40
en af te zien van het onderbrengen in een nieuw te bouwen stadskantoor. Daar zitten ook voor- en na
delen aan. Een en ander wordt volledig afgebroken als het apparaat weer uit elkaar wordt getrokken.
Over de afdeling Voorlichting hebben wij het de vorige keer al gehad. Ik heb niet precies begre
pen wat de bedoeling van de heer Van der Wal daarmee is, want wij praten niet over een leegstaand
pand aan de St. Jacobsstraat. Het voorstel is of er voor de diensten die in het pand in de St. Jacobsstraat
zijn ondergebracht een alternatief moet worden gezocht. Je kunt wel zeggen dat de afdeling Voorlich
ting in het pand zou kunnen, maar als je het niet eerst leeg maakt kan er ook niets in De heer Van der
Wal vraagt nu om de verkoop van het pand in de St. Jacobsstraat niet al te snel te doen plaatsvinden
en eerst te kijken wat de uitslag is van de nota voorlichting. Ik doe op dat punt geen toezegging. Het
enige wat ik wil toezeggen is dat ik dit punt in het college zal brengen om te kijken of dit een afwe
ging is die aanleiding kan geven tot andere voorstellen aan de raad.
Mevrouw De Jong heeft nog meer vragen dan de vorige keer. Zij vraagt zich onder andere af hoe
het zit met deeltijd die meer ruimte vraagt. Het is inderdaad zo dat deeltijd meer ruimte vraagt, omdat
wij nu eenmaal te maken hebben met personeel dat zelf een keuze mag maken wat de werktijden be
treft en daar zitten overlappingen in. Op het moment dat er overlappingen zijn is er gewoon extra
ruimte nodig. De conclusie is dus dat deeltijd extra ruimte vraagt.
Mevrouw VIietstra heeft vermeld dat het grootste deel van haar fractie kan instemmen met het voor
stel, terwijl de minderheid een andere opvatting heeft. Dat deel vindt een en ander niet zo urgent, maai
onderkent wel dat leegstand van het pand St. Jacobsstraat wel eens het gevolg zou kunnen zijn met
daarbij hogere lasten voor de gemeente. Over de verwijzing naar het Kooperberghuis heb ik het al ge
had, waarbij ik heb aangehaald dat van de zijde van de regiosecretariaat en van de zijde van het regio
bestuur grote bezwaren bestaan tegen het losmaken van het bureau Externe Secretariaten van de naaste
omgeving van het gemeentelijk apparaat van Leeuwarden.
Ik meen hiermee in grote trekken te zijn ingegaan op de gemaakte opmerkingen en ik geef graag
gelegenheid voor de tweede termijn.
De heer Bijkersma: De voorzitter is mijns inziens terecht niet weer ingegaan op de argumenten die
wij naar voren hebben gebracht om voor dit voorstel te stemmen. Wel is hij ingegaan op mijn vraag wat
wordt bedoeld met het argument dat andere, mogelijke ontwikkelingen kunnen worden belemmerd. Hij
zegt dat het college bij dat argument geen concrete gedachten heeft. Mijns inziens had het dan ook
geen argument moeten zijn, maar ik zal het maar beschouwen als een schoonheidsfoutje in dit toch wel
gedegen werk.
De voorzitter heeft in zijn beantwoording aan het adres van de heer Van der Wal gezegd nog eens
in het college te bekijken of er nog argumenten bestaan om het pand St. Jacobsstraat 25 niet direct te
verkopen. Dat is mijns inziens niet juist, want dan worden er gedachten gewekt die een eigen leven
gaan leiden. Binnen de kortste tijd wordt er dan gezegd: Dat komt daar. Wij hebben destijds zeer wel
bewust een motie aangenomen, waarin staat dat het pand terug moet naar het zakenleven en ik vind dat
wij ons daar ook aan moeten houden. Ik denk dat wij anders n iet met behoorlijk bestuur bezig zijn
De heer Van der Wal: Ik zal even kort de punten nalopen, want al neuzen tellend is de conclussie
dat dit voorstel het wel zal halen.
