66
ment geen moeite mee om de vierde overweging te schrappen. (De heer Pruiksma: U schuift mooi op
naar rechts!) Dat weet ik niet, als de heer Pruiksma dat zo wil interpreteren dan doet hij dat maar. Het
CDA steunt deze motie niet en uit de opmerkingen die de heer Pruiksma heeft gemaakt in mijn richting
begrijp ik dat hij volledig de verantwoordelijkheid voor het regeringsbeleid neemt. Ik vind het wel mooi
dat dat op dit moment zo duidelijk op tafel komt, vandaar ook dat ik vanmiddag de opmerking in de
richting van de PvdA maakte dat ik van de strategie van enkele leden van de PvdA - ik heb dat tenmin
ste uit een artikel in de krant begrepen - ook niet zoveel heil verwacht. Ik moet zeggen dat dat ook
wel bevestigd wordt door het standpunt van de CDA-fractie die daar overduidelijk in is.
Wij gaan akkoord met de toevoeging "inclusief de voorgenomen 2% korting" in onze tweede motie
die gaat over de uitkering op bijstandsniveau. Uit het zonet gevoerde overleg blijkt dat de PvdA-fractie
ermee akkoord gaat dat wij het in de motie genoemde woord "aanzienlijk" veranderen in "substantieel".
Wij hebben er namelijk toch wel wat moeite mee als het woord "aanzienlijk" wordt geschrapt en er niets
voor in de plaats komt. Een verhoging kan ook over twee kwartjes gaan en het moet duidelijk zijn dat
wij vinden dat die verhoging wel degelijk iets uitmaakt.
Voor de overige moties krijgen wij geen steun. Dat is jammer, want deze moties sluiten aan bij de
eisen van het No-nonsense-overleg. Een van de ondertekenaars van de petitie van het No-nonsense-
o ver leg is de PvdA-federatie Leeuwarden. Ik had gehoopt dat dat feit ook tot steun van de PvdA-fractie
voor deze moties zou leiden.
Mevrouw De Jong: Ik wil eerst een reactie geven op hetgeen de voorzitter naar voren heeft ge
bracht naar aanleiding van een opmerking van mevrouw Brandenburg over een goede wegontsluiting voor
Leeuwarden. Mijn partij onderschrijft die opmerking want wij zijn van mening dat het niet een kwestie
mag worden van rijksweg 9 of rijksweg 32, maar dat het, gezien de centrumfunctie van Leeuwarden en
de gedane toezeggingen in het verleden, een kwestie moet zijn van en rijksweg 9 en rijksweg 32. Wij
vinden dat hieraan moet worden vastgehouden.
Dan wil ik nu ingaan op datgene wat wethouder Kessler naar voren heeft gebracht. Het stemt tot
nadenken dat de gemeente Leeuwarden, na de invoering van de riool retributie, met haar belastingen op
het niveau van een artikel 12-gemeente zit. Men schrikt daar toch wel even van. Wij hebben van meet
af aan de rioolretributie proberen tegen te houden. Er is echter een duidelijke keuze dienaangaande ge
maakt. De raad heeft een beslissing over de invoering van een rioolretributie genomen met alle gevol
gen vandien.
D'66 heeft in het verleden een onderzoek bepleit aangaande het profijtbeginsel en de privatisering.
Ik ben in deze algemene beschouwingen niet op deze materie teruggekomen, want ons standpunt daar
over is wel duidelijk. Wij hebben steeds heel duidelijk gesteld dat wij moeten kijken welke gevolgen
het profijtbeginsel en de privatisering voor de verschillende bevolkingsgroepen hebben. De manier
waarop het rijk de gemeenten tot een en ander dwingt, met geen andere bedoeling dan ons te kunnen
korten, wijzen wij af. Het gaat hier om een heel slecht voorbeeld van het profijtbeginsel. Op deze ma
nier doet een en ander een extra aanslag op iedere burger, hetgeen wij niet willen omdat wij de meest
zwakken willen ontzien.
Wethouder Geerts heeft gesproken over de invoering van de maximumsnelheid van 30 km. Ik heb
begrepen dat daarover een gesprek is geweest in de Adviescommissie voor Verkeersaangelegenheden.
