als dit waar mocht blijken, onze positie als onderhandelaar met de andere gemeenten vanuit een goed runnende GGD in Leeuwarden nu al uit handen geven. Je moet wel een pr'mcipe-uitspraak doen, maar je moet ook vasthouden wat je in je onderhandelingspositie hebt en dat niet op voorhand weggeven. Ik kreeg in de vergadering van de Commissie voor de Volksgezondheid heel erg sterk de indruk, dat zowel financieel in de fasering als ten aanzien van het basispakket op voorhand al geld werd wegge geven in het voorlopig gewijzigd beleid van het beleidsplan 1980-1984. Ik vind de regio best en ik wil best uit solidariteit, om dit woord van de heer Meijerhof over te nemen, ergens aan mee doen, maar dat betekent wel dat je in een principe-situatie niet zoveel weg zal moeten geven in deze de tails als naar mijn indruk het geval was op het moment dat ik deze stukken op de vergadering van de Commissie voor de Volksgezondheid kreeg. In de regiocommissie is het zo in ieder geval niet bespro ken. Op de vergadering van de Commissie voor de Volksgezondheid van onze gemeente had ik de in druk dat wij voor het bevolkingsonderzoek en het gvo - taken die in ons eigen pakket zitten - apart een dikke ton op tafel zouden moeten leggen en dat wij in de eerste fasering in ieder geval niet een klein voordeel van zo'n 40.000,off 45.000,zouden krijgen. Ik zeg dat wij daarmee niet op de juiste weg zijn. Wij zijn dan bezig om de GGD op een andere manier te laten afkalven, terwijl wij in principe in eerste instantie hebben gezegd dat wij, juist omwille van het bestaan van de GGD, de jeugdgezondheidszorg en onze GGD zoals die reilt en zeilt zouden inbrengen. Ik hoop dat het col lege de indruk, die ik anderhalve week geleden in de commissie kreeg, kan wegnemen, want anders heb ik principieel ernstige bezwaren tegen deze raadsbrief. De heer De Pree (weth.): De districtsgezondheidsdienst heeft al een hele historie. Ik sluit mij graag aan bij de woorden van de heer Pronk, als hij zegt dat de totstandkoming van een districts gezondheidsdienst vanuit een oogpunt van volksgezondheid op zichzelf een goede zaak is, wanneer je wat verder kijkt dan alleen Leeuwarden en ook de regio hierin betrekt. Bovendien loopt een en ander parallel met de beleidsvoornemens van de rijksoverheid. De moeilijkheid was en is dat men niet vanuit een blanco situatie start, dat wil zeggen dat een x-aantal gemeenten nog moet beginnen met het op poten zetten van de extramurale gezondheidszorg. Integendeel, men start vanuit een situatie waar in Leeuwarden een GGD heeft met een uitgebreid takenpakket en waarin een regio een per gemeen te verschillend voorzieningenniveau heeft. De ene gemeente heeft meer voorzieningen op het punt van de extramurale gezondheidszorg dan de andere gemeente. Indertijd hebben veel onderhandelingen en gesprekken over deze kwestie plaatsgevonden. De heer Schaafsma heeft er destijds veel tijd en energie in gestoken om in overleg met al de gemeenten tot een gezamenlijk standpunt te komen. Aanvankelijk zat men op de volgende lijn. Uitgaande van het takenpakket van de GGD van de gemeente Leeuwarden werd bekeken hoe dit nu in een districts gezondheidsdienst moest worden geregeld. Kon volstaan worden met minimumpakket, waarbij ie dere gemeente de mogelijkheid werd geboden om zekere taken uit te zoeken boven het minimumpak ket? De ene gemeente zou dan kunnen zeggen: die taken nemen wij af van de DGD, terwijl een an dere gemeente weer andere taken wenste af te nemen. In de praktijk bleek dit op grote moeilijkheden te zullen stuiten, want in dat geval zou men per gemeente aan tijdschrijven moeten