Het thans zittende college heeft voor het laatst een begroting gepresenteerd. Mede daarom heb ik
mij een zekere terugblik veroorloofd. De toenmalige fractievoorzitter van mijn partij in deze raad,
heeft bij de presentatie van het collegeprogram destijds reeds gezegd dat hij het collegeprogramma wat
pretentieloos vond. (De heer Ten Brug (weth.): Hij kon het programma overigens wel onderschrijven.) Hij
vond het programma wat pretentieloos, mijnheer Ten Brug. (De heer Ten Brug (weth.): Neen, hij kon het
programma onderschrijven.) Ik herhaal zijn woorden over pretentieloos. Ik vind het overigens aardig van
de heer Ten Brug dat hij een en ander nog zo goed weet. Het was volgens hem een programma waar men
geen buil aan wilde vallen. Het was een programma zonder grote visie. "Op de winkel passen", was meer
het motto. Ik wil daarbij wel erkennen dat het u allen niet aan werklust heeft ontbroken en u heeft ook
zeker de tijd niet meegehad. Ik vind echter dat u niet in alle opzichten goed op de winkel heeft gepast.
Ik blijf erbij dat u een aantal beslissingen heeft voorgesteld die, economisch gezien, niet verantwoord
waren. Ik noemde ze reeds. Het waren voorstellen waarvan wij naar ons gevoel nog jarenlang de wrange
vruchten zullen proeven. Stelt men daarbij ook de vraag of dit college, in zijn huidige vorm, in staat is
gebleken een duidelijke richting te geven, een richting waarbij Leeuwarden uit het dal geraakt, dan
waag ik dit te betwijfelen. Juist een liberale, doch meer zakelijk ingestelde gedachte, heeft naar ons
gevoel in het college ontbroken. (De heer Ten Brug (weth.): Dat is duidelijk.) (Gelach) Ik ben blij dat
u dat erkent, mijnheer Ten Brug. De VVD is bovendien van mening dat het besturen van een gemeente
op zo breed mogelijke basis moet geschieden. Zo is ook de gemeentewet ingericht. Een zo breed moge
lijke basis van het dagelijks bestuur, dus het college van b. en w., geeft betere garanties aan de burger
dat ook zijn belangen bij het dagelijks besturen worden behartigd. Wij zijn altijd bereid geweest, in
samenwerking met anderen, mee te helpen bij het oplossen van problemen. Juist in een tijd van moei
lijkheden past meer onze benadering van de problemen. Ik heb dat reeds aan het begin van mijn be
schouwingen gezegd. Wij verwachten dat er bij de collegevorming, na de komende gemeenteraadsver
kiezingen, meer rekening zal worden gehouden met de liberaal denkenden in deze gemeente en dat zijn
er heel wat. (De Voorzitter: Wij zullen de gemeenteraadsverkiezingen afwachten, mijnheer Bijkersma.)
De Voorzitter schorst, om 15.45 uur, de vergadering voor de pauze.
De Voorzitter heropent, om 16.05 uur, de vergadering.
Mevrouw Van der Werf: De algemene beschouwingen over het beleidsplan zijn voor mijn fractie
meestal aanleiding om de grenzen van de toch vrij enge gemeentepolitiek, van de sleur van de dage
lijkse besluitvorming in een stadhuis, te overstijgen. Het is niet voor niks dat dat gebeurt; het heeft te
maken met het moment van bezinning dat het houden van algemene beschouwingen vaak is en dan vooral
bezinning op vragen als: moeten wij als linkse politieke groepering zoveel tijd en energie blijven ste
ken in gemeentepolitiek, zetten wij met onze politieke activiteiten op gemeenteniveau nog steeds stap
pen in de door ons voorgestane richting? Met andere woorden, bij het houden van algemene beschou
wingen stellen wij het perspectief van de links progressieve beweging centraal.
Als ik het heb over dat perspectief, dan kom ik natuurlijk onmiddellijk op de politieke gebeurtenis
van de afgelopen tijd: 21 november, de dag van de massale vredesdemonstratie. De dag waarop 400.000
mensen de straat op gingen om de plaatsing van nieuwe kernwapens in Europa tegen te houden. De
grootste demonstratie ooit gehouden in Nederland. Eén demonstratie uit de vele, die in de voorbije
maanden in Europa zijn gehouden, waarbij miljoenen mensen tegen de wapens hebben gedemonstreerd.
