24
in de raadsbrief reeds is meegedeeld, wij verwachten binnenkort met concrete voorstellen in deze te
komen. Wellicht kan wethouder Rijpma daar iets meer over zeggen.
De voorzitter heeft al gezegd hoe wij denken over een eventueel haalbaarheidsonderzoek naar
wonen in de kazerne. Onder meer mevrouw Van der Werf heeft gezegd dat het advies van de stuur
groep eigenlijk in de wind is geslagen. Het probleem van al of niet wonen in de kazerne is ook in de
stuurgroep aan de orde geweest. Men heeft zich daarbij afgevraagd of het wel zinvol is om een haal
baarheidsonderzoek in te stellen voordat men weet welke bestemming de kazerne krijgt. Er is boven
dien een voorstel gedaan om een woonbestemming'voor de kazerne niet uit te sluiten. Men heeft daar
op gezegd dat er maar een voorstel aan b. en w. van gemaakt moest worden en dat het haalbaarheids
onderzoek maar gestart moest worden. Men zou dan later wel zien hoe een en ander zich ontwikkelde.
Dit is voor b. en w. een overweging geweest om deze zaak opnieuw te bekijken en dat heeft geleid tot
het voorstel zoals het hier ligt. De heer De Beer zei hogelijk verontwaardigd te zijn over de gang van
zaken, omdat het volgens hem op 2 mei al bekend zou zijn geweest dat b. en w. een andere bestem
ming voor de kazerne zouden voorstellen. Dit is niet het geval. Een en ander kan ook blijken uit de
raadsbrief die daarna aan de stukken is toegevoegd. Op 2 mei was dit standpunt nog niet door b. en w.
ingenomen
De Voorzitter: Wellicht kan wethouder Rijpma voor alle duidelijkheid nog iets zeggen over de
plaatsen waar wij bezig zijn binnenkort huisvestingsmogelijkheden voor een- en tweepersoonshuishou
dens te realiseren
De heer Rijpma (weth.): Ik wil dan beginnen bij een aantal voorstellen die al aan de raad zijn
voorgelegd. De raad heeft net twee voorstellen aangenomen van respectievelijk 12 en ruim 40 klei
ne woningen, die niet als Van Dam-eenheden worden gerealiseerd maar die wel in de sociale sfeer
terechtkomen. Het ene bouwplan is iets duurder dan het andere bouwplan, maar met huursubsidie
toch bereikbaar voor degenen die hiervoor in aanmerking komen.
Er zijn nog andere plannen in voorbereiding. Het Woningbedrijf bereidt een plannetje met twaalf
wooneenheden voor in de Sacramentsstraat. Aan de overkant van de Sacramentsstraat is een plan met
kleine woningen in voorbereiding door een particulier. In Camstraburen staan op stapel een project
met vijftien kleine woningen en een project met ruim veertig Van Dam-eenheden. In dat gebied be
staat namelijk de mogelijkheid om een woongebied in die orde te realiseren. Binnenkort krijgt de raad
de randvoorwaarden en richtlijnen voor Camminghaburen voorgelegd. U weet dat wij op 2 april over
verdichting ten aanzien van dat gebied hebben gesproken. In de deelplannen VI en VII is een zoda
nige verdichting toegepast dat ook daar tachtig woningen in de sociale sfeer zullen worden gebouwd.
Verder is er overleg gaande over een bouwproject in Aldlan, waar de mogelijkheid aanwezig is - zij
het dat er nog wat "omgevingsproblemen" zijn - om op de plek waar winkelvoorzieningen zouden moe
ten en kunnen komen een project te realiseren van 50 tot 100 kleine woningen, ook weer in de soci
ale sfeer. Ook deze woningen zullen weer geen Van Dam-eenheden zijn, omdat de toekomstwaarde
van de huizen in deze wijk toch ook in het oog gehouden moet worden. Het zullen wel woningen in
de sociale sfeer moeten zijn. Hier hebt u nu een aantal concrete zaken, die niet meer in het stadium
van theorie zijn maar die op kortere termijn - misschien enkele nog voor de vakantie - aan de raad zul
len worden voorgelegd. Als er geen tegenslag komt, zullen de andere plannen in de tweede helft van
dit jaar aan de orde komen.
