58
worden gerealiseerd als een en ander in Camminghaburen actueel wordt. (De heer Ten Brug (weth.): Dot
gebeurt al.) Dat doet mij genoegen, mijnheer Ten Brug.
De heer Ten Brug is niet ingegaan op mijn opmerking over de rioolretributie. Mevrouw Brandenburg
heeft gezegd dat de VVD grote gezinnen dienaangaande geen warm hart toedraagt. Ik moet mevrouw
Brandenburg dan wijzen op een onjuiste opmerking van haar kant. Ik wil haar derhalve verwijzen naar
de handelingen van de Tweede Kamer waarbij de WD wel degelijk aandacht voor grote gezinnen heeft,
(Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: Ik plaagde maar wat, mijnheer Bijkersma.) Het woord retributie heb
ik eens ontleed, het betekent vergoeding. Ik heb gezegd dat een vergoeding voor het gebruik van het
riool gebonden is aan het inwonertal. Het spijt mij dat de wethouder niet is ingegaan op de door ons
voorgestelde richting met betrekking tot de rioolretributie.
Wethouder Rijpma heeft gezegd dat bewegwijzering aan de rand van de stad te duur zou zijn. Wij
hebben de wethouder destijds gevraagd na te gaan of het niet mogelijk is om in overleg met Publex BV
alsnog te komen tot plaatsing van borden. De wethouder zou onze vraag meenemen. Ik begrijp nu uit
het antwoord van de wethouder dat bewegwijzering niet kan omdat aanleg te duur is. Ik bl ijf echter bij
mijn standpunt dat een simpele bewegwijzering aan de rand van de stad toch mogelijk moet zijn. Het is
niet zakelijk om niet goed op mijn vraag te antwoorden. Wel zakelijk is over te gaan tot een simpele
bewegwijzering!
De wethouder is ook niet ingegaan op onze visie omtrent de nissenhuttenproblematiek. De heer
Rijpma heeft daarover helemaal niets gezegd. Ik stel het op prijs als de wethouder dat alsnog doei.
Over een eventueel verschuiven van de plaats van aansluiting van de zuidtangent heeft wethouder
Rijpma ook niets gezegd. Ik had daarover ook graag iets van hem gehoord.
De heer Rijpma heeft gezegd dat de kwestie van de bereikbaarheid van de dorpen met openbaar
vervoer gebonden is aan de regelingen van de rijksoverheid. Dat heb ik ook in mijn beschouwing ge
zegd en ik ben het helemaal met hem eens. Maar ik heb de wethouder ook gevraagd of er niet eens
overleg mogelijk is met de bewoners van de dorpen. Misschien hebben zij idee'én over de manier waarop
het openbaar vervoer naar hun dorp met name in de avonduren wat frequenter kan zijn. Het systeem met
belbussen is namelijk ook ontsproten naar aanleiding van initiatieven van burgers uit dorpen. Ik heb
toch het idee dat uit het overleg met de bewoners uit de dorpen of met plaatselijk belang wel zinnige
voorstellen kunnen komen ten aanzien van het openbaar vervoer. Aan de hand van de idee'én van de
bewoners kan de wethouder dan met voorstellen komen.
Het doet mij genoegen te constateren dat wethouder De Vries de kwestie over de Piter Jellespriis
aan de orde wil stellen, zij het op een ander tijdstip.
Met de beantwoording door de heer Miedema heb ik het iets moeilijker. De wethouder heeft ge
zegd dat er een plan wordt ontworpen voor de huisvesting van de Dienst Reiniging en Brandweer in het
gebouw Mohrmann. Ik heb gezegd dat er dienaangaande niet een duur plan moet komen, want daar
waar het bedrijfsleven kan werken kunnen onze diensten ook werken. Ik hoop dat ik van de wethouder
krijg te horen dat het verbouwingsplan sober zal zijn en dat gebruik zal worden gemaakt van de be
staande structuur van de gebouwen. Een dure voorziening is derhalve niet nodig.
