26
27
en daar wat aan te scherpen; ik benader hiermee mijns inziens het door de heer Niemeijer naar voren
gebrachte. Het is niet juist om deze prognoses te lang te handhaven, want dan zouden wij er wel eens
naast kunnen zitten. Ik kan mij voorstellen dat deze nota wordt afgebouwd op basis van deze groeiprog
noses, maar dat in de toekomst nieuwe groeiprognoses aan de raad worden aangeboden, waarvan ik de
indruk heb dat die wel eens kunnen verschillen van deze.
Over de woonlasten wordt in de nota erg veel gezegd. Op de bladzijden 21, 23 en 33 wordt over
dit onderwerp gesproken en wordt verwezen naar de Nota Woonlastenproblematiek met het daarin ver
woorde regeringsstandpunt. In wezen wordt gezegd dat het niet de gemeentelijke overheid maar de
rijksoverheid is die de woonlasten verhoogt. Daarnaast wordt gezegd dat onze mogelijkheden beperkt
zijn. Wij hebben al eens eerder gezegd dat onze fractie het met dat laatste eens is. Des te meer zijn
wij er dan ook benieuwd naar of het college een van die beperkte mogelijkheden, die het college is
aangereikt, zal aangrijpen. Wat is namelijk het geval? Frigas heeft als financieel beheerder van onze
GEB geadviseerd de elektriciteitsprijs te verlagen. In onze ogen zou het overnemen van dit advies een
prima aanzet zijn tot de verlaging van de woonlasten. Onze fractie is dan ook van mening dat deze mo
gelijkheid niet met één hand maar met beide handen moet worden aangegrepen. Op bladzijde 34 wordl
expliciet aangegeven dat de gemeente beschikt over de instrumenten van de tarieven van nutsbedrijven
Wij nodigen het college dan ook gaarne uit met initiatieven in die richting te komen. Het goede voor
beeld is er overigens al. Uit het Dagblad voor West-Friesland van afgelopen zaterdag bleek mij dat het
gasbedrijf Kop Noord-Hol land heeft besloten om per aangeslotene 30,terug te betalen uit de winst
van vorig jaar. Een voorbeeld dat volgens onze fractie navolging verdient.
De woonkwaliteit. In de Commissie voor de Volkshuisvesting is onder andere door de Vrouwen Ad
viescommissie (VAC) gepleit voor een bewaking van de woonkwaliteit, die in de nota op de bladzijden
23 en 24 aan de orde komt. Wij willen dit pleidooi graag ondersteunen. Wij moeten waken voor het
bouwen van woningen van een te laag kwaliteitsniveau, omdat daar later de rekening van gepresenteeri
wordt. Wijlen Wim Kan heeftal gezegd: Wij breken krotten af, wij gaan nu nieuwe bouwen. Ik vind
dat wij dat niet moeten doen.
Over de huurharmonisatie kan ik kort zijn. In tegenstelling tot PAL en het Platform Eén en Twee
persoonshuishoudens Leeuwarden (PEL) huldigt onze fractie het standpunt dat voor gelijkwaardige woon
ruimte gelijkwaardige prijzen moeten worden betaald en wij onderstrepen dan ook het standpunt van hel
col lege in dezen
Ik heb al gezegd dat alle andere onderwerpen, die ik niet heb genoemd, aangehaald zijn zoals ze
in het verleden door de raad zijn vastgesteld of bij het volgende agendapunt nog zullen worden vastge
steld. Het lijkt mij dan ook niet zinvol ze thans allemaal nog langs te lopen. Kortom, mijnheer de
voorzitter, in hoofdlijnenakkoord.
De heer Geerts (weth.): Uit hetgeen door alle raadsleden naar voren is gebracht begrijp ik dat wij
op de goede weg zijn en dat wij door moeten gaan met onze poging om op systematische wijze het wo-
ningbeleid op te zetten.