21 november, een dag waarop wij ons sterk en machtig voelden, een indrukwekkende dag en ook een
ontroerende dag.
Vorig jaar bij de algemene beschouwingen heb ik erop gewezen dat er onder grote delen van de be
volking twijfel en onzekerheid over de toekomst heerste, onder andere door de dreiging van de bewape
ningswedloop, kernenergie, milieuvervuiling, werkloosheid, economische crises. Ik heb er ook op ge
wezen dat de vage gevoelens van angst en uitzichtloosheid toenamen en dat door de politieke macht
hebbers van dat moment knap werd ingespeeld op dat soort gevoelens, door het doemdenken, het ach-
en-wee-geroep aan te wakkeren om op die wijze uiterst rechtse maatregelen en bezuinigingen door te
drukken. Wij hebben toen een beroep gedaan op de verbeeldingskracht van politici, ambtenaren en be
woners van Leeuwarden om dwars door alle rookwolken en doemdenkerij heen mee te werken aan een
hoopvol perspectief voor de toekomst. Daarom was 21 november zo'n belangrijke dag, omdat overduide
lijk werd dat het politieke tij ten goede lijkt te keren. Aan de hele wereld is toen duidelijk geworden
dat ontzettend veel mensen niet in lijdzaamheid en apathie ten onder willen gaan en dat hun betrokken
heid en strijdbaarheid niet ophoudt bij het invullen van een stembiljet. Veel mensen zijn zich kennelijk
bewust dat een politiek, die angst en onzekerheid over de toekomst uit wil sluiten, een actieve deeina-
me van allen aan het politieke besluitvormingsproces vereist.
19
De vredesbeweging is maar één - weliswaar zeer machtige - van de sociale bewegingen van dit mo
ment. Er zijn er talloze, die zich allen richten tegen de tendensen, die samenhangen met de ontwikke
ling van het kapitalisme, zoals de ongecontroleerde technologische ontwikkeling, de milieuvernietiging
en de grondstoffenverspilling. Enkele sociale bewegingen zijn: de antikernenergiebeweging, de milieu
beweging, de vredesbeweging, maar ook de kraakbeweging, de buurtbeweging en de vrouwenbeweging.
Eén ding hebben al deze bewegingen gemeen, namelijk het opeisen van het recht om mee te beslissen,
het opeisen van de greep op de eigen levenssituatie. PAL staat niet geïsoleerd van deze bewegingen.
Integendeel, wij staan er middenin, wij zijn er deel van. Een van de belangrijkste uitgangspunten van
PAL's gemeenteraadspolitiek is ruim baan te geven aan de eisen van deze sociale bewegingen door
voortdurend, op alle momenten en op alle terreinen, het democratisch kunnen meebeslissen van mensen
over hun eigen woon-, leef- en werksituatie te bevorderen.
Ook het afgelopen jaar hebben wij ons weer sterk gemaakt voor verdergaande vormen van democra
tie. In het afgelopen jaar heeft de raad echter in onze ogen weer heel wat kansen gemist om de in veel
beleidsnota's beschreven leuzen voor meer inspraak, zeggenschap en democratisering inhoud te geven.
Ik noem een aantal gevallen:
- twee weken geleden, toen wij met voorstellen kwamen om de Woningstichting Leeuwarden-Leeuwar-
deradeel te democratiseren;
- onze emancipatienota, tot stand gekomen in samenwerking met Leeuwarder vrouwengroepen;
- de discussie naar aanleiding van de raadsbrief Bewoners werken aan hun straat.
