11 10 leringswerkzaamheden op tijd uitgevoerd kunnen worden, want anders komt de hele zaak op slot te zit ten. Maar goed, dat wordt allerwegen al geconstateerd en daar wil ik het maar bij laten. Onze fractie zou het rapport Bijstelling Beleidsnota Stadsvernieuwing 1983 eigenlijk voor kennisge ving willen aannemen, maar omdat het college vraagt met het rapport in te stemmen doen wij dat maar. Mevrouw De Jong: In grote lijnen kan ik wel instemmen met de inhoud van het rapport Bijstelling Beleidsnota Stadsvernieuwing 1983, want een en ander lijkt perspectief te bieden. De druk op de subsi diemogelijkheden met betrekking tot de stadsvernieuwing, en met name ten aanzien van de riolerings werkzaamheden, geeft helaas alle reden tot grote zorgen. Mijnheer de voorzitter, in dit kader wil ik toch ook opmerken dat mijn partij zich steeds heeft ge keerd tegen een verlaging van de storting in het fonds stadsvernieuwing. Ik wil nogmaals benadrukken dat wij deze storting niet nog verder moeten terugschroeven. Het feit dat de onrendabele toppen aanzienlijk hoger uitvallen dan de raming, ontlokt mij toch wel een woord van kritiek. Hoe denkt het college dat in de toekomst op te vangen, zodat een en ander kan worden beperkt? De heer Geerts (weth.): Ik kan vrij algemene instemming constateren met de inhoud van het rapport Bijstelling Beleidsnota Stadsvernieuwing 1983. De heer Van der Wal zegt dat het een financieel stuk is en dat het een beetje moeilijk is de lijn daarin te ontdekken. Het is inderdaad nodig dat men bij dit stuk de vorige stukken pakt om de trends te kunnen onderscheiden. Wij hebben getracht om zo concreet en zo zakelijk mogelijk en met zo weinig mogelijk woorden aan te geven wat wij van plan zijn en hoe wij dat denken te financieren. Wij hebben weinig behoefte aan een verhalennotaDe kwalificatie van de heer Van der Wal dat het hier om een financieel en een kort stuk gaat, vind ik een aanbeveling voor het stukWij moeten daar ook met zijn allen naar streven, want al die verhalen zijn ook niet erg zin volVoor degene die er moeite voor doet is echt wel goed te constateren welke lijn er in het stuk zit, hoewel dat wel enige studie vergt. Maar, zoals al is opgemerkt, het is ook een heel complexe materie. Uit het rapport Bijstelling Beleidsnota Stadsvernieuwing 1983 valt te concluderen dat de stadsver nieuwing overeind blijft tot 1993, als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. In de eerste plaats moet er niet een enorme inbreuk plaatsvinden op de subsidies die wij van het rijk moeten hebben om de stadsvernieuwing te realiseren. Een aantal raadsleden heeft daarover zijn ongerustheid uitgesproken. Die ongerustheid zou wel eens een terechte ongerustheid kunnen zijn, want wij zijn sterk afhankelijk van de middelen van het rijk. Als het rijk zou beslissen om die middelen terug te schroeven, dan zouden wij wat dat betreft wel eens in de problemen kunnen komen. In de tweede plaats hebben wij natuurlijk te maken met onze eigen middelen. De heer Van der Wal heeft geconstateerd dat een verdere verlaging van de storting in het fonds stadsvernieuwing niet kan, als wij tenminste geen vertraging in onze werk zaamheden willen hebben. De raad zal over niet al te lange tijd worden geconfronteerd met vrij ingrij pende nieuwe bezuinigingen. Het collegeprogramma geeft de stadsvernieuwing een hoge prioriteit, maar de raad zal straks moeten beslissen hoe de bezuinigingsoperatie moet worden ingevuld. Voortgangscontrole is in het verleden vaker gebeurd dan nu het geval is. Er werd dan duidelijk aangegeven hoe de stand van zaken was met de bestemmingsplannen voor de stadsvernieuwingsgebieden maar ook voor andere gebieden. Zo'n overzicht voor de stadsvernieuwingsgebieden is ook in het rapport Bijstelling Beleidsnota Stadsvernieuwing 1983 opgenomen. In de Commissie voor de Ruimtelijke Orde ning is gevraagd om tweemaal per jaar een dergelijk overzicht te geven. Ik heb in die openbare com missievergadering toegezegd - ik doe dat hier nogmaals - dat het college ernaar zal streven om deze zaak in het voorjaar en in het najaar in de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening aan de orde te stel len De heer Timmermans constateert dat in deze bijstelling van de Beleidsnota Stadsvernieuwing wat weinig aandacht is geschonken aan de verbetering van particuliere woningen. Bovendien zou een strate gisch aankoopbeleid volgens hem ook wel in de nota passen. De rijkssubsidievoorwaarden zijn zodanig dat wij hiervoor weinig mogelijkheden hebben. De mogelijkheid die wij zelf hebben is het