18 Punt 19 (bijlage nr. 382). De Voorzitter: Dit punt luidt: Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van de Dienst Stadsontwikkeling en de Dienst voor Sport en Recreatie voor het dienstjaar 1982. Gemeentebegroting, punt 9. Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: Ik wil een opmerking maken over het op pagina vijf van de raads- brief vermelde punt negen Aanbrengen drainage in een terrein nabij de kinderboerderij. Het komt mij enigszins vreemd voor dat het werk dienaangaande al is uitgevoerd, te meer daar uit de ter inzage ge legde stukken blijkt dat het bestuur van de kinderboerderij meende 24.000,-- te bezitten uit het on- derhoudsfonds welk bedrag men voor 1982 nog niet had besteed en ook niet meer zou besteden. De Dienst Stadsontwikkeling heeft het bestuur uit de droom geholpen door te zeggen dat er van dat bedrag al een deel is gebruikt en dat men het restant ook nog wel nodig heeft. Er is aangegeven waarvoor het restant van de 24.000,— moet worden gebruikt. Ik vraag mij af of het bestuur van de kinderboerderij wel goed wordt geïnformeerd en waar de frictie zit, want een en ander kost ons nu 24.000,— Er wordt gezegd dat men het terrein nodig heeft voor het houden van paardenkeuringenToen wij de Evenementenhal aanlegden is er gesproken over de bouw van een kleinveehal. Op dat moment is er echter nooit melding van gemaakt, ook niet in de raad, dat de consequentie van die bouw was dat het keuringsterrein te klein zou worden. Ik meen te weten dat er in de Commissie voor het Marktwezen en de Frieslandhal zelfs is gesteld dat het keuringsterrein groot genoeg zou blijven. Al met al een wat vreemde situatie wat niet wegneemt dat, wanneer dit nu toch al ingerichte terrein er toe kan leiden dat wij hier bepaalde paardenattracties terug kunnen krijgen, mij dat welkom zou zijn. De heer De Vries (weth.): Het is al een aantal maanden geleden dat het bestuur van de kinderboer derij in het overleg dat wij periodiek hebben heeft geïnformeerd of wij ermee zouden kunnen instemmen dat een deel van het onderhoudsbudget besteed zou worden voor dit doel. Wij meenden dat dat een goe de zaak is omdat men daarmee de exploitatiemogelijkheden, ook van de manege, in positieve zin zou kunnen bevorderen. Toen dit verzoek schriftelijk aanhangig werd gemaakt zei men van de kant van de Dienst Stadsontwikkeling dat die besteding niet kon omdat er nog een aantal werken in het kader van de onderhoudssfeer uitgevoerd zouden moeten worden die uit het onderhoudsbudget bekostigd zouden loe ten worden. Op dat moment waren de afspraken voor het aanleggen van de drainage al geregeld, waar nog bij komt dat men alleen maar in de maanden augustus, september en hooguit oktober kan draineren omdat anders de zware machines de grond ingaan. Daarom heeft het bestuur van de kinderboerderij ge vraagd hoe b. en w. hier tegenover staan. Ik heb op dat moment gezegd dat het voorstel naar de raad gaat met het verzoek om voor dit werk een krediet beschikbaar te stellen. Daarop heeft het bestuur van de kinderboerderij gezegd dat het zelf een mogelijkheid had om de kosten van het werk voor te finan cieren en is er gevraagd of ermee akkoord kon worden gegaan het werk zo gauw mogelijk uit te laten voeren. Misschien was het beter geweest dat wij een en ander direct bij de begrotingswijziging hadden meegedeeld. Als mevrouw Brandenburg zegt dat er destijds bij de bouw van de kleinveehal van uit is gegaan dat de ruimte op het voormalige grote keuringsterrein groot genoeg zou zijn voor allerlei activiteiten, Jan geloof ik dat er wel eens van een misverstand sprake kan zijn. De praktijk ten aanzien van de paar de- sport heeft namelijk uitgewezen dat men nu al twee keer is uitgeweken naar een andere plaats in Fries land. Wij hebben door de aanleg van dit gedraineerde terrein de mogelijkheid om activiteiten terur; te halen en hier een stukje hippische sport te concentreren dat, wat de financiële uitkomsten van de mane ge en alles wat daarmee annex is betreft, in aanmerkelijke zin positieve resultaten kan geven. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 20a (bijlage nr. 364). De Voorzitter: Dit punt luidt: Aanwijzing van de leden van de raad van de Regio Friesland-Noord en voordracht voor benoeming van leden van door die regioraad ingestelde commissies. Kandidaatstel ling voorzitter Regio Friesland-Noord. Aanwijzing leden en voorzitter van de Raadsadviescommissie voor Regio-aangelegenheden. De heer De Beer: Uit de aanbeveling en voordracht van b. en w. ten behoeve van de aanwijzing van leden van de raad van de Regio Friesland-Noord blijkt de volgende verhouding: PvdA 5 leden CDA 3 leden, VVD 1 lid en PAL 1 lid. Vooralsnog gaan wij met deze verhouding akkoord. Wij willen echter wel afwachten hoe straks de verhoudingen in de hele regioraad liggen. Als het nodig mocht blij ken te zijn dan willen wij graag nog eens terugkomen op die verhouding. De Voorzitter: Leeuwarden is wat dit punt betreft mede sluitpost geweest om de totaliteit van de re gioraad zodanig te kunnen samenstellen dat die een weerspiegeling is van de gezamenlijke politieke sa menstelling van onze raden. Ik was daarom destijds ook erg blij dat een aantal fracties in het voorover leg, waaronder de uwe, mijnheer De Beer, enige speling heeft gegeven. Er was een andere gemeente die graag een lid van de VVD in de regioraad wilde hebben. Wij konden dat verzoek niet anders inpas sen dan door nu getalsmatig een lid van de PvdA meer en een lid van de VVD minder op te nemen. Ik verzeker u echter dat de VVD in de regioraad haar volle aantal zetels heeft gekregen. a. Aanwijzing leden van de raad van de Regio Friesland-Noord. Aanbeveling van burgemeester en wethouders: 1de heer T.A. Boe lens; 2. de heer P. Bron; 3. de heer J.R. Bijkersma; 4. mevrouw T. Wielinga-Graansma; 5. de heer J.F. Janssen; 6. de heer J. Schagen; 7. de heer S.F. Siemonsma; 8. de heer P.J. Sijbesma; 9. de heer G. de Vries. Benoemd worden de aanbevolenen met algemene stemmen. Voordracht van burgemeester en wethouders: 10. de heer D.E. Heere. Benoemd wordt de voorgedragene met algemene stemmen. b. Voordracht benoeming van leden van door de regioraad ingestelde commissies. Aanbeveling van burgemeester en wethouders: - Commissie Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting: de heer ir. C.G.H. Geerts; - Commissie Sociale Zaken en Welzijnsaangelegenheden: de heer G. de Vries; - Commissie Gezondheidszorg: de heer D.E. Heere; - Commissie Vleeskeuringsdienst Friesland-Noord: de heer W. Miedema. Met algemene stemmen wordt besloten tot de aanbevolen voordracht. c. Kandidaatstelling voorzitter Regio Friesland-Noord. Aanbeveling van burgemeester en wethouders: - de heer J.S. Brandsma. Tot kandidaat voor het voorzitterschap van de regioraad wordt aangewezen de heer J.S. Brand sma met algemene stemmen. d. Aanwijzing leden en voorzitter van de Raadsadviescommissie voor Regio-aangelegenheden. Aanbeveling van burgemeester en wethouders: de heer J.F. Janssen (voorzitter); 2. de heer T.A. Boelens; 3. de heer P. Bron; 4. de heer J. Buurman; 5. de heer J.R. Bijkersma; 6. mevrouw T. Wielinga-Graansma;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1982 | | pagina 10