4 Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 14 (bijlage nr. 154). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 15 (bijlage nr. 137). De Voorzitter: Aan de orde is thans: Herinrichting Oostergrachtswal De heer De Jong: De herinrichting van de Oostergrachtswal is uitvoerig in de Commissie voor Openbare Werken aan de orde geweest. Enkele weken geleden hebben wij een woonschepennota aange nomen, waarin bepaald wordt dat wij extra voorzieningen, zoals voorzieningen voor licht en water, willen doen aanbrengen voor schepen. Uit de ter inzage liggende stukken heb ik begrepen dat het col lege aan de Dienst Stadsontwikkeling (DSO) heeft gevraagd of het mogelijk is dat deze voorzieningen alsnog worden aangebracht wanneer de Oostergrachtswal wordt heringericht. Ik wil graag van de wet houder horen of die mogelijkheid er is, opdat wij straks niet weer alles hoeven open te breken om die voorzieningen aan te kunnen brengen. Mevrouw De Jong: Ik sluit mij volledig aan bij de woorden van de heer De Jong. Bovendien wil ik het college vragen of er in het vervolg kan worden nagegaan of er, in het kader van de Woonschepen nota, bij wallekanten waar voorzieningen worden getroffen ook iets moet gebeuren in verband met de aanlegsteigers of iets dergelijks. De heer Geerts (weth.): Ik ben het eens met de heer De Jong en mevrouw De Jong dat het niet zo moet zijn dat wij eerst beginnen met de werkzaamheden en dat wij even later de zaak weer moeten openbreken omdat er voorzieningen voor schepen getroffen moeten worden. De heer De Jong heeft daar om bij de ter inzage liggende stukken ook een opdracht kunnen vinden aan de DSO om te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om aan de Oostergrachtswal voorzieningen aan te brengen. Daaraan zitten natuurlijk technische en financiële aspecten. Het is de bedoeling dat er zo spoedig mogelijk over deze materie wordt gerapporteerd. Op basis daarvan zal er op zo kort mogelijke termijn een voorstel worden behandeld in de Commissie voor Openbare Werken. De heer De Jong: Uit de brief van 31 maart heb ik begrepen dat de DSO inmiddels iets op papier heeft gezet. Na het inwinnen van informatie blijkt dat technisch alles mogelijk is - dat zegt de heer Muller altijd -, maar dat het van de financiën afhangt of de mogelijkheden wel of niet kunnen worden gerealiseerd. Ik zou het droevig vinden als deze voorzieningen om een of andere reden niet zouden kunnen worden aangebracht. Ik hoop dat er een mogelijkheid is dat de herinrichting en de aanleg van de voorzieningen gelijktijdig kunnen worden uitgevoerd. Wanneer het betreffende voorstel in de Com missie voor Openbare Werken komt, moeten wij ook praten over voorzieningen op de wal. Wij moeten hier namelijk niet dezelfde situatie krijgen als op de Emmakade z.z.want dan loopt de zaak finaal uit de hand. Men kan zich afvragen wat er op de Emmakade z.z. eigendom is van de gemeente en wat ei gendom is van de scheepsbewoners. Op de Emmakade z.z. liggen stapels hout en staan grote butagas- flessenIemand heeft zelfs een stuk papier op de brievenbus geprikt waarop staat dat er geen auto mag worden geparkeerd. Wij moeten wat dat betreft daar drastisch ingrijpen. Met elkaar moeten wij voorko men dat wij op de Oostergrachtswal dezelfde situatie krijgen als momenteel op de Emmakade z.z. het geval is. De Voorzitter: Ik begrijp dat dit een verklaring is van de heer De Jong. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punten 16 en 17 (bijlagen nrs. 138 en 151). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 18 (bijlage nr. 152). De Voorzitter: Dit punt luidt: Preadvies inzake de brief van het wijkcomité Achter de Hoven-Ve- gelin d.d. 25 februari 1983. 5 Mevrouw Jongedijk—Welles: Het preadvies inzake de brief van het wijkcomité Achter de Hoven-Ve ge! in van 25 februari 1983 over het bouwplan voor een Medisch Kinderdagverblijf (MKD) is recent be sproken in de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening. Vertegenwoordigers van mijn fractie in die com missie zijn tot de conclusie gekomen dat het wenselijk is het nieuw te bouwen MKD enigszins in weste lijke richting te verschuiven. Daarbij hebben de volgende overwegingen een rol gespeeld. In de eerste plaats kan geconstateerd worden dat naar de mening van het wijkcomité Achter de Hoven-Vegelin en de project- en contactgroeporganisatie het overleg niet optimaal gefunctioneerd heeft. Hoe het ook zij, het lijkt mijn fractie zinvoller om deze kwestie aan de orde te stellen bij de binnenkort te voeren dis cussie rond het evaluatierapport over de project- en