32 Punten 19 t.e.m. 27 ^bijlagen nrs. 389, 390, 386, 383, 382, 385, 402, 377 en 378). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w. Punt 28 (bijlage nr. 401) De Voorzitter: Dit punt luidt: Uitbreiding huisvestingsruimte ten behoeve van de Gemeentelijke Sociale Dienst (GSD). De heer Buurman: Bij de totstandkoming van huisvesting ten behoeve van de GSD is indertijd ook voorzien in de bouw van een aantal woningen. Het lag voor de hand dat in eerste instantie de gedach ten zijn uitgegaan naar de mogelijkheid deze woningen ten behoeve van de dienst te doen ontruimen. Ik laat nu in het midden of daarmee de totale ruimtebehoefte kan worden gedekt. Ik heb begrepen dat gedwongen beëindiging van de huurovereenkomst op korte termijn niet mogelijk en wellicht ook niet wenselijk is, althans problemen zou geven, en dat voorts indertijd een rijksbijdrage in de totale bouw kosten is verkregen die zou komen te vervallen indien de woningen aan hun huidige functie zouden worden onttrokken. Deze weg is kennelijk dus niet begaanbaar gebleken. B. en w. stellen nu voor het gebouw van de Vereniging voor Volkshuisvesting aan te kopen. Zij gaan ervan uit dat de voorgenomen herziening van het sociale zekerheidsstelsel geen belangrijke verschuivingen in het takenpakket van de GSD teweeg zal brengen. Ik zou graag zien dat het college dit wat nader onderbouwt. Is de uitvoering van de Wet werkloosheidsvoorziening (WWV) per 1 januari 1985 niet toebedacht aan de bedrijfsvereni gingen? Een deel van de kantoorruimte blijft voorlopig onbenut en kan in een later stadium geschikt worden gemaakt voor eventuele personeelsuitbreidingen. Verwacht het college deze uitbreidingen? Ik weetniet of er in het bestuur van de Vereniging voor Volkshuisvesting ook langoren zitten, in ieder geval geen domoren. Men was niet bereid alleen het kantoorgedeelte te verkopen, om niet het risico te lopen met de rest te blijven zitten. Dat risico kon beter op de rug van de gemeente worden afgewen teld. Men wilde wel graag als eerste bij een eventuele uitvoering van herstel van de woonfunctie ter plaatse worden betrokken Om een nadelig saldo in deze te voorkomen is het wel zaak zo snel mogelijk gegadigden aan te trekken. Mag ik aannemen dat het college hier vaart achter zal zetten? De heer Kessler (weth.): De eerste vraag van de heer Buurman is in hoeverre de toekomstige wijziging van het sociale zekerheidsstelsel veranderingen teweegbrengt in het takenpakket van de GSD. Op zich zelf is er aanleiding te veronderstellen dat daarin mogelijkerwijs veranderingen, als gevolg van de her ziening van het sociale zekerheidsstelsel, zullen worden aangebracht. Het punt is alleen dat daarover op dit moment op geen enkele wijze enige zekerheid bestaat. Er wordt voorgesteld het sociale zeker heidsstelsel in een soort drietrapsraket uiteen te leggen. In de eerste plaats een loondervingsfase, een soort gecombineerde Werkloosheidswet (WW)/WWV. Op dit moment zijn er indicaties dat die fase naar de bedrijfsverenigingen zal worden overgebracht. Op zichzelf is dat niet zo verwonderlijk, omdat er bij de bedrijfsverenigingen op dit moment een leegloop aan de orde is. Aan de andere kant horen wij via inside-informatie ook dat er bedrijfsverenigingen zijn die dat eigenlijk niet willen, omdat het heel ander werk is dat ze dan moeten doen Tot voor kort gaven ze gewoon uitkeringen en hoefde er niet in dividueel te worden getoetst, hetgeen door de integratie van WW en WWV wel zal moeten. Een ander probleem - dat even terzijde - is dat, als die constructie doorgaat, niet meer in elke gemeente een loket aanwezig is waar men met zijn problemen naar toe kan gaan, maar dat er over de gehele provincie gerekend maar twee of drie plaatsen zijn waar dat kan. Kortom, de hele zaak is op dit moment nog sterkin discussie. Met name de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) staat afwijzend tegenover een en ander. Al deze dingen zijn voor het college aanleiding geweest voor te stellen tot aankoop van het betreffende pand te besluiten. Stel dat de betreffende werkzaamheden wel zouden overgaan naar de bedrijfsverenigingen, dan nog mag worden verwacht dat de groei van het aantal uitkeringsgerechtigden, die op de een of andere manier door de gemeente moeten worden geholpen - ik denk dan aan de stijgen de werkloosheid en aan het feit dat steeds meer mensen in de bijstandssfeer terechtkomen -, zo hard gaat dat deze situatie in een aantal jaren zal zijn ingelopen. Wat dat betreft verwachten wij bij de GSD ook zeker personeelsuitbreidingen. Als de 38-urige werkweek doorgaat - het ziet er naar uit dat dat zo is -, dan zal zeker extra personeel moeten worden aangetrokken om de verminderde werkcapaci- teit op te vangen. Een ander punt is dat de wijziging van de Wet op de bejaardenoorden ook extra werk zaamheden voor de GSD met zich zal brengen. Al met al zijn er voldoende ontwikkelingen als gevolg waarvan wij denken dat het noodzakelijk is het betreffende pand aan te kopen. Een andere vraag van de heer Buurman ging over de ruimtes die op dit moment niet worden gebruikt. Wij zijn er inderdaad mee bezig te bekijken aan wie wij die ruimtes kunnen verhuren en het ziet er naar uit dat dat op een goede manier zal lukken. 