Over de procedure zijn enkele opmerkingen gemaakt door de heer Niemeijer. Alle groepen die bij
dit beleid zijn betrokken zijn schriftelijk of mondeling gehoord, maar wat wordt daar nu verder meege
daan, zo vraagt hij zich af. In de commissie heb ik al gezegd dat wij van plan zijn die reacties serieus
te nemen en op de tong te proeven en dat wij zullen bekijken of wij ze kunnen verwerken in de Nota
Volkshuisvesting, onder de nadrukkelijke restrictie uiteraard dat ze niet in strijd moeten zijn met deny
geformuleerde uitgangspunten. Ik heb ook gezegd dat het "op de tong proeven" natuurlijk niet inhoudt
dat wij de voorstellen allemaal zullen overnemen, het houdt in dat wij ze zullen behandelen. De raad
zal dus volledig in de gelegenheid worden gesteld om daarover, op basis van de nota, standpunten in If
nemen
Dit was een opmerking vooraf. Nu wil ik nog op een aantal concrete punten ingaan. Het woonlas-
tenbeleid heeft van alle sprekers de aandacht gekregen, hetgeen mijns inziens ook terecht is. De pro
blemen met betrekking tot de woonlasten worden ook in deze stad zichtbaar en het is daarom dienstig ff
alles aan te doen wat kan worden gedaan. Of de nota daaraan een bijdrage zal leveren moeten wij af
wachten, maar wij kunnen er in ieder geval in omschrijven wat ons beleid zal zijn. Daarbij zou kunnes
worden ingespeeld op de suggesties die zijn aangedragen in de PAL/PvdA/FNV-notaEr is in het col le
ge over een en ander ook al overleg geweest en ik kan u meedelen dat wij, hoewel het oorspronkelijk
de bedoeling was deze zaak aan de orde te stellen bij de Nota Volkshuisvesting, bereid zijn tussentijds
te komen met een discussienota over de woonlasten. Wij gaan er daarbij uiteraard vanuit dat ons de tijt
wordt gegeven om tot een zorgvuldige afweging te komen. Omdat ik veronderstel dat in tweede instan
tie de vraag zal worden gesteld wanneer deze nota tegemoet kan worden gezien, zeg ik nu alvast maar
dat wij er zo snel mogelijk mee zullen komen. Wanneer is "zo snel mogelijk", zo zult u zich afvragen
Zoals u weet staat de vakantieperiode voor de deur, hetgeen inhoudt dat er niet veel gebeurt. Als er
een zorgvuldige afweging zal worden gepleegd, dan zal het moment waarop de nota verschijnt toch al
tijd eind dit jaar of begin volgend jaar zijn.
FluurharmonisatieDe passage waarover sommige raadsleden hebben gesproken is vermeld als opmer
king in de kantlijn, die wat betreft de behandeling van de nota eigenlijk niet eens zo erg relevant is.
Van sommige kanten is zelfs gesuggereerd de passage weg te laten. Het college houdt wel vol dat in es
sentie de huurharmonisatie niet fout is. Het is niet anders dan dat voor gelijke zaken een gelijke beta
ling moet worden gepleegd. Op zich is dat een uitgangspunt waarmee ik geen problemen heb. Dat het
wel eens wat vervelend uitwerkt, waardoor goedkope woningen duur worden, is inderdaad een zaak
waar vraagtekens bij kunnen worden gezet. Dat probleem was echter op dat moment niet aan de orde,
het ging om het principe. De heer Niemeijer heeft naar voren gebracht dat deze opmerking zijn fractie
heel erg in het verkeerde keelgat is geschoten en er uit moet. De voorliggende nota is echter door het
college vastgesteld en de bewuste zin kan er dus niet meer uit. Er kan dus slechts worden opgemerkt dat
de raad het er niet mee eens is. Ik heb niet het idee dat de opmerking in de Nota Volkshuisvesting in de
kantlijn behoeft te worden herhaald, hetgeen ook de heer Dubbelboer mijns inziens bedoelt met de op
merking die hij hierover heeft gemaakt.
