20
21
Daarover nu dus weinig, maar toch nog dit: met verbazing en ook met een zekere verontwaardiging
hebben wij bij de afdelingsvergadering geluisterd naar de woordvoerster van D'óó. Zij hield toen een
niet ter zake dienend betoog. In dit betoog poogde zij op doorzichtige wijze haar eigen verantwoorde
lijkheid omtrent dit gebeuren achter een rookgordijn te verbergen. Ik denk dat het deze partij meer zou
sieren als men alle aandacht zou besteden aan het opruimen van de brokken die mede door haar zelf
veroorzaakt zijn. Het leek nu op een verwerpelijke wijze van weglopen voor haar verantwoordelijkheid.
Ik kan dit hier best naar voren brengen, want het was juist de VVD-fractie in haar geheel die, goed ge
argumenteerd, het voorstel destijds heeft afgewezen. Nu Leeuwarden naar alle waarschijnlijkheid bin
nenkort een nota van een aantal miljoenen krijgt gepresenteerd moeten de verantwoordelijken voor dit
drama wel thuis zijn. Mijn fractie staat gereserveerd tegenover een eventuele verkoop van het Gemeen
telijk Electriciteitsbedrijf (GEB) zolang zij de voorwaarden omtrent de verkoop niet kent.
Uw opmerking, mijnheer de voorzitter, over de terugloop van de aanvoer op de veemarkt maakt ons
bezorgd. Juist onze veemarkt heeft hoofdzakelijk het karakter van handel in slachtvee. Nu een verkor
ting van de werkweek, noodgedwongen misschien, tot de mogelijkheden behoort zal dat naar alle waar
schijnlijkheid gebeuren op de vrijdagmiddag. Het resultaat zal dan zijn dat de slachtbedrijven het vee
voor het weekend niet meer kunnen verwerken. Dat zal voor die bedrijven kostenverhogend werken en
misschien verleggen zij hun aankoopactiviteiten wel in de richting van markten elders op andere dagen,
hetgeen voor ons funest zou zijn. Wij dringen hierbij dan ook op uiterste waakzaamheid aan.
Omtrent economische aangelegenheden wil ik nog het volgende opmerken. De bestrijding van
werkloosheid moet voorrang hebben. Mijn fractie heeft daar in een veel eerder stadium reeds meer aan
willen doen. Bij de laatste herwaarderingsvergadering in november hebben wij dit aspect, door midde!
van een motie, duidelijk naar voren gebracht en er geld voor willen reserveren. Het college meende
echter deze motie te moeten ontraden. Het feit dat het college nu zelf met plannen komt om deze pro
blematiek meer voorrang te verlenen verheugt ons uiteraard, maar wij vinden het afwijzen van de WD-
motie toen een zwakke houding van het college.
Bij de herinrichtingsplannen voor de binnenstad hebben wij er onze verwondering over uitgesproken
dat van de aanliggende eigenaren in dit gebied een financiële bijdrage wordt gevraagd. Wij achten dit
principieel onjuist omdat dat elders ook niet gebeurt.
Dat eindelijk de markthandel een maandagmiddagmarkt mag beginnen op het Wilhelminaplein ver
heugt ons. Te lang is naar ons gevoel door andere partijen tegenwerking in deze gegeven. Maar beter
laat dan nooit.
Bij de bejaardenzorg blijkt dat een alarmeringssysteem via het kabelnet mogelijk is. Dit moet voor
rang krijgen. Logisch kan daarvoor een bijdrage worden gevraagd. Hoe hoog is overigens deze bijdrage?
De Gemeentelijke Sociale Dienst is op meer dan een punt in het nieuws geweest. Waarschijnlijk
zal de werkdruk daar nog toenemen. Het college stelt voor over te gaan tot minder controle bij het her
onderzoek. In geen geval mag dit leiden tot onzorgvuldigheid en uitholling van het systeem, zeker niet
nu een woordvoerder van dit instituut elders openlijk verklaarde burgerlijke ongehoorzaamheid niet te
verwerpen
Nu de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ons in staat wil stellen over te gaan tot een
Centrum voor Beroepsoriëntatie en Beroepsoefening (CBB) vragen wij ons af of ook overwogen moet wor
den de reeds bestaande Stichting project Mensen zonder Werk daarin te integreren. Integratie zal mis
schien kostenbesparend werken en het kan een doublure voorkomen.
