6
Een volgende opmerking over de procedure is dat de tijd voor de vergadering van de
Commissie voor Welzijnsaangelegenheden steeds opnieuw te krap bemeten is. Ik stel voor dat
wij gewoon tijdig twee avondvergaderingen plannen, dat wij voortaan niet meer 'smiddags
vergaderen - wij kunnen er namelijk niet vanuit gaan dat iedereen 's middags aanwezig is-
en dat wij in ieder geval niet doorvergaderen tot kwart voor één 's nachts omdat dat de
zorgvuldigheid van de besluitvorming volgens mij niet ten goede komt. Ik ben benieuwd of
de wethouder het hiermee eens is.
Er is ook een onvolkomenheid in de procedure. Verschillende betrokkenen hebben daar
op gewezen. Tot nu toe krijgen de verschillende betrokken groepen die een subsidie-aan
vraag hebben ingediend de reactie van b. en w. op hun bezwaarschrift niet toegestuurd. Ze
ker dit jaar, waarbij er maar een paar dagen lagen tussen de aankondiging van de commis
sievergadering en het opsturen van de reactie, heeft een en ander ertoe geleid dat een aan
tal groepen niet heeft ingesproken die dat anders wel van plan waren geweest. Het lijkt mij
een goede zaak dat voortaan ook de reactie van b. en w. op de bezwaarschriften van de ver
schillende groepen naar de mensen wordt opgestuurd. Ik denk dat wij in de planning nog
meer rekening moeten houden met het feit dat het hier om vrijwilligersorganisaties gaat, die
niet dagelijks bij elkaar komen om de post door te nemen, laat staan in zo'n korte tijd naar
het stadhuis kunnen komen, kunnen overleggen met hun achterban en dan ook nog kunnen
inspreken in de commissie. Wij vragen aan b. en w. of zij bereid zijn om hun reactie op de
bezwaarschriften voortaan op te sturen naar de betrokkenen.
Ik wil dan nu een aantal opmerkingen van een meer algemeen karakter maken over de
inhoud van het programma. PAL heeft het programma als "conserverend" bestempeld. Alles
gaat op de oude voet verder. Er worden geen prioriteiten gesteld en geen bepaalde activi
teiten of sectoren gestimuleerd. "Conserverend" en "conservatief" betekenen niet noodzake
lijkerwijs hetzelfde. Juist degenen die tevreden zullen zijn met de status quo - zij dus die
het bestaande willen behouden/conserveren - zullen bestrijden dat zij daarmee ook conser
vatief zijn. De wethouder deed dat ook in de commissie door er op te wijzen dat het bestaan
de niet per se slechter is dan het nieuwe. Op zich zou je het daarover eens kunnen zijn,
wanneer je systematisch het bestaande tegen het nieuwe zou afwijzen. Ons probleem is ech
ter dat dat niet gebeurt. Het bestaande blijft bestaan en het nieuwe krijgt geen of in ieder
geval te weinig kans.
Concreter, naar onze mening zou in de huidige financiële situatie in januari geen brief
naar de verschillende instellingen gestuurd moeten worden, waarin wordt meegedeeld dat
bijvoorbeeld de niet-personele kosten met 0% zouden moeten stijgen. Je zou je ook kunnen
voorstellen dat je een brief stuurt waarin je aan een aantal instellingen, die minder prioriteit
hebben, schrijft dat zij rekening zullen moeten houden met een eventuele vermindering van
de subsidie en aan een aantal instellingen, die binnen een bepaalde prioriteitscategorie val
len, dat zij zouden kunnen rekenen op een mogelijke uitbreiding van hun subsidie. Daarmee
houdt de gemeente ruimte om zelf beleid te maken en kunnen wij onze eigen prioriteiten stel
len. Bovendien kunnen wij groepen die prioriteit verdienen ook meer subsidie geven wan
neer dat gewenst is.
B. en w. hebben echter gekozen, met uitzondering van de sportieve recreatie, voor de
strategie van pappen en nathouden. De raad wordt daarmee in een klem situatie gebracht.