Amicitia. Als de PTT er uit gaat en de gemeente volgens het huidige contract verplicht is de etage
over te nemen, dan kan ook de gemeente de huur opzeggen en wij hebben zes jaar de tijd om aan wat
anders te denken, aldus de voorzitter. (De Voorzitter: Iets minder dan zes jaar.) Nou goed, laat het dan
vijf jaar zijn. Een en ander zal er dan mijns inziens wel toe leiden dat voor de DSO andere huisvesting
moet worden gezocht en dan komen wij wat de hele huisvestingsproblematiek betreft natuurlijk wel van
de regen in de drup. Als het goedkoper is valt er met ons natuurlijk altijd te praten, maar wij vrezen
dat het er toch op uitdraait dat wij verplicht zijn om de verdieping, net als onder het huidige contract,
er bij te nemen. De voorzitter heeft echter gelijk dat het probleem niet op zeer korte termijn speelt.
De St. AnthonyschoolEr is een globale raming gemaakt voor de verbouw van de school. Een glo
bale raming voor nieuwbouw met hetzelfde aantal kubieke meters komt ook op 900.000,uit. Nor
maal gesproken is verbouw goedkoper dan complete nieuwbouw - in dit geval moet de DSO het doen en
dan wordt het misschien wel een beetje een ander verhaal - en uit die ook ruwe vergelijking valt te
constateren dan de 9 ton behoorlijk aan de hoge kant is. Het is natuurlijk wel zo dat het maken van
een kantoorgebouw in de school betekent dat een binnenkort leegkomend gebouw in een door andere
ontwikkelingen toch al kwetsbaar gebied direct een vaste bestemming krijgt. Een en ander kan wel niet
onmiddellijk in financiële cijfers worden uitgedrukt, maar het betekent toch een zeer groot voordeel.
De boekwaarde is praktisch nihil, laat ik het zo maar stellen. Dan moet er ge'ihvesteerd worden. Maar
wij betalen nu natuurlijk ook de investering in de Gouvemeurspassage. Het onderhoud er even buiten
41
latend, moeten ook de verwarming, de elektriciteit en de inrichting apart worden betaald, dus dat
maakt in het verhaal niet zo'n geweldig groot verschil. Het is mijns inziens zeer goed mogelijk de ver
bindingsgang met de voormalige Hofschool te realiseren. De ligging is misschien niet optimaal maar
toch zeker n iet ongunstig te noemen
Kooperberghuis. Ik heb deze mogelijkheid genoemd als een tijdelijke oplossing. Als de St. Anthony
school de voorkeur zou krijgen, dan kan dat natuurlijk niet volgende week, dus dan zou er, als de nood
zo hoog gestegen is in de St. Jacobsstraat, een tijdelijke oplossing moeten worden gevonden. Een en
ander laat de mogelijkheid open om andere ontwikkelingen met betrekking tot het Kooperberghuis niet
te belemmeren
De burgemeester verwijt mij dat ik een half verhaal heb verteld. (De Voorzitter: Ik citeerde alleen
maar.) Nou goed, laten wij het daar dan maar op houden. Ik wil alleen wel duidelijk verklaren dat ik
geen half verhaal heb gehouden Ik heb er verder ook niet zo veel behoefte aan om nu via een ambte
naar allerlei discussies uit te spelen, maar ik blijf er bij dat ik geen half verhaal heb verteld.
Dan de afdeling Voorlichting. De voorzitter zegt dat er nog geen leeg pand is. Ik heb ook gezegd
dat, als dit voorstel doorgaat, er uit voortvloeit dat wij met een leeg pand komen te zitten, waarvan
wij nog maar moeten afwachten of het verkoopbaar zal zijn. Daarvan uitgaande heb ik er voor gepleit
de verkoop van het pand in de St. Jacobsstraat op te schorten totdat de nota over het voorlichtingsbe
leid er is en daarover een besluit is genomen. Het is een op zich zeer geschikt pand - dat ontkent het
college van b. en w. ook niet -, waarvan de boekwaarde ook nihil is, zo heb ik vanmiddag gehoord.