Het instrument van de maximumsnelheid van 30 km willen wij zien als een stimulans om de vele gerecht
vaardigde wensen van de bevolking, die om veiligheid vraagt, te honoreren. Wij hopen dan ook da. wij
spoedig enkele voorstellen over dit onderwerp van het college tegemoet kunnen zien.
Ik wil ook nog even ingaan op hetgeen wethouder Geerts gezegd heeft over de voorzieningen voor
gehandicapten waarbij hij de afritten in de trottoirs in Leeuwarden heeft genoemd. Leeuwarden steekt
op dit gebied inderdaad zeer gunstig af bij vele andere gemeenten. Wij voeren wat dat betreft een erg
goed beleid. Natuurlijk kan het altijd beter, maar wij houden hier duidelijk rekening met de meest
zwakken in onze samenleving.
Tot onze vreugde is het college het er in principe over eens dat er niet meer afbraak van woningen
moet plaatsvinden. Wethouder Geerts heeft gezegd dat hij dan doelt op het sparen van de goedkope wo
ningen. Wij zijn daar erg blij mee en wij hopen dan ook dat wij in de toekomst ons woningbezit zoveel
mogelijk zullen kunnen behouden. Het is alleen jammer dat deze uitspraak te laat komt voor de Drie
hoek.
Ik begrijp eigenlijk niet goed de reactie die wethouder De Vries gegeven heeft ten aanzien van het
experimentenbeleid in het onderwijs. Ik hoor daarover toch graag een nadere uitleg, want ik ben ge
schrokken van die reactie.
De woorden van wethouder De Vries over de Gemeentelijke Sociale Dienst en de manier waarop
Den Haag de problemen op ons dak schuift geven ons alle reden tot zorg maar ook tot verontwaardiging.
67
Dan kom ik bij hetgeen wethouder Miedema heeft gezegd over de stadsverwarming. De KEMA is
een belangrijk lid van de Commissie Optimalisatie Ruimtelijke Verwarming, de CORV. In het Technisch
Weekblad van 11 februari 1983, dat is dus zeer recentelijk, vermeldt de woordvoerder van de KEMA,
ir. Van Wunnik, zeer juichend dat stadsverwarming meer loont dan isolatie. En wat zien wij? De vari
ant van de STEG wordt verkocht als zoete broodjes. Wel, wij hebben het hier over gemeenschapsgeld.
De opstelling van KEMA nu is niet anders dan die in het verleden. De rapportage van de KEMA is op
veel punten door te prikken. Als men het rapport goed leest dan moet je stellen dat datgene wat men
daarin aan ons verkoopt werkelijk knoeien met gemeenschapsgeld is. Ik zet een en ander heel duidelijk
af tegen maatregelen van bezuinigingen en inleveren. Ik vind het een schandalige zaak. Mijn betoog
heb ik toegespitst op de warmtevraag en de aansluitwaarde die een van de belangrijkste pijlers zijn van
de hele exploitatie-opzet. Ik stel nogmaals - uiteraard komen deze uitspraken voor mijn rekening - dat
er een aanwijsbare fout is gemaakt. De warmtevraag van 19% en de aansluitwaarde van 20% zijn te
hoog ingeschat. Voordat ik met deze cijfers kwam en voordat ik daarover een berekening heb gemaakt,
heb ik contact gehad met het Centrum voor Energiebesparing. De KEMA heeft mij geleerd dat men nooit
op één deskundige en op één advies moet varen. Ik ben daarom dus ook nog eens naar de Nationale Wo
ningraad en het Ministerie van VRO en Milieubeheer gestapt. Het blijkt dat de gegevens die ik heb ge
hanteerd juist zijn. Ik vind dat alle reden om te stellen dat er fouten zijn gemaakt, die wij achteraf wel
eens aan de orde mogen stellen omdat het gaat om miljoenen aan gemeenschapsgeld. Wethouder Miede
ma heeft gezegd dat er intussen sprake is van meer isolatie en dergelijke. Dat alles heeft juist te maken
met de warmtevraag en de aansluitwaarde. Het debacle in de woningbouw is niet van vandaag op mor
gen gekomen. In 1982 waren er dienaangaande ook al duidelijk aanwijsbare oorzaken. Nogmaals, de
warmtevraag en de aansluitwaarde zijn heel duidelijke fouten in de gehele exploitatie-opzet. Het
plaatje had er volledig anders uitgezien als dat feit eerlijk naar voren was gekomen inclusief de gege
vens die in 1981 bekend waren. Ik ben bijzonder blij met het feit dat er na het onderzoek van de Ne
derlandse Energie Ontwikkelings Maatschappij meer openheid zal komen, want dat wordt tijd. Deze
missers moeten duidelijk worden gemaakt aan de burgerij. De burgerij moet weten waar de fouten lig
gen, want uiteindelijk zijn het de burgers van Leeuwarden die het gelag moeten betalen en zij moeten
dan ook weten waarvoor ze dat betalen.
