2
punt omschrijving bijlage blz.
7. Verkoop van een in het bestemmingsplangebied Hemrik gelegen perceel indus
trieterrein. 125 9
8. Verkoop van het perceel met opstallen Buorren 14 te Wytgaard (de voormalige
Sint Gerardusschool) aan S. van der Meer te Wytgaard. 123 9
9. Uitgifte in erfpacht, gecombineerd met de vestiging van een accessoir opstal
recht, van het perceel met opstal len, plaatsel ijk gemerkt Wil lemskade 24, aan
G. Koenders, wonende te Leeuwarden. 126 9
10. Ruiling diverse onroerende goederen. 129 9
11Aangaan van een overeenkomst van ruiling met de heer C. I.P. Delea te Leeu
warden 120 9
12. Grondtransacties Droevendal119 9
13. Grondoverdrachten Van Ostadestraat. 121 9
14. Voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruimtelijke ordening voor
de plangebieden Klanderijbuurt en Tulpenburg en voor een perceel grond ten
zuiden van het Van Harinxmakanaal te Goutum. 111 9
15. Herinrichting binnenterreinen Heechterp. 132 9
16. Inrichting Pottebakkersplaats en binnenterrein hoek Groeneweg/Schoenmakers-
Perk- 116 12
17. Vernieuwen riolering in het noord-westelijk deel van de binnenstad (Bagijne-
straat e.o.114 12
18. Restauratie Nieuwepijp en Langepijp. 115 12
19. Realiseren van 12 overdekte parkeerplaatsen in het pand Van Cronenburchstraat
38. 128 12
20. Beschikbaar stellen van een krediet voor de verbetering van 234 woningen Vale-
riuskwartier/Nij lan in opdracht van het Gemeentel ijk Woningbedrijf130 12
20a. Verkoop van de woning met erf c.a.plaatselijk gemerkt Huizum-Dorp 97. 137 16
21. Nota Werkgelegenheid gemeente Leeuwarden108 16
22. Goedkeuren begroting 1984 van de Stichting Cultureel Centrum De Harmonie. 134 33
23. Gemeentelijke medewerking ten behoeve van de aanleg van twee tennisbanen in
het sportpark Kalverdijkje door de Stichting Tennispark Het Kal verdijkje136 33
24. Verzoek om medewerking ingevolge artikel 72 van de Lager-onderwijswet 1920. 110 33
25. Wijziging artikel D12 Algemeen Ambtenarenreglement. 112 33
26. Wijziging salarissen gemeentesecretarissen per 1 januari 1984. 133 33
27. Wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woningbe
drijf, de Dienst Stadsontwikkeling en de Dienst Sociale Werkvoorziening voor
het dienstjaar 1984. I35 33
De Voorzitter: Ik open de vergadering. Op uw tafels is een brief neergelegd van de heer J. Postma,
Bleeklaan 94 te Leeuwarden. Ik stel de raad voor deze brief in de beschouwingen te betrekken bij de
behandeling van punt T van de mededelingen.
Punt 1.
De notulen worden ongewijzigd vastgesteld.
3
Punt 2.
Rondgezonden mededelingen.
Sub A t.e.m. L.
De berichten, de rapporten, de brieven, het commentaar en de beschikking worden voor kennisge
ving aangenomen.
Sub M.
De Voorzitter: Dit punt luidt: Intrekking beroepschrift ingevolge de Woningwet van H. Zijlstra.
Abusievelijk is vergeten u voor te stellen deze brief voor kennisgeving aan te nemen.
De brief wordt voor kennisgeving aangenomen.
Sub N, O en P.
De verzoeken en de brieven worden in handen gesteld van b. en w. om preadvies.
Sub Q en R.
Besloten wordt overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Sub S.
De Voorzitter: Dit punt luidt: Brief van 28 februari 1984 van het 1-mei Komité Leeuwarden, waarin
dit comité verzoekt om subsidie in de kosten van de te organiseren 1 mei-viering 1984.
De heer IJestra: Het antwoord van het college onder punt S van de mededelingen luidt: "Voorge
steld wordt dit subsidieverzoek, dat kan worden beschouwd als een nagekomen subsidieverzoek in het
kader van het Programma S.C.W. 1984, in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders ter afdoe
ning." Misschien is onze vraag wel wat voorbarig, maar komt dit subsidieverzoek alsnog ter beoordeling
in een commissie? Als het college deze aanvraag vindt passen binnen het Programma Sociaal-cultureel
Werk 1984, dan is onze vraag: onder welke toetsingscriteria valt deze aanvraag? Het standpunt van on
ze fractie is om afwijzend te beslissen. Wij hebben geen criteria binnen het sociaal-cultureel werk kun
nen vinden om het verzoek te honoreren. Wij zijn van mening dat de tekorten van dergelijke activitei
ten niet uit gemeenschapsgelden moeten worden betaald. Onze fractie vraagt het college dan ook de
afdoening van de aanvraag op deze wijze te laten plaatsvinden.
De heer Buurman: Ik wil mij aansluiten bij het betoog van de heer IJestra. In de eerste plaats heb
ik een procedureel bezwaar. Inhoudelijk gezien heb ik ook wel een bezwaar. Maar wat het procedurele
bezwaar betreft, ik meen dat de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden op maandag 9 april a.s. ver
gadert. Volgens mij is er tijd genoeg om deze zaak daar nog in te behandelen. Ik vind dat dit verzoek
niet zozeer nu door b. en w. moet worden afgedaan.
De heer Heere (weth.): Hier is een procedurekwestie aan de orde. Ik ga dus niet in op de inhoude
lijke beoordeling van het verzoek als zodanig. Het is een normale zaak dat verzoeken, die kunnen wor
den aangemerkt als subsidieverzoeken in het kader van het sociaal-cultureel programma, in handen van
het college worden gegeven ter afdoening. Daarbij geldt overigens altijd de regel dat, voor zover deze
verzoeken geacht kunnen worden te zijn subsidieverzoeken in het kader van wat wij noemen "onvoor
ziene subsidieverzoeken", zo mogelijk, mede gelet op de tijd, de Commissie voor Welzijnsaangelegen
heden zal worden gehoord. Ook hier is dat wel de bedoeling.
De heer Bijkersma: Ik wil graag een vraag van orde stellen. Ik begrijp dat deze zaak door het col
lege wordt afgedaan, maar is het mogelijk dat de raad er toch op een gegeven ogenblik nog wat kritiek
op kan uitoefenen? Wat hier voor ons ligt is namelijk een brief met een duidelijk politieke signatuur.
Mijn fractiegenoot, en dat heeft ook de heer Buurman gedaan, heeft hier vraagtekens bij gezet. Wij
vragen ons af onder welk regime dit verzoek valt. Het college zal dat bekijken. Als ik de brief lees dan