Ook het afgelopen jaar zijn wij daarbij weer gestuit op het gezapig conservatieve denken hierover van
de rest van de raad, enkele uitzonderingen daargelaten. Van VVD en CDA verwachtten wij in feite niet
anders. De verschuiving van de machtsverdeling op gemeentelijk niveau en daarbuiten is voor hen niet
relevant. Het gaat er immers om de bestaande verhoudingen te handhaven. Ik wil hierbij echter het
CDA en de VVD zeker niet op één hoop vegen. Het CDA heeft vanmiddag bij monde van de fractie
voorzitter over een en ander toch wel een duidelijk genuanceerder standpunt naar voren gebracht dan de
VVD. Van de PvdA, een partij die de spreiding van kennis, macht en inkomen hoog in haar vaandel
heeft geschreven, verwachten wij meer. Maar ook de sociaal-democraten blijven redeneren vanuit prin
cipes van beheersbaarheid en efficiè'ntie. De PvdA-fractie Leeuwarden huldigt - klaarblijkelijk una
niem - de opvatting dat participatie en democratisering positief beoordeeld mogen worden, zolang het
bestaande parlementaire stelsel zelf maar niet ter discussie wordt gesteld. Een behoudend, conservatief
standpunt, dat ertoe leidt dat de binding van de PvdA met de sociale bewegingen van dit moment hieruit
bestaat, dat de bewegingen gemodelleerd worden, ingepast moeten worden in regels en wetten en on
dergeschikt worden gemaakt aan de "echte" politiek. Hiermee wordt de strijd voor andere verhoudingen,
bijvoorbeeld tussen mannen en vrouwen, tussen kapitaal en arbeid en tussen speculanten en woningzoe
kenden, ingekapseld in plaats van gesteund. Gemeentepolitiek wordt op die manier verengd tot het be
sturen van de gemeente en dan ook nog in harmonieuze samenwerking tussen partijen met tegengestelde
belangen onder het motto "samen de schouders onder het algemeen gemeentelijk belang".
in de visie van PAL is politiek en bestuur niet hetzelfde. De politieke strijd gaat ook na de verkie
zingen en ook binnen het gemeentebestuur gewoon door. Daarbij is het terwille van de duidelijkheid
aanscherpen van belangentegenstellingen niet tendentieus en onparlementair. Een opvatting die een
groot deel van de raad klaarblijkelijk aanhangt. Daarbij past ook geen verontwaardiging of verdachtma
king van onze fractie als wij op gezette momenten de partijen in de raad confronteren met hun verkie
zingsprogram. Wij krijgen vaak naar ons hoofd geslingerd: "dat doet hier niet ter zake", "dat Is een
zaak van landelijke politiek" of "daar heb je hen weer, ze halen alles er weer bij". In de opvatting
waarin gemeentepolitiek wordt verengd tot de gemeente besturen, kunnen dergelijke argumenten kloppen
vanuit de redenering dat het land verdeeld is in drie bestuursniveaus, met elk eigen taken en bevoegd
heden. Daarbij past de opvatting dat de allerechtste politiek wordt bedreven in de Tweede Kamer. Wij
vinden dat ook in de gemeenteraad op een duidelijke manier de strijd tussen de verschillende belangen
groepen in de maatschappij tot uitdrukking moet komen. Gemeentepolitiek moet actiepolitiek zijn om
van onderop - vanuit steden en dorpen - zelf eisen te stellen en de eisen vanuit de buiten-parlementaire
beweging te ondersteunen, met de bedoeling ook de landelijke politieke besluitvorming te beïnvloeden
en om te buigen in de door ons gewenste richting. Kortom: wij blijven op onze eigen manier doorgaan,
wij zullen ons niet beperken tot het gemeentelijke stekkie en wij zullen nooit leren wat "des gemeen
tes is. (De heer Ten Brug (weth.): Neen, dat denk ik ook niet.) Laat staan, dat wij naar vergaderingen
toegaan om er zo snel mogelijk weer uit te zijn. Het niveau van de plaatselijke politiek lijkt ons vaak
knullig. Het is soms ook om moedeloos van te worden, maar gelukkig zijn er ook de successen waaruit
de invloed van de buitenparlementaire druk en van een tweepersoonsfractie van PAL blijkt. Hieruit
blijkt ook dat de sociaal-democratische fractie - zij het soms tegen wil en dank - niet achter kan blij
ven. Ik denk dan bijvoorbeeld aan het feit dat enkele weken geleden er een meerderheid in de raad te-