30
verkeer. De nieuwbouw van eind jaren 70, begin jaren 80 heeft reeds op sommige punten het te be
schermen stadsgezicht verdrongen. Voorbeelden hoeven wij in dit verband niet te noemen, die zijn
overbekend
"De toenemende schaalvergroting in de binnenstad wordt tegengegaan", stelt het collegeprogram
ma. Wat komt hiervan terecht? Bitter weinig. Onder het mom van kleinschaligheid is onlangs de bin-
nenstadsoosttangent aangelegd langs Nieuweweg en Oosterkade, zonder de door ons bepleite gescheiden
fietspaden, want dat zou grootschalig zijn. Kan iemand mij hier uitleggen waar ik de kleinschaligheid
van deze racebaan kan ontdekken?
De afbraak van kenmerkende stadsgezichten gaat door. Niet alleen ziet het college geen kans on
geoorloofde sloop van monumenten tegen te gaan, zelfs neemt hij het initiatief voor de afbraak van ka
rakteristieke stadsgezichten als op dit moment op de hoek Willemskade/Westerkade. Een complex dat
ooit is aangekocht om te behouden. Dit is geen sluitstuk van een ontwikkeling. Integendeel, als wet
houder Geerts zijn zin krijgt gaat het hele gebied van de Schoolstraat e.o. ook plat en kan hij ongehin
derd gaan ruilverkavelen om er zoveel mogelijk woningen in te proppen. Dit noemen wij een binnen-
stadsvijandige aanpak. Niet omdat wij tegen woningbouw in de binnenstad zouden zijn, maar omdat wij
vinden dat er ook voldoende ruimte in de binnenstad moet blijven voor andere functies en met name voor
kleine bedrijfjes. Die bedrijfjes zitten op dit moment nog aan de Schoolstraat. En er staan nog veel
meer geschikte panden in redelijk goede staat. Dat er het een en ander opgeknapt en soms nieuw ge
bouwd zal moeten worden staat buiten kijf, maar dan wel in aangepaste vorm die recht doet aan de
menging van de functies wonen en werken en de gegroeide structuur van de binnenstad.
De fractievoorzitster van de PvdA heeft in haar vorige algemene beschouwingen in dit verband ge
sproken van de broedplaatsfunctie van de binnenstad en ook het collegeprogramma spreekt van ruimte in
de binnenstad voor kleinere niet storende bedrijfjes. Nu is een dergelijk gebied in de binnenstad aan de
orde en wat bedenkt PvdA-lijsttrekker Geerts voor oplossing? Vrijwel totale kaalslag en eenzijdige
nieuwbouw van woningen. Wij zijn niet zo snel met het woord "kiezersbedrog" in de mond te nemen;
wij zijn graag bereid om de wethouder de kans te geven om op het beloofde pad terug te keren. Het is
nog niet helemaal te laat. Ondertussen worden de protesten tegen het binnenstadsbeleid van dit college
wel steeds sterker. De onvrede, kennelijk ook binnen de partij van wethouder Geerts, neemt snel toe.
Ook het welstandstoezicht, waar het college zich vaak bij ongelukkig uitvallende nieuwbouw op be
roept, is onderhevig aan zware kritiek. Wij delen die kritiek en komen daar zeker bij de evaluatie van
het welstandstoezicht het komende jaar op terug.
Al met al zijn wij en met ons velen zeer bezorgd over de toekomst van onze historische binnenstad
en stellen het college dan ook voor de discussie met de bevolking over de toekomst van de binnenstad te
heropenen. Ten slotte is de binnenstad voor ons allemaal, niet waar? Die discussie, in de vorm van
hoorzittingen en symposia, zou naar ons idee moeten uitmonden in een aanpassing en aanscherping van
het binnenstadsstructuurplan. Daartoe hebben wij een motie opgesteld die als volgt luidt.
Motie 4.
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 17, 18 en
19 december 1984,
behandelende het beleidsplan 1985-1989,
overwegende dat:
- het Structuurplan voor de Binnenstad inmiddels 10 jaar geleden door de
raad is vastgesteld;
- zowel in de raad als bij de inwoners van de gemeente ernstige zorgen zijn
uitgesproken over de voortschrijdende grootschalige ontwikkelingen in en
om de binnenstad;
- het te beschermen historisch stadsgezicht en met name de 19e-eeuwse be
bouwing dreigt te worden verdrongen door vaak grootschalige nieuwbouw;
- kleinere, niet storende bedrijvigheid steeds meer uit de binnenstad wordt
verdrongen;
- noch het Structuurplan voor de Binnenstad 1974 noch de aanwijzing tot
beschermd stadsgezicht voldoende handvaten biedt hiervoor omschreven en
voor de historische binnenstad schadelijke ontwikkelingen te stuiten,
besluit het college van b. en w. uit te nodigen de discussie over de toekomst
van de binnenstad met de bevolking van Leeuwarden en anderszins belang
stellenden en/of ter zake deskundigen te heropenen, door middel van het
organiseren van hoorzittingen en/of symposia, waarna door de raad beoor
31
deeld kan worden of en zo ja in welke mate het huidige Structuurplan voor
de Binnenstad actualisering en/of aanscherping behoeft."
