zeggen
De heer De Pree (weth.): Na zes maanden weten wij in ieder geval meer, maar misschien nog
niet definitief. (Gelach)
De Voorzitter: De intentie is heel duidelijk. Wij moeten eerst meer zicht hebben op de mogelijk
heid om het gezondheidscentrum te realiseren, pas daarna zouden wij hierop willen terugkomen. Dat
is het standpunt van het college. Laten wij hopen dat er na een termijn van zes maanden meer zicht
op deze kwestie is. Als wij echter na zes maanden onverhoopt nog bezig zijn, dan zal natuurlijk een
termijn van acht of negen maanden gaan gelden. Zo denkt het college erover. Zodra er meer zicht
op de zaak is, komen wij erop terug.
De hear Miedema: Wy wol Ie de risiko's net to lang drage. As dit sintrum net fan'e groun komt,
dan is myn fraksje fan bitinken dat it kolleezje de fêstiging fan dokters en toskedokters yn Cammingha-
buorren wol mooglik meitsje moat. Men moat in leefbere wyk halde. Wy moatte op in seker momint
sizze: of it iene of it oare.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat de heren
J. de Beer, J.R. Bijkersma en J. Schaafsma en mevrouw M.A.D. Waalkens wensen te worden geacht
tegen te hebben gestemd.
Punten 8 en 9 (bijlagen nos. 64 en 60).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 10 (bijlage no. 55).
De heer Janssen: In de raadsbrief schrijft het college dat dit deel van het bestemmingsplan ont
worpen dient te worden met inachtneming van de op 16 mei en 5 juni 1978 aangenomen moties. Nu
blijkt dat sommige onderdelen van die moties na die tijd nogal ter discussie hebben gestaan bij de
mensen die de moties moeten uitvoeren. Ik zou daarom de aanbeveling willen geven dat de groep die
hiermee bezig gaat de handelingen van de vergadering van 16 mei 1978 nog eens goed doorneemt.