.U' -m zaakt. Nogmaals, als men niet zeker weet of datgene wat men doet ook een verbetering is dan moet men niet veranderen en moet men eerst nog maar eens gaan overwegen. Ik wil ook nog een opmerking maken met betrekking tot de dekking van de kosten van het plan. Het voorstel van b. en w. is om de ene helft van de totale kosten te onttrekken aan de reserve openbare werken en de andere helft van de totale kosten ten laste te brengen van de grondexploitatie van het plan Uitbreiding Goutum een en ander vanwege de bovenwijkse functie. Wij zien die bovenwijkse func tie niet zo erg en ik zou graag willen weten waarom de totale kosten niet in het geheel worden gedekt via het bestemmingsplan Goutum. Ik hoop dat het college in kan stemmen met mijn voorstel en de zaak nog eens wil bekijken, want anders kom ik in tweede instantie wat dat betreft met een motie. De heer Pruiksma: Mijn fractie is in overgrote meerderheid voor het voorstel van b. en w., hetgeen betekent dat dat deel van de fractie zich blijft conformeren aan de besluiten die in het bestemmingsplan Goutum van 1969 liggen opgesloten. Een kleine minderheid van mijn fractie, waartoe ik zelf ook behoor, heeft een wat ander standpunt. Dorpsbelang Goutum stelt dat men van het college signalen heeft ontvangen dat de oude school wellicht onder voorwaarden voor het dorp behouden zou kunnen blijven. De school zou dan wel in private han den moeten overgaan. Het is mij bekend dat er in ieder geval meer dan één gegadigde voor deze school is. Dorpsbelang Goutum heeft zijn huiswerk dus goed gedaan. Om deze reden en vooral ook vanwege het feit dat de drie huizen naast de school nog niet allemaal eigendom van de gemeente zijn, voel ik er niet zoveel voor om op dit moment tot sloop van de school over te gaan. Het daar gegroeide probleem is ook ons bekend, maar voor het ontstaan daarvan zijn alleen wij als gemeente verantwoordelijk. De praktijk kent meer alternatieven dan alleen sloop, je weet wat je hebt, je weet niet wat je krijgt. Ik realiseer mij dat dan wellicht op langere termijn iets aan het bestemmingsplan moet gebeuren, maar dat lijkt mij geen bezwaar want dat hebben wij in het verleden bij het bestemmingsplan Goutum wel vaker gedaan. Te denken valt daarbij aan onder anderen de Tolve en de Driehoek. Een tweede aspect is de kostenfactor. Niet slopen van de school maar verkopen scheelt al gauw on geveer 100.000,--. Overigens komt mij een bedrag van 60.000,voor sloopkosten belachelijk hoog voor als je bedenkt dat een compleet klooster in Sint Nicolaasga onlangs voor ƒ47.000,tegen de grond ging. Een derde, maar minstens zo belangrijk aspect is het historisch element. Een historicus uit eigen dorpsgelederen, ds. R.K. de Jong, heeft in de archieven ontdekt dat kerk en school al 400 jaar broe derlijk op de Terp in Goutum zijn verenigd. Waarom nu op dit moment die historische samenhang los te laten door de school te slopen? Per slot van rekening werden in het grijze verleden terpen gebouwd om op te wonen en te werken Tot slot, de ROB heeft verschillende brieven in verschillende toonsoorten geschreven. Dat bevor dert de duidelijkheid niet. Het is goed om vast te stellen dat rechtens de ROB alleen bezwaar zou kun nen maken tegen uitbreiding van de bebouwing, maar die situatie doet zich hier niet voor. Kortom, laten wij alstublieft zo verstandig zijn vooralsnog de sloop van de school op te schorten. De heer Bijkersma: Bij de aankondiging van dit agendapunr heeft de voorzitter gezegd dat een tweetal brieven bij deze discussie betrokken kan worden. Een van de brieven is een aan de raad gerich te brief van de familie Germeraad in verband met het schoolgebouw. Vooralsnog wil ik de koppeling tussen de brief van de familie Germeraad en het schoolgebouw loslaten. Ik wil ingaan op een zinsnede uit de brief die de secretaris van de Commissie voor de Werkgelegenheid aan de familie Germeraad heeft geschreven omtrent de problematiek van vestiging van een bedrijfje door de familie Germeraad in Goutum. Het college heb ik er al eens vaker op geattendeerd dat de Commissie voor de Werkgelegen heid een commissie is die met initiatieven moet komen en die initiatieven van burgers moet ondersteu nen. Ik verzoek het college dan ook met klem om, naar aanleiding van datgene wat de secretaris van de Commissie voor de Werkgelegenheid aan de familie Germeraad heeft geschreven, op korte termijn te praten met de familie Germeraad, die een initiatief neemt om iets aan de werkgelegenheid te doen, over realisatie van haar wensen. Ik heb duidelijk gezegd dat ik de koppeling tussen de school en het verzoek van de familie Germeraad in dit verband niet wens, maar ik wens wel dat het gesprek met de familie Germeraad wordt uitgevoerd mede in verband met de werkgelegenheid. Dat gesprek heeft de se cretaris van de Commissie voor de Werkgelegenheid toegezegd en ik hoop dat korte termijn ook korte termijn zal zijn. Dan wil ik nog ingaan op het voorstel zoals dat hier ligt ten aanzien van de uitvoering van het hele plan. Mijn fractie is van mening dat het plan zoals het hier ligt moet worden uitgevoerd. Er is nu een maal een beslissing genomen, er is advies gegeven door de Commissie voor Openbare Werken en er is ook uitvoerig over het voorstel gesproken in het college. Mevrouw Brandenburg komt met een voorstel, dat zij straks eventueel