De heer Heere is ook ingegaan op de ontwikkeling rondom de stadsverwarming. Juist het financiële
aspect van dit project heeft ons vanaf het begin grote zorgen gebaard. De heer Heere heeft ook gezegd
dat hij blij is met de reactie van wethouder Miedema, maar dat de zorgen over de financiéle aspecten
toch blijven bestaan. Het spijt mij eigenlijk dat bij de behandeling van de stadsverwarming de financi
ële aspecten zo weinig naar voren zijn gebracht door de CDA-fractie. Men is in mijn ogen daar toch
wat te lichtvaardig over heen gegaan. De wethouder heeft het ook gehad over de startsubsidie aan het
ABP en over de betaling van de boilers. Ik sta er helemaal achter dat de bewoners niet meer betalen
voor deze laatste voorziening dan elders het geval is. De boilers moeten echter wel worden aange
schaft. De kosten daarvan zullen moeten worden betaald door de gemeenschap, hetgeen destijds niet in
de financiéle onderbouwing van het project stond. Ik vraag mij dan ook af of er niet meer van dergelij
ke posten zijn. Ik maak mij zeer grote zorgen over het feit dat een en ander financieel niet een goed
kloppende zaak is.
Met de opmerking van wethouder Miedema dat wij ten aanzien van de bezuiniging op de public re
lations in het algemene kader van de bezuinigingen mee moeten gaan ben ik het niet helemaal eens.
Men kan bij de bezuinigingen namelijk ook prioriteiten stellen. Als de wethouder zegt dat men in het
kader van de bezuinigingen mee moet gaan, dan is hij het volgens mij niet eens met hetgeen een partij
genoot van hem op een vergadering heeft gezegd. Deze partijgenoot heeft gezegd dat er niet met de
botte bijl gelijkelijk bezuinigd moet worden. Ergens buiten deze raadzaal is deze opmerking naar voren
gebracht. Volgens mij hoeft men ten aanzien van de public relations de bezuinigingen niet door te voe
ren, want men kan prioriteiten stellen. Wij hechten er zeer veel belang aan dat een en ander voor de
gemeente Leeuwarden blijft bestaan.
59
Over de automatisering heb ik bedoeld te willen zeggen dat automatisering in zijn algemeenheid
leidt tot personeelsbesparingen. In het college-programma staat dat automatisering personeelsbesparing
niet tot doel mag hebben. Zou men dat niet eens aan een herbezinning moeten onderwerpen? Ik wil
daarmee niet zeggen dat het direct anders moet. Als men echter ter wille van het vasthouden van het
personeel geen automatisering doorvoert, dan zou men later wel eens voor veel hogere kosten kunnen
komen te zitten. Ik ben van mening dat het college daarover eens moet denken.
Wethouder Geerts heeft gezegd dat hij het niet met ons eens is voor wat betreft de onverantwoorde
uitgave voor het gezondheidscentrum. Ik heb gezegd dat wij, hoewel de beslissing ten aanzien van het
centrum al is gevallen, een en ander financieel gezien onverantwoord vinden voor de gemeente. Wij
hebben en zullen daarover ook zorgen houden. De wethouder heeft gezegd dat de voorziening waar
schijnlijk in april 1982 gerealiseerd zal zijn. Ik had graag gezien dat de mensen in Camminghaburen
zelf ook informatie hadden gekregen wanneer de voorziening gerealiseerd zal zijn. In Camminghaburen
wonen reeds een hele tijd mensen en het was best mogelijk geweest over een en ander iets te zeggen.
Ik ben blij dat de zeer ingewikkelde kwestie van de subsidie-verordening de aandacht van de heer
Geerts heeft, maar ik hoop dat die subsidie-verordening binnenkort komt.
Ik ga dan nu in op hetgeen collega-raadsleden naar voren hebben gebracht. Mevrouw Brandenburg
heeft een herschikking voorgesteld van de Dienst Reiniging en Brandweer en van de Dienst voor Sport en
Recreatie. Ik weet niet of de ijshal en de evenementenhal losgekoppeld moeten worden van het gebeu
ren in de Frieslandhal, want een en ander is erg met elkaar verweven. Ik ben bang dat men met een
dergelijke herschikking heel wat problemen aanhaalt die men beter kan vermijden.