Nieuwe activiteiten en uitbreiding van bestaande prioriteit hebbende zaken kunnen door ons
wel ondersteund worden in deze raadsvergadering, maar het feit dat wij in de commissie
geen goed voorbereide discussie hebben gehad over prioriteit genietende groepen en even
tueel te steunen aanvragen van bepaalde instellingen ten koste van die van andere, plaatst
ons voor het dilemma dat wij hier altijd met een financieel "tegenplaatje" moeten komen.
Ik kom dan bij mijn tweede algemene opmerking, namelijk het ontbreken van discussies
over hoofdlijnen in de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden. Het niet tijdig actualiseren
van het Sociaal-cultureel Plan is hier natuurlijk mede debet aan. Maar voorstellen van onze
kant om te praten over de ons aangeboden beleidsnota's van bijvoorbeeld COL of SSKWL
worden door b. en w. niet opgepikt. Het college volstaat met wat, naar mijn bescheiden me
ning, ondoordachte hap-snap reacties in de nadere standpuntbepaling. Met andere woorden,
wij maken ons zorgen over de voortgang in de beleidsontwikkeling op welzijnsgebied, nu de
contacten met het veld beperkt lijken tot een jaarlijkse sessie in de commissie en een aantal
bezwaarschriften en wij in de commissie niet meer discussiëren over nieuwe ontwikkelingen
- bijvoorbeeld het toenemend belang van het categoriaal werk - en geen actuele prioriteiten
stellen op grond van dat soort discussies. De Commissie voor Welzijnsaangelegenheden voert
daardoor een incidentenpolitiek, omdat dat terrein door b. en w. voor ons gereserveerd lijkt.
Een voorbeeld daarvan is het Valeriuskwartier
Wij willen graag weten van de wethouder of hij met ons van mening is dat het Sociaal-
cultureel Plan een onvoldoende rol speelt of althans onvoldoende geactualiseerd wordt. Ook
willen wij graag van hem weten of hij het met ons eens is dat de contacten met het veld te
veel slechts plaatsvinden naar aanleiding van concrete subsidie-aanvragen, waardoor teveel
een ad hoc-beleid dreigt te ontstaan. Daarnaast horen wij graag van de wethouder of hij met
ons van mening is dat in de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden door b. en w. voorbe
7
reidende discussies gevoerd zouden moeten worden over nieuwe ontwikkelingen en dat daar
in beleidsplannen van gesubsidieerde instellingen besproken zouden moeten worden en wel
op een zodanig moment dat een eventueel hieruit volgende prioriteitsstelling nog een rol kan
spelen bij de verdeling van subsidiegelden. Eén voorbeeld.
Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van emancipatie, uitbreiding van bestaande activi
teiten worden veelal afgewezen, bij kinderopvang blijven wij uitgaan van structureel over
werk van de naschoolse opvang, Sappho mag haar leestafel niet uitbreiden, het Gastouder
project is van de gemeente nog geen cent wijzer geworden en het Lesbisch Archief dreigt
zelfs geen tijdelijke huisvestingssubsidie te krijgen. Zo kunnen wij nog wel een tijdje door
gaan. Voor een prioriteit genietende sector vinden wij zulk blokkerend beleid ontoelaatbaar.
Als de wethouder van welzijn ook direct verantwoordelijk was voor emancipatie in het alge
meen, dan zou het interessant zijn om te weten hoe hij deze subsidiepolitiek denkt te kunnen
rijmen met een goed emancipatiebeleid. Als de huidige wethouder van emancipatie op deze
opmerking van mij zou willen reagerendan ben ik benieuwd wat hij daarvan vindt en hoe
hij denkt dat emancipatiebeleid gerijmd kan worden met deze subsidieverdelingspolitiek op
het gebied van emancipatie. De reactie op de concrete aanvragen op het gebied van emanci
patie krijgen wij dan wel van de wethouder van welzijn.
Ik ga dan nu over naar een aantal concrete aanvragen. Er zijn, ook na de behandeling
inde commissie, nog veel punten blijven liggen. Alleen daar waar het gaat om grotere be
dragen of waar problemen met kleinere bedragen zijn die samenhangen met meer algemene
zaken zal ik een opmerking maken. Voor het overige zal ik punten slechts aanstippen en
weglaten voorzover ze al door de heer Schade naar mijn mening voldoende zijn behandeld. Ik
behandel eerst de bezuinigingsvoorstellen zoals die van de kant van b. en w. aan ons zijn
voorgelegd.
