12 Punt 17 (bijlage nr. 180). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 18 (bijlage nr. 182). De Voorzitter: Dit punt luidt: Het te voeren informatie- en automatiseringsbeleid. Mevrouw Willemsma—de Jong: In de omstandigheden van steeds verminderende financiële middelen moeten wij verdergaande beslissingen nemen om tot een goed en verantwoord automatiseringsbeleid te komen. De betreffende commissie heeft in januari 1981 kennis genomen van een heel ambitieus plan dat geleverd is door Krechting Koot. Het ontwerp-Beleidsplan Automatisering Gemeente Leeuwarden is nog niet in de raad geweest en toch ligt hier een voorstel om op grond van de ontwikkelde visie uit dat plan beslissingen te nemen. Uit een verslag van 12 februari 1981 blijkt mij dat een ambtelijke begeleidings groep dit plan als zeer bruikbaar beoordeeld heeft. Ook onze fractie is bereid om het ontwerp-Beleids plan Automatisering Gemeente Leeuwarden positief te benaderen. Het rapport zal steeds als een soort structuurschets het uitgangspunt zijn om fasegewijs beslissingen te nemen op het gebied van automatise ring. Dit zo zijnde vraag ik mij af of niet alle raadsleden de beschikking zouden moeten hebben over het ontwerp-beleidsplan. Over de leesbaarheid en de ontwikkelde beleidsvisie van het door Krechting Koot opgestelde beleidsplan wordt waarderend gesproken door de mensen die hiervan kennis hebben ge nomen. Er is een toenemende behoefte aan informatie. Bovendien is er een toenemend variabel markt- aanbod betreffende apparatuur. Eigen apparatuur komt hierdoor meer in het vizier. De computer komt meer dan ooit binnen het bereik van zelfstandige gemeenten. Ik koester een stille hoop dat raadsleden in de toekomst zelf een computertje mee zullen brengen. Het snel veranderende en variabele marktaanbod maakt het voor grote lichamen als het CEVAN moeilijk om hierop adequaat in te spelen. Slagvaardig heid in beleid is voor een moderne bedrijfsvoering onontbeerlijk. Volgens het ontwerp-beleidsplan en volgens de ervaring van diverse diensten is onze afhankelijkheid van het CEVAN te groot. Deze afhan kelijkheid dient te worden ingeperkt, terwijl de eigen zelfstandigheid moet worden uitgebreid. Krech ting Koot komt met aanbevelingen om in eerste instantie de informatiesystemen in uitgebreider vorm op elkaar af te stemmen. Het zou vanuit diverse oogmerken gezien geen haalbare zaak zijn om als gemeen te geheel zelfstandig te opereren. Ook de gemeente Groningen onderkent de problemen zoals Leeuwarden die heeft. Wij zullen de besprekingen van de gemeenten Groningen en Leeuwarden met het CEVAN met belangstelling volgen. Het CEVAN zal moeten onderkennen dat bij de steeds wijzigende ontwikkelingen op informaticagebied ook de behoefte zich als vanzelfsprekend gaat wijzigen en dat het CEVAN-schip tijdig de steven moet wenden. Naar mijn gevoel is die bereidheid er op dit moment te weinig. Bovendien zijn er personele en financiè'le consequenties aan een en ander verbonden. Een plotseling uittreden uit het CEVAN ligt niet in het voornemen. Wat het interne beleid bij de gemeente Leeuwarden betreft onderschrijven wij de opmerkingen d e daarover in de raadsbrief zijn gemaakt. Kan de wethouder zeggen of de uitbreiding van de automatise ring binnen het gemeentelijk bedrijf ook banen kost? Ik zou ook graag willen dat de privacy-aspecten bij iedere beslissing onder de loupe worden genomen. Wij gaan akkoord met het in de raadsbrief gedane voorstel. Mevrouw Waalkens: In het besluit onder punt I staat: "Accoord te gaan met het in het bijgaande voorstel geschetste informatie- en automatiseringsbeleid in de toekomst." In de raadsbrief onder punt III, sub b2, staat: "De integrale visie op de informatiebehoefte, zoals die door Krechting Koot in het uitge brachte "beleidsplan automatisering" voor onze gemeente is geschetst, kan worden onderschrevenOnder punt II, sub 1, van de raadsbrief staat: "Het toenemende belang van het informatie-vraagstuk (als aspect van alle beleidstaken), de omvang en de complexiteit van dit vraagstuk maken een aanzienlijk verder gaande automatisering noodzakelijk." Het gaat ons te ver om reeds zo expliciet te kiezen voor de nood zaak van automatiseren op zich. Op financieel gebied zijn er onzekerheden. Zoals wij reeds nu kunnen constateren gaan de ontwikkelingen op het gebied van de automatisering enorm snel. Veranderingen in de opstelling van het CEVAN, artikel 33 uit de gemeenschappelijke regeling CEVAN - de ontsnappings clausule - en het eventueel optreden van het CEVAN als "soft-warehouse" zijn allemaal onzekere fac toren. Het gaat ons dus te ver om akkoord te gaan met het automatiseringsbeleid zoals dat verwoord is in het plan dat op tafel ligt. Wij zien dit plan liever als een mogelijkheid om de diverse plannen die nog ontwikkeld moeten worden - zoals de automatisering van de GSD-administratie en de automatisering van de financiële administratie Algemene Dienst - op een efficiënte en eensluidende manier op te zetten, 13 Automatiseren om den wille van het automatiseren gaat ons te ver. Wij zijn dan ook tegen punt I van het besluit zoals dat nu is verwoord. Wij zouden dit punt wel als richtlijn kunnen aanvaarden. Wij zijn wel voor de partiële benadering, waarbij parallel aan elkaar