De heer Buising: De beantwoording van de vragen in eerste instantie geeft mij aanleiding om een
punt van orde te stellen. Ik wil u vragen om de vergadering een poosje te schorsen, want ik heb be
hoefte aan overleg met mijn fractie.
De Voorzitter: Ik stel voor om dan eerst enkele andere punten af te doen. Wij kunnen een en an
der dan ook even laten bezinken. Dan kunnen wij na de koffiepauze doorgaan met dit punt. Ik con
stateer dat de raad dit eveneens de beste oplossing vindt. In verband hiermee stel ik voor om ook punt
18 even aan te houden.
Punt 19 (bijlage no. 205).
De heer Janssen: Het verheugt mijn fractie bijzonder dat er binnen een jaar na het vaststellen
van het Verkeersstructuur- en Uitwerkingsplan een uitgewerkt deelplan aan de raad ter vaststelling
wordt aangeboden. De raadsbrief volgende, wil ik allereerst opmerken dat het college evenals de
fractie van de PvdA begint met het bevorderen van het fietsverkeer door volgens punt 1 van de raads-
25
brief een aantal straten voor het autoverkeer te sluiten. Ik neem aan dat ook het college voornemens
is allereerst de St. Jacobsstraat voor fietsers uit zuidelijke richting toegankelijk te maken. Daarin
speelt ook een stukje eigenbelang mee, vooral voor de raadsleden die uit de richting Huizum komen.
Ik kan u vertellen dat vanaf Huizum de kortste weg naar het stadhuis via de Nieuwestad loopt, waar
na afgestapt moet worden op het Waagplein. Men scharrelt tussen de ten onrechte op dit plein gepar
keerde auto's door, vervolgens neemt men de voetbrug, gaat het Herenwaltje langs - waar ook op on
verklaarbare wijze auto's aanwezig zijn - en kan dan eindelijk het stadhuis bereiken. Voor een fiet
ser is dit dus wel een route met hindernissen. Men zou ook de route via de Minnemastraat kunnen ne
men, maar dat is dan weer een stukje om. Het verheugt mij dan ook bijzonder dat wij bij wijze van
spreken morgen als fietsers een betere weg naar het stadhuis krijgen.
Als ik het rijtje straten, dat onder punt 1 van de raadsbrief wordt genoemd, volg, dan stuit ik op
de Slotmakersstraat. Het college wil fietsverkeer in die straat niet toestaan. Het is sinds jaar en dag
ook niet gebruikelijk om door deze straat te fietsen. Iets verder in de raadsbrief spreekt het college
zich uit voor het instellen van een onderzoek naar de vraag of het samengaan van parkeren en laden
en lossen zo urgent en belangrijk is dat er aan één kant van de Eewal mogelijk niet geparkeerd mag
worden. Ik wil u in het kader van dat onderzoek vragen of ook onderzocht kan worden of de Slotma
kersstraat voor fietsverkeer toegankelijk te maken is.
Wij kunnen akkoord gaan met punt 3, Raadhuisplein/Hofplein, van de raadsbrief. Wij kunnen er
vrede mee hebben dat voorlopig de werkzaamheden op die plaats worden opgeschort. Tijdens de bouw
van onder meer de parkeerkelder in de St. Jacobsstraat zal het daar immers wel druk worden.