ik ben blij met de reactie die wethouder Miedema gegeven heeft op het gescheiden ophalen van
huisvuil. Wat mijn partij betreft geeft dat alle reden tot grote tevredenheid.
Ik wil dan nu nog een reactie geven op datgene wat de andere partijen hebben gezegd. Het CDA
heeft het gehad over het onderwijs, over het stoppen van miljoenen guldens verslindende experimenten
en over het afwegen van kosten. Uw minister, mijnheer Pruiksma, is daar al druk en rigoureus, naar ons
gevoel te rigoureus, mee bezig. Er wordt eigenlijk geen rekening gehouden met een afweging, het is
meer een hakken in de kosten zodat wij moeten vrezen dat er van beleid weinig meer overblijft.
De WD heeft gesteld dat ik mede een beslissing heb genomen over de stadsverwarming. Dat is
waar, mijnheer Bijkersma, dat klopt volledig. Ik heb die beslissing destijds goed gemotiveerd en gear
gumenteerd. Achteraf, ik spreek nu voor mij zelf, is het een foute beslissing geweest. Ik loop niet weg
voor mijn verantwoordelijkheid, integendeel. Bovendien verschuil ik mij niet achter een rookgordijn. Ik
probeer dat rookgordijn open te trekken en de puinhopen onder ogen te zien.
De opvatting die de heer Buurman heeft over emancipatie, over het gezin en over de plaats van de
vrouw daarin, is niet de onze, integendeel. Over de GPV-luizen en de voortplantende luizen van het
CDA wil ik het volgende zeggen, mijnheer de voorzitter. De luizen marcheerden naar Amsterdam en
mijn partij hoopt dat ze blijven marcheren en wij lopen mee. Wij willen best "luizen" genoemd worden,
want wij marcheren voor vrede wel te verstaan.
/Vievrouw Brandenburg heeft in haar betoog een vergelijking gemaakt tussen deze tijd en de jaren
dertig. Ze zegt dat de mensen van nu mondiger zijn. Gelukkig maar, want hopelijk kunnen wij door
deze mondigheid de tijd van de jaren 1940-1945 voorkomen.
Wat betreft de ingediende moties het volgende. De eerste PAL-motie over de onvrede over het re
geringsbeleid, met de voorgestelde aanpassing van de PvdA, kunnen wij steunen. Ook de tweede PAL-
motie over de uitkering op bijstandsniveau, met de voorgestelde aanpassing, kunnen wij steunen. De
derde PAL-motie kunnen wij niet steunen. De wethouder heeft een heel duidelijke toelichting gegeven
en ook wij vinden dat het beleid dusdanig versoepeld is. Ook de vierde PAL-motie kunnen wij niet
steunen. Aan de moties van de WD hebben wij geen behoefte.
De heer Buurman: Het is al laat geworden, mijnheer de voorzitter, maar ik wil toch nog een paar
korte opmerkingen maken. Ik moet eerlijk zeggen dat ik mijn aantekeningen wat chaotisch door elkaar
heb staan. Ik wil daarom vragen: handel zachtkens met de jongeling.
Eerst wil ik een opmerking maken over datgene wat ik gezegd heb over het tijdstip van de behande-