20
De Voorzitter: Ik constateer dat de motie is ingetrokken en dat dit punt via commissie en overleg
met de bewoners terugkomt in de raad. Ik stel de raad voor de beraadslagingen over dit punt voor van
avond als gesloten te verklaren.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van de voorzitter met inachtneming van de toezegging
van de wethouder.
Sub V.
Besletten wurdt neffens it ütstel fan b. en w.
Punt 3a (bijlage nr. 430).
Benoemen hoofd experimentele basisschool De Leeuwerikschool
Voordracht van burgemeester en wethouders:
de heer S.P. Braaksma.
Benoertid wordt de voorgedragene met algemene stemmen.
Punt 3b (bijlage nr. 451).
Benoemen twee leden van het bestuur van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden.
Voordracht van het bestuur van de Stichting Medisch Centrum Leeuwarden:
de heer J.J.M. van Gent;
de heer G. Zeilmaker.
Benoemd worden de voorgedragenen met algemene stemmen.
Punt 3c (bijlage nr. 469).
Benoemen twee leden van de Bestuurscommissie voor de Akademie voor beeldend kunstonderwijs
Vredeman de Vries.
Voordracht van de Fryske Akademy:
mevrouw M.H.M. Kamminga-van Hulsen.
Voordracht van de Fryske Kultuerried:
de heer C. Huese.
Benoemd worden de voorgedragenen met algemene stemmen.
Mevrouw Wiel inga— Graansma en de heer Burg vormden met de voorzitter het stembureau.
Punt 4 (bijlage nr. 425).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Advies inzake de beslissing op het bezwaarschrift van de Algemiene
Fryske Underrjocht Kommisje (AFUK). Ik wil voor de pauze dit punt nog afhandelen om te voorkomen
dat de heer Keuning ook nog na de pauze moet blijven zitten. De heer Keuning is al zo vriendelijk ge
weest geduldig hier aan de tafel te gaan zitten.
Mevrouw Vlietstra: De subsidiering van het cursuswerk van de AFUK is onlangs aan de orde geweest
bij de vaststelling van het Programma Sociaal-cultureel Werk 1983. Bij die gelegenheid heeft de grootst
mogelijke meerderheid van onze fractie, om in termen van de heer De Jong te spreken, uitgesproken dat
weliswaar door de AFUK procedurefouten zijn gemaakt, maar dat die volgens deze meerderheid niet zo
zwaar zouden mogen wegen dat daardoor het cursuswerk gevaar zou lopen. Wij staan nog steeds op dit
standpunt en de inhoud van de nu voor ons liggende raadsbrief heeft ons daarin nog gesterkt. De AFUK
heeft nadrukkelijk gesteld dat er geen sprake is van onwil ten opzichte van gemeentelijke subsidiepro
21
cedures. B. en w. hebben gezegd dat er uit materieel oogpunt geen bezwaren bestaan tegen subsidie
ring. Wat blijft is dan ook wat door de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften wordt
genoemd "een betreurenswaardig misverstand bij de AFUK" en daarnaast een tekort van 8.000,
Formeel heeft de gemeente het gelijk aan haar zijde. Met deze conclusie kunnen wij het uiteraard niet
oneens zijn. Tegen dit raadsbesluit stemmen is dus ook niet mogelijk. Omdat wij echter van mening
blijven dat de AFUK wel subsidie zou moeten krijgen in 1983, wil ik een soortgelijke motie indienen als
een halfjaar geleden. De motie luidt als volgt.
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 12 decem
ber 1983,
overwegende dat:
- uit materieel oogpunt geen bezwaren bestaan tegen subsidiëring van de
AFUK;
- sprake is van een misverstand en niet van onwil bij de AFUK met betrek
king tot de in onze gemeente bestaande subsidieprocedure;
- de AFUK door het niet in behandeling nemen van het subsidieverzoek on
evenredig wordt benadeeld,
besluit het subsidieverzoek van de AFUK alsnog in behandeling te nemen."