De overige onderdelen van de raadsbrief hebben voor het grootste deel onze instemming. Binnen
mijn fractie rijzen echter wel enige vragen over een in punt 7 voorkomende zin, namelijk deze: "De
kapitaal lasten kunnen, voor zover deze ten laste van de gemeente blijven, worden gedekt uit de voor
stadsvernieuwing beschikbare middelen." Moet uit deze zin worden opgemaakt dat middelen uit het
Fonds voor de Stadsvernieuwing worden aangewend? Ik wil graag een antwoord op deze vraag hebben,
want ik meen niet dat in enige financiële commissie de vraag aan de orde is geweest of hiervoor het
Fonds voor de Stadsvernieuwing kon worden aangewend. Ik weet niet of dit wel het juiste fonds hier
voor is.
Verder is het mijn fractie nog niet recht duidelijk wat wethouder Eijgelaar bedoelt, wanneer
hij spreekt over wachten met de werkzaamheden nadat een aantal andere parkeerplaatsen gerealiseerd
zijn. Ook hierop zou ik graag een antwoord willen hebben, want mijn fractie is er nog niet geheel
achter welke parkeerplaatsen worden bedoeld. Een en ander zou ook consequenties ten aanzien van
de tijd kunnen hebben en ik zou niet graag zien dat verkeersmaatregelen ten behoeve van het fiets
verkeer daardoor opgeschort zouden worden. Dit laatste zit ons dermate hoog dat ik graag de toezeg
ging van het college wil hebben dat begonnen wordt met de in punt 1 van de raadsbrief genoemde ver
keersmaatregelen, om in verschillende straten het autoverkeer te verbieden en het fietsverkeer voor
rang te geven. Mocht het college die toezegging niet kunnen doen, dan zal ik een motie daartoe in
dienen.
De hear Miedema: Der is al jierren praet oer it oanlizzen fan in kuijergebiet yn dizze stêd. Der
is in bigjin makke troch it oanlizzen fan it kuijergebiet fan de Nijestêd-südkant en de Weerd. Jo kin-
ne sizze dat dit in sukses is. Nou krije wy in foorstel om dit gebiet üt to wreidzjen, it autoforkear üt
de binnenstêd to halden en it stadich forkear mear romte to jaen. Myn fraksje is it fan herte mei dit
foarstel iens. It is in goede saek dat hjirmei trochgien wurdt. As men lykwols dit riedsbrief lest en men
lit op jin ynwutkje hwat it ynhaldt, dan hat men dochs wol bihoefte oan in oanfolling op it bislüt.Hwat
is nammentlik op dit momint it gefal? De stêd is hast net mear birikber. Op dit stuit al. Al sunt in jier
liket de Willemskade al mear op in sanbak. Hjir en der sjogge jo in mantsje yn dizze strjitte dy't mei
de beste bidoelingen stiennen leit, mar it sjit neat op. Efter de Hoven is ticht en as it mei dy strjitte
net hurder opsjit, dan bliuwt dy ticht. Om it sirkus kompleet to meitsjen, de Easterbrêge hat in dak
op'e holle krigen en ek oan it Saeilan, dêr't hurd oan wurke wurdt, sil noch hiel hwat barre moatte
om dat dizze hjerst klear to krijen. It Skavernek sit ticht, de Weaze giet ticht en de stille kant fan
de Nijestêd moat opknapt wurde. It fornuveret jin dan dat it forkear trochgiet sa as it trochgiet en
dat ek it iepenbier forfier kans sjocht syn routes op in ridlike manear to riden. Wy steane fan herte
efter dit foarstel om de neamde strjitten of to sluten, mar it is net best as men him foarstelt hwat der
barre sil. Alles stiet stil. Nou is dat natuerlik de beste methoade om energy to bisparjen, mar ek it
iepenbier forfier kinne wy wol forjitte. Der is gjin skema mear dêr't op riden wurde kin. De chaos is
kompleet. Wy kinne der lang of koart oer prate, in ramp driget en dêrom hawwe wy by moasje in oan
folling op it bislut.
"De ried fan de gemeente Ljouwert, byien op 14 maeije 1979, bislut oangeande bylage 205 ta to
foegjen oan it bislüt in lid IV