In de eerste plaats de vacaturestop COL/SSKWL van f. 60.000,in 1990. ik vind dat in
de commissie op een te bagatelliserende wijze is gesproken over de effecten van deze bezui
niging. Er werd teveel gesuggereerd dat ook deze bezuiniging wel weer niet doorgevoerd
hoeft te worden, omdat wij tegen die tijd wel weer meevallers zullen hebben. Als je er vanuit
gaat dat er een andere regering komt, kun je misschien optimistisch zijn. Zover is PAL in
ieder geval nog niet. Ik vind dan ook dat dit bezuinigingsvoorstel serieus moet worden ge
nomen en dat in 1990 inderdaad een vacaturestop dreigt. Wij vinden dat onacceptabel. Van
daar ook dat wij vinden dat deze bezuiniging niet moet worden doorgevoerd. Daarnaast vin
den wij de argumentatie van b. en w. uitermate zwak. Er wordt alleen maar gezegd dat de
bezuiniging beter bij COL/SSKWL kan, dan bij het Kreativiteitscentrum en de Muziekschool,
omdat bij de laatste twee er gelden van deelnemers tegenover staan. Als dat het enige argu
ment is dat blijkbaar bij b. en w. een rol speelt, dan vinden wij dat onvoldoende. Ook wat
dit punt betreft komt de vraag om de hoek of het niet veel reëler zou zijn om de prioriteits
stelling uit het Sociaal-cultureel Plan hierin een rol te laten spelen in plaats van dit pragma
tische argument zoals het college dat zelf heeft genoemd. Met andere woorden, PAL is tegen
deze vacaturestop.
Een tweede bezuiniging waar wij tegen zijn is de bezuiniging van f. 8.500,op de cate
gorie Overig sociaal-cultureel werk. Het schijnt dat ik deze bezuiniging moet opvatten als
een bezuiniging op het hele programma, maar omdat deze categorie de laatste is in het hele
programma is die ondergebracht bij deze sector. Als dat zo is dan vraag ik mij af waarom al
leen de activiteiten die in paragraaf 15 van de Algemene Subsidieverordening (ASV) plaats
vinden tegemoet worden getreden met het argument dat zij minder uitbreiding kunnen heb
ben, omdat juist in deze sector Overig sociaal-cultureel werk f. 8.500,wordt bezuinigd.
Geldt die f. 8.500,voor het hele programma of alleen voor de activiteiten die noodgedwon
gen in paragraaf 15 terecht zijn gekomen? Hoe dan ook, wij vinden dat noch op deze para
graaf noch op het algemene programma f. 8.500,bezuinigd mag worden. Integendeel, wij
willen dat de gelden voor het programma uitgebreid worden.
De derde bezuiniging - wij vinden die de meest dringende en slechte omdat die meteen
dit jaar dreigt in te gaan - is die op de sportieve recreatie. Wij hebben de afgelopen tijd
veel over de bezuinigingen op sportieve recreatie gepraat, onder anderen binnen de Com
missie voor Welzijnsaangelegenheden en met buurtverenigingen. Naar mijn mening is er ech
ter te weinig over gepraat met mensen die op het gebied van de sport actief zijn en in de
adviescommissie die zich met sport bezighoudt. Ik vraag mij af hoe zorgvuldig de besluitvor
ming vanavond is wanneer wij zouden besluiten - wat ik niet hoop - tot afbouw in twee jaar
van de subsidie voor sportieve recreatie.
Wij hebben van de Dienst voor Sport en Recreatie - een gemeentelijke dienst - een eva
luatienota gekregen, waarin hij er uitdrukkelijk op wijst dat hij vindt dat er sprake is van
onbehoorlijk bestuur nu b. en w. dit voorstel aan de raad voorleggen. Ik vind dat wij die
opmerking serieus moeten nemen. (De heer De Vries (weth.): Maakt de dienst het bestuur
uit tegenwoordig?) Nee, die maakt niet het bestuur uit. Maar ik vind wel dat, als een dienst
ons er op wijst dat de besluitvorming onzorgvuldig verloopt - bijvoorbeeld omdat de mensen
die zich met de uitvoering bezighouden van deze zaken niet gehoord zijn over dit voorstel -
je als raad een dergelijke opmerking niet naast je neer kunt leggen en net doet alsof er niets