sloopbeleid en het aanschrijvingsbeleid, maar daarover komt, zoals in de afdelingsvergadering is toegezegd, een discussienota. Het sloopbeleid en aanschrijvingsbeleid komt binnen niet al te lange tijd in discussie en daarbinnen past ook de vraag welke strategie men moet ontwikkelen om particuliere woningen te behou den, te verbeteren of eventueel aan te kopen. De kwestie van de onrendabele top is toch wel schrikbarend als je de getallen ziet. Daaruit valt de conclusie te trekken dat er toch wel wat moet gaan verbeteren in de budgetbewaking. Overigens wil ik opmerken dat bij dit soort werken overschrijding van het budget kan voorkomen, dat lijkt mij plausibel. Aan de andere kant kan men zich afvragen of overschrijding in deze mate terecht is. Wat dat betreft kan ik meevoelen met degenen die zeggen dat wij wat meer aan budgetbewaking moeten doen. Deze opmerking zal het college heel nadrukkelijk meenemen. De heer Van der Wal: De wethouder zegt dat hij geen behoefte heeft aan mooie verhalen, omdat je daar toch niet zoveel aan hebt. Een rapport vol met cijfers, daar heb je pas wat aan! Ik zeg ook niet dat ik om mooie verhalen vraag, ik denk dat niemand daar om vraagt, want daar gaat het niet om, ten zij wethouder Geerts alle beleidsnota's van b. en w., die niet vol staan met cijfers, kwalificeert als mooie verhalen waar je niets aan hebt. Ik heb die indruk ook wel eens, maar het is leuk om dat beves tigd te krijgen door een lid van het college. De heer Geerts (weth.): Ik heb nog een belangrijke mededeling vergeten te melden. Wij hebben deze week bericht gekregen van de directeur-generaal voor de milieuhygiëne, waarbij wij de toezeg ging hebben gekregen dat wij binnen een termijn van zes weken de noodzakelijke beschikkingen kunnen verwachten inzake de aanleg van rioleringen. Het gaat dan om de eerste anderhalf miljoen gulden die wij nodig hebben. Wat dat betreft wordt onze vrees, dat de trein helemaal stop zal komen te staan, ge lukkig niet bewaarheid. Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezegging van de wethouder. Punten 19 t.e.m. 22 (bijlagen nrs. 179, 183, 180 en 181). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt23 (bijlage nr. 182). De Voorzitter: Dit punt luidt: Verlenen financiële medewerking aan de bouw van 183 woningen aan het Cambuursterpad e.o. in opdracht van de Woningvereeniging Leeuwarden. Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: Wij hebben het in de betreffende commissie gehad over de zeven woningen aan de Tjerk Hiddesstraat, op de plaats van de afgebroken woningen van de gemeente, die zouden worden meegenomen in de bouwstroom waarover het in dit voorstel gaat. Ik kan daarover niets terugvinden in de stukken. Hoe staat het daarmee? De heer Geerts (weth.): Die zeven woningen zitten niet in dit pakket. Over deze woningen wordt momenteel nog overleg gevoerd met de h.i.d. Er zijn nog enkele puntjes glad te strijken, maar zodra die zijn gladgestreken krijgt de raad een afzonderlijk voorstel voor deze zeven woningen en dan kunnen ze in de bouwstroom worden meegenomen. Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: Wie de straatwand van de Tjerk Hiddesstraat eens bekijkt, ont dekt dat daar een bepaald patroon in zit. Het gaat steeds om een bepaald aantal woningen, waarvan het midden en het eind een bepaalde vorm hebben, een soort afsluiting. Ik zou graag willen, dat is ook al eens ergens anders opgemerkt, dat deze zeven woningen niet zo maar zeven woningen op een rijtje wor den, maar dat deze woningen in dat patroon passen. Ik denk namelijk dat de straatwand er niet mooier op zal worden wanneer wij daar een rijtje van zeven gelijke woningen neerzetten, zo'n afgehakt blok je. De Woningvereeniging Leeuwarden moet dat natuurlijk proberen voor elkaar zien te krijgen, maar misschien kan de gemeente daarbij enige hulp verlenen in de vorm van een kleine financiële bijdrage of misschien via de grondverkoop. De heer Geerts (weth.): Via de grondverkoop kunnen wij daar niets aan doen, want dat besluit is al genomen. De bouw van deze zeven woningen is onderwerp van discussie geweest in de Commissie voor de Welstandszorg en is dat misschien nog. Ik ben echter niet helemaal op de hoogte van de actuele stand van zaken. In ieder geval zal ik de wens van mevrouw Brandenburg doorgeven. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de toezeg ging van de wethouder. Punt24 (bijlage nr. 178). De Voorzitter: Dit punt luidt: Organisatie-onderzoek Dienst Stadsontwikkeling.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1983 | | pagina 6