22 de Belangenvereniging Oranjewijk daarover een andere mening kenbaar. Ons inziens is het een vast ge geven dat de Emmakade in de eindfase moet worden afgesloten van de rondweg. In de tussenliggende tijd moet volgens ons over een en ander in het overleg met de Belangenvereniging Oranjewijk - dus bui ten de projectgroep om - worden gesproken. De heer De Jong: Nu wij de taakomschrijving van de projectgroep voor het gebied Oranjewijk gaan vaststellen, dienen wij niet te vergeten dat de eigen buurtorganisatie al vele jaren lang heeft aange drongen op het vaststellen van een bestemmingsplan om duidelijk zekerheden aangaande de wijk te waarborgen en om ongewenste ontwikkelingen tegen te gaan. Wij hebben hieraan geen gevolg kunnen geven omdat een en ander niet in ons tijdschema was in te passen. Wel hebben wij zowel vanuit de dienst als vanuit de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening aangedrongen op een conserverend bestem mingsplan, vooral nu de vestiging van de Nieuwe Weme binnen niet al te lange tijd zijn beslag zal krijgen Wij dienen duidelijk vast te stellen dat de wijkbewoners niet zijn geïnformeerd aangaande deze nieuwe vestiging, doch de gevolgen - met name de verkeersbewegingen - krijgt deze buurt wel op eigen terrein te verwerken. De bewoners krijgen - gezien de raadsbrief - niet veel overlegruimte om zelf mee te bepalen op welke manier zij de overlast van dit bovenwijkse verkeer willen verwerken. U komt - al thans zo staat het in de raadsbrief - de wijk gedeeltelijk tegemoet door de Nieuwe Weme een tweede in- en uitrit te geven aan de Willem Lodewijkstraat, doch wel met de bepaling dat het uitgaande ver keer eerst weer even de wijk in moet om vervolgens toch weer uit te komen bij hetzelfde punt: namelijk het kruispunt Willem Lodewijkstraat-rondweg. Wel zegt u in uw voorstel dat hernieuwd overleg met de' Nieuwe Weme nodig zal zijn, doch het komt mij voor dat dit bedrijf geen enkel bezwaar zal hebben te gen een tweede toegangsdeur. Het zou beter zijn één uitrit te creëren aan de Emmakade. Men moet na melijk extra verkeersbewegingen door de wijk maken als in de eindfase bij de uitrit aan de Willem Lo dewijkstraat uitsluitend rechts afgeslagen mag worden. Door het maken van de uitrit aan de Emmakade zou de verkeerscirculatie veel minder intensief worden. Mogelijk kan dit alternatief nog nader door de projectgroep worden bekeken. U komt - zo schrijft u in de raadsbrief - de wijk ook tegemoet door de oostelijke ontsluiting van dit plangebied niet alleen via de Emmastraat te creëren. Een nader onderzoek moet uitwijzen op welke manier het plangebied aan de oostzijde ontsloten dient te worden. U stelt ech ter met nadruk dat dit onderzoek niet mag leiden tot een zodanige oplossing dat beide straten een ont sluitingsfunctie krijgen. Een ontsluitingsfunctie voor beide straten acht u ongewenst voor de stroomfunc tie van de Willem Lodewijkstraat en bovendien zal een en ander onrustige effecten hebben voor de woonbuurt zelf'. Waarom is deze beperking in het onderzoek ingebracht? Als men straks uit dit onder zoek de conclusie trekt dat het om verschillende redenen beter zou zijn om de ontsluiting wel te creëren via de beide straten, omdat men van mening is dat deze methode van ontsluiting minder onrustige effec ten zal hebben voor de woonbuurt zelf, dan moet u deze mogelijkheid niet bij voorbaat uitsluiten. Wij willen u derhalve met klem verzoeken deze mogelijkheid duidelijk open te laten, waarbij later bij het ontwerp - indien nodig - de raad een beslissing kan nemen hoe de ontsluiting uiteindelijk dient te ge schieden. Mocht u evenwel deze mogelijkheid in het onderzoek niet open willen laten, dan wil ik in tweede instantie deze wens - gesteund door een groot deel van mijn fractie - in een motie uitspreken. Wij zijn namelijk van mening dat de Nieuwe Weme een nieuw en zeer belastend element vormt en dat nadelige gevolgen daartoe voor de buurt zoveel mogelijk geweerd dienen te worden. De motie luidt als volgt. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op maandag 23 november 1981 overwegende dat de woonbuurt zo weinig mogelijk hinder mag ondervinden van het bovenwijkse verkeer, besluit dat een nader onderzoek dient uit te wijzen op welke manier het plangebied Oranjewijk aan de oostzijde ontsloten dient te worden, waarbij geen enkele mogelijkheid bij voorbaat wordt uitgesloten." De motie is mede-ondertekend door de heer Pruiksma. Het deel van de fractie dat de motie zal steunen is van mening dat wij nu niet keihard moeten vast houden aan de indertijd besloten verkeerscirculatie, daar de vestiging van de Nieuwe Weme toen nog niet bekend was en men niet kon rekenen met de extra - bovenwijkse - verkeersbewegingen. Zolang