8
Mijn fractie kiest voor model drie, omdat dat tegemoet komt aan de eisen die gesteld zijn in het
verkeerscirculatieplan. Het model komt bovendien in afdoende mate tegemoet aan de verkeersveiligheid
en aan het historische karakter van de binnenstad.
Wij willen ook onze instemming betuigen met het voorstel van het college waarin een onderzoek
wordt voorgesteld om na te gaan wat de parkeerbehoefte is in het noordoostelijke gedeelte van de bin
nenstad.
Ten slotte willen wij ervoor pleiten om aan de kant van de bebouwing van de Nieuwekade, voor
wat betreft het gedeelte tussen de Amelandsstraat en de Tuinen, een rij bomen te planten vanwege het
feit dat dit deel van de Nieuwekade breder is dan het overige gedeelte en vanwege de specifieke posi
tie die dit deel van de kade inneemt. In de overige situaties zullen alleen aan de waterkant bomen wor
den geplant.
De heer De Jong: Op veel punten kan ik mij aansluiten bij de woorden van de heer Timmermans.
Ook wij willen ons graag conformeren aan het collegevoorstel om voor alternatief drie te kiezen. Het
college zegt in de raadsbrief op bladzijde twee onder IV. Standpunt van het college, A. Ten aanzien
van de alternatieven,: "De veiligheid en het comfort is in het alternatief met aanliggende fietsstroken
(alternatief 3) iets minder dan in die met vrijliggende fietspaden, doch nog van een zodanig niveau dat
dit aanvaardbaar is." Wat voor ons nog belangrijker is, is de passage die hierna komt: "In alternatief 3
wordt echter het meest recht gedaan aan de waarden en doelen zoals deze zijn vastgelegd in het Struc
tuurplan voor de Binnenstad." Deze motieven hebben onze keuze op alternatief drie doen stellen.
Op bladzijde drie van de raadsbrief staat onder B. Ten aanzien van de details, sub c,: "Na de re
constructie van het Hoeksterend zal volgens de verwachting meer uitgaand verkeer via de Tuinen Z.Z.
en de VIietsterbrug gaan." Even verderop stelt het college dat deze reconstructie naar het zich laat
aanzien nog wel enige jaren op zich zal laten wachten. Vervolgens stelt het college voor, gelet op een
en ander, de huidige VIietsterbrug conform alternatief drie voorlopig te handhaven en de definitieve
keuze met betrekking tot de oplossing voor deze brug te laten samenvallen met de beslissing omtrent de
uitvoering van de reconstructie van het Hoeksterend. Als wij nu de keuze zouden bepalen, zullen er
waarschijnlijk via de Interim Saldoregeling (ISR) gelden beschikbaar zijn. Als wij de aanleg van deze
nieuwe brug uitstellen tot de reconstructie van het Hoeksterend klaar is - dat zal waarschijnlijk over
enige jaren pas het geval zijn -, is er dan ook nog kans dat wij subsidie ontvangen? Ik ben bang dat de
ISR-pot dan leeg is. Ik wil hierover graag een duidelijk antwoord hebben van de wethouder.
De stelling van het college aangaande het parkeeronderzoek willen wij graag onderstrepen, vooral
omdat de voormalige Prins Frederikkazerne straks nieuwe bewoners krijgt. Er is een enorme parkeernood
in dit gedeelte van de binnenstad. Wij willen graag dat het college het onderzoek met spoed ter hand
neemt, zodat de duidelijkheid wat dit punt betreft heel snel zal blijken.
De heer Dubbelboer: Aan de orde is de vaststelling van het model voor de inrichting van het tracé
van de oostelijke binnenstadstangent. Als men de stukken bestudeert dan komt men allerlei verschillende
namen voor dit tracé tegen: de oostelijke binnenstadstangent, de oosttangent voor de binnenstad, de
verdeelweg binnenstad-oost en de binnenstadsoostrouteDuidelijk zal zijn om welk gebied het hier
gaat, namelijk de kortste weg tussen de Beurs en het Hoeksterend. (De heer Schagen: De kortste weg?)
