- 30 - men "hoort" daar alleen maar. Op die avonden hoeft men natuurlijk niet een "bepaald beleid te verdedigen, maar geeft men inlichtingen. Het is echter niet gemakkelijk om zo'n scherpe scheiding aan te brengen tussen het geven van inlichtingen en het verdedigen van een stukje beleid. Wij moeten zo reëel zijn om in te zien dat het een soms wat in het ander kan overlopen. Als wij verwachten dat dit laatste zal gebeuren, dan is het ook verstandiger en beter om een wethouder voorzitter te laten zijn. Daar streven wij dan ook naar. Principieel gezien heeft de heer De Jong natuurlijk gelijk. De heer De Jong heeft zijn vrees ervoor uitgesproken dat de advies commissie voor de stadsvernieuwing om het zo te zeggen een "ambtenaren- vreter" wordt. Die indruk hebben wij niet. Wij stellen ons voor dat het werk door het huidige personeelsbestand kan worden gedaan. Aan de andere kant moeten wij wel meer ambtenaren hebben, als u alle dingen bij elkaar optelt. Het is echter niet zo dat onmiddellijk een x-aantal ambtenaren aan een in te stellen commissie wordt verbonden. Wij stellen ons dus niet voor dat ten behoeve van deze adviescommissie voor de stadsvernieu wing ambtenaren worden aangesteld. Een heel ander geval vormen de pro jectleiders, die heel andere ambtenaren zijn. Over hen wordt in de stuk ken ook gesproken. Het gaat hierbij om een ander "soort" ambtenaren dan die, welke in de adviescommissie voor de stadsvernieuwing zitten. U hebt in de stukken kunnen vinden dat het een erg goede zaak zou zijn om enkele ambtenaren te hebben die de kwaliteiten hebben, zich er ook hele maal op instellen, om gesprekken te leiden en contacten te leggen. Er zijn technische ambtenaren die dat verdraaid goed kunnen, er zijn ande ren die daar minder op zijn ingesteld, prima ambtenaren, maar met een heel andere opleiding en met heel andere ambities en dergelijke. Wij zijn van mening dat wij enkele ambtenaren zouden moeten hebben, die niet direct zijn verbonden aan bepaalde disciplines of een bepaald onderdeel, maar rechtstreeks vallen onder de ruimtelijke ordening manager. Zij zou den belast moeten worden met de leiding van de projectgroepen en dus ook met de gesprekken tussen projectgroepen en contactgroepen. Dat kost enig geld, maar naar ik dacht nauwelijks extra geld, want dit werk gebeurt vandaag de dag ook, maar dan door andere ambtenaren. Deze ambtenaren krijgen dan weer tijd vrij voor ander werk. Op zich lijkt het alsof extra ambtenaren worden aangesteld, maar ik durf de stelling te poneren - niettegenstaande de aarzeling van de heer Bijkersma - dat het geen echte ambtenaren worden, maar dat in het apparaat enkele speciaal gekwalifi ceerde ambtenaren worden aangetrokken. Het eerste voorstel krijgt u in de raadsvergadering van 12 mei. Wij hebben dit namelijk in de bijstelling - 31 - van het beleidsplan opgenomen. Men moet een en ander niet overdrijven door het in ijltempo ten uitvoer te brengen. Er zijn ook niet tien van dergelijke ambtenaren nodig, hoogstens twee A drie. Het is aan de raad om, via de begrotingswijzigingen die volgende week aan de orde komen, in dezen te decideren. In de Commissie Een goede raad heerste daarover naar ik meen een grote mate van unanimiteit. De heer Bijkersma heeft gesproken over de politieke bruikbaarheid van het beleidsplan. Vanavond was er ook een discussie over de vraag of het woord "politieke" al dan niet tussen haakjes moest staan. Men kan "politieke bruikbaarheid" lezen, zo staat het wel in het rapport. De een zal de haakjes wegdenken, terwijl de ander ze zal laten staan. De heer Bijkersma was echter bevreesd dat de financiële benadering naar de achtergrond wordt geschoven, als wij de politieke bruikbaarheid van het beleidsplan groter gaan maken. Ik geloof overigens dat dit volkomen terecht wordt gedaan. Het had ook veel eerder moeten gebeuren, maar dat is niet een kwestie van onwil geweest. Men kan nu eenmaal niet alles van de ene op de andere dag realiseren. Ik zeg heel eerlijk dat wij dit beter al veel eerder hadden kunnen doen. De financiële benadering wordt niet naar de achtergrond geschoven; dat mag ook niet. Ik geloof echter dat beide aspecten zeker in een bestuurlijk college behoren te worden afgewogen. Een bestuurlijk college dat alleen naar de financiële bena dering kijkt, zal het besturen aan ambtenaren kunnen overlaten. Bij de ambtenaren zitten meestal meer knappe figuren wat de financiën betreft dan bij de bestuurders. Ik vind het echter een taak voor de raad om de politieke bruikbaarheid van het beleidsplan aan de orde te stellen. Het financiële aspect wordt echter stellig niet verwaarloosd. Mevrouw Van der Werf is nog ingegaan op de vraag of er niet s avonds kon worden vergaderd. Zij zit in de Commissie Een goede raad en zij weet dus dat hieraan aandacht is geschonken. Als er 's avonds moet worden ver gaderd, dan vormt dit een zodanige belasting voor de ambtenaren buiten hun gewone werktijd dat wij, ik zou bijna zeggen helaas, de keuze hebben moeten maken om laat in de middag te blijven vergaderen. Deze keuze is echter niet op principiële gronden gedaan, maar alleen uit praktische overwegingen. Ik wil wel zeggen dat ik het wat jammer vind dat deze kwes tie niet tot een oplossing kan worden gebracht. Niet alle maar enkele contactgroepen hebben inderdaad een vraag in die richting gesteld. Mevrouw Van der Werf meende verder dat bij twistpunten niet b. en w. maar de Commissie voor de ruimtelijke ordening moet beslissen. De Commis sie voor de ruimtelijke ordening beslist echter nooit, het is namelijk een commissie van advies aan de raad of aan b. en w. Een beslissing wordt

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1980 | | pagina 16