de eindfase niet bereikt is verdient het aanbeveling het verkeer vanaf de Nieuwe Weme toch naar de rondweg te leiden, zowel vanaf de Willem Lodewijkstraat als vanaf de Emmakade, totdat de noodzaak anders aantoont. Mogelijk wordt die eindfase op een later tijdstip vastgesteld als zou blij 23 ken dat de nieuwe oosttangent toch meer ruimte op de rondweg brengt dan de berekeningen op dit mo ment aangeven Tot slot een bijkomende opmerking. Nu de wegreconstructie Achter de Hoven tussen Zuiderplein en Willem Lodewijkstraat gereed is, kan het vrachtverkeer weer normaal geleid worden langs de aanwezige verkeersborden. Hierdoor kan het vrachtverkeer via de Emmakade - ingevolge eerder genomen beslui ten - wederom geweerd worden De heer De Beer:Wij moeten trachten de vervelende verkeerssituatie die in de Oranjewijk dreigt te ontstaan naar een zo gunstig mogelijke oplossing te sturen. Een van die mogelijkheden is het verkeer via Emmaplein en Emmastraat af te voeren. Mijn fractie stelt het dan ook op prijs om deze mogelijkheid open te laten. Tenslotte heb ik nog een verzoek, mijnheer de voorzitter. Sluit de Emmakade niet af voordat het beslist noodzakelijk is! De heer Van der Wal: Ik kan mij aansluiten bij hetgeen mevrouw Brandenburg heeft gezegd. Het enige punt waarop ik zou willen ingaan is of er nu al beslist moet worden ten aanzien van de ontsluï- fingsfunctie van de Emmastraat of het Emmaplein. Met de gegevens die ik nu heb denk ik persoonlijk dat men de ellende maar beter in één straat kan concentreren. Als uit het onderzoek blijkt dat er een betere oplossing is, bijvoorbeeld éénrichtingsverkeer, dan moet het mogelijk zijn daartoe een onderzoek in te stellen. Ik dien daarom de volgende motie in. "De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op maandag 23 november 1981, behandelende de vaststelling taakomschrijving van de projectgroep voor het gebied Oranjewijk, besluit dat nader onderzoek zal dienen uit te wijzen welke oostelijke ont sluiting van het plangebied naar de Willem Lodewijkstraat gewenst is, na melijk via het Emmaplein en/of Emmastraat." De motie is mede-ondertekend door mevrouw Van der Werf. Het woordje "en" is dus ingevoerd in de opdracht. Mevrouw De Jong: Ik kan mij aansluiten bij de woorden van de heer Van der Wal. De motie van de PAL-fractie zal ik dan ook ondersteunen. Ik zou er toch nog wel op willen wijzen dat ik het een wat merkwaardige zaak vind dat het college steeds blijft vasthouden aan het verkeersstructuurplan, terwijl er zich hier toch een heel nieuwe situatie heeft voorgedaan. Er had mijns inziens toch wel ruimte moe ten zijn om de bewoners vooraf een beetje voor te lichten. Ook een prettige manier van overleg was beter geweest. De heer De Beer: Hier dreigt iets fout te gaan. Ik heb niet begrepen dat de CDA-fractie een motie heeft ingediend. De Voorzitter: Ik heb de motie wel, maar die is niet ingediend. De heer De Jong heeft gezegd dat hij het antwoord van de wethouder afwacht en misschien in tweede instantie de motie indient. De heer Rijpma (weth.): Er is al veel over de verkeerssituatie in de Oranjewijk gesproken. Bij het vaststellen van het verkeersstructuurplan is de Oranjewijk vrijwel de enige wijk geweest die constructief tegenspel heeft geboden ten aanzien van het oostelijke verkeersgebied. Een en ander betekent dat de Oranjewijk in het verkeerscirculatieplan, zoals dat door b. en w. aan de raad is voorgelegd, aanzien lijke wijzigingen heeft ondergaan. Wat in de discussie wel is komen vast te staan is dat naast het Vliet de Willem Lodewijkstraat een duidelijke verkeersontsluiting van en naar het stadscentrum zal geven. Vanuit die stroomfunctie, die heel nadrukkelijk aan de Willem Lodewijkstraat is toegedacht - qua pro fiel leent deze straat zich ook goed voor de stroomfunctie -, achten de verkeersdeskundigen en b. en w. het bepaald niet raadzaam om naast de rechtsafontsluiting van de Nieuwe Weme - die een belangrijk deel van de verkeersbewegingen naar en van de Nieuwe Weme op zich neemt - twee ontsluitingen op de Willem Lodewijkstraat aan te brengen. Volgens mij moeten wij één ontsluiting op de Willem Lodewijk straat aanbrengen. Deze ontsluiting moet heel duidelijk geprofileerd zijn, zodat voetgangers, fietsers en automobilisten precies weten op welke wijze zij geacht worden zich als verkeersdeelnemer te gedra gen. Een en ander betekent dat er opstelstroken zullen moeten komen voor voetgangers, fietsers en au to's. Het moet een heel duidelijk geprofileerd kruispunt zijn, dat eventueel in een bepaalde fase van verkeerslichten kan worden voorzien. Vanuit deze filosofie is heel nadrukkelijk in de raadsbrief gesteld

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1981 | | pagina 12