33 Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. Punt 29 (bijlage nr. 399) De Voorzitter: Dit punt luidt: Gevolgen gemeentelijke herindeling van Friesland. In de raadsbrief staat een onjuistheid. Er staat dat de Commissie voor Bestuurlijke Aangelegenheden zich met het voren staande kan verenigen, maar die commissie weet van de hele zaak niets af. Het gaat bij dit punt om een formalisering van een aantal regelingen van andere gemeenten. Ik stel u voor het toch in behande ling te nemen De heer Van der Wal: Ik had een vraag in de commissie willen stellen, maar, zoals de burgemeester al heeft medegedeeld, het punt is nooit in de commissie behandeld. Het gaat voor het grootste gedeelte om een strikt formele zaak en over het buiten werking verklaren en vervolgens weer in werking stellen van allerlei verordeningen. Eén punt wil ik er even uitlichten en dat betreft het verbod op naaktzwem- men, baden, zonnebaden of luchtbad nemen. Ik heb vanmiddag over deze kwestie met de betrokken ambtenaar gebeld, die mij heeft uitgelegd dat men, als men iets wil toestaan, eerst een verbod moet opleggen en vervolgens ontheffing moet verlenen. Dat kan juridisch-techn isch wel een kloppende rede nering zijnmaar ik blijf het vreemd vinden Tot nu toe is er bij ons en bij nadere informatie ook bij anderen geen behoefte gebleken aan het opnemen in de Algemene Politieverordening (APV) van een dergelijk artikel. Ik neem ook aan dat voor dit soort zaken in een of ander burgerlijk wetboek wel een bepaalde verbodsbepaling is opgenomen. Nu staan er in de APV zo ontzettend veel verboden - het door lezen van deze verordening heeft een zekere amusementswaarde - dat je nauwelijks meer de straat op durft, want je loopt bijna altijd wel tegen een verbod op. Daaraan wordt nu dus nog één toegevoegd en wij vragen ons af of dat wel nodig is. Er wordt veel gesproken over deregulering. Nou, dit is naar onze mening een punt waaraan helemaal geen behoefte is, terwijl het nu toch weer via een verbodsbepaling wordt geregeld. Dan is er nog een punt. Het begrip naakt - tegenwoordig nogal een variabel begrip - staat niet ge- defin i eerd. Valt topless bijvoorbeeld onder naakt, zo kan men zich afvragen. De betreffende deskundige dacht van welDat betekent dus dat, als er bi j voorbeeld elders in de Groene Ster topless wordt gebaad - dat gebeurt veelvuldig -, dat niet mag, aldus mijn vraag aan de deskundige. Zijn antwoord was dat dat afhangt van de plaats waar het gebeurt. Een en ander is mij niet duidelijk en ik zou graag van het college willen horen hoe het nu precies zit. Wordt de interpretatie van naakt dan aan de betreffende politie-ambtenaar overgelaten? Kortom, er zitten eigenlijk zoveel onduidelijkheden en nodeloze regels in dit artikel dat wij er niet zoveel behoefte aan hebben. De heer Buurman: Ik had willen beginnen met te stellen dat deze kwestie niet in de Commissie voor Bestuurlijke Aangelegenheden is behandeld, maar dat is al door de voorzitter meegedeeld. Bestuurlijk bekeken wi! ik mij beperken tot de voorgestelde wijziging van de Algemene Politiever ordening, toegespitst op de zogenaamde naaktrecreatie. Eerst een korte aanduiding als principiële ver antwoording waarom ik tegen een dergelijke vorm van recreatie ben. Het naturisme ontkent de zondige natuur van de mens. Gods woord zegt echter dat de mensen alleen in het paradijs goed waren.Zij heb ben de zuivere relatie met hun Schepper verbroken en dat heeft ook zijn consequenties voor de relatie tussen de mensen onderling. De zondige natuur verhindert dat ze elkaar zonder onzuivere bedoelingen tegemoet kunnen treden. Juist om hen tegen elkaar te beschermen heeft God hun kleding gegeven. Kleding heeft dus wel degelijk een positieve, namelijk een beschermende functie. Het is de taak van de overheid met de werking van naakt in de openbare samenleving rekening te houden en ook met de aanstoot die dit kan geven. De gemeente Leeuwarden heeft indertijd als eigenaar een deel van het Kleine Wielengebied aan gewezen als gebied waar het verbod op de zogenaamde naaktrecrectie niet geldt. Het zij zo, ik draag er geen enkele verantwoording voor. Het ging toen om de aanwijzing van dit gebied. Ter bestendiging van de huidige legale situatie wordt voorgesteld een soortgelijke bepaling als Tietjerksteradeel aan de Algemene Politieverordening Leeuwarden toe te voegen, aldus de raadsbrief. Het college maakt er nu een algemene bevoegdheid van voor b. en w. die voor het gehele grondgebied van Leeuwarden gaat gelden. B. en w. zullen het wat dit betreft zonder mijn stem moeten doen. Ik vrees overigens dat door bestaande en toenemende zogenaamde naaktrecreatie het Bijbels genormeerde geweten van de burger zal worden uitgehold en de openbaarheid van terreinen voor alle burgers nog meer zal worden aangetast.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1984 | | pagina 17