contactgroeporganisatie. In de tweede plaats - dit punt ligt wat gevoeliger - is er sprake van een overschrijding van de zogenaamde 15 m-lijn. Dit punt ligt extra zwaar, omdat er binnen een korte periode nu al voor de tweede keer sprake is van een over schrijding van een grens die na zorgvuldig overleg tussen de gemeente, de aldaar gesitueerde instelling en de buurt is afgesproken. Het zijn deze gevoeligheden en de onvoldoende onderbouwing van de nood zaak dat het plan slechts op de voorgestelde wijze kan worden gerealiseerd, die ertoe hebben geleid dat mijn fractiegenoten een afwijkend standpunt hebben ingenomen in de Commissie voor de Ruimtelijke Or dening. Wij hebben begrepen dat er een gesprek heeft plaatsgevonden tussen het wijkcomité en wethouder Geerts. Ik neem aan dat de wethouder in zijn beantwoording nog wel even terugkomt op dat gesprek. De conclusie van het genoemde gesprek zou kunnen zijn dat de kou van de lucht is en dat van de zijde van het wijkcomité is gesteld dat het door het comité geformuleerde bezwaar wordt ingetrokken. Als die conclusie juist is, dan is daarmee, gelet op het belang dat mijn fractie hecht aan een zo optimaal mo gelijke betrokkenheid van de bewoners bij de ruimtelijke ontwikkeling in hun buurt, een belangrijk deel van de motivering om een afwijkend standpunt in te nemen vervallen. Wij onderschrijven in dat geval het preadvies van b. en w. Ten slotte wil ik een verzoek doen, mijnheer de voorzitter. De combinatie nieuwbouw Van Sytza- maschool/wijkaccommodatie is vervallen. Een en ander betekent dat een kleiner complex dan gepland was op het kaatsveld zal worden gerealiseerd, zodat mag worden aangenomen dat een deel van het kaats veld onbebouwd zal blijven. Ons verzoek is of het college bereid is te bezien of het niet bebouw de deel van het kaatsveld als een gedecentraliseerd groengebied voor de buurt beschikbaar kan komen, een en ander ook als compensatie voor het langs de Potmarge geleden leed. De heer Pruiksma: Ik wil een heel korte opmerking maken, mijnheer de voorzitter. Mijn fractie is het van harte eens met zowel het eerste als het tweede in het preadvies verwoorde standpunt van b. en w. Het gaat hier om een van de gevallen waarbij in feite de ene beslissing door de andere beslissing wordt ingehaald, hetgeen niet steeds in de belangenafweging voldoende duidelijk is. Om die reden stelt mijn fractie het op prijs indien van de kant van het college en met name van de kant van de wethouder Ruimtelijke Ordening de toezegging zou kunnen worden gedaan dat, als in de toekomst een bepaalde belangenbotsing dreigt op de terreinen zoals wij die nu voor ons hebben liggen, deze zaak in de Com missie voor het Grondbedrijf wordt gesignaleerd. De heer Van der Wal: Wij hebben moeite met het preadvies zoals b. en w. dat hebben verwoord in de raadsbrief. Er is in het verleden door met name de voorganger van de huidige wethouder Ruimtelijke Ordening een aantal overleggen gevoerd waarbij toezeggingen zijn gedaan, die op dat moment niet hadden mogen worden gedaan. Het is ook de vraag of formeel gesproken die toezeggingen namens het college zijn gedaan, maar goed dat terzijde. Op pagina twee van de raadsbrief staat in de eerste zin: "Bij het overleg over het bouwplan voor het MKD...". Een eindje verder wordt dat overleg nog eens naar voren gehaald. Het gaat hier om het overleg dat er geweest is tussen de gemeente en de Buitenschool en niet om het overleg met de contact groep. De contactgroep en daarmee ook het wijkcomité voelen zich op diverse punten en op verschil lende tijdstippen danig gepasseerd en wij kunnen ons dat goed voorstellen. Over niet al te lange tijd wordt het project- en contactgroepsysteem wederom geëvalueerd. Het is beter om dan op dit soort za ken, waarbij ook dit punt onderwerp van bespreking zal zijn, in te gaan. Waar het uiteindelijk hier in concreto om gaat is de bouw van het MKD, een soort "dochteronder neming" van de Buitenschool, want deze twee instellingen vormen in feite één club. Voor de tweede keer is er sprake van een overschrijding van de zogenaamde 15 m-lijn. Het is een vrij ingewikkeld ver haal, dat aan de hand van kaartjes met drie of vier kleuren nog wel een beetje duidelijk wil worden. De wijk staat een verschuiving voor van het MKD in westelijke richting, waardoor het gebouw op een stukje grond van de Buitenschool zal komen te liggen. Op zich vinden wij dat helemaal geen bezwaar. i| willen het verzoek/de eis van het wijkcomité ondersteunen om de tweede overschrijding niet toe te

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1983 | | pagina 3