16
De heer Visser: Tegen het voorstel van het college hebben wij op zich weinig bezwaar, ware het
niet dat er toch nog een paar vragen gerezen zijn naar aanleiding van berichten die recentelijk tot ons
zijn gekomen. Ons is namelijk gebleken dat het bestuur van de rooms-katholieke school voor MAVO
nogal bezwaren heeft tegen deze voorziening. Het schoolbestuur heeft die bezwaren ook kenbaar ge
maakt aan de eigenaren van het pand en bij de Inspecteur voor het Voortgezet Onderwijs te Zwolle.
Naar mij is gezegd is er door het schoolbestuur ook contact geweest met de gemeente. Men heeft tot nu
toe echter nog niets van de gemeente gehoord. Was het niet verstandig geweest dat in dit geval vroeg
tijdig contact met het betrokken schoolbestuur zou zijn opgenomen op grond van het feit dat hier sprake
is van een bijzondere situatie? De studenten van de Stedelijke Muziekpedagogische Akademie en de
leerlingen van de MAVO moeten door één poort. De theorielokalen van de MAVO liggen vlakbii de
muzieklokalenNaar mij is gezegd is het practicum van de MAVO gevestigd bovenin het gebouw. Het
schoolbestuur is volgens mij niet ten onrechte bezorgd over deze gang van zaken.
De gemeente heeft intussen voorzieningen/maatregelen getroffen in de vorm van het aanbrengen
van isolatie. Ik kan dat begrijpen omdat men met ingang van het nieuwe schooljaar in die vervangende
huisvesting wil starten. Misschien zal er in de toekomst nog meer aan de huisvesting gedaan moeten
worden. Het schoolbestuur maakt zich ernstig zorgen over deze gang van zaken. Graag wil ik de visie
van de wethouder vernemen.
De heer Ten Brug (weth.): Zoals vaak het geval is zijn alle mededelingen van de heer Visser luist,
helaas behalve één namelijk dat er geen contact zou zijn geweest tussen het gemeentebestuur en het
schoolbestuur. (De heer Visser: Er is wel contact geweest.) Dan zijn alle mededelingen juist en gaat de
heer Visser eigenlijk op de normale weg voort. Ik kan alleen aan het verhaal van de heer Visser toevoe
gen dat er maatregelen getroffen zijn waarmee het schoolbestuur zich heeft kunnen verenigen. Mochten
er echter problemen rijzen, op dit moment worden die niet verwacht, dan zullen er net als nu het geval
is in overleg met het schoolbestuur maatregelen worden genomen.
De heer Visser: Wat het contact met de gemeente betreft wil ik toch even een misverstand wegne
men. Ik heb gezegd dat er contact is geweest. Naar mijn mening had dat echter in een vroegtijdig sta
dium moeten gebeuren. Ik denk dat de wethouder en ik nu weer op één lijn zitten.
De heer Ten Brug (weth.): Er is contact geweest met het schoolbestuur. Als het schoolbestuur vindt
dat het overleg wat laat heeft plaatsgevonden, dan kan ik mij dat voorstellen. Nu op dit moment de si
tuatie zo is dat het schoolbestuur content is met de door de gemeente genomen maatregelen en er ook
goed overleg is voor eventuele situaties die nog niet zijn opgelost, dan vraag ik mij af waar wij nog
verder over praten.
De Voorzitter: Wij moeten er op dit moment even op vertrouwen dat deze kwestie rondkomt. Het is
jammer dat wij deze wethouder niet meer kunnen aanspreken als een en ander niet rondkomt, maar hij
krijgt een opvolger.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 29 (bijlage nr. 318).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Vaststellen van de exploitatievergoedingen over 1981 overeenkomstig
artikel 73, eerste en tweede lid van de Kleuteronderwijswet aan de besturen van de bijzondere kleuter
scholen. De attente lezer zal hebben ontdekt dat in de een na laatste alinea van de raadsbrief het jaar
1982 1981 moet zijn.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punten 30, 31 en 32 (bijlagen nrs. 317, 331 en 342).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 33 (bijlage nr. 314).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften.
De heer Bijkersma: Voor ons ligt een raadsbrief waarbij een aantal commissies wordt samengevoegd
en ingesteld. Ik heb begrepen dat het een immens karwei is voordat een dergelijke raadsbrief met een
hele hoop juridische aspecten klaar is. Ik wil graag via u, mijnheer de voorzitter, de samenstellers van
deze raadsbrief de dank overbrengen voor het vele werk dat zij hier hebben verricht.
De Voorzitter: Ik zal die dank graag aan betrokkenen overbrengen, mijnheer Bijkersma. Het gaat
hier inderdaad om een van de moeilijkste voorstellen die in dit kader gemaakt moest worden. Hartelijk
dank, mijnheer Bijkersma.