De motie is mede-ondertekend door de heer Bron. Wij willen er bij het college en de raad op aandrin
gen zich soepel op te stellen en genade voor recht te laten gelden. Wat dat betreft zijn de woorden van
de heer Miedema bij de behandeling van een punt van de mededelingen mij uit het hart gegrepen. De
wethouder zei toen namelijk dat het mogelijk moet zijn om op beslissingen terug te komen.
Mevrouw Van der WerfWij hebben destijds ook met de motie van de PvdA ingestemd. Die motie
kwam er op neer dat het subsidieverzoek wel in behandeling zou moeten worden genomen. In het onder
havige advies staan ons inziens in feite nog steeds geen nieuwe argumenten genoemd. Formeel zijn er
inderdaad van de zijde van de AFUK procedurefouten gemaakt. Ook wij zijn van mening dat wij niet
tegen dit advies van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften kunnen stemmen,
maar wij vinden wel dat wij niet al te star met dit soort zaken moeten omgaan. Wij moeten maar wat
clementie hebben met een instelling die er kennelijk nog aan moet wennen om in plaats van bij de pro
vincie bij 44 gemeenten subsidie aan te vragen. Ik steun dan ook de motie die zojuist door mevrouw
Vlietstra is ingediend.
De heer Bijkersma: Wij behandelen op dit ogenblik agendapunt 4 dat gaat over een advies van de
Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften aan de raad. De raad moet in eerste instantie
beslissen op het bezwaarschrift van de AFUK en hoeft daarbij natuurlijk niet het advies van de commis
sie over te nemen. De raad heeft het recht zelf een beslissing te nemen. Volgens mij moet de behande
ling van de motie van mevrouw Vlietstra plaatsvinden na afhandeling van dit advies. Wij kunnen deze
twee zaken niet door elkaar halen, want dan brengen wij de rechtszekerheid in het geding. Wij moeten
ten opzichte van iedereen in Leeuwarden de rechtszekerheid handhaven.
De hear Jansma: It muoit my tige dat ik akkoart gean moat mei it advys fan de Riedsadvyskommisje
foar de Berop- en BeswierskriftenFormeel hat de kommisje folslein gelyk. Wy kinne hjir net foar wei,
mar dat nimt net wei dat, as der op in oar momint earne in gatsje fun wurde kin om de AFUK dochs te
wille te wezen, dat dan fansels wol in goede saak wêze soe. Hjir is lykwols op in folslein rjochtfeardige
wize in beslissing nommen troch de ried. Yn us eagen is ek de riedsadvyskommisje op in folslein rjocht
feardige wize ta it advys kommen om yn dit gefal it beswierskrift fan de AFUK net te honorearjen. It
bliuwt fansels sa dat de oanfraach fan de AFUK üt materieel eachpunt gjin beswieren hawwe sil, mar dat
nimt net wei dat ek de AFUK in ynstansje is dy't him, lykas oare oanfregers om subsydzje, oan 'e rigels
halde moat.
De Voorzitter: Wat de formele gang van zaken betreft het volgende. De opmerking van de heer Bij
kersma is volstrekt juist. Hier is aan de orde een advies van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en
Bezwaarschriften, waarover besluitvorming moet plaatsvinden. Niettemin is het legitiem wanneer in de
raad een gevoelen wordt uitgesproken met betrekking tot een onderwerp dat hier tegelijkertijd aan de
orde is. Om wat helderheid in de discussie te brengen, lijkt het mij verstandig dat wij eerst de heer
Keuning vragen te reageren op de opmerkingen die het advies van de Raadsadviescommissie voor de Be
roep- en Bezwaarschriften betreffen en dat wij vervolgens overgaan tot de stemming over het advies. Ik
weet niet of wethouder Heere nog behoefte heeft om daarna op de ingediende motie te reageren. (De