de informatiebehoefte verder wordt onderzocht en tegelijkertijd enkele concrete automatiseringsprojecten ter hand worden genomen. Met punt II van het besluit gaan wij dan ook akkoord. Ik wil ook nog een opmerking maken over de uitbreiding met één formatieplaats op de afdeling EBO. In de Commissie voor Automatiseringsaangelegenheden heb ik bij het betreffende voorstel gevraagd naar de dekkingsmogelijkheid, omdat die niet was aangegeven. De wethouder heeft op deze vraag ge antwoord dat de aan te stellen kracht zich zelf zou betalen door de bezuinigingen die hij teweeg zou brengen. Het verbaast mij daarom dat de dekking van deze personeelsuitbreiding nu moet plaatsvinden door een gelijke verhoging van de taakstelling van de vacaturecommissie wat betreft de te realiseren besparing op personeel van 2.000.000,Met de opmerking hierover van de wethouder in de Commis sie voor Automatiseringsaangelegenheden over de dekking ben ik akkoord gegaan. Nu echter blijkt dat het geld van een andere plaats moet komen ligt een en ander toch wel even wat anders. In de diverse vergaderingen tussen het CEVAN en de gemeenten Groningen en Leeuwarden en in de Commissie voor Automatiseringsaangelegenheden is duidelijk naar voren gebracht dat wij ons wat onaf hankelijker willen opstellen. Mevrouw Willemsma heeft hierover ook al iets gezegd. Op 20 mei 1981 is er met vertegenwoordigers'van het CEVAN afgesproken dat er op 15 juni 1981 een standpunt van het CEVAN zou komen. Wij zouden er dan op 8 juli 1981 over vergaderen. Deze vergadering ging niet door en vond plaats op 8 april 1982. Wij kregen een stapel bijlages waarin gesprekken tussen het CEVAN met de gemeenten Groningen en Leeuwarden waren vastgelegd. Het CEVAN heeft zich echter nog steeds niet uitgesproken over de vraag wat het nu eigenlijk precies wil, ook mede gezien artikel 33 uit de ge meenschappelijke regeling CEVAN. Het CEVAN zal nu een beslissing moeten nemen en op korte termijn Leeuwarden moeten meedelen wat het gaat doen. Van de wethouder zou ik een zo concreet mogelijke datum willen horen wanneer wij van het CEVAN een besluit kunnen verwachten en ik zou van hem wil len horen welke maatregelen wij anders kunnen nemen. De heer Van der Wal: Ik kan mij eigenlijk volledig aansluiten bij hetgeen mevrouw Waalkens heeft gezegd over punt I van het besluit. Het in punt I van het besluit geformuleerde gaat ons rijkelijk ver. Als een en ander zo geïnterpreteerd kan worden dat het rapport dat aan het onder punt I van het besluit ten grondslag ligt een vrij goed overzicht geeft van wat er op het gebied van de automatisering en de informatieverstrekking binnen het gemeentelijk apparaat technisch kan en dat naar ieder werkveld waar automatisering plaats zal vinden een op zich zelf staand onderzoek gepleegd wordt waarbij de samen hang in de gaten wordt gehouden en doublures worden voorkomen, dan zijn wij wel akkoord met het in het rapport gestelde. Ik ben het met mevrouw Waalkens eens dat hetgeen onder punt I van het besluit is gesteld er wel erg absoluut staat. Als het college een en ander echter zou kunnen ombuigen in de door mij aangegeven zin dan kunnen wij er in zijn algemeenheid wel mee akkoord gaan, hetgeen perse niet wil zeggen dat wij met alle opgesomde informatiesystemen akkoord gaan. Dat is echter ook wel duidelijk gebleken. Wij zijn het er mee eens dat er een grotere onafhankelijkheid en vrijheid moeten komen voor de gemeente bij het uitvoeren van automatiseringsactiviteiten. Met de inhoud en de strekking van de ter inzage gelegde brief aan het CEVAN - de brief is opgesteld in samenwerking met de gemeente Gronin gen - kunnen wij akkoord gaan. Het is duidelijk dat niet alles in één keer kan, laat staan dat alles in één keer moet. Wij gaan akkoord met het krediet voor het onderzoek naar de automatisering bij de GSD. In deze raadsbrief staat geen woord over het privacyreglement. Uit ter inzage gelegde notulen heb ik begrepen dat in overleg met de Commissie Een Goede Raad de raamverordening privacy (Privacyver- ordening) is opgeschort in afwachting van wettelijke regelingen. Kan het college meedelen hoelang het nog duurt voordat de wettelijke regelingen dienaangaande komen? Dit soort wetten wil namelijk nog wel eens een tijd onderweg zijn. Afgezien van de raamverordening ligt het volgens mij nog steeds in de bedoeling om per in te stellen systeem een heel duidelijk reglement op te stellen waarin wordt geregeld welke functionaris bij welke informatie kan komen. Een en ander moet natuurlijk wel doorgaan omdat dat een uitwerking is van het privacyreglement. Ik kan mij niet voorstellen dat de toekomstige privacy wet (ontwerp van Wet op de persoonsregistratie) een gemeente verbiedt om reglementen voor de eigen systemen op te stellen. Wij dringen er op aan dat het werk voor dat onderdeel van de privacy gewoon doorgaat en parallel loopt met de onderzoeken. Ik kan toch niet nalaten om even in te gaan op de hoop die mevrouw Willemsma heeft uitgesproken dat ieder raadslid nog wel eens een "politieke computer" - want daar komt het wel op neer - meeneemt. Ik heb zo'n ding, maar ik zou het niet graag mee naar de raad willen nemen. (De heer Ten Brug (weth.):

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1982 | | pagina 7