doen met betrek king tot de kosten. Dat is de reden geweest dat de regiogemeenten hebben gezegd dat het op die ma nier niet zou lukken. Er werd gezegd dat allen wilden uitgaan van een basispakket. Dit pakket is een uitgebreid pakket, zoals u in de stukken hebt kunnen lezen. Daaraan werd wat de financiële kant van de zaak betreft een fasering gekoppeld. Op deze wijze groeiden de kosten die de gemeente Leeu warden ten aanzien van de GGD zou maken en de bijdragen die de regiogemeenten zouden leveren langzamerhand naar elkaar toe. In de raadsbrief staat over de fasering, zich uitstrekkend over een periode van zeven jaar, dat de eerste fase van de nivellering 1 januari 1981 ingaat. Dat is niet juist. De eerste fase van de nivellering gaat in wanneer de DGD van start gaat, namelijk op 1 januari 1980. Met deze opmerking heb ik een vraag die van verschillende kanten naar voren is gekomen beantwoord. Het is dus niet zo, zoals in de raadsbrief staat, dat wij beginnen met het bedrag te besteden dat de GGD ons zou kosten. Wij beginnen met dat bedrag minus de eerste fase van de nivellering. Deze ni vellering loopt vervolgens jaar op jaar door. Als men het uitgebreide takenpakket van de DGD en het huidige takenpakket van de Leeuwarder GGD naast elkaar legt, dan dekken beide takenpakketten elkaar wel voor een groot deel maar niet volledig. De heer Jansma, de heer Schaafsma en de heer Pronk hebben hier al op gewezen. Ik noem een paar voorbeelden van taken die slechts in een van beide takenpakketten voorkomen: bevolkings onderzoek, de gezondheidsvoorlichting (gvo), de adviseurschappen die door de directeur van de GG: bij voorbeeld ten behoeve van de Bejaardenraad en van de Raad voor de Maatschappelijke Dienstver lening worden vervuld en bepaalde werkzaamheden ten behoeve van de politie, zoals de medische ver zorging van arrestanten. Kortom, alle specifiek op Leeuwarden betrekking hebbende taken vallen niet onder het takenpakket van de DGD. 35 Ook in geld uitgedrukt is dit een gecompliceerde zaak. Het is wel zo dat het college ervan uit gaat dat alle taken die de GGD nu voor de gemeente Leeuwarden vervult ook in de toekomst zullen worden vervuld. Verder gaat het college er wat betreft de financiële kant vanuit dat de som van dat gene wat door de gemeente Leeuwarden aan contributies wordt bijgedragen aan de DGD, plus de kos ten van dat deel van het takenpakket dat niet in het DGD-pakket zit, nooit meer kan zijn dan wat de GGD nu kost. Ik praat dan nu even over een kostprijsbasis van dit moment. Er moet een begroting worden gemaakt, waaruit een en ander blijkt. Zonder enige twijfel zullen wij met deze begroting bij de raad terugkomen. Uit de begroting moet worden aangetoond hoe een en ander valt te realiseren. Het is nu alleen maar met woorden gezegd, maar de getallen zijn minstens zo belangrijk. Dat geldt natuurlijk niet voor eventuele nieuwe taken. De heer Jansma en de heer Schaafsma hebben in dit ver band al het beleidsplan voor de extramurale gezondheidszorg genoemd. Wanneer wij tot de conclusie komen dat wij, naast datgene wat de GGD nu al doet, nog een aantal nieuwe taken in de toekomst vervuld zouden willen zien, dan zullen wij een beroep moeten doen op de DGD door te zeggen dat de nieuwe taken voor Leeuwarden of voor de regio - het is dan ook een zaak van de regio - door de DGD worden uitgevoerd. Als deze nieuwe taken niet worden opgenomen in het takenpakket voor de regio, dan zal de DGD de taken voor de gemeente Leeuwarden moeten verrichten. Wij zullen die dan apart moeten betalen. Dit betreft dan echter de nieuwe taken. Ten aanzien van het huidige