Het zal niet de kortste weg zijn, mijnheer Schagen, maar het zal wel, als dit voorstel wordt aangeno
men, de meest logische weg zijn als men daar met de fiets langs wil.
De Leeuwarder Courant schreef op 23 september 1982 dat het hier om een onderwerp gaat dat des
kundigen en leken, zoals raadsleden, lange tijd heeft beziggehouden. Het is logisch dat dit onderwerp
zo'n lange tijd van voorbereiding heeft gekend, omdat a. de voorbereiding vanuit het ambtelijke appa
raat zorgvuldig en zelfs voor leken duidelijk is geweest, b. het een route betreft met een sterk beeldbe
palend karakter, hetgeen de raadsbrief ook aangeeft, waarbij historische waarden duidelijk beschermd
dienen te worden en c. in de route een aantal knelpunten duidelijk om een oplossing vraagt.
Van begin af aan heeft onze fractie zich uitgesproken voor wat variant drie wordt genoemd, de va
riant met de aanliggende fietspaden, en wel om uiterst pragmatische redenen. Deze variant is namelijk
uitvoerbaar binnen de bestaande eigendomsverhoudingen. Wij hoeven ook niet te wachten tot het tijd
stip waarop het gevangeniscomplex verdwijnt. Variant drie geeft daarnaast een voldoende waarborg voor
een veilige afwikkeling van het fietsverkeer op deze route. Met name de oplossing aan het Beursplein,
waar het fietsverkeer, dat komt vanaf de Wirdumerpoortsbrug richting Nieuweweg, buiten het verkeers
licht wordt omgeleid, is een goede oplossing. De schaal van het kruispunt bij de Beurs heeft onze in
stemming en ik ben het dus niet eens met datgene wat gesteld wordt in de brief van de ENFB.
Volgens ons is de verbreding van de Nieuweweg, in samenhang met de restauratie van de walmuren,
een goede zaak. Met het college zijn wij daarnaast van mening dat het raadsbesluit van 29 mei 1978,
9
met betrekking tot de aanleg van de Blokhuispleinbrug, uitgevoerd dient te worden. In de voorgestelde
variant zijn ons inziens voldoende waarborgen op dit punt en op die plaats gelegen om ook daar de vei
ligheid van de fietser te waarborgen.
Wat betreft de Oosterkade zal ik enige uitleg geven over de opstelling van onze fractie ten aan
zien van de parkeersituatie in dit gebied. Ik heb steeds gepleit, ook in de Commissie voor de Ruimtelij
ke Ordening, voor haaksparkeren, conform de variant zoals die nu wordt voorgesteld. Variant drie geeft
namelijk haaksparkeren aan. Bij een moeilijk toegankelijke binnenstad voor autoverkeer, mag men van
onze fractie verwachten dat zij pleit voor zoveel mogelijk parkeergelegenheid - op zich is dat ook een
goede zaak - aan de onmiddellijke rand van onze binnenstad. Hoe krijgt men zoveel mogelijk parkeer
plaatsen? Heel simpel, door haaksparkeren. Langsparkeren kost een aantal parkeerplaatsen en wel fac
tor twee. Welaan, het college heeft een heel slimme oplossing gevonden: men parkeert niet aan één
kant, maar men parkeert gewoon aan twee kanten. Factor twee is dus opgeheven en men heeft net zo
veel parkeerplaatsen. Die oplossing kost echter wel één parkeerplaats, maar, mijnheer Geerts, na am
pele overwegingen en rijp beraad gaat de VVD-fractie hiermee, zij het schoorvoetend, akkoord.
Wat betreft de VI ietsterbrug het volgende. Die brug ligt daar niet zo netjes, mijnheer De Jong.
Het Vliet ligt wat vreemd voor de brug. Om uiterst logische redenen van economische aard zal men die
brug daar op dit moment moeten laten liggen. Het is een vorm van onaanvaardbare kapitaalvernietiging
als men op dit moment zou besluiten om de VIietsterbrug te slopen en er vervolgens een nieuwe brug
neer te leggen. Die brug moet er volgens ons conform het voorstel maar blijven liggen.