De heer Schagen zegt dat ook de consument in dit spel mee moet spelen. Tot nu toe was er de
Stuurgroep 1 2 die meespeelde, maar die wordt aan het eind van het jaar opgeheven, aldus de heer
Schagen. Hij wil dan ook graag dat het college zich eens beraadt over de vraag hoe de consument dan
wel bij het onderzoek kan worden betrokken. Wij zijn het er met elkaar over eens dat de consument er
inderdaad bij moet worden betrokken. Al geruime tijd wordt gediscussieerd over de vorm waarin dat
moet gebeurenWij hebben de nodige ervaring met de Raad voor de Volkshuisvesting en dat bedoel ik
dan niet positief. Ook zijn wij bezig met het evalueren van het commissiestelsel; men vindt dat het al
lemaal wat eenvoudiger moet. Een en ander wil ik bij deze overwegingen wel betrekken. Misschien
moet het wel gebeuren via direct bilateraal overleg gemeente-belangengroepen De zaak is wat dit be
treft nog niet uitgekauwd. Wij zijn het er echter over eens dat de inbreng van consumentenzijde vol
doende aandacht moet krijgen en wij zullen naar een vorm zoeken om daaraan gestalte te geven.
Dan nog iets over de problematiek met betrekking tot particuliere woningen, waarbij ook over het
aanschrijvingsbeleid, particuliere woningverbetering en dergelijke zou kunnen worden gesproken. Een
en ander zou meer aandacht moeten krijgen. Ik ben het ermee eens dat de particuliere woningmarkt een
belangrijke is in de totale woningmarkt en dat aan die problematiek de nodige aandacht moet worden
besteed. Met name de punten die de heer Schagen heeft genoemd, aanschrijvingsbeleid en verbetering
particuliere woningen, zijn wat dit betreft belangrijke zaken. Zoals bekend zijn wij van plan in een
bepaald gebied een proef te doen met betrekking tot het aanschrijvingsbeleid, in combinatie met parti
culiere woningverbetering.
De heer Ste k heeft beaamd het belangrijk te vinden dat de woonlastenproblematiek op een redelij
ks termijn wordt behandeld. Ik heb wat dit betreft zojuist al een toezegging namens het college gedaan,
waarmee ik hoop de heer Sterk tevreden te hebben gesteld.
De heer Sterk heeft zijn waardering uitgesproken voor het feit dat de Federatie van Woningcorpora
ties de volledige kosten wil dragen voor het onderzoek. Wij delen die waardering. Intern zijn hierbij in
het begin wel enige vraagtekens gezet, omdat wij vinden dat de onafhankelijke rol van de gemeente in
dezen ook duidelijk tot uiting moet komen. Deze kwestie is aan de orde gesteld in het overleg dat re
gelmatig plaatsvindt met de federatie en daarin is heel nadrukkelijk bevestigd dat ook bij dit aanbod de
onafhankelijke rol van de gemeente blijft gehandhaafd. Ook gezien de financiële problemen van de ge
meente waarderen wij het dat de belangrijke deelnemers in het volkshuisvestingsproces - de corpora
ties - het belang van het onderzoek zodanig vinden dat zij bereid zijn de kosten te dragen.
Ik wil nog iets zeggen aan het adres van de heer Niemeijer over de procedure. Wij willen aandacht
geven aan de enorme hoeveelheid opmerkingen die door de insprekers zijn gemaakt. Het was echter in
deze procedure niet doenlijk om op het eerste gezicht te reageren op de naar voren gebrachte zaken.
Natuurlijk zou de procedure nog langduriger kunnen worden gemaakt met terugkoppeling enz. Het leek
ons echter dienstig dat wij eens met deze Nota Uitgangspunten kwamen, die als basis moet dienen voor
de Nota Volkshuisvesting, hetgeen inhoudt dat op een gegeven moment moet worden gestopt met het
verwerken van reacties op reacties op reacties. Ik heb de heer Niemeijer de toezegging gedaan dat die
reacties zullen worden bekeken, dat wij ze voorzover ze niet strijdig zijn met de in de Nota Uitgangs
punten geformuleerde uitgangspunten "op de tong zullen proeven" en dat daarna de raad in de gelegen
heid zal worden gesteld er middels de Nota Volkshuisvesting een mening over te geven.
Elke groep die zich op de woningmarkt aanbiedt moet als zijnde gelijkwaardig worden geaccep-
teerd, aldus de heer Niemeijer. Ik ben dat op zich met hem eens, het is ook ons uitgangspunt in het
volkshuisvestingsbeleid. Dat er bijzondere groepen in de Nota Uitgangspunten staan aangegeven komt