De motie is mede-ondertekend door de heer Niemeijer. (De Voorzitter: De motie is voldoende onder
steund en maakt deel van de beraadslagingen.)
Tot slot van het gedeelte ruimtelijke ordening nog een enkel woord over de reorganisatie bij de
Dienst Stadsontwikkeling (DSO). Het onderzoek is nu ruim een jaar aan de gang en heeft heel wat over
hoop gehaald en heeft nog meer gekost. Hoe dichter wij bij de besluitvorming komen des te trager ver
loopt het. De laatste maanden is het grote stilzwijgen ingetreden. Ook de Commissie voor het Grondbe
drijf, die geacht wordt het onderzoek te begeleiden, verneemt al maanden niets meer. Uiteraard gaan
wij nu niet in op de resultaten van het onderzoek, zoals die ons wel bekend zijn, maar wij kunnen onze
nieuwsgierigheid toch niet helemaal bedwingen. Vandaar de vraag: Hoe staat het ermee en waar liggen
de knelpunten die een vlotte voortgang belemmeren?
Openbare Werken
Vanuit de beheersgedachte is het noodzakelijk normen te ontwikkelen voor het behoud van openba
re voorzieningen. De in de Commissie voor Openbare Werken gestarte gedachtengang zal moeten wor
den uitgebouwd tot een vastgestelde onderhoudsnorm voor wegen, straten en plantsoenen, noodzakelijk
voor het op peil houden van deze voorzieningen Alleen op die manier is duidelijk te maken dat onder
houdskosten niet een post zijn om aldoor op te bezuinigen, maar dat er een bodem in zit waar beneden
kapitaalsvernietiging optreedt.
Milieubeheer
In de beheersgedachte past een goed Hinderwetbeleid. Goed Hinderwetbeleid is niet alleen geba
seerd op vergunningverstrekking aan nieuwe bedrijven, maar zeker ook op controle en naleving bij be
staande bedrijven. Bij ons alternatief dekkingsplan hebben wij gelden uitgetrokken ten behoeve van een
extra formatieplaats voor de controle in het kader van de Hinderwet. Onze ideeën over beheer ten aan
zien van energie en afval hebben wij eerder in deze raad naar voren gebracht. Het mag u spijten er
geen gehoor aan te hebben gegeven
Sociale voorzieningen
Op 4 juni j.l. hebben wij bij motie al ons onaanvaardbaar uitgesproken over het zogenaamde 1 ju-
li-pakket dat uitkeringsgerechtigden in nog grotere financiële en maatschappelijke problemen stort. De
huidige bijstands- en Rijksgroepsregeling Werkloze Werknemers (RWW)-uitkeringen zijn te laag om te
voorzien in de algemeen noodzakelijke kosten van bestaan. Dit kabinet komt even zo vrolijk met ver
dergaande structurele verslechteringen van Werkloosheidswet (WW), Wet werkloosheidsvoorziening
(WWV) en Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO), die meer mensen nog eerder op bij
standsniveau zullen brengen. Ook over dit nieuwe pakket moeten wij bij motie ons onaanvaardbaar uit
spreken als signaal naar Den Haag en als signaal naar de slachtoffers van deze maatregelen dat wij ons
hun lot aantrekken. Voor de motie over dit punt hebben wij ons dan ook sterk gemaakt.
Wij voelen ons regelmatig gefrustreerd door het gebrek aan gemeentelijke mogelijkheden om het
nodige aan de genoemde zaken te doen, maar weigeren ons hierbij neer te leggen. Wij vinden dat de
gemeente gedwongen wordt een actievere opstelling te kiezen als zij de verantwoordelijkheid voor en
naar haar inwoners wil waarmaken. De gemeente zal vaker voorafgaand aan dergelijke maatregelen haar
protest moeten laten horen. Naderhand zullen de a-sociale consequenties zoveel als mogelijk ondervan
gen moeten worden door eigen beleid. Voorbeelden van dit laatste op het vlak van de minima zijn:
- actiever beleid met betrekking tot kwijtschelding van gemeentelijke heffingen. Dit jaar is slechts een
zeer klein aantal aanvragen ingediend. Er zal bekeken moeten worden in hoeverre de Gemeentelijke
Sociale Dienst (GSD) hierbij een rol kan spelen;
- soepele hantering van de regeling voor bijzondere bijstandskosten, waardoor het vrij besteedbaar deel
van de uitkering vergroot kan worden. Naar aanleiding van een onderzoek van de Federatie Instellin
gen Ongehuwde Moederzorg en alleenstaand ouderschap (FIOM) moet verondersteld worden dat op dit
vlak zelfs deze gemeente achterloopt;
- een eveneens soepele uitvoering van de voordeurdelersmaatregel door bijvoorbeeld, ook door de GSD,
de cl iënten te informeren over de mogelijkheden om onder deze regeling uit te komen.
Aansluitend willen wij reageren naar aanleiding van de memorie van antwoord. Net als vorig jaar
hebben wij gevraagd wanneer de integrale beleidsnotitie GSD-beleid eindelijk eens verschijnt. Toen is
september 1984 toegezegd. Nu wordt gestreefd(l) naar het eerste halfjaar van 1985. Hetzelfde geldt