Mevrouw Brandenburg heeft gezegd dat een sluitende begroting nog steeds zinvol is. Ik proef een
zekere aarzeling uit die woorden, maar misschien bedoelt zij dat niet zo. Mevrouw Brandenburg blijft
er wellicht bij dat een sluitende begroting een hoeksteen van goed beleid is.
Mevrouw Brandenburg heeft ook iets gezegd over het basis-principe van het liberale denken. Ik wil
haar graag letterlijk citeren wat ik gezegd heb: "Een basis-principe is onder andere zelf door eigen in
spanning bijdragen tot..." Wij hebben natuurlijk veel meer principes, want wij hebben een breed pro
gramma. (Gelach) Er had ook kunnen staan: "zelf door eigen inspanning zorgdragen". Dat is echter
niet het gevalHet is namelijk een aspect van de eigen inspanningen.
Ik ben het eens met de heer Heere die heeft gezegd dat de nationale veiligheid een zaak is van de
rijksoverheid. Volgens mij zal hij in deze bij de betreffende moties dan ook zo moeten handelen.
Met de heer Heere ben ik het eens dat wij goede aandacht moeten schenken aan de gebeurtenissen
bij Hippo.
Het heeft de raad misschien verwonderd dat wij een van de moties van D'óó niet mee hebben on
dertekend. De bewuste motie gaat over het profijtbeginsel en de privatisering. Ik heb met opzet de mo
tie niet mee-ondertekend. Ten eerste ben ik van mening dat men, indien met een motie indient, ook
achter die motie moet staan. Ten tweede heeft het plotseling verschijnen van deze motie van D'óó mij
toch even aan het twijfelen gemaakt. In de afgelopen jaren heb ik namelijk nog nooit moties van D'óó
over privatisering en dergelijke zaken gezien. Ik heb mij daarom afgevraagd of deze motie niet een ge
legenheidsmotie zou kunnen zijn. Dit is de reden waarom ik de motie niet mede heb ondertekend en bo
vendien wil ik er bij de behandeling van de motie vrij tegenover staan. (Mevrouw Van der Werf: Is dat
soms een exclusief recht van de WD?) Ik mag toch wel een verklaring geven, mevrouw Van der Werf?
Mevrouw Van der Werf heeft het altijd over democratie. Ik kom daarop straks nog wel terug. (Gelach)
Ik constateer dat D'óó de doorbraak van het Zuiderplein naar de Van Swietenstraat mee zal helpen
blokkeren. Mevrouw De Jong heeft een dergelijke uitspraak gedaan.
Mevrouw Van der Werf heeft naar voren gebracht dat men in de gemeentepolitiek ook maatschap
pijvisies naar voren moet brengen en uit moet dragen. Ik ben het daarover niet met haar eens. (De heer
Van der Wal: En die liberale beginselen dan, mijnheer Bijkersma?) Mevrouw Van der Werf heeft in haar
betoog vele malen het woord "democratie" aangehaald. Het is democratie voor en na. Plotseling heeft
zij het dan over een links meerderheidscollege. Van die opmerking begrijp ik niets. Is dat dan demo
cratie? In mijn ogen is dat geen democratie, maar meer machtswellust.
Mevrouw Van der Werf: Er blijven niet zoveel punten over om op te reageren. In eerste instantie
heb ik vier moties ingediend, waarop het college morgen zal ingaan. De wat vage opmerkingen van de
beer Miedema laat ik maar buiten beschouwing.
Ik wil nog wel een opmerking maken over de door ons ingediende motie over de sociaal-economi
sche beleidsnotitie. De heer Heere heeft hierover namens zijn fractie ook een motie ingediend. Het is
tij uit het antwoord van het college niet goed duidelijk geworden wat erop tegen is om op dit moment
een uitspraak van de raad te vragen over dit punt. Ik vind dat het college een en ander onvoldoende
beeft beargumenteerd. Op dat punt ben ik het dan ook wel eens met de heer Heere. De kans bestaat dat