12
ners toch al op de "schopstoel" en ten tweede is daar de recente geschiedenis: het verwisselen van
eigenaar, de langdurige onzekerheid, de beslissing net betrekking tot de sanering tegen de wil
van de bewoners, het feit dat er jarenlang geen onderhoud is gepleegd en ook nu niet meer gepleegd
zal worden. Het zal duidelijk zijn dat wij het niet met dit preadvies eens zijn. Wij hebben daarom
de volgende motie gemaakt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 23 april 1979, overwegende
dat de huizen aan de Simon de Vliegerstraat waarschijnlijk over twee jaren gesloopt zullen zijn,
overwegende dut het onbillijk zou zijn de bewoners van de Simon de Vliegerstraat een huurverho
ging te laten betalen om de huren in de toekomstige nieuwbouw zo laag mogelijk te houden, omdat
hiervoor andere mogelijkheden bestaan,
overwegende dat na alle teleurstellende ervaringen van de bewoners uit de afgelopen jaren deze huur
verhoging onrechtvaardig is,
besluit met ingang van 1 juli 1978 de hurer. in de Simon de Vliogerstraat te bevriezen."
Deze motie is mede-ondertekend door Piet van der Wal.
De heer Sterk: De Commissie voor het Woningbedrijf vond het nodig om deze zaak voor te leggen
aan de huuradviescommissie. Deze aaviescommissie heeft verslag uitgebracht en daarvan hebben wij
kennis kunnen nemen. Het komt erop neer dat op een enkele uitzondering na - ik denk hierbij aan
de voormalige winkelpanden, naar uit het adv'ss bi ijkt - de gevraagde huurverhoging acceptabel en
verantwoord is. Ik meen dat deze kwestie met zorg is behandeld. In dit soort gevallen moet men ze
ker ook rekening houden met een eventuele precedentwerking. Hierbij moet zo veel mogelijk de nor-
mule procedure in acht worden genomen. Het is om die reden dat mijn fractie akkoord gaat met het
preadvies. Wij zullen de motie van PAL dan ook niet steunen.
Mevrouw De Jong: Ik kan mij volledig vinden in de woorden van de heer Janssen en mevrouw
Van der Werf. Ik zal het voorstel van het college derhalve niet steunen.
De heer Eijgelaar (weth.): De heer Janssen vindt dat het bevriezen van de huren inherent is aan
de beslissing tot afbraak. Als hij bij deze uitspraak zou blijven, dan betekent dit dat alle panden,
die op b.jzonder contract zijn verhuu'd en die aangekocht zijn in het kader van de reconstructie of sa
nering, dienen te vallen onder een huurbevriezing. (De heer Janssen: Zo is het niet.) U zegt dat een
bevriezing van huren inherent is aon een beslissing tot afbraak. Als het zo ver is dat deze woningen
niet meer verhuurd worden en dichtgespijkerd worden, dan zullen wij voor de resterende woningen
niet meer tot een huurverhoging overgcan; dat vind ik een goed uitgangspunt. Als wij echter op dit
moment al met een besluit dat nog niet wordt uitgevoerd rekening moeten houden, dan meen ik dat
dit een precedent is waarvan wij de consequenties moeilijk kunnen overzien. Het zou betekenen dat
alle panden, die onder een bijzonder contract zijn verhuurd, voortaan niet meer onder een huurver
hoging kunnen vallen. Op deze manier komt op deze panden een stijgende last te drukken. Het te
kort zal in de toekomst alleen maar groter worden. Om niet een grotere rechtsongelijkheid en een
groter verscnil in huurbedragen te krijgen, menen wij dat het niet juist is om deze woningen niet te
verhuren. Met deze huurverhoging kan althans een deel van de stijgende kosten worden gedekt. Na
dat advies is ingewonnen van de huuradviescommissie, heeft het Woningbedrijf geadviseerd om deze
woningen onder de huurverhoging te laten vallen. Wij menen dat dit juist is, vandaar ons voorstel.
Ik zou de motie van PAL dan ook willen ontraden.
De heer Janssen: Ik wil de wethouder er toch neg wel op wijzen dat wij van sommige woningen
die onder bijzonder contract worden verhuurd helemaal niet zeker zijn dat die gesloopt worden. Het
zijn niet allemaal sloopwoningen die onder bijzonder contract zijn verhuurd. Wij hebben een beleids
voornemen om in een bepaalde wijk iets te doen. Dat betekent nog niet dat er een raadsbeslissing ligt
waarin bepaald is welke woningen er gesloopt zullen worden. Daar wijs ik op. Wij hebben over de
panden waar het hier om gaat een raadsbeslissing genomen, namelijk dat ze gesloopt zullen worden.
Dan vind ik het bevriezen van de huien inherent aan de raadsbeslissing.