Het Frysk Orkest wordt omringd door donkere wolken. In het herwaarderingsvoorstel blijft het colle
ge bij zijn eerder ingenomen standpunt. Datgene wat wij in november reeds gezegd hebben herhalen wij
nu. Wij vinden deze beperking en afbouw onverantwoord. In ieder geval gaan wij met de voorstellen
niet akkoord en handhaven onze toen ingenomen standpunten en voorstellen. Hetzelfde geldt voor onze
standpunten ten opzichte van Cambuur: daarin gaan wij niet met het voorstel van het college mee. Ook
voor Cambuur hebben wij toen dekkingsvoorstellen ingeleverd. De samenvoeging en de onderbrenging
van de Kunstuitleen in de Beursbibliotheek is een goede zaak. Zonder anderen te kort te willen doen
merk ik op dat het Princessehof van onschatbare waarde is. Wij menen te weten dat de EEG hier en daar
steun verleent aan zaken onder de noemer: Europees erfgoed. Wellicht is een aanvrage van het college
in die richting zinvol.
In de sector sport worden vele subsidies gegeven, ook eenmalige. Het komt ons voor dat soms op die
eenmalige subsidies geen of althans weinig controle wordt uitgeoefend. Wij verzoeken deze controle nu
te verstevigen. Ook hier geldt het motto: Op de kleintjes passen. Dit geldt om misverstand te voorko
men ook voor betere controle op andere subsidieaanvragers! Eindelijk, eindelijk zal de zogenaamde
subsidieverordening worden gepresenteerd. Het is broodnodig. Misschien had een tijdige invoering het
drame bij Hippo helpen voorkomen. In ieder geval zal het college er zorg voor moeten dragen dat bij de
centra Krats en Biels niet een situatie ontstaat als destijds bij Hippo.
Als blijkt dat de wijkorganisaties niet zorg kunnen dragen voor een sluitende begroting dan is dat in
de eerste plaats hun verantwoordelijkheid en misschien wel hun tekortkoming. Wij voelen er niets voor
hierin bij te springen, ledereen in Nederland, ook de organisaties, moet orde op zaken stellen en de
kosten scherp bewaken.
Vervolgens wil ik weergeven hoe wij denken over de begroting en de herwaarderingsvoorstelIen
Zoals gezegd hebben wij waardering voor de sluitende begroting. Toch kunnen wij met alle in de begro
ting en in de herwaardering gepresenteerde posten niet meegaan. Op een aantal punten staan wij een
accentverandering voor en/of willen wij andere prioriteiten stellen. Het betreft hier de begroting voor
onderwijs, cultuur en sport en recreatie. Voor motivering en dekkingsmiddelen verwijs ik naar mijn be
toog bij de herwaarderingsvoorstellen eind vorig jaar.
Veel waardering hebben wij voor het totale ambtenarenapparaat dat ook dit jaar weer een enorme
hoeveelheid werk heeft moeten verrichten.
Een aantal malen heb ik kritiek uitgeoefend op het niet zakelijk karakter, althans een zeker gemis
aan zakelijkheid in het college. Naar ons gevoel begint dit gebrek ook zijn weerklank te vinden in de
ze raad, zeker bij sommigen. Als wij horen hoe uitvoerig en langdurig men over sommige zaken praat
rijzen mij de haren ten berge. Bovendien blijkt heel vaak dat de zaak in de diverse commissies al uit
voerig is besproken. Wat in de raad dan naar voren wordt gebracht is gewoon een herkauwen van zaken.