Punt34 (bijlage nr. 315).
De Voorzitter: Aan de orde is thans: Radio- en tv-uitzendingen per kabel tijdens de manifestatie
van 7 tot en met 11 september 1982 ter gelegenheid van de opening van de Evenementenhal.
Mevrouw De Haan—Laagland: In principe staat onze fractie positief tegenover het fenomeen lokale
omroep omdat zo'n omroep informatie vanuit de directe omgeving van mensen dichter bij de mensen thuis
brengt. Een dergelijke omroep kan een middel zijn tot verdere democratisering op gemeentelijk niveau.
Voor onze fractie zijn twee punten van belang als wij praten over lokale omroep. Het eerste punt is de
pluriformiteit van de programma's die rechtstreeks te maken heeft met het representatief zijn van de in
stelling die de programma's verzorgt. Het tweede punt is het niet commercieel zijn van de instelling.
Bij de Omroepvereniging Aquarius hebben wij ten aanzien van beide punten geen garanties. In brieven
hebben wij kunnen lezen hoe de Omroepvereniging Aquarius van plan is om de representativiteit in te
vullen. Het gaat hier om een proces dat op gang is gebracht en waar veel werk aan besteed wordt, maar
dat op dit moment nog niet afgerond en ingevuld is. Als het om een permanente zendmachtiging zou
gaan dan denk ik dat wij op dit moment geen ja zouden kunnen zeggen. Nu het evenwel om een experi
ment gaat vinden wij dat de uitzendingen toch door moeten gaan. In de eerste plaats hebben wij het
programma gezien dat onze goedkeuring heeft. In de tweede plaats hoeven wij onze eisen niet zo hoog
te stellen omdat het om een experiment gaat. De kans voor lokale omroep om zich te bewijzen en het
stukje reclame dat men kan maken bij dit experiment willen wij echter niet laten lopen.
De heer Heere: Ik wil een paar korte opmerkingen maken over dit raadsvoorstel. Het college zegt
in de raadsbrief dat er twee elementen zijn die in positieve zin moeten worden uitgelegd in de richting
van dit experiment. In de eerste plaats dat het experiment gunstig zou kunnen uitwerken voor het insti
tuut lokale omroep en in de tweede plaats dat het experiment de belangstelling voor de Evenementenhal
zou kunnen stimuleren. Met het laatste punt ben ik het van harte eens. Bij het eerste punt maak ik de
opmerking dat wij ons als raad, voor zover ik weet, over een eventueel te volgen mediabeleid nog niet
hebben uitgesproken. Ik zou onder het begrip lokale omroep en de invulling daarvan op dit moment dus
nog niet een zodanige streep willen zetten als het college nu lijkt te doen. Ik wil ook graag van het
college horen of het dat zo bedoeld heeft.
Niet graag zou ik willen beweren dat de Omroepvereniging Aquarius zoals die zich nu ontwikkelt
de lokale omroep voor de toekomst moet worden. Mijn fractie gaat akkoord met de verklaring die deze
raad dient af te leggen voor zoveel en voor zover die het experiment betreft. Wij stellen daarbij overi
gens wel wat vraagtekens, onder andere over de representativiteit van de Omroepvereniging Aquarius.
Men geeft dat zelf ook toe want men is nog bezig om aanhang te verzamelen. Alleen daarom al geloof
ik dat er een grote mate van voorzichtigheid op dit punt moet worden betracht. Wij zullen de program
ma's met veel belangstelling maar ook kritisch, zowel naar vorm als naar inhoud, volgen. De Omroep
vereniging Aquarius geven wij op dit moment het voordeel van de twijfel.
De heer Bijkersma: Mijn fractie staat positief tegenover deze aanvraag omdat het hier een experi
ment betreft en omdat het om een eenmalige vergunning gaat. Voor de toekomst kan de Omroepvereni
ging Aquarius hieraan echter geen recht ontlenen.
Mevrouw De Haan heeft gezegd dat het programma haar fractie moet aanstaan. Daar ben ik het niet
mee eens. Met hetgeen de heer Heere dienaangaande aanhaalde ben ik het wel eens. Uit de opmerking
van mevrouw De Haan proef ik dat de PvdA de raad inhoud wil laten geven aan programma's en aan pro
grammabepaling. Een en ander wordt ook in het PvdA-programma gesteld. Ik wil toch wel opmerken dat
de raad, althans in mijn visie, niet over de programma-inhoud kan beslissen. (De Voorzitter: Dan heeft
u verkeerd geproefd, mijnheer Bijkersma.) Ik heb het programma van de PvdA goed gelezen, mijnheer
de voorzitter.