Wanneer de wethouder over verhuur onder bijzonder contract spreekt, dan ontstaat er een nieuwe
situatie. Er wordt een overeenkomst gesloten met de nieuwe huurder. Dit hoeft helemaal niet in te
houden dat de oude huurprijs wordt gehanahaafd. Men wordt het eens met de huurder over een bepaal
de huur. Als u een door de gemeente aangekochte woning nog een poos wilt verhuren, dan is dat uw
goed recht en is het zelfs de plicht van de gemeente om dat te doen. Verhuur van een dergelijke wo
ning lost tijdelijk een stukje woningnood op. Zoals u weet treedt woningnood vooral bij jongeren en
alleenstaanden op en juist deze groep kan vaak in dit soort woningen worden opgevangen. Daar ben
13
ik ook helemaal niet tegen, maar over de woningen waar het in dit voorstel om gaat heeft de raad
een beslissing tot afbraak genomen, of de woningen nu in twee jaar of in vijf jaar worden afgebro
ken. Mevrouw Van der Werf heeft in haar motie een termijn van twee jaar genoemd, waarbinnen de
woningen zullen worden afgebroken. Ik ben daar helemaal niet zo zeker van, want volgens mijn in
lichtingen zullen deze woningen ook gebruikt worden als wisselwoningen voor de Hollanderwijk. Ik
zie deze woningen dan ook nog niet binnen twee jaar afgebroken worden.
Mevrouw Van der Werf: De wethouder is nauwelijks ingegaan op de termijn van twee jaar die ik
in mijn motie noemde, terwijl dit volgens mij in de raadsbrief toch als een sterk argument naar voren
werd gehaald. Men kan haast uit de raadsbrief opmaken dat het niet doorgaan van de huurverhoging
nog te overwegen zou zijn als het om een kortere termijn ging. Dit staat niet in de raadsbrief, maar
de formulering wijst wel enigszins in die richting. Ik zou toch graag een reactie van de wethouder
hierop horen.
De heer Janssen veronderstelde dat de woningen aan de Simon de Vliegerstraat zullen worden ge
bruikt als wisselwoningen. Uit de informatie die ik van de projectgroep heb gekregen, is mij ook ge
bleken dat volgens het tijdschema de renovatie van de Hol landerwi jk voor 1980 staat gepland. Dat
zou betekenen dat na 1980 de woningen niet meer nodig zijn als wisselwoningenOok dat zal hoog
uit met een overschrijdingstermijn in 1981 afgelopen zijn. Ook dan kom ik nog niet tot een termijn
van vijf jaar die ik hier en daar heb gehoord. Toen ik van die termijn van vijf jaar hoorde, dacht ik
dat dat de zaak wel enigszins veranderde, hoewel de andere argumenten die ik heb genoemd ook dan
nog overeind staan. Ik bedoel onder andere het volgende argument, waarop de wethouder overigens
ook niet in is gegaan: moeten de bewoners van de Simon de Vliegerstraat mee betalen aan het zo laag
mogelijk houden van de verwervingskosten voor de nieuwbouw? De bewoners zitten toch al in een mi
serabele situatie.
Dan werd nog het punt van de precedentwerking genoemd. Als dit een precedent zou scheppen,
dan zou dat eerder tegen het gemeentelijk beleid pleiten dan ervoor, want ik hoop niet dat wij nog
eens in zo'n situatie terechtkomen. Ik geloof niet dat het beleid ten aanzien van de Simon de Vlie
gerstraat een voorbeeld is van uitstekend gemeentelijk beleid, integendeel, zou ik zeggen.
De heer Eijgelaar (weth.): De woningen in de Simon de Vliegerstraat zijn net als andere wonin
gen aangekocht in verband met sanering. Daar heb ik ook op gedoeld. Of het besluit tot sanering nu
gevallen is of dat dit in de bedoeling ligt, maakt volgens mij niet eens zo heel veel uit. Beide val
len ze onder hetzelfde regime. Het is op dit ogenblik niet bekend wanneer de woningen worden ge
sloopt. Ik weet niet precies om welke termijn het dan zal gaan, maar als er in de projectgroep ge
sproken wordt over een termijn van twee jaar, dan hoop ik dat die termijn gerealiseerd kan worden.
Of het nu om een termijn van twee jaar of van vijf jaar gaat, op deze woningen rust een tekort en
er wordt een lage huur gevraagd. Gelet op de huur die deze woningen doen en gezien het feit dat
het om een verantwoord bedrag voor deze woningen gaat, zoals duidelijk uit het advies van de huur
adviescommissie blijkt, meen ik dat het een verantwoorde en juiste zaak is dat deze woningen, om
het tekort niet hoger op te voeren, een huurverhoging ondergaan. Men kan daartegen aanvoeren dat
hiermee alleen het nieuwbouwproject wordt gediend, maar het gaat er niet om of het nieuwbouwpro
ject er wel of niet mee wordt gediend. Het gaat erom of dit een verantwoorde huur is voor deze wo
ningen op dit moment. Ik meen dat dit het geval is. Daarom ben ik van mening dat de huurverhoging
door moet gaan.
De Voorzitter: Ik stel voor de discussie te besluiten. Handhaaft u uw motie, mevrouw Van der
Werf? (Mevrouw Van der Werf: Inderdaad.) Dan breng ik allereerst de motie in stemming.
De motie van mevrouw Van der Werf en de heer Van der Wal wordt bij handopsteken verworpen
met 28 tegen 6 stemmen
Het voorstel van b. en w. wordt bij handopsteken aangenomen met 27 tegen 7 stemmen.
Punten 9 t.e.m. 14 (bijlagen nos. 158, 165, 155, 163, 178 en 157).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.