Naar mijn mening is het heel goed mogelijk om in dit pand op een eenvoudige manier een goed voor
lichtingscentrum te maken en om de discussie over de nota voorlichting niet bij voorbaat van een reële
mogelijkheid te ontdoen heb ik dat verzoek gedaan. De voorzitter heeft er geen toezegging van gemaakt,
maar hij wil dit punt nog wel eens in het college aan de orde stellen. Nou, ik zou zeggen: beter wat
dan niets. Ik hoop dat het college dan besluit om de discussie rond voorlichting ook wat dit pand betreft
open te houden. Misschien wordt de discussie over de nota voorlichting hierdoor ook nog versneld.
Resumerend, wij blijven tegen. Het voorstel is te ad hoe, het kost te veel en het lost te weinig op.
De Voorzitter: Een laatste reactie. Op de andere, mogelijke ontwikkelingen - het vierde argument
met betrekking tot de St. Anthonyschool - ben ik al ingegaan door te zeggen dat het het laatste argument is,
dat wij er bij vermeld hebben in een neiging tot zo compleet mogelijk formuleren, maar dat er geen
concrete gedachten bij bestaan.
De heer Bijkersma zegt dat het pand St. Jacobsstraat 25 niet weer opnieuw ter discussie moet worden
gesteld. Ik heb nadrukkelijk gezegd - de heer Van der Wal heeft het zojuist herhaald - dat ik wat dat
betreft geen enkele toezegging doe. Ik wil een en ander nog wel eens in het college aan de orde stellen.
In de pogingen om tot afstoot van het pand over te gaan zullen wij met elkaar ook praten over het huis
vesten van de ten tonele gevoerde voorlichtingsactiviteiten. Ik zeg bepaald niet toe dat wij deze zaak
laten liggen tot nadat de nota voorlichting is verschenen Dat zou naar mijn smaak ook in strijd zijn met
de hele benaderingswijze van deze raadsbrief. Het is mij nu duidelijk dat de heer Van der Wal eigenlijk
een tweede punt in het geheel heeft betrokken, namelijk de huisvesting van de afdeling Voorlichting,
hetgeen in strikte zin op dit ogenblik niet aan de orde is. De vorige keer werd de aandacht van de heer
Van der Wal al wat van het bureau Externe Secretariaten afgeleid en kwam de afdeling Voorlichting in
eens om de hoek kijken, zonder dat daar een leeg pand voor beschikbaar was. Nu is mij echter duide
lijk wat zijn optie is: Als dit voorstel dan toch doorgaat, dan wil hij ook nog wat anders met het pand
St. Jacobsstraat 25 doen. Wat dat betreft is het jammer dat hij geen voorstander van het voorstel is,
want dan zou hij mee besluiten aan iets wat hem in de kaart speelt.
Verbouw is goedkoper dan nieuwbouw en 9 ton is zeer hoog, aldus de heer Van der Wal met be
trekking tot de St. Anthonyschool. Dat blijft een arbitraire zaak. Wat wel duidelijk is is dat huur
flexibel is en dat brengt mij dan ook even op Amicitia. Nergens staat dat men tot St. Juttemis aan één
bepaald huurcontract is gebonden. Wanneer de huurtermijn afloopt is er gelegenheid met elkaar in onder
handeling te gaan en eens te kijken of men op basis van dezelfde voorwaarden het contract wil verlen
gen dan wel of er aanleiding is een gunstiger overeenkomst te sluiten. Wanneer ik in aanmerking neem
dat tot eind 1990 de verhuur van de PTT-etage verzekerd is, dan is er tussen nu en het moment waarop
maatregelen moeten worden genomen naar mijn smaak voldoende ruimte aanwezig om te kijken of tot
een gunstiger overeenkomst kan worden gekomen.
Ik denk dat ik hiermee voldoende op alle vragen en opmerkingen ben ingegaan en ik stel voor thans
tot stemming over te gaan