wil omzetten in een motie, om de sloop in ieder geval even uit te stellen. Als men zegt de sloop enige maanden te willen uitstellen, dan wil dat helemaal nog niet zeggen dat het de bedoeling is dat sloop definitief wordt uitgesteld. Omdat mevrouw Brandenburg de motie niet heeft voorgelezen weet ik niet wat de bedoeling is en ik wil mij daarom gereserveerd opstellen tegenover een eventuele motie. Als om uitstel van sloop wordt gevraagd dan is mijn fractie het eens met een deel van de CDA-fractie: een en ander mag de gemeente geen geld kosten. Wij kunnen nu wel weer ad hoe een beslissing nemen en iets naar de toekomst verschuiven, maar zoiets gaat de gemeente veel geld kosten en daar voelen wij totaal niets voor. Wij hebben nu eenmaal de zaak op het spoor gezet en ik vind dat men dan consequent moet zijn. Als mevrouw Brandenburg met haar eventueel in te dienen motie ook bedoelt dat bij het onderzoek dat zij wil instellen tegelijkertijd de financiële consequenties worden bekeken en dat een en ander dui delijk op een rij wordt gezet, dan wil ik graag van haar weten wat de termijn is waarbinnen dat onder zoek gerealiseerd moet worden. Wij moeten dat onderzoek niet te lang uitstellen, want de zaken moe ten doorgang vinden. Kortom, ik ben benieuwd naar de uitleg van de motie, naar de financiële conse quenties die aan het voorstel verbonden zijn en hoe mevrouw Brandenburg denkt die te ondervangen en naar de termijn van realisatie. Ik vind deze punten toch van essentieel belang. Vooralsnog zal ik mij van een antwoord op de motie onthouden, want die is nog niet ingediend. De heer Van der Wal: Ik kan het vrij kort houden omdat ik mij vrijwel geheel kan aansluiten bij de mening die verkondigd is door de woordvoerster van de PvdA-fractie en bij de mening die verkondigd is door de woordvoerder van het CDA namens het belangrijkste deel van die fractie. (De heer Pruiksma: Ik voel mij gevleid!) Het belangrijkste deel bedoel ik niet getalsmatig, want mijn opmerking kan ook nog een kwalitatief oordeel hebben ten aanzien van de CDA-fractie. In ieder geval ben ik het met de aan geduide argumenten eens. Het gaat hier om een vanouds bestaande toestand waar wij natuurlijk niet aan mogen komen. Dat deze toestand al 400 jaar bestaat had de wethouder waarschijnlijk ook niet gedacht. Ik wil de heer Pruiksma bedanken voor deze informatie. Bovendien hoort er bebouwing op de Terp. En fin, ik wil niet alle argumenten herhalen. Ik heb zelf ook een motie gemaakt waarin de raad besluit tot handhaving van de in het plan wegbe- stemde drie woningen en de voormalige dorpsschool en het college opdraagt het onderhavige plan aldus te wijzigen - naar onze mening kan dat gemakkelijk - en een wijziging van het betreffende bestem mingsplan aan de raad voor te stellen, want dat moet dan ook gebeuren. Maar als de intentie van de motie die mevrouw Brandenburg heeft aangekondigd zodanig is - ik begrijp dat zij het bedrag dat voor de sloop bestemd is uit het krediet wil halen - dat al les op al les wordt gezet om een nuttige bestemming voor de dorpsschool te vinden zodat die school kan blijven voortbestaan, dan zullen wij die motie on dersteunen Mevrouw De Jong: Ik ben mij ervan bewust dat er lange tijd geleden een besluit is genomen. Ik ben mij er echter ook van bewust dat van een genomen besluit kan worden afgeweken als de zienswijze in middels veranderd is. Het gaat hier om afbraak van een oude school plus drie woningen. Het blijkt dat van hogerhand de bezwaren tegen wegbestemming van de school en de woningen niet meer zo hard zijn. Ik wil dan ook zonder meer pleiten voor het behoud van de drie woningen en de school. Ik neem aan dat er voor de school zeker een bestemming zal kunnen worden gevonden. Het schoolgebouw en het verzoek zoals dat gedaan is door de familie Germeraad wil ik niet aan elkaar koppelen, want ik vind dat deze twee zaken volkomen los van elkaar staan. Verder wil ik van het college graag enige duidelijkheid hebben hoe men de financiering ziet voor wat betreft de bovenwijkse functie, want dat is mij niet helemaal duidelijk. De heer Geerts (weth.): Dit voorstel ligt hier omdat het college geconfronteerd is met een bestem mingsplan waarin voor een aantal terreinen, de school en de drie woningen een bestemming was gege ven. Een en ander is gevolgd door een inrichtingsplan dat in overleg met allerlei instanties op basis van het bestemmingsplan is vastgesteld. Het inrichtingsplan is nog kort voor de vakantie behandeld door de Commissie voor Openbare Werken en de Commissie voor het Grondbedrijf. Uit de notulen heb ik niet kunnen halen dat door een van de aanwezige commissieleden, die vanavond aanwezig zijn als raadslid, enig voorbehoud is gemaakt met betrekking tot de afbraak van de school. De Commissie voor het Grond bedrijf heeft het krediet van 60.000,voor de sloop van het schoolgebouw goedgekeurd en de Com missie voor Openbare Werken heeft dit terrein bij de inrichting van het plan betrokken. In 1969 is het bestemmingsplan Goutum vastgesteld. Een paar jaar geleden hebben wij de discussies gehad over de aankoop van de woningen. Wij hebben de woningen aangekocht omdat ze gesloopt zou den worden. Aankoop ten behoeve van sloop is niet zomaar gegaan, een en ander is destijds heel bewust

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1983 | | pagina 12