Door de vorige sprekers is het onderzoek over de parkeersituatie in dit gedeelte van de stad al aan
gehaald. Het onderzoek - wij willen graag dat het onderzoek ook het onderzoek naar een parkeerdek
aan het Hoeksterend en naar de parkeergarage in de Amelandsstraat bevat - wachten wij met spanning af
en zien wij graag zo snel mogelijk tegemoet.
Met de voorgestelde oplossing rond de voormalige kazerne heb ik geen problemen.
Als men de stukken bestudeert dan blijkt dat met name Rijkswaterstaat nogal sterk geporteerd is voor
variant één en variant drie volstrekt afwijst om verkeersveil igheidsredenenMijn vraag is welke conse
quenties dat zal kunnen hebben op het moment dat wij in de clinch moeten met hogere overheden voor
subsidie voor de uitvoering van de oostelijke binnenstadstangent.
De motie van PAL is nog niet ingediend, maar in tweede instantie zal blijken dat ik daaraan weinig
behoefte heb.
De heer Niemeijer: Aan de orde is het vaststellen van een model voor de inrichting van het tracé
van de oostelijke binnenstadstangent. De heer Dubbelboer heeft er op gewezen dat er in de stukken
nogal wat andere namen voor dit tracé worden gehanteerd. Wij hechten eigenlijk het meeste aan de
naam waarbij de verdeelfunctie van de betreffende route wordt aangestipt. Het is niet zo belangrijk hoe
die naam exact geformuleerd wordt, maar het woord "tangent" roept suggesties op over grotere verkeers-
oplossingen dan waar wij in deze situatie aan denken.
Het is belangrijk te constateren dat de oostelijke binnenstadstangent, de oostelijke binnenstadsver-
deelweg, er al ligt. Ik heb deze route wel eens met de auto gereden en dat is best te doen. Men begint
de route bij de Beursbrug via de Nieuweweg, de Keizersgracht en de Oosterkade. Dat lukt best met de
auto. Er zitten alleen wat gaten in het wegdek van de Oosterkade en dan moet men even rustig aan
doen, maar dat laatste is volgens mij ook de bedoeling. De bestrating van de Oosterkade verkeert in
een slechte toestand, maar ik kan mij voorstellen dat die in een wat serieuzer vorm wordt omgezet. Wij
kunnen echter duidelijk constateren dat de oostelijke binnenstadsverdeelweg er ligt.
Als je deze route echter fietst wordt het anders, want dan ontmoet je nogal wat problemen. Bij de
Beursbrug zit, afhankelijk van de route en de richting die men kiest, een aantal knelpunten voor fiet
sers. Ik stuur mijn kinderen daar dan ook maar liever niet langs. De situatie op het Blokhuisplein is he
lemaal chaotisch. Ik houd mijn kinderen altijd stevig bij de kraag vast als wij het plein oversteken om
onze route te continueren.
Dit zijn de probleemstelling en de uitgangspunten waarop wij het voorgelegde plan moeten bekij-
ken, want b. en w. komen met een voorstel tot herinrichting.
Voorkomen moet worden dat de oostelijke binnenstadsverdeelring een stroomfunctie gaat krijgen,
een sluiproute gaat worden, tussen bepaalde delen van de stad, namelijk de Groningerstraatweg en een
gedeelte van Huizum. Er gaat nu verkeer langs deze route dat eigenlijk via onze echte tangent, de bin-
nenstadsring die langs de CCF loopt, moet. Ik noem allemaal begrippen die men best met elkaar kan
verwarren, maar de woorden die in de stukken gebruikt zijn hebben dat ook een beetje in de hand ge
werkt. Vanuit het gebruik met de auto bekeken is er geen behoefte aan een profiel verbetering van de
oostelijke binnenstadsverdeelring. Vanuit het gebruik met de fiets bekeken bestaat er echter duidelijk
behoefte om een aantal knelpunten op de route op te lossen en de route beter en toegankelijker voor de