voor zieningenpakket gaan wij ervan uit - vanuit die achtergrond gaan wij ook in regionaal verband over de begroting praten - dat wij, om het heel simpel te zeggen, niet meer geld kwijt zijn dan wij nu kwijt zijn. Integendeel, financieel gezien is er sprake van een bezuiniging doordat een DGD altijd iets goedkoper is dan een GGD, omdat de overhead-kosten gespreid worden over een groter aantal participanten Ik ga volledig akkoord met de opmerking van de heer Jansma dat het takenpakket niet moet wor den ingekrompen. Zijn opmerking over het feit dat de gemeente Leeuwarden er financieel niet op ach teruit mag gaan, heb ik hiervoor reeds beantwoord. Zijn vraag over de nivellering heb ik ook beant woord. De gemeente Leeuwarden is inderdaad aangesloten bij de BGD. De heer Jansma vindt niet dat de Bedrijfsgeneeskundige Dienst bij de DGD moet worden ondergebracht. Wat de gemeente Leeu warden betreft is dat geen punt, maar hoe dit bij de regiogemeenten ligt zullen wij zeker nagaan wan neer wij in de komende tijd in regionaal verband over de DGD moeten praten. De heer Schaafsma was bang dat wij er ongemerkt financieel toch bij zouden inschieten en daar mee niet conform eerder gemaakte afspraken zouden handelen. Wat de fasering betreft ben ik wel dui delijk geweest en ook wat betreft de kosten van ruim een ton die wij apart zouden moeten betalen bo ven een DGD die ons net zoveel zal kosten als een GGD. Dat is geenszins de bedoeling. De som van de door de gemeente Leeuwarden aan de DGD te betalen contributies en de kosten van de niet onder de DGD vallende taken, die nu wel door de GGD worden uitgevoerd, zal niet hoger mogen zijn dan wat het ons nu kost. Wij gaan de komende dagen aan het werk om een begroting in elkaar te zetten. Dat kan op allerlei manieren, als het maar op hetzelfde uitkomt. Als men zou kunnen uitrekenen wat de kos ten zijn van de taken van de GGD die niet onder het takenpakket van de DGD vallen, dan weet men waar men financieel over praat. Dat moet dan weer tevoorschijn komen uit de contributie aan de DGD. Samen moet het in ieder geval "quitte spelen", maar eigenlijk moet het lager zijn dan wat het ons gaat kosten. Daar gaan wij de komende dagen mee aan de gang. De door mij genoemde begroting komt hier dus nader aan de orde. De Voorzitter: Ik zag de heer Schaafsma al schrijven, de betoog dat wethouder De Pree hield. Hij moet niets zoeken achter het opbouwen- De heer Pronk: Ik begrijp van de wethouder dat de nivellering wel op 1 januari 1980 ingaat. Ver der zegt hij dat het deel van het takenpakket van deiGGD dat wegvalt wordt teruggekocht. Dit terug gekochte deel zal dan nooit meer kosten dan het voordeel dat wij van de DGD hebben. Als ik dat uit reken, dan houdt dit in dat wij eigenlijk niets opschieten met de DGD. Ik zeg dan maar dat wij dit uit een oogpunt van solidariteit met de omliggende gemeenten en in het kader van een goede gezondheids zorg in de regio er maar voor over moeten hebben. De heer Schaafsma: De wethouder is in eerste instantie erg duidelijk geweest. Deze duidelijkheid lost een heleboel op. Als de wethouder zegt dat de cijfers ongemerkt zijn binnengeslopen, dan is dat niet waar. Ik heb het financiële overzicht namelijk niet gemaakt. In dat overzicht werden deze cij fers expliciet genoemd. Wat dat betreft houd ik mijn opmerking gewoon staande. Een uitgaande post van 15.700,en een ingaande post van 15.700,maakt mij per definitie al argwanend, want dan is het kloppend gemaakt. Als de wethouder dan ook nog zegt dat de begroting op allerlei manie-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1979 | | pagina 18