Ik hoop dan ook dat men van deze weg terug gaat komen. Wij kunnen ons dan meer direct bezighouden
met het daadwerkelijk en efficiënt besturen van de gemeente. Velen in deze gemeente vragen daarom.
Ik dank u wel, mijnheer de voorzitter.
Mevrouw Van der Werf: Mijn fractie zal, buiten de herwaardering, geen financiële beschouwingen
houden. Wij willen daarvoor verwijzen naar onze bijdrage in de discussie van november 1982.
Het gemeentelijk beleidsplan zal, aldus b. en w., in de jaren 1983-1987 geplaatst moeten worden
binnen de context van twee met elkaar samenhangende centrale hoofduitgangspunten, te weten:
a. solidariteit met en bijzondere aandacht voor financiële en sociale bestaansvoorwaarden van de zwak
keren;
b. het benutten van de mogelijkheden op gemeentelijk niveau om te streven naar een meer gelijke ver
deling van arbeid, kennis, inkomen en macht.
Het zijn doelstellingen waar de PAL-fractie volmondig mee kan instemmen, maar het zijn ook doelstel
lingen die uit de mond van de CDA-vertegenwoordigers in dit college toch op zijn zachtst gezegd hypo
criet klinken. Datzelfde CDA namelijk breekt, samen met de VVD, van alles af wat er in de laatste
tientallen jaren door landelijke politieke besluitvorming tot stand is gebracht aan financiële en sociale
bestaansvoorwaarden van de zwakkeren. Het no-nonsense kabinet, onder leiding van de CDA-voorman
Lubbers, voert wat dat betreft een keihard en ijskoud berekenend beleid. De landelijke politieke ver
houdingen en het regeringsbeleid bepalen meer dan ooit tevoren het kader waarin wij als gemeente moe
ten werken. Zeker als wij aan de zojuist door mij genoemde hoofduitgangspunten van b. en w. meer in
houd willen geven dan puur defensief puinruimen en met de minst mogelijke pijn de armoe verdelen, dan
is een felle aanklacht tegen het huidige regeringsbeleid vanuit de gemeente op zijn plaats. Evenals het
ontwikkelen van een actiestrategie om de huidige machtspositie van de rechtse partijen op regeringsni
veau te doorbreken.
Steeds meer lijken de regering en trouwens ook de publieke opiniemakers de massale werkloosheid
als een gegeven te accepteren. Beperking van het financieringstekort en de blinde bevordering van de
rendementen van met name de grotere energie- en kapitaalintensieve en arbeidsarme bedrijven, worden
als belangrijker doelstellingen gezien dan bestrijding van de werkloosheid. De er aan ten grondslag lig
gende bewering dat dit automatisch tot meer werkgelegenheid zou leiden, klopt in de praktijk op geen
enkele manier, integendeel: het komt maar al te vaak neer op toenemende uitstoot van arbeid door au
tomatisering. Tegen deze achtergrond lijkt de gemeentelijke doelstelling "naar een meer gelijke verde
ling van arbeid" een illusie. De kranten staan toch iedere dag vol met berichten over afbraak van de
werkgelegenheid door en bij de overheid en bedrijfssluitingen.
Nu hebben wij al meer dan 750.000 werklozen. Tegen het eind van dit jaar zouden wij moeten re
kenen op 900.000 werklozen. Tel daar dan nog eens bij de ruim 700.000 arbeidsongeschikten en de
snelle toename van de niet-geregistreerde werklozen! Een dergelijke immense werkloosheid in een
maatschappij waar nog zo ontzettend veel te doen is - denk maar aan het opruimen van de gifbelten, de
bestrijding van de woningnood, het verbeteren van het openbaar vervoer, het onderwijs, de gezond
heidszorg, de bestrijding van armoede en de onderdrukking en honger in de Derde Wereld -, toont het
failliet van dit economisch systeem wel aan.
Bijzondere aandacht voor financiële en sociale bestaansvoorwaarden van de zwakkeren willen wij?
Het tegendeel gebeurt: de stijgende werkloosheid gaat gepaard met aantasting van de sociale zekerheid.